direct naar inhoud van Artikel 3 Centrum
Plan: Stationslaan Oost Bestemmingsplan Centrum
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0302.BP01031-vg02

Artikel 3 Centrum

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Centrum' aangewezen gronden zijn primair bestemd voor:

uitsluitend op en onder de begane grond verdieping voor:

  • a. dienstverlening;
  • b. maatschappelijke voorzieningen;
  • c. kantoren;
  • d. gemeenschappelijke ruimten;

en voor

  • e. wonen, uitsluitend op de verdiepingen, met dien verstande dat woningen die op het moment van inwerkingtreding van het bestemmingsplan op of onder de begane grond zijn gesitueerd, de woonfunctie mogen voortzetten;
  • f. een sportcentrum ten behoeve van fitnessvoorzieningen, kleinschalige sportieve functies en sauna's, ter plaatse van de aanduiding 'sport';

met dien verstande dat:

  • g. ter plaatse van de aanduiding 'wonen uitgesloten' het wonen niet is toegestaan;
  • h. ter plaatse van de aanduiding 'opslag' uitsluitend opslagdoeleinden zijn toegestaan, met uitzondering van de opslag van gevaarlijke stoffen;

met bij een en ander behorende gebouwen en voorzieningen zoals tuinen, parkeervoorzieningen en waterhuishoudkundige voorzieningen en bij een en ander behorende bouwwerken geen gebouwen zijnde zoals palen, masten, verkeers-, reclame- en andere tekens en terreinafscheidingen.

3.2 Bouwregels
3.2.1

Op en in de gronden als bedoeld in artikel 3.1, mag uitsluitend bij de bestemming behorende bebouwing worden gebouwd .

3.2.2

Voor het bouwen van bouwwerken als bedoeld in artikel 3.2.1 gelden de volgende eisen:

  • a. gebouwen mogen uitsluitend binnen het bouwvlak worden gebouwd, met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - balkons' buiten het bouwvlak balkons zijn toegestaan;
  • b. het bebouwingspercentage van het bouwvlak mag niet meer bedragen dan het ter plaatse van de aanduiding 'maximum bebouwingspercentage' aangegeven percentage;
  • c. het aantal woningen mag maximaal 7 bedragen;
  • d. de goot- en bouwhoogte van gebouwen mogen niet meer bedragen dan de ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte' aangegeven goothoogte respectievelijk bouwhoogte, behoudens bijgebouwen, waarvan de goothoogte niet meer dan 3 m en de bouwhoogte niet meer dan 5 m mag bedragen;
  • e. de bouwhoogte van bouwwerken geen gebouwen zijnde mag niet meer bedragen dan daarbij hierna is aangegeven:

Bouwwerken geen gebouwen zijnde   maximale bouwhoogte  
palen, masten en reclame- en andere tekens:   9 m  
luifels en andere overkappingen met een open constructie:   3 m  
erf- en terreinafscheidingen vóór de voorgevel van een bedrijfswoning:   1 m  
overige erf- en terreinafscheidingen en overige bouwwerken geen gebouwen zijnde:   2 m