direct naar inhoud van Regels
Plan: Wijzigingsplan Molenschotterrein
Status: vastgesteld
Plantype: wijzigingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0342.WPSOE0024-0301

Regels

Hoofdstuk 1 Inleidende regels

Artikel 1 Begrippen

1.1 plan

het 'Wijzigingsplan Molenschotterrein', met identificatienummer NL.IMRO.0342.WPSOE0024-0301 behorende bij het bestemmingsplan 'Bestemmingsplan Molenschotterrein' van de gemeente Soest.

De begrippen, voor zover relevant voor dit wijzigingsplan, van het bestemmingsplan 'Bestemmingsplan Molenschotterrein', vastgesteld op 26 november 2015, zijn onverminderd van toepassing op dit wijzigingsplan.

1.2 wijzigingsplan

de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels.

1.3 Bestemmingsplan Molenschotterrein

het bestemmingsplan 'Bestemmingsplan Molenschotterrein', met identificatienummer NL.IMRO.0342.BPSOE0028-0301 van de gemeente Soest.

Artikel 2 Wijze van meten

De wijze van meten uit het bestemmingsplan 'Bestemmingsplan Molenschotterrein' is van toepassing op dit wijzigingsplan.

Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels

Artikel 3 Tuin

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Tuin' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. tuinen behorende bij de op de aangrenzende gronden gelegen gebouwen;
  • b. het aanleggen en instandhouden van hagen, zoals aangegeven in Bijlage 2 Hagenkaart;
  • c. perceelsontsluitingen.

3.2 Bouwregels

Voor het bouwen gelden de volgende regels:

3.2.1 Erkers en ingangspartijen

Uitbouwen, waaronder begrepen erkers en ingangspartijen, buiten het bouwvlak, aan de voorgevel van een woning zijn toegestaan, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:

  • a. de breedte van de betreffende uitbouw mag niet meer dan 50% van de breedte van de voorgevel zijn, dan wel niet breder dan het bestaande raam waarvoor de erker in de plaats komt;
  • b. de diepte van betreffende uitbouw mag, gerekend vanaf de voorgevel van de woning, niet dieper zijn dan 1,5 meter;
  • c. de goothoogte van betreffende uitbouw mag niet meer bedragen dan 3 meter gemeten vanaf peil;
  • d. de bouwhoogte van betreffende uitbouw mag niet meer bedragen dan 4 meter gemeten vanaf peil;
  • e. de oppervlakte van betreffende uitbouw wordt meegeteld bij de maximale bebouwing zoals bedoeld in artikel 5.2.2 onder b.

3.2.2 Andere bouwwerken
  • a. de bouwhoogte van andere bouwwerken mag niet meer bedragen dan in de tabel is aangegeven:

Ander bouwwerk   Voor de voorgevel hoofdgebouw   Achter de voorgevel hoofdgebouw  
vlaggenmasten   8 meter   8 meter  
perceelafscheidingen   1 meter   2 meter  
overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde   1 meter   2 meter  

  • b. een overkapping boven de voordeur is toegestaan, mits:
    • 1. de breedte maximaal 120% bedraagt van de breedte van de entreepartij;
    • 2. de horizontale diepte niet meer dan 1,50 meter bedraagt, gemeten uit de voorgevel van het gebouw waaraan wordt aangebouwd;
    • 3. het om een open constructie zonder zijwanden gaat;
    • 4. de bouwhoogte niet meer dan 3 meter bedraagt.

3.2.3 Zwembad

Een zwembad is niet toegestaan.

3.3 Specifieke gebruiksregels

Onder met de bestemming strijdig gebruik wordt verstaan:

  • a. de gronden mogen alleen worden gebruikt ten behoeve van de bestemming indien de hagen zoals aangegeven in bijlage 2 zijn aangelegd en in standgehouden worden met inachtname van de volgende voorwaarden:
    • 1. 'haag maximaal 1,00 m inclusief eventuele keerwandhoogte', waarvoor geldt dat de hoogte van de haag niet minder dan 0,80 m en niet meer dan 1,00 m mag bedragen (inclusief eventuele keerwandhoogte);
    • 2. 'haag maximaal 2,00 m inclusief eventuele keerwandhoogte' waarvoor geldt dat de hoogte van de haag niet minder dan 1,00 m en niet meer dan 2,00 m mag bedragen (inclusief eventuele keerwandhoogte).

