direct naar inhoud van 6.3 Verantwoording van de regels
Plan: Bestemmingsplan Klarendal - Sint Marten 2012
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0202.735-0301

6.3 Verantwoording van de regels

Kenmerk van de Nederlandse ruimtelijke ordeningsregelgeving is dat er uitgegaan wordt van toelatingsplanologie. Een bestemmingsplan geeft aan welke functies waar zijn toegestaan en welke bebouwing opgericht mag worden. Bij het opstellen van dit bestemmingsplan zijn keuzes gemaakt over welke functies waar mogelijk worden gemaakt en is gekeken welke bebouwing stedenbouwkundig toegestaan kan worden. De bestaande situatie is hierbij het uitgangspunt.

Het is noodzakelijk dat het bestemmingsplan een compleet inzicht biedt in de bouw- en gebruiksmogelijkheden binnen het betreffende plangebied. Het bestemmingsplan is het juridische toetsingskader dat bindend is voor de burger en overheid en geeft aan wat de gewenste planologische situatie voor het plangebied is. Deze situatie kan gaandeweg de planperiode wijzigen, bijvoorbeeld door veranderd stedenbouwkundig inzicht, functiewijziging veranderingen in gebruik. Ook ruimtelijke ontwikkelingen en vernieuwing van o.a. ruimtelijk, economisch, verkeerskundig en milieubeleid dragen bij aan de veroudering van geldende bestemmingsplannen.

Om recht te doen aan een goede ruimtelijke ordening binnen het plangebied wordt daarom aangegeven in welke situaties de bestemming wordt gekozen gelijk aan de oude bestemming (na strijdige situatie te hebben gewraakt) en in welke situaties een nieuwe bestemming wordt gegeven (positief bestemmen), waarmee de strijdige situatie wordt gelegaliseerd. Daarnaast wordt, indien van toepassing, aangegeven wanneer een strijdige situatie onder het overgangsrecht wordt gebracht.

In de volgende subparagrafen worden de afzonderlijke bestemmingen die voorkomen in het bestemmingsplan besproken. Er kan worden gekozen om bepaalde bestemmingen in één subparagraaf te behandelen zoals Bedrijf en Bedrijf - Nutsvoorziening, Groen en Groen - Park en de Verkeersbestemmingen.

Per bestemming wordt ingegaan op:

  • welke gronden zijn zo bestemd;
  • wat houdt de bestemming in;
  • eventuele aanduidingen of andere bijzonderheden;
  • vergelijking vigerend bestemmingsplan zowel qua functie als qua bebouwing;
6.3.1 Bedrijf

In dit bestemmingsplan zijn twee bedrijfsbestemmingen opgenomen: Bedrijf (artikel 3) en Bedrijf - Nutsvoorziening (artikel 4).

Bedrijf

Binnen de bestemming 'Bedrijf' (artikel 3) zijn bedrijven toegestaan zoals genoemd in de bedrijvenlijst die als bijlage bij de regels is opgenomen. Bedrijven op deze lijst zijn ingedeeld in categorieën op basis van de hinder die zij kunnen veroorzaken. Bedrijven die niet op de lijst voorkomen maar kunnen aantonen dat zij een vergelijkbare hinder (of minder) veroorzaken kunnen eveneens door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning voor het afwijken van de regels worden toegestaan. De volgende bedrijven hebben een aparte bestemming en zijn binnen de bestemming 'Bedrijf” niet toegestaan; detailhandel, horeca-activiteiten, agrarische bedrijven, recreatiebedrijven, kantoren en seksinrichtingen.

Op basis van de VNG lijst 'Bedrijven en Milieuzonering' editie 2009 is in de bedrijven een onderscheid in Categorie 1 en Categorie 2 gemaakt. De toegestane bedrijven en richtafstanden zijn gebaseerd op het gehanteerde omgevingstype 'gemengd gebied' Een gemengd gebied is o.a. een gebied met een matige tot sterke functiemenging. Direct naast woningen komen andere functies voor zoals winkels, horeca en kleine bedrijven.

In dit bestemmingsplan is deze bestemming van toepassing op het bedrijf aan de Willemstraat 24 (groothandel/inkoop papier en metalen). Ten opzichte van woningen geldt een richafstand van 10 meter.

Vergelijking vigerend bestemmingsplan

In het geldende bestemmingsplan was deze bestemming ook al opgenomen. Van de bedrijvenlijst zijn een aantal functies met een dienstverlenend karakter ondergebracht in de bestemming 'Centrum - 1' en 'Centrum - 2'. De bedrijvenlijst is uitgebreid met bedrijven/activiteiten die passen in de bovengenoemde categorieën 1 en 2.

