direct naar inhoud van Artikel 7 Bedrijf - Agrarische dienstverlening
Plan: Buitengebied Bunnik 2011
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0312.bpBNKbuitenge2011-va01

Artikel 7 Bedrijf - Agrarische dienstverlening

7.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Bedrijf - Agrarische dienstverlening' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. agrarische dienstverlening, mits deze bedrijven, gezien de gevolgen daarvan voor de omgeving, redelijkerwijs kunnen worden gelijkgesteld met bedrijven die overeenkomen met ten hoogste categorie 3.1 van de bij deze regels behorende Staat van bedrijfsactiviteiten;
  • b. grondgebonden agrarische bedrijvigheid in de vorm van een sedumteeltbedrijf, alsmede een bedrijf dat zich richt op het produceren van vegetatiematten en overige materialen t.b.v. groene daken en gevels;
  • c. op- en overslag van hulp- en grondstoffen ten behoeve van agrarische dienstverlening en een sedumteeltbedrijf, alsmede ten behoeve van een bedrijf dat zich richt op het produceren van vegetatiematten en overige materialen t.b.v. groene daken en gevels;
  • d. wegen met bijbehorende paden en bermen;
  • e. tuinen en groen-, parkeer- en overige voorzieningen, zoals nutsvoorzieningen;
  • f. waterberging;

met dien verstande dat:

  • g. een bedrijfswoning niet is toegestaan.
7.2 Bouwregels

Voor het bouwen gelden de volgende regels:

7.2.1 Bedrijfsgebouwen:
  • a. de gezamenlijke oppervlakte van bedrijfsgebouwen, mag per bedrijf niet meer dan 5.000 m² bedragen, met dien verstande dat:
    • 1. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - gebouwen', maximaal de bestaande oppervlakte respectievelijk inhoud aan gebouwen is toegestaan;
    • 2. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - burgweg', de gezamenlijke oppervlakte van bedrijfsgebouwen niet meer dan 3.500 m² mag bedragen.
  • b. per bedrijfsvestiging mag niet meer dan 50% van de totale bedrijfsvloeroppervlakte voor bedrijfsgebonden kantoorruimte worden aangewend;
  • c. de afstand van een gebouw tot de zijdelingse perceelsgrens mag niet minder bedragen dan 2,5 meter;
  • d. de afstand van een gebouw tot de bestemming 'Bos' mag niet minder bedragen dan 5 meter.
  • e. de goothoogte van bedrijfsgebouwen mag niet meer bedragen dan 7 meter;
  • f. de bouwhoogte van bedrijfsgebouwen mag niet meer bedragen dan 9 meter.

7.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde:
  • a. een buitenrijbaan is uitsluitend met een afwijking toegestaan, zoals genoemd in Artikel 31 onder i;
  • b. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde mag niet meer bedragen dan hierna is aangegeven:
Bouwwerken, geen gebouwen   Bouwhoogte in meters  
erf- of perceelafscheidingen op ten minste 1 meter achter de voorgevelrooilijn   2  
overige erf- of perceelafscheidingen   1  
overkappingen   5  
overige bouwwerken, geen gebouw zijnde   4  
7.3 Afwijken van de bouwregels

7.3.1 Extra bedrijfsgebouwen:

Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van de bouwregels in lid 7.2.1 onder a, voor 1.500 m² extra bedrijfsgebouwen, mits:

  • a. de noodzaak voor een doelmatige (agrarische) bedrijfsvoering is aangetoond en een (agrarisch) deskundige hieromtrent heeft geadviseerd;
  • b. uit een erfinrichtingsplan blijkt dat sprake is van een zorgvuldige landschappelijke inpassing, waarbij de bebouwing landschappelijk wordt ingepast met beplanting die eigen is aan het landschapstype ter plaatse;
  • c. er geen onevenredige hinder en/of belemmeringen ontstaan voor omliggende bedrijven.

7.3.2 Bedrijfswoningen:

Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 7.1 voor het toestaan van één bedrijfswoning per bedrijf, met een maximum van vier bedrijfswoningen in het totale bestemmingsvlak Bedrijf - Agrarische dienstverlening, mits:

  • a. aannemelijk is dat het bedrijf op de te verlaten locatie beëindigd wordt;
  • b. de inhoud van de bedrijfswoning niet meer bedraagt dan 600 m3, exclusief aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen;
  • c. de goothoogte en bouwhoogte van de bedrijfswoning niet meer bedraagt dan 6 meter, respectievelijk 10 meter;
  • d. de gezamenlijke oppervlakte van bij eenzelfde bedrijfswoning behorende aan- en uitbouwen en bijgebouwen niet meer bedraagt dan 70 m²;
  • e. de goothoogte van aan- en uitbouwen en bijgebouwen niet meer dan 3 meter bedraagt en de bouwhoogte niet meer dan 6 meter;
  • f. vast staat dat binnen hetzelfde bestemmingsvlak ten minste één ander gebouw ten behoeve van het betreffende bedrijf is gebouwd;
  • g. op geen van de gevels van de woning mag, bij voltooiing, de geluidsbelasting vanwege een weg de ter plaatse toegestane grenswaarde krachtens de Wet geluidhinder overschrijden, of voor zover die de voorkeursgrenswaarde wel overschrijden, daarvoor een ontheffing kan worden verleend;
  • h. er geen onevenredige hinder en/of belemmeringen ontstaan voor omliggende bedrijven.
7.4 Specifieke gebruiksregels

Voor het gebruik gelden de volgende regels:

7.4.1 Strijdig gebruik:

De voor 'Bedrijf - Agrarische dienstverlening' aangewezen gronden mogen niet worden gebruikt voor:

  • a. (detail)handels- en overslagbedrijven, veetransportbedrijven, veehandelsbedrijven en grondverzetbedrijven;
  • b. agrarische bedrijven, met dien verstande dat een sedumteeltbedrijf alsmede een bedrijf dat zich richt op het produceren van vegetatiematten en overige materialen t.b.v. groene daken en gevels wel is toegestaan;
  • c. zelfstandige kantoren;
  • d. bedrijven, die in belangrijke mate geluidhinder kunnen veroorzaken.

7.4.2 Ondergeschikte nevenactiviteiten:

Ondergeschikte nevenactiviteiten bij agrarische dienstverlening zijn toegestaan, mits:

  • a. de activiteiten gericht zijn op het leveren van goederen en/of het verlenen van diensten aan aan landbouw gelieerde bedrijvigheid of aan de sector grond-, wegen-, water-, en woningbouw, en;
  • b. de activiteiten onder ten hoogste milieucategorie 3.1 van de bij deze regels behorende Staat van bedrijfsactiviteiten vallen;
  • c. uit een accountantsverklaring en het bedrijfsplan blijkt dat de nevenactiviteiten maximaal 30% van de totale werkzaamheden en inkomen uit het bedrijf bedragen;
  • d. de nevenactiviteit in bestaande gebouwen plaatsvindt, tot een maximale oppervlakte van 25% van die gebouwen, waarbij de gezamenlijke oppervlakte in elk geval niet meer dan 250 m² mag bedragen.
7.5 Afwijken van de gebruiksregels

Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van lid 7.1 voor het toestaan van het gebruik als kwekerij en weiden, mits:

  • a. dat gebruik het meest doelmatige gebruik van de grond beoogt;
  • b. dat gebruik niet leidt tot uitbreiding van de bebouwing;
  • c. de in deze bestemming aangewezen gronden voor tenminste 75% in gebruik blijven voor agrarische dienstverlening, en
  • d. dat gebruik bijdraagt aan de versterking van het groene karakter van het terrein.