Partiële herziening Centraal Stadsgebied-Noord

5.4 Bedrijven- en milieuzonering

Om tot een ruimtelijk relevante toetsing van bedrijfsvestigingen op milieuhygiënische aspecten te komen wordt het begrip milieuzonering gehanteerd. De milieuzonering zorgt voor een voldoende afstand tussen milieubelastende activiteiten (zoals bedrijven) en milieugevoelige functies (zoals woningen) in ruimtelijke plannen.

5.4.1 Inrichting Wet milieubeheer

Sinds 1 januari 2008 is het Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer van kracht, kortweg het Activiteitenbesluit genoemd. Met de invoering van dit besluit wordt de systematiek gehanteerd dat alle inrichtingen (die voldoen aan de minimale omvangeisen) onder dit besluit vallen met uitzondering van die inrichtingen die zijn opgenomen in bijlage 1 van het Activiteitenbesluit. Wanneer een inrichting in bijlage 1 is opgenomen is een vergunning ingevolge de Wet milieubeheer (milieuvergunning) vereist.

5.4.2 Nota Stankbeleid

Het algemene stankbeleid is door het Ministerie van VROM beschreven in de Herziene Nota Stankbeleid en in aanvulling daarop in de Brief rijksbeleid geur (opgenomen in de NeR). Het algemene uitgangspunt van het geurbeleid is het zoveel mogelijk beperken van geurhinder en het voorkomen van nieuwe hinder. Dit uitgangspunt vormt samen met het toepassen van Beste Beschikbare Technieken (BBT) de kern van het geurbeleid.

Onderdeel van het geurbeleid is dat de lokale overheden de uiteindelijke lokale afweging moeten maken zodat zij rekening kunnen houden met alle relevante belangen om tot een duurzame kwaliteit van de leefomgeving te komen.

Het geurbeleid bestaat uit de volgende beleidslijnen:

• als er geen hinder is, zijn maatregelen niet nodig;
• als er wel hinder is, worden maatregelen op basis van BBT afgeleid;
• voor bepaalde branches is het hinderniveau bepaald en in een bijzondere regeling vastgelegd;
• de mate van hinder die nog acceptabel is, wordt vastgesteld door het bevoegd gezag;
• het landelijk geurbeleid is opgenomen in de NeR (Nederlandse emissierichtlijn lucht). De NeR wordt wel beschouwd als een belangrijke richtlijn met betrekking tot emissies aar de lucht. Het heeft echter geen wettelijke status.

5.4.3 Bedrijven- en milieuzonering in relatie tot het plangebied

Met betrekking tot het plangebied is de volgende informatie van belang:

• 1. Er is 1 vergunningplichtige inrichting. Voor dit bedrijf gelden naast de voorschriften uit de milieuvergunning, een beperkt aantal voorschriften uit het Activiteitenbesluit en de voorschriften uit het Besluit LPG tankstations milieubeheer (Besluit LPG);
• 2. De overige inrichtingen zijn niet vergunningplichtig en voor deze inrichtingen gelden alleen de voorschriften uit het Activiteitenbesluit.

Ad 1. De vergunningplichtige inrichting is het garagebedrijf Serva met LPG verkoop. Deze inrichting bevindt zich aan de Amsterdamseweg 7-9-11 op ca. 250 meter van de locatie Oppidium. De afstand tussen Serva en Oppidium is zodanig dat het Oppidium geen beperking vormt voor de milieuruimte van Serva en daarnaast is niet te verwachten dat het Oppodium overlast ondervindt van Serva.

Ad 2. Over het algemeen zijn de bedrijfsactiviteiten van de overige inrichtingen (detailhandel, kantoren, scholen en horeca) zeer beperkt tot beperkt milieubelastend. De inrichtingen waar sprake zou kunnen zijn van enige milieubelasting zijn de bedrijven Sara Lee aan de Brabantsestraat 17 en het Schakel- en transformatorstation aan de Groningerweg ongen.

Sara Lee

Het bedrijf Sara Lee produceert tandpasta en is met name milieubelastend m.b.t geur en geluid. De handreiking 'Bedrijven en milieuzonering' (editie 2009) (hierna het groene boekje) geeft per type bedrijf een richtafstand, die bij voorkeur dient te worden aangehouden tussen milieuhinderlijke bedrijven en gevoelige bestemmingen, waaronder woningen. Voor Sara Lee zijn de relevante gegevens in onderstaande tabel gegeven.

Tabel 1: Categorie-indeling Sara Lee

SBI

Nr.

Omschrijving

Afstanden in meters

mc

Indices

geur

stof

geluid

gevaar

grootste

verkeer

visueel

bodem

lucht

2041

Zeep- was en reinigingsmiddelenfabrieken

300

100

200C

100R

300

4.2

3G

2

B

Volgens het groene boekje geldt in dit geval derhalve een minimaal aan te houden richtafstand van 300 meter tot woningen m.b.t. geur en 200 meter tot woningen m.b.t. geluid. Deze richtafstand en zijn indicatief.