Artikel 4 Wonen

4.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. wonen;
  • b. al dan niet met een beroep of bedrijf aan huis;

met de daarbij behorende:

  • c. tuinen en erven;
  • d. parkeervoorzieningen met bijbehorende ontsluitingsverhardingen;
  • e. bijbehorende bouwwerken en andere bouwwerken;
  • f. overige voorzieningen, zoals groenvoorzieningen en nutsvoorzieningen.
4.2 Bouwregels

Voor het bouwen gelden de volgende regels:

4.2.1 Hoofdgebouwen
  • a. hoofdgebouwen mogen uitsluitend binnen het bouwvlak worden gebouwd;
  • b. ter plaatse van de bouwaanduiding 'aaneengebouwd' zijn uitsluitend aaneengebouwde woningen toegestaan;
  • c. ter plaatse van de bouwaanduiding 'twee-aaneen' zijn uitsluitend twee-onder-één-kapwoningen of vrijstaande woningen toegestaan;
  • d. ter plaatse van de bouwaanduiding 'vrijstaand' zijn uitsluitend vrijstaande woningen toegestaan;
  • e. ter plaatse van de maatvoeringsaanduiding 'maximum goothoogte (m), maximum bouwhoogte (m)' mogen de goot- en bouwhoogte van hoofdgebouwen niet meer bedragen dan op de verbeelding is aangegeven, met dien verstande dat:
    • 1. de goothoogte mag worden verhoogd ten behoeve van het realiseren van kenmerken van een jaren '30 woning, zoals samengestelde daken, entreeaccenten (met steile zadeldaken), hoge schoorstenen die boven de kap uitsteken, breed dakoverstek en ambachtelijke geveldetails, waarbij geldt dat de goothoogte in geen geval meer mag bedragen dan 7 meter;
    • 2. het onder 1 bepaalde ook geldt voor twee aaneengebouwde hoofdgebouwen, zodanig dat bij één van de twee hoofdgebouwen sprake is van een volledig verhoogde goothoogte, waarbij geldt dat die in geen geval meer mag bedragen dan 7 meter;
  • f. onder woningen zijn kelders toegestaan tot een verticale bouwdiepte van 3,3 meter.

4.2.2 Bijbehorende bouwwerken
  • a. bijbehorende bouwwerken mogen zowel binnen als buiten het bouwvlak worden gebouwd;
  • b. de gezamenlijke oppervlakte van bijbehorende bouwwerken buiten het bouwvlak mag niet meer bedragen dan 20% van de oppervlakte van de bij de woning behorende gronden met de bestemming wonen en tuin met een maximum van 150 m2;
  • c. de goot- en bouwhoogte van bijbehorende bouwwerken mag niet meer bedragen dan hierna is aangegeven:

bijbehorend bouwwerk   maximale goothoogte   maximale bouwhoogte  
gebouwen   3 meter   5 meter  
overkappingen   3 meter   5 meter  

  • d. van bijbehorende bouwwerken mag geen deel uitsteken buiten de denkbeeldige vlakken, die vanaf een hoogte van 3 meter op de zijdelingse perceelsgrenzen onder een hoek van 52 graden met de horizon omhooglopen.

4.2.3 Andere bouwwerken
  • a. de bouwhoogte van andere bouwwerken mag niet meer bedragen dan hierna is aangegeven:

situering   maximale bouwhoogte  
voor de voorgevel van het hoofdgebouw   1 meter  
achter de voorgevel van het hoofdgebouw   2 meter  

met dien verstande dat de bouwhoogte van keerwanden, zowel voor als achter de voorgevel niet meer mag bedragen dan 2 meter, gemeten vanaf de voet van de keerwand;

  • b. voor het bouwen van een zwembad dient het volgende in acht te worden genomen:
    • 1. de afstand tot de zijdelingse perceelsgrens dient tenminste 3 meter te bedragen.
4.3 Afwijken van de bouwregels

Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken voor de bouw van een bijbehorend bouwwerk met een hogere goot- en/of bouwhoogte, mits:

  • a. daarmee een betere aansluiting op de hoogte van de begane grond laag van het hoofdgebouw kan worden verkregen;
  • b. de kapvorm en dakhellingen van het hoofdgebouw worden overgenomen;
  • c. de bouwhoogte tenminste 2 meter onder de bouwhoogte van het hoofdgebouw ligt.
4.4 Specifieke gebruiksregels

Voor het gebruik gelden de volgende regels:

