direct naar inhoud van Artikel 25 Wonen - Landhuis
Plan: Buitengebied
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0285.20100-VS00

Artikel 25 Wonen - Landhuis

25.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Wonen - Landhuis' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. (aanzienlijke) woningen of buitenverblijven binnen gronden met een parkachtige aanleg;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'horeca': tevens horeca tot en met categorie 1b van de Staat van Horeca-activiteiten;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'kantoor': tevens een kantoorfunctie;
  • d. aan-huis-verbonden beroepen en/of aan-huis-verbonden bedrijven welke zijn genoemd in categorie 1 en 2 van de bij dit plan behorende 'standaard Staat van Bedrijfsactiviteiten', met dien verstande dat:
    • 1. maximaal 100 m2 aan bebouwing mag worden gebruikt;
    • 2. activiteiten uit kolom 1 van bijlagen C en D van het Besluit milieueffectrapportage niet zijn toegestaan in de gevallen zoals genoemd in kolom 2 van de desbetreffende bijlage;
    • 3. de opslag van risicovolle onderdelen niet is toegestaan;
    • 4. de activiteit niet leidt tot belemmeringen voor de omliggende functies;
    • 5. de activiteit geen nadelige invloed heeft op de normale afwikkeling van het verkeer;
    • 6. ten behoeve van de activiteit wordt voorzien in voldoende parkeergelegenheid op eigen terrein;
  • e. bed & breakfast, uitsluitend in een bedrijfswoning en/of bijgebouwen, met dien verstande dat:
    • 1. maximaal 3 kamers per bouwperceel mogen worden gebruikt met een maximum van 8 slaapplaatsen;
    • 2. de activiteit geen nadelige invloed heeft op de normale afwikkeling van het verkeer;
    • 3. ten behoeve van de activiteit wordt voorzien in voldoende parkeergelegenheid op eigen terrein;
  • f. nevenfuncties op het gebied van recreatie, verkoop van lokaal geproduceerde producten, dienstverlening, maatschappelijke functies, horeca tot en met categorie 1a van de Staat van Horeca-activiteiten en duurzame energiewinning met dien verstande dat:
    • 1. de activiteit niet leidt tot belemmeringen voor de omliggende functies;
    • 2. de activiteit geen nadelige invloed heeft op de normale afwikkeling van het verkeer;
    • 3. ten behoeve van de activiteit wordt voorzien in voldoende parkeergelegenheid op eigen terrein en binnen het bouwvlak;
    • 4. buitenopslag niet is toegestaan;
  • g. recreatief medegebruik;
  • h. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals groen, tuin, erven, paden, verhardingen, water en parkeerplaatsen.

25.2 Bouwregels

Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:

25.2.1 Gebouwen
  • a. gebouwen worden binnen het bouwvlak gebouwd;
  • b. per bouwvlak is maximaal 1 woning toegestaan tenzij anders is aangegeven door middel van de aanduiding 'maximum aantal wooneenheden';
  • c. overigens geldt het volgende:

  max. inhoud/oppervlak   max. goothoogte   max.
bouwhoogte  
woningen   bestaand   bestaand   bestaand  
bijgebouwen   bestaand   4,5 m   8 m  

25.2.2 Andere bouwwerken
  • a. andere bouwwerken met uitzondering van erf- en terreinafscheiding worden binnen het bouwvlak gebouwd;
  • b. de bouwhoogte van andere bouwwerken bedraagt ten hoogste 5 m.

25.3 Afwijken van de bouwregels
25.3.1 Nevenfuncties

Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van lid 25.2.1 om de oppervlakte aan bijgebouwen te vergroten, met inachtneming van de volgende regels:

  • a. de oppervlakte van bijgebouwen mag met ten hoogste 25% worden vergroot;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'bijgebouwen' mag in afwijking van het bepaalde onder a de oppervlakte van bijgebouwen met ten hoogste 100% worden vergroot;
  • c. de bestaande natuur- en cultuurhistorische waarden mogen niet onevenredig worden aangetast.

