buitensportactiviteiten en terreinintensieve recreatieve activiteiten, waaronder begrepen gebruikmaking van motorfietsen en quads, als bedoeld in categorie 19.1 sub G en 19.2 van bijlage 1 onderdeel D van het Besluit omgevingsrecht, zoals deze geldt op het moment van vaststelling van dit bestemmingsplan;
2 bijbehorende bouwwerken ten behoeve van de bedrijfswoningen;
klimtorens en uitkijktorens;
overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde ten behoeve van de bestemming;
bouwwerken van lichte constructie en tentconstructies.
9.2.2 Gebouwen
Voor het bouwen van de in artikel 9 lid 2.1 genoemde gebouwen gelden de volgende bepalingen:
de gebouwen mogen uitsluitend gebouwd worden binnen het bouwvlak;
alleen de gebouwen en afmetingen opgenomen in de "Staat van oppervlakten" bij deze planregels zijn toegestaan;
het bebouwd oppervlak van ieder afzonderlijk gebouw mag maximaal 10% worden vergroot ten opzichte van de in de bij deze planregels "Staat van oppervlakten" genoemde afmetingen;
de inhoud van ieder afzonderlijk gebouw mag maximaal 10% worden vergroot ten bestaande inhoud van het betreffende, onder artikel 9 lid 2.2 sub c bedoelde, gebouw;
in plaats van ieder afzonderlijk gebouw mag het gestelde onder artikel 9 lid 2.2 sub c en artikel 9 lid 2.2 sub d ook worden toegepast op naar functie en op hetzelfde perceel bij elkaar behorende gebouwen.
9.2.3 Bedrijfswoningen
Voor het bouwen van de in artikel 9 lid 2.1 sub b genoemde bedrijfswoningen gelden de volgende bepalingen:
de hoogte mag niet meer bedragen dan 9 m;
de goothoogte mag niet meer bedragen dan 4 m;
Met dien verstande dat, indien de bestaande inhoud, hoogte of goothoogte groter respectievelijk hoger is, deze grotere of hogere maat maatgevend is.
9.2.4 Bijbehorende bouwwerken bij bedrijfswoningen
Voor het bouwen van de in artikel 9 lid 2.1 sub c genoemde bijbehorende bouwwerken gelden de volgende bepalingen:
de hoogte mag niet meer bedragen dan 7 m;
de goothoogte mag niet meer bedragen dan 3 m.
9.2.5 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen van de in artikel 9 lid 2.1 sub e genoemde bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende bepalingen:
de oppervlakte mag niet meer bedragen dan 10 m2;
de hoogte mag niet meer bedragen dan 2,5 m.
9.2.6 Klimtorens
Bij de bouw van de in artikel 9 lid 2.1 sub d bedoelde bouwwerken ten behoeve van klimtorens en uitkijktorens mag de hoogte niet meer bedragen dan 10 m.
9.2.7 Lichte constructie en tentconstructies
Bij de bouw van de in artikel 9 lid 2.1 sub f bedoelde bouwwerken van lichte constructie en tentconstructies, dienen de volgende bepalingen in acht genomen te worden
de oppervlakte mag in totaal niet meer bedragen dan 600 m2;
de hoogte mag niet meer bedragen dan 5 m;
de bouwwerken zijn zowel binnen als buiten bouwvlak toegestaan.
9.3 Specifieke gebruiksregels
Tot een gebruik strijdig met de bestemming “Bedrijventerrein - Recreatief bedrijventerrein” wordt in ieder geval begrepen de opslag van goederen en materieel buiten het bouwvlak en in de open lucht.