Bedrijf - Nutsvoorziening

De bestemming 'Bedrijf - Nutsvoorziening' (artikel 4) is bedoeld voor nutsbedrijven of soortgelijke instellingen. Dit zijn bedrijven, gericht op de levering van elektriciteit, gas, water en warmte, de verzorging van telecommunicatie of de afvoer en verwerking van afvalstoffen.

Er is gekozen om deze voorzieningen/bedrijven specifiek als nutsvoorziening te bestemmen. Een algemene bedrijfsbestemming maakt naast nutsvoorzieningen op deze locatie ook andere bestemmingen mogelijk zoals een autobedrijf en dat is hier niet wenselijk.

Naast de nutsvoorzieningen/-bedrijven die expliciet zijn bestemd, zijn er nutsvoorzieningen van geringe omvang zoals transformatorstations en schakelhuisjes, die niet apart bestemd zijn. Voor dergelijke voorzieningen kunnen burgemeester en wethouders afwijken van de bestemmingsregels.

In dit geval betreft het de nutsvoorziening nabij de hoek Hommelsweg/Agnietenstraat.

Vergelijking vigerend bestemmingsplan

De nutsvoorziening nabij de hoek Hommelseweg/Agnietenstraat is in het geldende bestemmingsplan eveneens bestemd als nutsvoorziening. Deze bestemming is dus niet gewijzigd.

6.3.2 Centrum

De bebouwing met gemengde functies langs de Hommelsweg/Sonsbeeksingel en de Klarendalsweg zijn bestemd als 'Centrum - 1' (artikel 5) en 'Centrum - 2' (artikel 6). Dit is een verzamelbestemming waarin stedelijke functies zoals detailhandel, horeca (met uitzondering van nachtclubs, discotheken en coffeeshops), kantoren maar ook de functies wonen en maatschappelijk zijn toegestaan. Dit betekent dat deze functies onderling uitwisselbaar zijn. Dit zorgt voor flexibiliteit bij de invulling van bijvoorbeeld het winkelcentrum. Zo kan een bakkerij worden vervangen door een kapper etc. De boven de begane gronden gelegen bouwlagen zijn uitsluitend bestemd voor wonen.

Er zijn twee bestemminen 'Centrum' opgenomen. De bestemming 'Centrum - 1' is bedoeld voor de winkelconcentratiegebieden aan de Hommelseweg en aan de Klarendalseweg. Binnen deze bestemming is detailhandel zondermeer toegestaan maar ook kantoren, creatieve bedrijven en horeca zijn toegestaan. Voor horeca geldt dat alleen de categorieën A, B en C (lichte horeca, broodjeszaken, restaurants en cafés) zijn toegestaan. Voor horeca binnen deze bestemming geldt een maximum van 6 niet aan elkaar grenzende horeca-inrichtingen voor de bestemmingsvlakken gelegen aan de Hommelseweg en de Sonsbeeksingel en een maximum van 4 niet aan elkaar grenzende horeca-inrichtingen voor het bestemmingsvlak gelegen aan de Klarendalseweg.

De bestemming 'Centrum - 2' geldt voor een groot aantal panden langs de Klarendalseweg en een aantal panden langs de Sonsbeeksingel. Deze bestemming is opgenomen om de bedrijven in het mode-segment te faciliteren. In het bestemmingsplan zijn niet expliciet modebedrijfjes toegestaan omdat branchering niet is toegestaan. Maar er zijn wel functies toegestaan die de vestiging van dit type bedrijvigheid mogelijk maken. Het gaat dan om een combinatie van creatieve bedrijven met detailhandel (maximaal 200 m2 bvo per bedrijf), kantoren, maatschappelijke functies en horeca b en c (cafés en restaurants). Deze functies zijn vrijwel allemaal uitsluitend op de begane grond toegestaan.

Aan beide bestemmingen zijn door functieaanduidingen nog enkele andere functies (of meer vierkante meters detailhandel) toegestaan.

Vergelijking met het vigerend bestemmingsplan

In geldende bestemmingsplan heeft de bebouwing langs de Hommelsweg en de Klarendalsweg de bestemming 'centrumdoeleinden A en G'. Belangrijke wijziging is dat in de bestemming 'Centrum - 2' nu ook horeca (restaurants en cafés) zijn toegestaan. In het vigerende bestemmingsplan was dat alleen op locaties waar dit met een functieaanduiding op de plankaart was weergegeven. De reden voor deze versoepeling is dat bepaalde vormen van horeca een belangrijke bijdrage leveren aan de aantrekkelijkheid van het modekwartier.

