6.1 Opzet
De planregels zijn als volgt opgebouwd.
- In hoofdstuk 1 komen de Inleidende regels aan bod. Het betreft hier de Begrippen en de Wijze van meten.
- In hoofdstuk 2 Bestemmingsregels zijn de regels, behorende bij de verschillende bestemmingen, opgenomen. Per hoofdfunctie (agrarisch, wonen, bedrijf en dergelijke) is een bestemmingsregeling opgenomen, bestaande uit:
-
1. bestemmingsomschrijving: waarvoor mogen de gebouwen en gronden worden gebruikt;
-
2. bouwregels: een beschrijving van de toelaatbare bouwwerken;
- en indien van toepassing:
-
1. nadere eisen: de nadere eisen die aan het bouwen gesteld worden;
-
2. afwijken van de bouwregels: bevoegdheid van het bevoegd gezag;
-
3. specifieke gebruiksregels: verbod op bepaald gebruik van gronden;
-
4. afwijken van de gebruiksregels: bevoegdheid van het bevoegd gezag;
-
5. omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden;
-
6. wijzigingsbevoegdheden: mogelijkheden om het bestemmingsplan te wijzigen.
- Hoofdstuk 3 Algemene regels, bevat verschillende algemene bepalingen die van toepassing zijn op elke bestemming uit hoofdstuk 2.
- Tot slot zijn de Overgangs- en slotregels opgenomen in hoofdstuk 4.