Plan: | Hurwenen, herziening 2011 Wielewaallaan |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0263.BP1080-VG01 |
Een watertoets is een essentieel onderdeel van ieder ruimtelijk plan en is een instrument dat waterhuishoudkundige belangen expliciet en op evenwichtige wijze laat meewegen bij het opstellen van ruimtelijke plannen en besluiten.
Beleidskader
Het streven naar een veilig, gezond en duurzaam waterbeheer staat landelijk in de belangstelling. Relevante beleidsstukken op het gebied van water zijn het Provinciaal Waterplan van de provincie Noord-Brabant, het Waterbeheersplan 2010-2015 van Waterschap Rivierenland, het Nationaal Waterplan, WB21, het Nationaal Bestuursakkoord Water en de Europese Kaderrichtlijn Water. Belangrijkste gezamenlijke punt uit deze beleidsstukken is dat water een belangrijk sturend element is in de ruimtelijke ordening. Water legt een ruimteclaim op het (stads)landschap waaraan voldaan moet worden. De bekende driestapsstrategieën zijn leidend:
De achterliggende gedachte hierbij is dat afwenteling zoveel mogelijk moet worden voorkomen en dat de problemen zoveel mogelijk aan de bron moeten worden aangepakt. Daarnaast is de Beleidsbrief regenwater en riolering relevant. Hierin staat hoe het beste omgegaan kan worden met het (afkoppelen van) hemelwater. Ook hier gelden de drietrapsstrategieën.
Het waterschap Rivierenland heeft, naast het Integraal Waterbeheersplan 2010-2015, de nota 'Nota Rioleringsbeleid 2005'. Hierin staan normen en ambities opgenomen voor de waterkwantiteit- en kwaliteit.
Het waterschap maakt onderscheid naar het schaalniveau van de plannen. In de brochure Partners in Water staat het proces van de watertoets beschreven, zoals waterschap Rivierenland daarmee omgaat. De watertoets en de uitgangspunten daarvoor zijn gebaseerd op landelijk gemaakte afspraken en landelijke documenten, zoals de Nota Anders Omgaan met Water, het Nationaal Bestuursakkoord Water en de Landelijke Handreiking Watertoets. De watertoets is ook verankerd in de Strategienota Water op Orde van waterschap Rivierenland.
Ruimtelijke uitbreidingsplannen in stedelijk gebied met een toename van verharding kleiner dan 500 m² hebben geen compensatie voor verlies aan waterberging nodig. Bij de berekening van de wateropgave voor ontwikkelingen, groter dan 500 m², mag (conform de beleidsregels keur) de eerste 500 m² bij de berekening in mindering worden gebracht.
Huidige situatie
Bodem en grondwater
De bodem in het plangebied bestaat uit rivierkleigronden met een tamelijk grote ontwateringsdiepte (afstand tussen maaiveld en de grondwaterspiegel). De gemiddeld hoogste grondwaterstand is circa 0,6 m-mv gelegen. De gemiddeld laagste grondwaterstand ligt circa 1,55 m-mv.
Oppervlaktewater
In het plangebied, alsmede in de nabijheid van het plangebied is oppervlaktewater aanwezig in de vorm van A-watergangen. Deze zijn hieronder weergegeven.Op deze watergangen is de Keur van toepassing. Op de verbeelding is de beschermingszone voorzien van een dubbelbestemming. Het plangebied is verdeeld over twee peilgebieden. In de nieuwe situatie zal het hele plangebied hetzelfde waterpeil krijgen.
Riolering
De Wielewaallaan is reeds voorzien van riolering. De bestaande woning is voor wat betreft de vuilwaterafvoer reeds aangesloten op deze riolering.
Water in relatie tot de gewenste ontwikkeling
Wateropgave
Voor wateropgave moet uitgegaan worden van oppervlakte van de extra nieuw aan te leggen verharding + 50% van de oppervlakte van de nieuwe kavels (= toename verharding). Vuistregel voor de retentieberekening is: oppervlakte toename verharding (in hectares) x 436 m3 = te realiseren berging in kubieke meters. Voor de berekening van het retentieoppervlak in openwater moet rekening worden gehouden met een bergingsschijf van 0,3 meter.
