direct naar inhoud van 2.2 Ruimtelijke structuur
Plan: Bedrijventerrein 2
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0267.BP0013-0003

2.2 Ruimtelijke structuur

Het plangebied bestaat feitelijk uit 3 deelgebieden, te weten:

  • Hogenbrink;
  • Horstbeek;
  • Overhorst.

In deze paragraaf wordt de ruimtelijke situatie van de verschillende deelgebieden afzonderlijk besproken.

2.2.1 Hogenbrink

Ontwikkelingsgeschiedenis en ruimtelijke structuur

Het deelgebied Hogenbrink beslaat het bedrijventerrein dat aan de noordoost kant van Hoevelaken ligt. Het gebied wordt aan de oostkant begrensd door de Oosterinslag met het daaraan grenzende buitengebied met natuurwaarden. Aan de noordkant wordt het bedrijventerrein begrensd door de Veenwal. Hier begint het buitengebied. Aan de westkant loopt de Hogenbrinkerweg door en langs het terrein. Verschillende bedrijven die aan de Hogebrinkerweg zijn gelegen, vormen de westgrens. De zuidkant wordt bepaald door de bedrijfsbebouwing langs de Drs. W. van Royenstraat. Hiermee is ook de opzet van het gebied geschetst: de Hogebrinkerweg als drager en verbindingsweg in noordelijke richting, en de Oosterinslag en de Drs. W. van Royenstraat als hieraan ondergeschikte straten. Tevens is er een verbinding met de rotonde in de Oosterdorpsstraat.
De bedrijven staan veelal op rechte kavels. De bedrijfspanden zijn niet gebouwd in éénzelfde stijl, maar hebben een verschillende bouwstijl die vooral gericht is op doelmatigheid. In een aantal gevallen, vooral meer recent door verbouwingen aan de Hogebrinkerweg, komt een gerichtheid op representativiteit voor.
De bebouwing kent een vrij hoog bebouwingpercentage, waarmee een volle indruk ontstaat. Wel ligt de bebouwing op enige afstand van de weg. In deze ruimte zijn groenvoorzieningen en parkeerplaatsen opgenomen. Het profiel van de Hogebrinkerweg kent een bomenrij en een voetpad. Langs de oostelijke rand van het bedrijventerrein ligt een groenstrook maar op het bedrijventerrein is verder geen sprake van een aangelegde groen- of waterstructuur.

Bebouwingskenmerken

De bedrijfsbebouwing telt doorgaans één tot twee bouwlagen en heeft veelal een plat dak. De op het terrein gelegen, (bedrijfs)woningen bestaan veelal uit één of twee bouwlagen met een kap.
Op enkele plaatsen zijn nieuwe invullingen gerealiseerd, die wat betreft maatvoering zijn aangepast aan de schaal van de omgeving. De verbouwingen hebben niet tot een verstoring van de schaal geleid, maar meer tot een verfijning.
De bedrijfsbebouwing is afwisselend bekleed met (profiel) beplating of geheel uit baksteen opgetrokken. De met platen bekleedde bedrijfsloodsen zijn vaak nog voorzien van baksteen plinten. De (bedrijfs)woningen die in het gebied voorkomen zijn uit baksteen opgetrokken en hebben met dakpannen bekleedde daken.

Voor de gevelbekleding is gekozen voor terughoudend kleurgebruik en komen matte kleuren zoals onder andere blauw, groen en gebroken wit voor. Voor de baksteen is een gedekte kleur gebruikt als rood en crème. De vernieuwingen hebben tot een meer uitgesproken kleurgebruik geleid en kennen een zorgvuldiger detaillering en materiaalgebruik, zonder te uitbundig te worden.

