direct naar inhoud van 4.2 Uitgangspunten verblijfsrecreatieterreinen
Plan: RECREATIETERREINEN 2010
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0302.BP01052-vg02

4.2 Uitgangspunten verblijfsrecreatieterreinen

De terreinen hebben afhankelijk van de aard van het terrein de bestemming 'Recreatie – Bungalowpark”, “Recreatie – Kampeerterrein” of “Recreatie – Gemengd terrein” gekregen. Het gaat om de terreinen die al bestonden, bestemd waren in het geldende bestemmingsplan en/of legaal tot stand zijn gekomen. Eventuele gewenste uitbreidingen zijn niet meegenomen, deze uitbreidingen die plaatsvinden in het kader van het Krimp&Groei-beleid worden in aparte bestemmingsplannen geregeld. Reden hiervoor is dat de plannen aan vele aspecten, zoals het natuurbeleid en de hectareboekhouding voor Groei en Krimp, moeten worden getoetst.

Parkeervoorzieningen, ontsluitingen, groenvoorzieningen, de landschappelijke en natuurlijke waarden zijn medebestemd. Deze voorzieningen en waarden maken integraal deel uit van het kampeerterrein. Dagrecreatieve voorzieningen op het kampeerterrein zoals een horecagelegenheid, detailhandel en andere dienstverlening die ondergeschikt zijn (ondersteunend zijn, ten dienste staan van het kampeerterrein) zijn toegestaan. In het kader van een goede landschappelijke inpassing worden de aanwezige groenstroken bestemd als `Groen´. Binnen deze groenstroken mag geen bebouwing worden opgericht.

In het bestemmingsplan is geregeld dat toeristische plaatsen en stacaravans met elkaar mogen worden uitgewisseld. Omdat het aantal toegestane stacaravans niet is vastgelegd kunnen stacaravans en toeristische kampeermiddelen worden uitgewisseld. Dit was op grond van de kampeerverordening overigens ook al in het geldende plan toegestaan. Een groot verschil met het geldende plan is dat het aantal kampeerplaatsen niet is gelimiteerd.

Het aantal recreatiewoningen is vastgelegd op het bestaande aantal. Als gevolg van het provinciale beleid zijn namelijk geen nieuwe recreatiewoningen toegestaan tenzij er uitgebreid onderzoek plaatsvindt naar de planologische restcapaciteit en mits het past in het Krimp&Groeibeleid. De gemeente Nunspeet zal daarom voordat ze nieuwe recreatiewoningen toestaat een uitgebreide belangenafweging uitvoeren waarin aspecten als de centrale verhuur, de marktvraag en de natuurtoets een belangrijke rol spelen.

Op een aantal terreinen staan groepsaccommodaties. Deze bestaande groepsaccommodaties zijn op de verbeelding aangeduid met de functieaanduiding “specifieke vorm van recreatie – groepsaccommodatie”. Het aantal toegestane groepsaccommodaties is per terrein in de planregels benoemd. De maximale grootte van een groepsaccommodatie staat in de planregels vermeld en de locatie waar dit is toegestaan is op de verbeelding aangegeven.

Bij een verblijfsrecreatief bedrijf is in principe 1 bedrijfswoning toegestaan. De bedrijfswoning is nodig om toezicht te kunnen houden op het terrein en in noodsituaties snel in te kunnen grijpen. De bedrijfswoning mag maximaal 120 m2 groot zijn.

Als er een afwijkend aantal bedrijfswoningen aanwezig is (bijvoorbeeld twee of geen) is dit op de verbeelding aangegeven met de aanduiding “aantal bedrijfswoningen”. Bij een bedrijfswoning zijn bijbehorende bouwwerken (berging, garage) tot een maximale oppervlakte van 75 m2toegestaan. Het bestemmingsplan biedt geen mogelijkheden voor het realiseren van nieuwe of tweede bedrijfswoningen.

Bij uitbreiding van recreatieterreinen is bedrijfsmatige exploitatie verplicht.