6.3.3 Cultuur en ontspanning

Het Posttheater aan de Rosendaalsestraat 27 is bestemd als 'Cultuur en ontspanning' (artikel 7). Binnen deze bestemming is naast een theater, zalenverhuur ten behoeve van maatschappelijke, sociale en culturele bijeenkomsten, congressen en evenementen, ondersteunende horeca ten behoeve van het theater en een horecafunctie in de foyer van het theater toegestaan.

Vergelijking met het vigerend bestemmingsplan

In het vigerende bestemmingsplan is het Posttheater bestemd als 'maatschappelijke doeleinden'. Binnen deze bestemming is 'cultuur' met ondergeschikte horeca toegestaan. Door de bestemming te wijzigen naar 'Cultuur en ontspanning' wordt de bestemming beter afgestemd op het feitelijke gebruik en de doelstelling van het Posttheater.

6.3.4 Gemengd

Binnen de bestemming 'Gemengd' (Artikel 8) zijn zowel woningen als maatschappelijke functies toegestaan. Deze bestemming geldt voor de gronden aan de Hemonylaan (zie paragraaf 5.2).

Binnen de woonfunctie passen verscheidene woonvormen zoals gezinsbewoning, bejaardenhuizen, kamerbewoning (tot maximaal 4 personen zonder vergunning), serviceflats, etc. Bijzondere woonvormen, zonder therapeutische behandeling, passen ook binnen deze bestemming evenals beroepsmatige activiteiten.

Onder maatschappelijke functies worden verstaan onderwijs, gezondheids- en welzijnszorg, voor levensbeschouwelijke functies en voor politieke-, belangen- en ideële organisaties/verenigingen en hobbyclubs en openbare dienstverlening. Voorbeelden hiervan zijn scholen, ziekenhuizen en kerken. Ten behoeve van deze functie is tevens ondergeschikte horeca, zoals bijvoorbeeld een kantine, toegestaan.

Op de verbeelding zijn binnen de bestemming 'Gemengd' bouwvlakken weergegeven waarbinnen de hoofdbebouwing met, daar waar mogelijk en gewenst, uitbreidingsmogelijkheden opgericht kunnen worden. Het hele bouwvlak mag worden bebouwd in de aangegeven bouwhoogte tenzij er een bebouwingspercentage is aangegeven. Buiten het bouwvlak kunnen andere bouwwerken worden opgericht met een maximale bouwhoogte van 1 meter.

Vergelijking met het vigerend bestemmingsplan

In geldende bestemmingsplan hebben de gronden aan de Hemonylaan de bestemming 'Maatschappelijke doeleinden'.

6.3.5 Groen

In het plangebied is veel groen aanwezig en dat is bestemd als 'Groen' (artikel 9). In het Groenplan (zie paragraaf 3.6.5) is voor de groenvoorzieningen een onderscheid gemaakt tussen structureel groen en snippergroen. De groenstroken die structuurbepalend zijn op wijkniveau, zijn bestemd als 'Groen'. Binnen deze bestemming is het toegestaan om groen in de breedste zin (grasvelden, struiken, speelvelden) aan te leggen en in stand te houden. Daarnaast zijn de belangrijkste waterlopen en waterpartijen opgenomen in deze bestemming. Het aanleggen van voetpaden, fietspaden en voorzieningen voor bestemmingsverkeer zijn eveneens toegestaan. Wegen voor doorgaand autoverkeer en parkeren is niet toegestaan.

Bebouwing binnen de groenbestemming is uitsluitend toegestaan indien dit binnen de bestemming past zoals speeltoestellen en verlichting met een maximumbouwhoogte van 4 meter.

Naast een groter aaneengesloten groengebied naast de bouwspeelplaats 'De Leuke Linde' betreft het hier voornamelijk openbare groenstroken en groengebiedjes die bepalend zijn voor het karakter van de wijken Klarendal en St-Marten.

Er is een functieaanduiding opgenomen voor het aanleggen van een terras in het groen. Dat geldt voor twee plekken:

  • achter de bebouwing aan de Klarendalseweg 476. Hier komt een restaurant van De Driestroom waarbij aan de achterzijde een klein terras is gepland met een moes- en kruidentuin. Deze moes- en kruidentuin zijn met ene functieaanduiding 'tuin' mogelijk gemaakt.
  • het Putplein wordt heringericht en hier komt een terras behorende bij het café/hotel in het groen. Dit terras is ook mogelijk gemaakt met de functieaanduiding 'terras'.

