direct naar inhoud van 3.4 Gemeentelijk beleid
Plan: Wierden-dorp
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0189.BP2009000005-VA02

3.4 Gemeentelijk beleid

3.4.1 Visie Bedrijventerreinen

De Visie Bedrijventerreinen is in maart 2009 door de gemeenteraad vastgesteld. De visie geeft een richting voor de toekomst en heeft tot doel ruimte te scheppen voor de bevordering van ondernemersactiviteiten en werkgelegenheid, waarbij rekening wordt gehouden met het ontwikkelen van toekomstgerichte bedrijventerreinen en een efficiënt ruimtegebruik van de bestaande terreinen. De bestaande bedrijfsterreinen worden toekomstgericht ingericht, zodat de bedrijfsactiviteiten ook in de toekomst op een goede wijze kunnen worden voortgezet.

Hieronder een overzicht van de ideeën per bedrijventerrein.

Violenhoek

Dit bedrijfsterrein uit de jaren '90 is een mengeling van vrij nieuwe gebouwen, maar daarnaast ook oude gebouwen. De ruimte is op bepaalde plekken niet efficiënt ingedeeld.

De verbeteringen voor dit bedrijfsterrein is als volgt te omschrijven:

  • De wegen (Violenhoeksweg- Bedrijvenstraat) asfalteren. Hierdoor krijgt het gebied een strakke uitstraling. Hierbij is het belangrijk dat er wordt gedacht aan fietsstroken in verband met veiligheidsoverwegingen.
  • De voorkeur gaat uit naar een werk- woongebied (wonen in combinatie met bedrijfshal) voor het gedeelte bij de Violenhoeksweg. Dat betekent dat in de huidige situatie de bestaande woningen kunnen blijven bestaan, maar de oudere panden opgeknapt dienen te worden. Deze kunnen worden vervangen door nieuwe bedrijfswoningen.
  • In de bestaande situatie is er parkeergelegenheid genoeg voor de ingangen van de gebouwen in nagenoeg alle gevallen. Bij de nieuwe kantoren/bedrijfshallen is dit ook mogelijk/ noodzakelijk. Het oude gedeelte van violenhoek (aan beide zijden van de Violenhoeksweg) zal in de toekomst worden geherstructureerd.

Hogelucht

  • Het bedrijfsterrein kenmerkt zich door een goede indelingsstructuur aan beide kanten van de Handelsweg, Nijverheidsstraat en Gildenweg. Gezien de komst van de nieuwe tunnel in dit gedeelte hebben wij de volgende verbeteringen aangebracht.
  • Aan het begin van de Nijverheidsstraat nabij de tunnel komt ruimte voor een enkel bedrijf of kantoor. Door de centrale plek is het een gunstige plek voor ondernemers.
  • Naast het kantoorpand kan ook een bedrijfshal worden gecreëerd. Hierdoor wordt het huidige braakliggende terrein goed opgevuld voor een nuttige bestemming.
  • Achter de huidige tennisbanen is het nog mogelijk om tennisbanen te realiseren richting het fietspad van de Europaring. Op de plek waar zich momenteel volkstuinen bevinden kan een parkeervoorziening worden aangelegd.
  • Alle wegen op dit bedrijventerrein zullen worden geasfalteerd waardoor het een strakke uitstraling krijgt. De openbare ruimte van dit bedrijfsterrein wordt begin 2011 aangepakt. Op de langere termijn is het de bedoeling dat op Hogelucht naar een lagere milieucategorie voor bedrijven wordt gegaan.

Kluinveen

  • Een uitgelezen plek voor kantoren en wonen en werken ten behoeve van de dienstverlenende sector omdat de bereikbaarheid ideaal is in verband met de locatie van Station Wierden. Tevens heeft het een gunstige ligging ten opzichte van het centrum.
  • Aan de Molenbeltsweg is het de bedoeling dat kantoren worden gerealiseerd. Hierdoor wordt een gunstige plek voor ondernemers gecreëerd (dichtbij het dorp en +/- 10 minuten rijden van de snelweg).
  • Het gedeelte tussen de Hamersweg en de Industrieweg wordt gebruikt voor kantoorpanden/bedrijfshallen.
  • Aan de rechterkant van de Ambachtsweg worden eveneens nieuwe kantoorpanden en bedrijfshallen geplaatst. De linkerkant van de Ambachtsweg kan intact blijven, omdat deze in de afgelopen jaren verbeterd is.
  • Op het moment heeft Staalbouw Boom een groot gedeelte van de Kluinveen in gebruik. De ondernemer heeft hierbij een gedeelte van de infrastructuur in gebruik.
  • De komende jaren zal ook dit bedrijventerrein geherstructureerd worden.
3.4.2 Woonvisie/Volkshuisvesting

De gemeente Wierden kent aantrekkelijke dorpse woonmilieus. Ze biedt met deze woonmilieus een woonklimaat die bij veel groepen op de woningmarkt in trek is. De gemeente wil in de komende jaren die aantrekkelijkheid voor alle groepen behouden en waar mogelijk versterken.

