Plan: | Buitengebied Het Woud |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0200.bp1052-vas1 |
Het is verboden op de in dit artikel bedoelde gronden zonder of in afwijking van een door het bevoegd gezag verleende vergunning de hierna genoemde werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden uit te voeren. Bij het verlenen van de vergunning wordt getoetst aan de in onderstaand schema bij de desbetreffende werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden aangegeven specifieke beoordelingscriteria en aan de in lid 36.3 opgenomen algemene beoordelingscriteria.
Bestemming/aanduiding | werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden |
Specifieke beoordelingscriteria |
aanduiding 'karakteristiek'. | het geheel of gedeeltelijk slopen van cultuurhistorisch waardevolle bebouwing | - de kosten van het instandhouden van de bebouwing zijn, gezien de aanwezige bouwkundige en/of gebruikstechnische staat van de bebouwing, aantoonbaar onevenredig in verhouding tot het cultuurhistorische belang van handhaving van de bebouwing; de aanvrager dient dit aan te tonen door een deskundigenrapport in te dienen dat ingaat op de bouwkundige en/of gebruikstechnische staat van het gebouw in relatie tot de economische waarde(daling) en de kosten van renovatie - bij een ter zake deskundige is advies ingewonnen over het cultuurhistorisch belang van handhaving van de bebouwing en/of de waardedaling en de renovatiekosten |
bestemming Agrarisch (uitsluitend buiten bouwvlak) | het aanleggen van recreatieve wegen, paden en parkeervoorzieningen. | - aangetoond wordt dat de werkzaamheid niet leidt tot een significante toename van de stikstofdepositie in een Natura 2000-gebied, gelet op de instandhoudingsdoelstellingen van het Natura 2000-gebied |
aanduiding bijzondere boom
|
het aanbrengen van oppervlakteverhardingen, de aanleg van leidingen, het egaliseren, ophogen, verharden en afgraven van gronden binnen 5 meter uit het hart van een bijzondere boom |
- de bijzondere boom blijft behouden |
aanduiding open landschap | de aanleg van beplanting | - er wordt aangesloten bij bestaande massa's (bebouwing en beplanting) waardoor bestaande open enken open blijven - er wordt geen aaneengesloten beplanting (bijv. bos, boomgaard, kwekerij) aangelegd |
bestemming Water, aanduiding cultuurhistorisch gebied, a-watergang, ecologisch water, kleinschaligheid |
het dempen, graven, vergraven, verleggen, afdammen of herprofileren van waterlopen, watergangen en/of waterpartijen |
- de waterhuishoudkundige situatie met betrekking tot de waterkwaliteit en –kwantiteit wordt niet onevenredig aangetast - bij de waterbeheerder is advies ingewonnen omtrent de vraag of door de ingreep het waterhuishoudkundig belang niet onevenredig wordt aangetast alsmede omtrent eventueel aan de vergunning te verbinden voorwaarden - cultuurhistorisch waardevolle structuur niet onevenredig wordt aangetast |
aanduiding cultuurhistorisch gebied | het verleggen van wegen | - cultuurhistorisch waardevolle structuur niet onevenredig wordt aangetast |
aanduiding ecologisch water
|
het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden die de waterhuishouding, zoals de wateraan- en afvoer, beïnvloeden door bemaling en onderbemaling, het draineren van gronden, het verbreden en verdiepen, verbeteren en dempen van watergangen en greppels, en het slaan van putten |
- de hoge grondwaterstanden alsmede het optreden van kwel blijven behouden - de differentiatie in abiotische milieu-omstandigheden blijft behouden - de waterkwaliteit blijft behouden - de morfologie beken en waterlopen blijft behouden - de bestaande kwetsbare vegetaties blijven behouden |
bestemming Natuur
|
het verharden van bestaande onverharde wegen en het aanbrengen van andere oppervlakteverhardingen | - de recreatieve betekenis en het landelijke karakter blijven behouden - de werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden zijn noodzakelijk voor het op de bestemming gerichte beheer en gebruik - de infiltratie in de bodem blijft behouden |
bestemming Leiding - Gas | het planten of rooien van diepwortelende beplanting of bomen, het aanbrengen van oppervlakteverhardingen, het uitvoeren van heiwerkzaamheden of op een andere manier voorwerpen ingraven of indrijven, het egaliseren, ophogen en afgraven van gronden, het permanent opslaan van goederen, het aanleggen, vergraven, verruimen of dempen van sloten, vijvers en andere wateren |
- de veiligheid - het doelmatig functioneren van de leiding - bij de leidingbeheerder is schriftelijk advies ingewonnen omtrent de vraag of door de ingreep de veiligheid niet in gevaar wordt gebracht, alsmede omtrent eventueel aan de vergunning te verbinden voorwaarden |
bestemming Leiding - Brandstof, Leiding - Riool
|
het egaliseren, ophogen en afgraven van gronden, heiwerkzaamheden of op een andere manier voorwerpen ingraven of indrijven, het aanbrengen van diepwortelende beplanting en verhardingen | - de veiligheid - bij de leidingbeheerder is advies ingewonnen omtrent de vraag of door de ingreep geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de belangen van de betreffende leiding, alsmede omtrent eventueel aan de vergunning te verbinden voorwaarden |
bestemming Natuur
|
het aanbrengen van ondergrondse leidingen | - aanwezige kwetsbare vegetaties blijven behouden - de recreatieve betekenis blijft behouden - de ondergrondse leidingen zijn noodzakelijk voor het terreinbeheer dan wel het openbaar nut |
bestemming Natuur, aanduiding kleinschaligheid |
het kappen van bomen | - het kappen is noodzakelijk voor het beheer van het natuurbos - er treedt geen significant negatief effect vor de waarde van het natuurbos op |
aanduiding laanbeplanting | het kappen van bomen | - de laanbeplanting als geheel niet onevenredig wordt of kan worden aangetast, dan wel aangetoond wordt dat na afloop van de werkzaamheden bomen opnieuw worden aangeplant, zodanig dat het karakter van de laan als geheel hersteld wordt. |
Het in lid 36.1 opgenomen verbod geldt niet:
Werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden als bedoeld in artikel 36 lid 36.1 zijn slechts toelaatbaar, indien door die werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden dan wel door de daarvan direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, één of meer waarden of functies van de in lid 36.1 bedoelde gronden, die het plan beoogt te beschermen, niet onevenredig worden of kunnen worden aangetast, dan wel de mogelijkheden voor het herstel van die waarde of functies niet onevenredig worden of kunnen worden verkleind.