Vergelijking met het vigerend bestemmingsplan

In het geldende bestemmingsplan waren genoemde stroken openbaar groen opgenomen in de bestemming 'onbebouwbaar bij wonen'. De functies die met de functieaanduiding mogelijk worden gemaakt, waren niet toegestaan volgens het geldende bestemmingsplan.

6.3.6 Maatschappelijk

De bestemming 'Maatschappelijk' (artikel 10) is bedoeld voor functies ten behoeve van onderwijs, gezondheids- en welzijnszorg, levensbeschouwelijke functies, politieke-, belangen- en ideële organisaties/verenigingen en hobbyclubs en openbare dienstverlening. Voorbeelden hiervan zijn scholen, ziekenhuizen en kerken. Dienstwoningen die horen bij de bestemming, zoals bijvoorbeeld een conciërgewoning of pastorie, zijn indien noodzakelijk toegestaan. Aan de hoofdfunctie ondergeschikte horeca (kantine) is eveneens toegestaan.

In het plangebied zijn een aantal maatschappelijke voorzieningen aanwezig, het betreft hier o.a. scholen, een sporthal, een moskee, een wijkcentrum etc.

Vergelijking met het vigerend bestemmingsplan

In het geldende bestemmingsplan hebben deze instellingen de bestemming 'maatschappelijke doeleinden'.

6.3.7 Recreatie

De bestemming 'Recreatie' (artikel 11)is uitsluitend bedoeld voor bestemmingen waar vormen van dagrecreatie plaatsvinden zoals volkstuinen en (bouw)speelplaatsen.
Vormen van verblijfsrecreatie zoals vakantiehuisjes en een camping, zijn hier niet toegestaan.

In dit bestemmingsplan betreft het de bouwspeelplaats 'De Leuke Linde'. De bouwspeelplaats bestaat uit een speeltuin en tevens is er een dierenverblijf met geiten, schapen en kippen. Er zijn drie verschillende speelgebieden, gericht op diverse leeftijdsgroepen, een crossbaan, werkplaats en een magazijn. Aan de bouwspeelplaats grenst een multifunctioneel sportplein met baskets, goals en een aantal kleine skatevoorzieningen. kinderdagverblijven uit de omgeving maken veel gebruik van deze speelplaats.

Vergelijking met de vigerende bestemmingsplannen

In het geldende bestemmingsplan was deze bestemming ook al opgenomen

6.3.8 Tuin

De bestemming 'Tuin' (artikel 12) is bedoeld voor de voortuin langs de karakteristieke straten en die evenals de groenstroken bepalend zijn voor het groene karakter van de wijk. In dit plangebied betreft dit o.a. de voortuinen van Borgardijnstraat/ Voorbroodstraat e.o. maar bv ook het Luthers Hofje. Hiermee wordt benadrukt dat de collectieve tuin rondom deze woningen open en groen moet blijven.

Parkeren binnen deze bestemming is niet toegestaan. Er zijn echter situaties waar sprake is van verleende inritvergunningen waardoor tuinen toch als parkeerplaats worden gebruikt. Dit gebruik zal niet positief worden bestemd maar zal op basis van het overgangsrecht kunnen voortbestaan. Het streven is er echter op gericht om, wanneer de mogelijkheid zich daartoe voordoet, dit gebruik beëindigd te krijgen en zodoende de oorspronkelijke situatie te herstellen.

Vergelijking met de vigerende bestemmingsplannen

In het geldende bestemmingsplan is deze bestemming niet opgenomen en werden deze karakteristieke waarden ook niet op een andere wijze beschermd.

6.3.9 Verkeer

De bestemming verkeer is opgedeeld in een tweetal 'sub-bestemmingen' te weten:

Hieronder wordt ingegaan op deze twee sub-bestemmingen.

Verkeer - Railverkeer

De bestemming 'Verkeer - Railverkeer' is gegeven aan spoorwegen voor personen en goederenvervoer met bijbehorende paden en groenaanleg. Het bouwen van in de bestemming passende bebouwing zoals geluidwerende voorzieningen is mogelijk binnen deze bestemming tot een maximumbouwhoogte van 3 meter (gemeten vanaf bovenkant van het spoor).