2.2.2 Horstbeek

Ontstaansgeschiedenis en ruimtelijke structuur

Het nieuwste bedrijventerrein van Hoevelaken is Horstbeek. Horstbeek ligt aan de zuidoostkant van Hoevelaken, tegen de Rijksweg A1 aan. Deze zichtlocatie draagt bij aan het visitekaartje van Hoevelaken. Het gebied is dan ook opgezet met een ‘gezicht’ naar de Rijksweg A1. Daarnaast heeft het bedrijventerrein een gezicht langs de lokale ontsluitingsweg de Koninginneweg. Het terrein zelf wordt ontsloten door een lusweg: De Wel. Tot het gebied behoort naast het daadwerkelijke bedrijventerrein nog een klein deel ouder bedrijventerrein aan de oostkant van de Stoutenburgerlaan. Dit is het deel bedrijventerrein dat ligt tussen de Hoevelakense beek en de Koninginneweg, aan de Bijenvlucht.

Het doel van de opzet van Horstbeek is om een bedrijventerrein met een eigen karakter (identiteit) vorm te geven. Het is herkenbaar als modern bedrijventerrein en verschilt wezenlijk van Hogenbrink en Overhorst. Dit uit zich in het aantal bouwlagen, maar vooral in de architectuur en het kleur- en materiaalgebruik.
De toegepaste architectuur is opvallend, maar nergens is een grens van te grote uitbundigheid overschreden. Dit geldt tevens voor het kleurgebruik dat wel uitgesproken is, maar daarbij niet schreeuwerig wordt.

Kenmerkend voor bedrijventerrein Horstbeek is de hoeveelheid water dat op het bedrijventerrein aanwezig is. Aan de noordzijde van Horstbeek ligt de Hoevelakense beek. Vanuit de Hoevelakense beek loopt een aftakking naar het zuiden richting de rijksweg A1. Hier is de waterpartij geintegreerd in de groenstrook die langs de A1 ligt.

Bebouwingskenmerken

De bebouwing in het plangebied bestaat uit twee of drie bouwlagen, maar in de zone langs de Rijksweg A1 zijn het vooral bouwwerken van drie of vier bouwlagen die het beeld bepalen.
In tegenstelling tot het traditionele bedrijventerrein bestaan gevels in het gebied niet uit één materiaal met een baksteen plint, maar worden in één gevel meerdere materialen en kleuren gecombineerd.
Veel voorkomend is de toepassing van een groot oppervlak baksteen gecombineerd met ongeveer een zelfde deel ander materiaal. Daarnaast zorgt toepassing van bepaalde architectuur ervoor dat gevels niet in één vlak zijn gebouwd, maar dat er verspringingen voorkomen. Voor beeldbepalende locaties en de zichtlocatie langs de Rijksweg A1 is markante architectuur toegepast, die voor herkenbaarheid zorgen. Een voorbeeld hiervan zijn de schaaldaken die zijn toegepast op een ensemble van gebouwen aan De Wel.

Ontwikkelingen en beleid

De gemeente streeft een hoge beeldkwaliteit van het bedrijventerrein Horstbeek na. Om dit te bereiken heeft het gebied een heldere en samenhangende ruimtelijke opbouw. Deze opbouw zorgt er voor dat men zich goed kan oriënteren en zich een ruimtelijke voorstelling van het gebied kan vormen. Ten tweede dient een eigen identiteit in de hoge beeldkwaliteit bij te dragen. Met eigen identiteit wordt bedoeld een herkenbare eenheid van een gebied, waarbij het als kwaliteit wordt gezien dat het gebied zich zichtbaar onderscheid van andere, gelijksoortige gebieden. Verder wordt voor de hoge beeldkwaliteit een hoge belevingswaarde nagestreefd. Hier gaat het om de visueel-ruimtelijke kwaliteit: ziet het gebouw er aantrekkelijk uit. Dit alles is vastgelegd in een beeldkwaliteitplan. Het beeldkwaliteitplan Bedrijfsterrein Horstbeek1997 is op 25 maart 1999 vastgesteld.

In de toekomst dient de groenzone tussen het bedrijventerrein en de A1 vrijgehouden te worden van bebouwing.