  • a. Het gebruik van vrijstaande bijbehorende bouwwerken dient functioneel ondergeschikt te zijn aan het hoofdgebouw, dus te gebruiken voor functies zoals garage, stalling, hobbyruimte, bergruimte, kas, huisdierenverblijf, en voor een aan huis gebonden bedrijf of beroep;
  • b. Hoofdgebouwen en bijbehorende bouwwerken mogen worden gebruikt ten behoeve van de uitoefening van een beroep of bedrijf aan huis, met dien verstande dat:
    • 1. de woonfunctie daardoor niet mag worden verdrongen en maximaal 50 m2 van het hoofdgebouw en de bijbehorende bouwwerken voor de bedoelde activiteiten mag worden gebruikt;
    • 2. het beroep- of bedrijf aan huis door de hoofdbewoner wordt uitgeoefend;
    • 3. in het kader van een beroep of bedrijf aan huis mogen maximaal 2 personen in de woning werkzaam zijn;
    • 4. uitsluitend beroeps- en bedrijfsactiviteiten kunnen worden toegestaan in de categorieën 1 en 2 van de Staat van bedrijfsactiviteiten aan huis in Bijlage 1;
    • 5. er geen horeca of detailhandel wordt uitgeoefend, met uitzondering van beperkte verkoop als ondergeschikte nevenactiviteit van de beroeps- of bedrijfsmatige activiteit;
    • 6. door de bedrijvigheid geen onevenredige vergroting van de verkeers- en parkeerdruk optreedt, met dien verstande dat, behoudens in- en uitladen, geen bedrijfsmatige activiteiten in het openbaar gebied rond de betreffende kleinschalige bedrijvigheid mogen plaatsvinden;
    • 7. er geen reclame wordt gemaakt aan of bij het pand, met uitzondering van een klein bord, met een maximale oppervlakte van 0,5 m2, voor de mededeling van het beroep, de openingstijden etc.
  • c. Op de voor 'Wonen' als bedoeld in lid 7.1 aangewezen gronden dient te worden voorzien in voldoende parkeergelegenheid conform de gemeentelijke parkeernorm;
  • d. Onder met de bestemming strijdig gebruik wordt verstaan het niet aanleggen en het niet in standhouden van de hagen die in Bijlage 2 Hagenkaart zijn aangegeven met:
    • 1. 'haag 1,00 m', waarvoor geldt dat de hoogte van de haag niet minder dan 0,80 m en niet meer dan 1,00 m mag bedragen (inclusief eventuele keerwandhoogte);
    • 2. 'haag 2,00 m' waarvoor geldt dat de hoogte van de haag niet minder dan 1,00 m en niet meer dan 2,00 m mag bedragen (inclusief eventuele keerwandhoogte).

4.5 Afwijken van de gebruiksregels
4.5.1 Nevenfuncties bij woningen

Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 7.1 ten behoeve van het toestaan van een recreatiewoning, kleinschalige horeca en bed en breakfast, als nevenactiviteiten bij woningen met inachtneming van het volgende:

  • a. de activiteiten dienen milieuhygiënisch inpasbaar te zijn;
  • b. er mogen geen onevenredige beperkingen voor omliggende, bestaande agrarische bedrijven optreden (dit betreft zowel de bestaande bedrijfsvoering als de uitbreiding- en ontwikkelingsmogelijkheden);
  • c. bestaande landschappelijke, cultuurhistorische- en natuurwaarden in de directe omgeving mogen niet onevenredig worden aangetast;
  • d. de aanvrager dient aan de hand van een schriftelijk advies van een deskundige inzake cultuurhistorie en landschap aan te tonen dat aan het gestelde onder b van dit lid wordt voldaan;
  • e. er mag geen sprake zijn van een onevenredige vergroting van de publiek- en/of verkeersaantrekkende werking;
  • f. voor het parkeren dient te worden voorzien in voldoende parkeergelegenheid conform de gemeentelijke parkeernorm;
  • g. het oprichten van lichtmasten, lichtbakken en andere bouwwerken ten behoeve van reclameborden en/of neonreclame is niet toegestaan;
  • h. per activiteit mag maximaal 50 m2 netto vloeroppervlak van een bestaand gebouw in gebruik worden genomen;
  • i. bij een combinatie van activiteiten mag het gezamenlijk netto vloeroppervlak eveneens niet meer bedragen dan 50 m2;
  • j. de aanvrager dient aan de hand van een door een deskundige op te stellen advies aan te tonen dat wordt voldaan aan het bepaalde in dit lid.

Hoofdstuk 3 Overgangs- en slotregels

Artikel 5 Slotregel

Dit plan kan worden aangehaald onder de naam Wijzigingsplan Molenschotterrein van de gemeente Soest.