Vergelijking met het vigerende bestemmingsplan

In dit bestemmingsplan geldt deze bestemming voor de spoorlijn Arnhem Deventer/Zwolle respectievelijk Zevenaar. De bestemming in het geldende bestemmingsplan is overeenkomstig dit plan.

Verkeer - Verblijfsgebied

De bestemming 'Verkeer - Verblijfsgebied' geldt voor woonerven, woonstraten, parkeerplaatsen, voet- en fietspaden, speelplaatsen en buurtgroen. Dit zijn dus voornamelijk wijken (30 km/uur zones) waar de verblijfsfunctie belangrijker is dan de verkeersfunctie. De inrichting van de wegen is hierop afgestemd.

Vergelijking met de vigerende bestemmingsplannen

In het geldende bestemmingsplan werd er nog geen onderscheid gemaakt in 'verkeer - verblijfsgebied' en 'verkeer - wegverkeer' de gronden die nu onder 'verkeer - verblijfsgebied' vallen, vielen in het geldende plan binnen de bestemming 'wonen onbebouwbare zone'.

6.3.10 Wonen

Functie

Alle woningen in het plangebied zijn bestemd als 'Wonen' (artikel 15). Binnen deze bestemming passen verscheidene woonvormen zoals gezinsbewoning, bejaardenhuizen, kamerbewoning (tot maximaal 4 personen), serviceflats, etc. Er is geen onderscheid gemaakt tussen vrijstaande-, halfvrijstaande-, aaneengesloten- en gestapelde woningen. Bijzondere woonvormen, niet specifiek gericht op therapeutische behandeling, passen ook binnen deze bestemming.

Binnen de bestemming 'Wonen' zijn in principe beroepsmatige activiteiten toegestaan. Om hinder voor de directe omgeving te voorkomen is hieraan wel een aantal voorwaarden verbonden. In de eerste plaats mag slechts een gedeelte van de woning, inclusief de bijgebouwen (maximaal 1/3 van de totale vloeroppervlakte van de woning) worden gebruikt als praktijkruimte door de bewoner. Is er meer dan 1/3 van de woning in gebruik voor het uitoefenen van een beroep, dan is er geen sprake meer van een 'beroep aan huis' en derhalve strijd met het bestemmingsplan. Voorts mag door dit gebruik geen onevenredige aantasting van het woon- en leefklimaat (bijvoorbeeld beperkte reclamemogelijkheden) noch een onevenredige parkeerdruk ontstaan. Tot slot zijn er vormen van beroepsuitoefening expliciet uitgezonderd, omdat ze te veel overlast voor de omgeving veroorzaken (detailhandel, prostitutie, horeca-activiteiten en beroepen die milieuoverlast veroorzaken).

Garageboxen zijn op de plankaart aangeduid met 'garage' binnen de bestemming wonen. Naast het stallen van auto's is een beperkte opslag toegestaan, mits gerelateerd aan de woonfunctie. Wonen in garageboxen is niet toegestaan evenmin als bijvoorbeeld detailhandel, prostitutie en bedrijfsmatige activiteiten.

In de bestemming 'Wonen' zijn woonwagens, woonschepen en bijvoorbeeld gevangenissen en asielzoekerscentra niet inbegrepen. Deze vormen van wonen zijn, indien van toepassing, in een specifieke vorm van de woonbestemming opgenomen.

Middels een aanduiding op de verbeelding (plankaart) kunnen in de woonbestemming andere functies toegestaan zijn. Op de legenda van de plankaart bij de bestemming wonen zijn deze aangegeven.

Bebouwingsmogelijkheden

Binnen de bestemming 'wonen' zijn twee zones te onderscheiden: de bouwzone en de onbebouwbare zone.

De bouwzone omvat het eigenlijke woongebouw met, daar waar mogelijk en gewenst, uitbreidingsmogelijkheden. Als geen bebouwingspercentage is vermeld, mag deze gehele zone worden bebouwd in de aangegeven bouwhoogte, mits aan andere vereisten (bijvoorbeeld welstand) is voldaan.

De onbebouwbare zone is bedoeld voor tuinen, buurtgroen, speelplekken, woonstraten, trottoirs en parkeerplaatsen ten behoeve van de woonfunctie.

