direct naar inhoud van 5.2 Waterhuishouding
Plan: Loenen en Veldhuizen
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0200.bp1067-vas2

5.2 Waterhuishouding

5.2.1 Algemeen

Het bestemmingsplan is overwegend conserverend van opzet. Echter zoals eerder beschreven worden een paar ontwikkelingen meegenomen in de vorm van toevoeging van nieuwe woningen. De ontwikkellocaties in het plan liggen in bestaand stedelijk gebied. In onderstaande tabel is de oppervlakte van het plangebied inzichtelijk gemaakt. In totaal gaat het om circa 0,95 hectare bruto.

Locatie   Aantal woningen   Oppervlakte (m2)  
Hoofdweg naast nr. 146 en Boterweg naast nr. 19   2   1.900  
Hoofdweg naast nr. 132a   1   700  
Reuweg naast nr. 41   2   1.650  
Eerbeekseweg naast nr. 71   1   900  
Eerbeekseweg naast nr. 70   1   600  
Leeuwenbergweg naast nr. 12   1   300  
Horstweg naast nr. 17   1   800  
Hoofdweg naast nr. 164   1   600  
Totaal:   13   9.540  

Bovenliggende locaties bevinden zich binnen het bebouwde gebied van respectievelijk Loenen of Veldhuizen. De locaties bevinden zich niet binnen de zoekgebieden voor waterberging die de provincie Gelderland in het streekplan heeft aangegeven.

De locatie Reuweg naast 41 en Horstweg naast nr. 17 liggen naast de Loenense Beek (A-watergang, HEN-water). De locatie hoofdweg/Boterweg ligt naast de bovenloop van de Heidewonnebeek (A-watergang). Voor locaties langs A-watergangen (en bijbehorende beschermingszones) is de Keur van het waterschap van toepassing. Zonder watervergunning zijn er geen activiteiten en/of werkzaamheden toegestaan binnen een zone van 5 meter vanuit de insteek van de watergang. Voor HEN-water geldt aanvullend dat in principe geen overstort van hemelwater op de watergang is toegestaan.

5.2.2 Grondwater

Het gebied ligt ten westen van het Apeldoorn Kanaal en daarmee in de in het streekplan vastgelegde grondwaterfluctuatiezone. Als gevolg van klimaatveranderingen kunnen de grondwaterstanden in de toekomst mogelijk tot 30 cm stijgen. De hoogste stijgingen vinden dan plaats aan de zuidwestkant van Loenen en nemen af in de richting van het Apeldoorns Kanaal.


Aan de oostkant van kern Loenen en rond Kieveen komen relatief hoge grondwaterstanden voor, (GHG hoger dan ontwateringsnormen). Meestal betreft dit nog onbebouwd gebied en er zijn dan ook geen klachten met betrekking tot grondwateroverlast bekend. Wel moet hiermee met de ontwikkeling van nieuwe (woon)locaties rekening mee worden gehouden.

5.2.3 Oppervlaktewater en waterafhankelijke natuur

In het plangebied zijn de volgende oppervlaktewateren aanwezig:

  • De Loenense beek (en diverse aftakkingen / sprengkoppen), A-watergang, HEN-water (zie afbeelding paragraaf 2.4.8)
  • Het Apeldoorns Kanaal, A-watergang, SED-water, KRW-waterlichaam
  • Diverse overige (A-)watergangen en sloten voor de ontwatering van het gebied


In het bebouwde gebied van Loenen liggen enkele sprengkoppen van de Loenense Beek. Daar deze de status HEN-water heeft, zijn er hoge ecologische doelstellingen. Indien er locaties worden (her)ontwikkeld bij de Loenense beek dient men hier rekening mee te houden.


Het voorliggende bestemmingsplan is overwegend conserverend van aard en maakt slechts enkele in omvang beperkte ontwikkelingen mogelijk. Het heeft dan ook geen (nadelige) gevolgen voor het oppervlaktewatersysteem en de kwaliteit van het oppervlaktewater in het plangebied en in de omgeving daarvan.

5.2.4 Afvoer van hemel- en afvalwater

In de kern Loenen is een gemengd rioolsysteem aanwezig. Hierin wordt het verzamelde afvalwater en hemelwater gezamenlijk getransporteerd naar de rioolwaterzuivering. In Veldhuizen en de omliggende buitengebieden is alleen een vuilwaterriool aanwezig. (vrijverval- en persriool). Het afvoeren van regenwater op dit riool is niet toegestaan.


Gemeente Apeldoorn hanteert het principe dat bij nieuwbouwplannen en herstructureringsprojecten geen hemelwater op de bestaande riolering mag worden aangesloten. Daarbij worden de volgende uitgangspunten gehanteerd:

  • Al het hemelwater afkomstig van daken en terreinverhardingen (zoals parkeerplaatsen en pleinen) en straten wordt geïnfiltreerd in de bodem of geborgen op het terrein, bijvoorbeeld door toepassing van infiltatiegreppels of wadi's, ondergrondse infiltatievoorzieningen, waterdoorlatende verhardingen of vijvers.
  • Voor hemelwater afkomstig van afvoerende verharde oppervlakken dient een hemelwatervoorziening ter grootte van 36 mm per afvoerende m2 verharding aangelegd te worden. (of 20mm bij herontwikkeling)


De uiteindelijke keuzes en inrichting met betrekking tot de waterhuishouding dienen met Gemeente Apeldoorn te worden afgestemd.


Bij nieuwbouw mag géén gebruik worden gemaakt van uitlogende materialen die het hemelwater kunnen verontreinigen (DAF-prestaties). Voorbeelden zijn zink en koper.


Ontwikkelingen

De in dit bestemmingsplan mogelijk gemaakte woningbouwontwikkelingen veroorzaken geen relevante wijziging van het watersysteem in Loenen en Veldhuizen. Op de locaties zelf zullen voldoende infiltratievoorzieningen worden aangelegd zodat het hemelwater in de bodem geïnfiltreerd kan worden.

5.2.5 Watertoets

De watertoets is ingesteld om het aspect water in een vroeg stadium mee te nemen bij ruimtelijke plannen en besluiten. De watertoets is wettelijk verplicht en heeft als doel om gezamenlijk met de waterbeheerders de waterhuishoudkundige doelstellingen in een zo vroeg mogelijk stadium in ruimtelijke ontwikkelingen op te nemen. De gemaakte afspraken worden in de waterparagraaf van het bestemmingsplan opgenomen.


Het voorontwerp van bestemmingsplan Loenen / Veldhuizen is in het kader van het overleg ex artikel 3.1.1 Bro voorgelegd aan het Waterschap Veluwe. De reacties van Waterschap Veluwe zijn in bovenstaande waterparagraaf verwerkt.