2.2.3 Overhorst

Ontwikkelingsgeschiedenis en ruimtelijke structuur

Het deelgebied Overhorst beslaat het bedrijven/ voorzieningenterrein dat aan de zuidwest kant van Hoevelaken ligt. Het gebied bestaat ten eerste uit het terrein Overhorst, welke aan de oostkant wordt begrensd door de Stoutenburgerlaan en aan de noordkant door de Koninginneweg. Hier sluit het aan op een woongebied van Hoevelaken. Aan de westkant ligt het buitengebied. De zuidkant wordt bepaald door een groenzone, de Beekmaten, langs de Rijksweg A1.

Het westelijke deel van het terrein Overhorst wordt ontsloten door de Zuiderinslag. In dit gedeelte is tussen de bebouwing en de wegen een (ruime) zone met beplanting aanwezig. Deze locatie is niet aan te merken als een zogenaamde zichtlocatie. Dit geldt zowel in de richting van de Rijksweg A1, als in de richting van de Koninginneweg.

Het oostelijke deel van het terrein Overhorst heeft een zelfstandige ontsluiting op de Koninginneweg. Dit deel heeft een meer open karakter naar de Koninginneweg en de Stoutenburgerlaan. In dit deel wordt de komende jaren ook het NS-station Hoevelaken aangelegd. In verband met de ontwikkeling van het station en de gewenste uitbreiding van het bedrijf Intres is hiervoor een apart bestemmingsplan en beeldkwaliteitplan opgesteld. In dit beeldkwaliteitplan wordt onder andere ingegaan op de gewenste uitstraling van dit deel van Overhorst. Op het bedrijventerrein Overhorst is reeds sprake van vernieuwing en herstructurering.

De Hoevelakense beek heeft net als op bedrijventerrein Horstbeek ook hier een belangrijke rol met het oog op de groen- en waterstructuur. De Hoevelakense beek ligt in het zuiden van Overhorst tussen de bedrijfsgebouwen en de rijksweg A1 in.

Bebouwingskenmerken

De bebouwing bestaat hoofdzakelijk uit één tot twee bouwlagen die plat afgedekt zijn. Uitzondering zijn het schoolgebouw in drie lagen en een recent kantoorgebouw eveneens in drie bouwlagen. In vergelijking met het naastgelegen bedrijventerrein Horstbeek zijn de bedrijfsgebouwen in Overhorst qua massa over het algemeen groter.

In het gebied wordt over het algemeen gebruik gemaakt van matte kleuren in tinten als crème, roodbruin en gebroken wit. De bebouwing is doorgaans opgetrokken uit baksteen al dan niet gecombineerd met beplating.

Ontwikkelingen en beleid

Aan de zuidoostkant van het bedrijfsterrein Overhorst bestaat het voornemen om een treinstation voor Hoevelaken te realiseren. Het station en de bijhorende voorzieningen zijn geprojecteerd in de gemeente Nijkerk en de gemeente Amersfoort. Beide gemeenten hebben hiervoor bestemmingsplannen in procedure gebracht. Binnen het plangebied ligt het parkeerterrein ten behoeve van dit station. Met de realisatie van het parkeerterrein is in dit kader ook voorzien in de omlegging van de Hoevelakense beek. Dit houdt in dat op terrein van het naastgelegen Intres b.v. een herschikking van bestaande planologische rechten kan plaats vinden omdat het nieuwe tracé niet langer door het terrein van Intres b.v. zal lopen maar erlangs. Hiervoor is ook een separate planologische procedure doorlopen (Overhorst 3).

Bij alle ontwikkelingen op het bedrijventerrein Overhorst is het zicht vanaf de A1 van essentieël belang. Voor dit bedrijventerrein geldt dan ook het zelfde uitgangspunt als bij Horstbeek om de groenstrook tussen de A1 en het bedrijventerrein vrij te houden van bebouwing.

Bij bedrijfsterreinen is het gebruikelijk om te beschikken over een beeldkwaliteitplan, waarin reeds criteria zijn opgenomen voor het toetsen aan redelijke eisen van welstand. Niet elk bestemmingsplan voor een bedrijfsterrein beschikt nog over een beeldkwaliteitplan. Bij de herziening van het betreffende bestemmingsplan zal dit aspect in de toekomst worden meegenomen.