Dempen watergang
De watergang (A-watergang) ten zuiden van de Wielewaallaan wordt over de volledige lengte van het plangebied gedempt. Uitgangspunt bij het dempen van deze watergang is dat het te dempen oppervlak 1 op 1 wordt teruggebracht.
Bergingsvoorzieningen in het plangebied
De gemeente is met het waterschap in overleg over bergingsvoorzieningen ten zuiden van de beoogde woningen. Deze locatie betreft het zuidelijk deel van het plangebied, oftewel de percelen die kadastraal bekend staan als D1871 en D1872. Deze gronden zijn recentelijk aangekocht door de gemeente Maasdriel. Hierbij zal een berging plaatsvinden als gevolg van een toename aan verharde oppervlakken, alsmede het 1 op 1 terugbrengen van de vierkante meters weg te nemen oppervlaktewater (dempen A-watergang langs de Wielewaallaan).
Het gebied waar de waterretentie zal plaatsvinden zal tevens worden ingezet voor de bestaande stedelijke wateropgave voor de kernen Hurwenen en Rossum een en ander volgens de uitgangspunten van het Waterplan Bommelerwaard.
Voor de bergingsvoorzieningen is nog geen inrichtingsplan bekend. Echter binnen de bestemming 'Agrarisch met waarden - Landschaps- en cultuurhistorise waarden' is meer dan voldoende ruimte om compensatie voor het toevoegen van verhardingen en het dempen van de sloot te realiseren. Tevens wordt het gebied ingezet voor de bestaande stedelijke wateropgave voor de kernen Hurwenen en Rossum.
De nieuw aan te leggen waterberging mag geen extra kwel tot gevolg hebben. Voorafgaand aan de uitvoering hiervan zal de dikte van de huidige deklaag bekend moeten zijn. Deze deklaag mag niet in zijn geheel verdwijnen bij het graven van de waterberging.
Op de verbeelding zijn binnen de bestemming 'Agrarisch met waarden - Landschaps- en cultuurhistorise waarden' waterstaatkundige en waterhuishoudkundige doeleinden integraal mogelijk gemaakt. Dit biedt voldoende aanknopingspunten om de beoogde bergingsvoorzieningen mogelijk te maken, alsmede bijbehorende voorzieningen.
Bestaande A-watergangen die het plangebied begrenzen zijn, voor zover binnen de plangrenzen gelegen, op de verbeelding weergegeven met de bestemming 'Water'. De bijbehorende onderhoudszone, met een breedte van 5 meter, is weergegeven met de dubbelbestemming 'Waterstaat - Waterlopen'. Dit betreft een belemmeringsvrije zone die met het oog op een goed beheer en onderhoud obstakelvrij dient te blijven. Binnen deze zone geldt voor uiteenlopende handelingen en werken een watervergunningsplicht op basis van de Keur van het waterschap Rivierenland.
Conclusie en overleg met de waterbeheerder
Onderhavige ontwikkeling betreft een ontwikkeling die het toevoegen van verharde oppervlakken met zich meebrengt. Tevens wordt een oppervlaktewater gedempt. Dit maakt compenserende maatregelen noodzakelijk. Dit zal geschieden in het zuidelijke deel van het plangebied. Alhier vindt compensatie plaats ten behoeve van dit plan, alsmede een invulling van de wateropgave van de bestaande stedelijke wateropgave van de kernen Rossum en Hurwenen. De ruimte in dit gebied is voldoende voor het realiseren van deze maatregelen. De concrete invulling vindt plaats in nauwe samenwerken met het waterschap Rivierenland.
Dit plan en de gemaakte keuzes op het gebied van water(berging) zijn op 3 oktober 2011 besproken met het waterschap. In dit overleg is door de waterbeheerder aangegeven dat:
Daarnaast is in het kader van vooroverleg in inspraak een positief wateradvies gegeven door het waterschap Rivierenland. Het waterschap geeft hierbij aan dat ze een aantal toevoegingen vermeld wil zien in de waterparagraaf. Deze toevoegingen zijn beschreven in het 'Verslag inspraak en vooroverleg voorontwerpbestemmingsplan Hurwenen, herziening 2011 Wielewaallaan' en verwerkt in deze waterparagraaf.