Plan: | Buitengebied 2012 |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0203.1056-0004 |
Binnen het plangebied ligt een aantal gasleidingen, zie ook paragraaf 5.4.3. Daarnaast zijn in het plangebied rioolleidingen en hoogspanningsverbindingen (50 kV en 150 kV) aanwezig. Hiervoor gelden zones die in het bestemmingsplan bescherming behoeven. In paragraaf 6.13 is aangegeven op welke wijze hiermee is omgegaan in het voorliggende bestemmingsplan.
In het plangebied zijn geen straalpaden die beperkingen stellen aan de bouwhoogten.
In het plangebied zijn geen laagvliegroutes die beperkingen stellen aan de bouwhoogten. In het gebied is wel een laagvlieggebied van het ministerie van Defensie aanwezig. Binnen een laagvlieggebied voor helikopters mag Defensie laagvliegen met helikopters. Er geldt een minimum vlieghoogte van 30 meter, of zoveel als voor het uitvoeren van de opdracht noodzakelijk is. In het bestemmingsplan hoeven geen voorwaarden te worden opgenomen ten aanzien van bouwhoogten en dergelijke. De vliegers oefenen volgens het principe 'train as you fight'. Bouwwerken en andere obstakels zijn in principe niet verboden. Vanuit veiligheidsoverwegingen wordt wel waarde gehecht aan het registreren van obstakels hoger dan 100 meter.
Het plangebied ligt in de verstoringsgebieden van de radarstations Nieuw Milligen en Soesterberg. Het radarstation Nieuw Milligen staat op een hoogte van 35 meter boven NAP en het radarstation Soesterberg staat op een hoogte van 33 meter boven NAP. Om de radars niet te storen, geldt er rondom de radar een zone met een toetsingshoogte vanaf 78 meter boven NAP. Vanaf deze hoogte moet elk bouwwerk worden getoetst op de mate van radarverstoring. Afhankelijk van de toetsing mag een bouwwerk vervolgens wel of niet worden gerealiseerd. Het voorliggende bestemmingsplan biedt geen mogelijkheden voor objecten hoger dan 78 meter. Er is dan ook geen aanleiding om deze zone in het bestemmingsplan op te nemen.