Buitengebied

Artikel 19 Verkeer - Verblijfsgebied

19.1 Bestemmingsomschrijving

19.1.1 Algemene bestemmingsomschrijving

De voor 'Verkeer - Verblijfsgebied' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

• a. woonstraten;
• b. voet- en rijwielpaden;
• c. groenvoorzieningen;
• d. parkeervoorzieningen;
• e. garageboxen, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'garage';
• f. speelvoorzieningen
• g. nutsvoorzieningen;
• h. waterhuishoudkundige doeleinden, waterberging en waterlopen;

en in beperkte mate voor:

• i. tuinen, erven en terreinen;

met de daarbij behorende:

• j. gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde.

een en ander met bijbehorende voorzieningen en overeenkomstig de in 19.1.2. opgenomen nadere detaillering van de bestemmingsomschrijving.

19.1.2 Nadere detaillering van de bestemmingsomschrijving

In het onderstaande is een nadere detaillering opgenomen van het bepaalde in 19.1.1:

a Waterhuishoudkundige doeleinden

De gronden binnen een strook van 4 m aan weerszijden vanaf de insteek van de als zodanig met Water bestemde watergangen zijn tevens bestemd voor waterhuishoudkundige doeleinden.

19.2 Bouwregels

19.2.1 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt dat de bouwhoogte van deze bouwwerken, anders dan rechtstreeks ten behoeve van de geleiding, beveiliging en regeling van het verkeer, niet meer mag bedragen dan 5 m.

19.2.2 Garageboxen

In afwijking van het voorgaande gelden ter plaatse van de aanduiding 'garage' de volgende bepalingen:

• a. per woonwagenstandplaats, opgenomen in de bestemming 'Wonen - Woonwagenstandplaats', is maximaal één gebouw toegestaan, en uitsluitend ten behoeve van een garagebox en/of berging;
• b. de bouwhoogte bedraagt niet meer dan 3,5 m;
• c. de bebouwde oppervlakte per gebouw bedraagt niet meer dan 16,5 m2;
• d. de bouwhoogte van bouwwerken geen gebouwen zijn bedraagt maximaal 2,5 m, met dien verstande dat de bouwhoogte voor erf- en terreinafscheidingen voor de naar de weg gekeerde gevel niet meer dan 1 m mag bedragen;
• e. de bouwhoogte van verlichtingsmasten bedraagt niet meer dan 6;
• f. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde bedraagt niet meer dan 2 m.

19.3 Specifieke gebruiksregels

Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming wordt in ieder geval gerekend:

• a. opslag of het laten opslaan van bagger en grondspecie;
• b. opslag of het laten opslaan van vaten, kisten, al dan niet voor gebruik geschikte werktuigen en machines of onderdelen daarvan, (bouw)materialen, afval, puin, grind of brandstoffen;
• c. het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van prostitutiedoeleinden, seksinrichtingen en escortbedrijven.