25.3.2 Huisvesting meerdere huishoudens

Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van lid 25.2.1 onder b ten behoeve van de huisvesting van meerdere huishoudens (appartementen) in het landhuis of daarbijbehorende oorspronkelijke stallen, met inachtneming van de volgende regels:

  • a. er dient een evenredige belangenafweging plaats te vinden waarbij betrokken wordt de mate waarin de belangen van de gebruikers en/of eigenaren van de omliggende gronden en/of nabijgelegen agrarische bedrijven, alsmede de waarden en functies van de gronden die het plan beoogt te beschermen, door de verandering worden geschaad;
  • b. de cultuurhistorische waarden dienen behouden te blijven.

25.4 Specifieke gebruiksregels

Met betrekking tot het gebruik van gronden en bouwwerken geldt de volgende regel:

  • a. de oppervlakte gebouwen in gebruik voor de kantoorfunctie ter plaatse van de aanduiding 'kantoor' bedraagt maximaal 480 m²;
  • b. de totale oppervlakte aan bebouwing in gebruik voor nevenfuncties bedraagt ten hoogste 100 m².

25.5 Afwijken van gebruiksregels
25.5.1 Nevenfuncties

Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van lid 25.1 om de oppervlakte aan bebouwing voor nevenfuncties te vergroten, met inachtneming van de volgende regels:

  • a. het maximum oppervlak in gebruik voor de nevenfunctie bedraagt 350 m²;
  • b. in afwijking van het bepaalde onder b geldt dat het maximum oppervlak in gebruik voor de nevenfuncties caravan- en botenstalling, paardenhouderij in de vorm van pensionstalling, africhtingsstal of manegeactiviteiten of biomassavergisting en compostering ten hoogste 1.000 m² bedraagt;
  • c. nieuwbouw ten behoeve van de nevenfunctie caravan- en botenstalling is niet toegestaan;
  • d. de verkeersaantrekkende werking van nevenfuncties staat in verhouding tot de capaciteit van de betrokken wegen;
  • e. de omliggende bedrijven mogen door de nevenfunctie niet onevenredig in hun bedrijfsvoering worden beperkt.

25.5.2 Nevenfunctie kleinschalig kamperen

Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van lid 25.4.1 om kleinschalig kamperen toe te staan, met inachtneming van de volgende regels:

  • a. kampeermiddelen zijn uitsluitend toegestaan in het zomerseizoen;
  • b. stacaravans ten behoeve van het kamperen zijn niet toegestaan;
  • c. het aantal kampeermiddelen bedraagt ten hoogste 25;
  • d. kampeermiddelen zijn tevens buiten het bouwvlak, mits aansluitend aan het bouwvlak toegestaan;
  • e. de bestaande landschappelijke, natuurlijke en/of cultuurhistorische waarden mogen niet onevenredig worden aangetast.

25.6 Wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders kunnen ter behoud van de cultuurhistorische en landschappelijke waarden en de uiterlijke verschijningsvorm van het landhuis, de bestemming Wonen - Landhuis wijzigen ten behoeve van sociale, culturele, kunstzinnige, medische, therapeutische, algemeen maatschappelijke functies, horeca tot en met categorie 1b van de Staat van Horeca-activiteiten en/of kantoren, met inachtneming van het volgende:

  • a. er dient een evenredige belangenafweging plaats te vinden waarbij betrokken wordt de mate waarin de belangen van de gebruikers en/of eigenaren van de omliggende gronden en/of nabijgelegen agrarische bedrijven alsmede de waarden en functies van de gronden die het plan beoogt te beschermen door de gebruiksverandering worden geschaad;
  • b. de vervolgfunctie dient milieuhygiënisch inpasbaar te zijn;
  • c. de maatvoeringen zoals opgenomen in lid 25.2 zijn overeenkomstig van toepassing;
  • d. het aantal woningen mag niet toenemen;
  • e. de bestaande landschappelijke, natuurlijke en/of cultuurhistorische waarden mogen niet onevenredig worden aangetast.