Van deze richtafstanden kan worden afgeweken als uit de feitelijke benodigde milieuruimte voor Sara Lee blijkt dat het bedrijf niet wordt beperkt in zijn bedrijfsvoering en dat tegelijkertijd bij gevoelige bestemmingen het leefklimaat kan worden gegarandeerd. Een dergelijke toets is voor Sara Lee al eerder uitgevoerd met betrekking tot het plaatsen van de studentenwoningen op circa 150 meter van Sara Lee. Uit deze toets is gebleken het milieuaspect geur geen belemmering vormt tot een positieve bestemming voor de studentenwoningen omdat er sprake is van een aanvaardbaar woon- en leefklimaat.

Geur

In de milieuvergunning van Sara Lee (verleend op 11 februari 2005) waren geurnormen opgenomen. Inmiddels valt Sara Lee onder het Activiteitenbesluit en in dit besluit zijn geen grenswaarden opgenomen voor geur. Wel is het mogelijk om op basis van afdeling 2.1 (Zorgplicht) van het Activiteitenbesluit maatwerkvoorschriften aan Sara Lee op te leggen voor geur.

Er zijn geen geurklachten over Sara Lee bekend. Door het ontbreken van dergelijke klachten zijn de geurnormen uit de milieuvergunning van Sara Lee niet omgezet in maatwerkvoorschriften op basis van het Activiteitenbesluit. Het is aannemelijk dat het Oppidium geen geuroverlast gaat ondervinden van Sara Lee.

Geluid

De geluidemissie van Sare Lee is bepaald middels een akoestisch onderzoek en de geluidgrenswaarden voor Sare Lee zijn vastgelegd in maatwerkvoorschriften in het kader van het Activiteitenbesluit. Geluidoverlast als gevolg van het inwerking zijn van Sara Lee is niet te verwachten i.v.m. de afschermende werking van de Hogeschool Utrecht en de afstand tussen Sara Lee (erfgrens) en het Oppidium van ca 120m.

NB: Inmiddels is het bedrijf Sara Lee niet meer op deze locatie gevestigd en feitelijk niet meer in gebruik.

Stedin Schakel en transformator station.

Ten noordwesten van de locatie Oppidium bevindt zicht een schakel- en transformatorstation (trafogebouw). Een transformator emitteert laag frequent geluid. In het verleden zijn daar klachten over geweest. Door te gaan handhaven op de geldende geluidgrenswaarden heeft het bedrijf doeltreffende geluidwerende maatregelen getroffen. Door het realiseren van appartementen naast het trafogebouw dient wel nagegaan te worden of de geluidruimte van het trafogebouw niet beperkt wordt.

Detailhandel (supermarkten)

Bij een supermarkt of overige detailhandel speelt vaak de problematiek van geluidsoverlast als gevolg van koeling en van laden en lossen. Er dient zoveel mogelijk rekening te worden gehouden met de benodigde geluidsruimte van bedrijven om zo handhaving op geluidgrenswaarden te voorkomen. Het is aannemelijk dat initiatiefnemer hieraan kan voldoen. Nadere uitwerking hierover zal plaatsvinden bij de toetsing over de melding in het kader van het Activiteitenbesluit.

Parkeergarage

Onder het Oppidium komt een parkeergarage. Vanuit het Activiteitenbesluit geldt dat de uitlaat voor de mechanische afvoer van ventilatielucht uit de parkeergarage op een afstand ligt van minimaal 25 meter van de woningen. Hierbij is het tevens van belang om rekening te houden met de hoogte van de aanvoer en de afvoer van ventilatielucht (aanvoer laag gelegen, afvoer hoog gelegen). Daarnaast dient rekening gehouden te worden met de geluidemissie van de ventilatoren. Het is aannemelijk dat initiatiefnemer hieraan kan voldoen. Nadere uitwerking hierover zal plaatsvinden bij de toetsing over de melding in het kader van het Activiteitenbesluit.

Leisure en zaalverhuur

In het bestemmingsplan wordt binnen de gemengde bestemming voor het Oppidium de functies "Leisure" en "Zaalverhuur" toegestaan. Onderzocht is hoe deze functies zich qua akoestiek verhouden tot de toegelaten woningen binnen deze bestemming. In het onderzoek "Akoestisch onderzoek extra voorzieningen Congreszaal d.d 22 juni 2012" (bijgevoegd als bijlage) en het onderzoek "Toelaatbare activiteiten in zaal Oppidium d.d. 15 november 2012, ref nr. 20120220.B20121115 door SPA" (bijgevoegd als bijlage) is dit onderzocht. Daaruit wordt geconcludeerd dat de in de begripsbepaling van de regels toegelaten functies "Leisure" en "Zaalverhuur" alleen mogelijk zijn indien extra akoestische maatregelen worden genomen. Deze extra maatregelen zijn als voorwaarden in de regels van dit bestemmingsplan opgenomen.