Voor een groot deel van de onbebouwbare zone geldt een bouwaanduiding 'bijgebouwen'. Dit betekent dat hier in afwijking van het bepaalde in artikel 21.1 hier buiten het bouwvlak mag worden gebouwd. Deze gronden met deze aanduiding zijn bedoeld voor garages, schuren en beperkte uitbreidingen aan het woonhuis, zoals serres. De maximale bouwhoogte van de bijgebouwen is 3 meter, exclusief kap. De maximale bouwhoogte voor uitbreidingen aan het woonhuis is gelijk aan de hoogte van de begane-grondbouwlaag.

Vergelijking met de vigerende bestemmingsplannen

De bestemming wonen is niet veranderd ten opzichte van de bestemming 'woondoeleinden' in het geldende bestemmingsplan.

6.3.11 Dubbelbestemmingen

De SVBP 2008 geeft ook de mogelijkheid dubbelbestemmingen op te nemen. Dubbelbestemmingen zijn bestemmingen die liggen over meerdere enkelbestemmingen en daar iets over zeggen. In dit bestemmingsplan zijn vier dubbelbestemmingen opgenomen: Waarde - Archeologie (archeologisch waardevol gebied) (artikel 16), Waarde - Archeologie (hoge verwachting) (artikel 17),Waarde - Archeologie (middelhoge verwachting) (artikel 18) en Waarde - Geomorfologie (artikel 19). Hieronder worden ze kort toegelicht:

Waarde-archeologie

Deze dubbelbestemmingen gelden voor de archeologische waarden in het plangebied (zie kaartje bij hoofdstuk 4 paragraaf 4.2.8). Deze zijn ook op de plankaart aangegeven. De artikelen bevatten naast de andere bestemmingsbepalingen een aantal beschermende bouwvoorschriften en nadere eisen. Daarnaast is in deze artikelen geregeld dat ter plaatse van de op de plankaart aangegeven zone een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden alleen mag worden afgegeven wanneer blijkt dat hierbij geen archeologische waarden worden geroerd. Daartoe geldt een onderzoeksplicht. De uitkomst van dit onderzoek is dat, voordat een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamhedenen wordt afgegeven, het inzichtelijk moet zijn dat hierbij geen archeologische waarden worden geroerd.

Waarde - Geomorfologie

Ter bescherming van de ondergrondse watertoevoer voor de Sint Jansbeek is deze dubbelbestemming opgenomen. Voor werkzaamheden die dieper dan 1,5 meter de grond in gaan, is een omgevingsvergunning benodigd. Een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden kan alleen verleend worden indien door middel van een geohydrologisch onderzoek is aangetoond dat geen leemlagen worden beschadigd.

Vergelijking met de vigerende bestemmingsplannen

In de vigerende bestemmingsplannen zijn deze bestemmingen niet opgenomen en worden de archeologische waarden en de beschermingszone voor de Sint Jansbeek ook niet op een andere wijze beschermd.

6.3.12 Modernisering en nieuwe wetgeving

In 2008 is een landelijke standaard voor bestemmingsplannen ingevoerd. De vigerende bestemmingsplannen die worden herzien met dit bestemmingsplan zijn vóór 2008 opgesteld en in werking getreden. Hierdoor kan het voorkomen dat in dit bestemmingsplan noodzakelijkerwijs aanpassingen of wijzigingen zijn doorgevoerd ten opzichte van de huidige plannen. Deze wijzigingen hebben niet zozeer betrekking op de juridische (gebruiks- en bouw)mogelijkheden maar meer op de naamgeving en verbeelding van de bestemmingen. Naast de wijzigingen vanuit de standaardisering is in de loop der jaren ook de methodiek van bestemmen binnen de gemeente Arnhem op kleine onderdelen gewijzigd. Daarnaast is er ook nieuwe wet- en regelgeving vooral met betrekking tot milieu- en omgevingsaspecten die moeten worden verwerkt in bestemmingsplannen. Dit heeft geleid tot de volgende wijzigingen ten opzichte van de geldende bestemmingsplannen:

Archeologische waarden
Binnen de gemeente Arnhem is nieuw beleid op het gebied van archeologie vastgesteld (zie paragraaf 3.6.8). Het beleid houdt o.a. in dat voor het gehele grondgebied in kaart is gebracht wat de archeologische verwachting is. In een deel van Arnhems Buiten is vanwege de historie (zie paragraaf 4.9) de kans op archeologische vondsten hoog. Deze gebieden zijn op de plankaart aangegeven. Voor deze gebieden is voor grote bodemingrepen een omgevingsvergunning voor werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden noodzakelijk. De feitelijke consequentie is dat bij grotere bodemingrepen een archeologisch onderzoek verplicht is. Dit was niet geregeld in de vigerende bestemmingsplannen.