Recente demografische cijfers laten zien dat de bevolkingsgroei de komende jaren stagneert. Kwantitatieve groei is niet meer dé dominante richting; er zal meer moeten worden ingespeeld op kwaliteit. De bevolking- en huishoudensamenstelling verandert; de bevolking telt steeds minder jongeren en meer ouderen. Op deze ontwikkelingen wil de gemeente Wierden tijdig inspelen, onder meer door het uitzetten van een duidelijke koers ten aanzien van woonkwaliteit en een gedifferentieerd woningaanbod voor verschillende groepen.

Om de daad bij het woord te voegen heeft de gemeente Wierden recent haar beleidskader wonen bijgesteld. Op 27 april 2010 heeft de gemeenteraad dit beleidskader in de vorm van de gemeentelijke Woonvisie Nieuwe dynamiek in wonen vastgesteld.

Deze beleidsomslag is echter niet van vandaag op morgen realiteit. Vanuit het bestaande beleid zijn ontwikkelingen ingezet die nog tot bloei moeten komen. De gemeente wil haalbaar beleid neerzetten dat meer ruimte biedt voor de vraag van de woonconsument, en waarbij op een vloeiende wijze de omslag van beleid wordt gerealiseerd. Initiatieven vanuit het verleden krijgen dan ook de kans om tot ontwikkeling te komen, terwijl bij nieuwe ontwikkelingen het nieuwe beleid wordt ingezet. Zo wil de gemeente Wierden de dynamiek behouden en voorkomen dat wisselende inzichten leiden tot een situatie waarin elke ontwikkeling onmogelijk wordt.

Het dorp Wierden kent een gedifferentieerd woning- en voorzieningenaanbod en trekt daarmee verschillende doelgroepen aan. Voor de komende jaren ligt de nadruk op het behoud van een gedifferentieerd woningaanbod in koop en huur. De gemeente wil daarbij zorgvuldig omgaan met de beschikbare ruimte in het dorp Wierden en daarom, in lijn met de provinciale en lokale beleiduitgangspunten, op "dorpse" schaal bouwen. Dat betekent dat bij eventuele toekomstige inbreidinglocaties en herstructureringopgaven optimaal gebruik moet worden gemaakt van de beschikbare ruimte, waarbij de uitgangspunten van de gemeentelijke woonvisie een belangrijke rol spelen.

3.4.3 Welstandsnota

Eén van de instrumenten die het gemeentebestuur heeft om een actief beleid te voeren om de kwaliteit van de leefomgeving te bevorderen, is het welstandstoezicht. Het welstandstoezicht gebeurt op basis van het door de gemeenteraad vastgestelde beleid. Via haar welstandsnota wil de gemeente de ruimtelijke kwaliteit van de dagelijkse leefomgeving duurzaam bevorderen. Hiervoor zijn verschillende criteria ontwikkeld die bij de welstandsbeoordeling van een bouwplan een rol spelen.

Het welstandsbeleid van de gemeente Wierden is opgesteld vanuit de overtuiging dat de lokale overheid het belang van een aantrekkelijke gebouwde omgeving dient te behartigen. Door het opstellen van een welstandsbeleid kan de gemeente in alle openheid een effectief en inzichtelijk welstandstoezicht inrichten. Het welstandsbeleid in de gemeente Wierden kent algemene en gebiedsgerichte welstandscriteria. De welstandsnota is in augustus 2009 door de gemeenteraad vastgesteld.

Binnen het plangebied komen de diverse deelgebieden voor met de eigen kenmerken. Hoofdzakelijk komen voor:

  • historische uitvalswegen en historische linten (deelgebieden 7 en 11);
  • vooroorlogse arbeiderswijken (deelgebied 10);
  • woonwijken (oudere projectmatige, woonerftype of thematische) (deelgebieden 12, 13 en 15);
  • individuele woningbouw en 2/1 kapwoningen (deelgebied 14);
  • bedrijventerreinen (deelgebied 17); en
  • bijzondere bebouwing (deelgebied 19).

afbeelding "i_NL.IMRO.0189.BP2009000005-VA02_0003.jpg"

Overzicht deelgebieden Wierden

Historische uitvalswegen en historische linten (deelgebieden 7 en 11)

De dorpen zijn van oudsher al door wegen met elkaar verbonden. Langs deze wegen hebben zich in de loop van de tijd bebouwingslinten ontwikkeld. Van oorsprong bestaan ze uit vrijstaande bebouwing met tuinen en open ruimtes daartussen. Verder van de kern verwijderd zijn de ruimtes tussen de gebouwen - die vaak in gebruik zijn als weide of moestuin - groter, met doorzichten naar het landschap. De open ruimtes langs de historische uitvalswegen zijn naar de bebouwde kom toe steeds meer verdicht met nieuwere bebouwing. Deze verdichting gaat geleidelijk, alleen bij de Vriezenveenseweg blijft de bebouwing lang ver van elkaar staan. De oude panden zijn meest van agrarische oorsprong, aangevuld met burgerwoningen en een enkel bedrijf. Binnen de bebouwde kom staan er meest burgerwoningen uit verschillende tijdsperioden dicht op elkaar, met voortuinen en kleine open ruimtes. Hier is de bebouwing meest in een wisselende rooilijn evenwijdig aan de weg gesitueerd. Verder naar het landelijk gebied is de rooilijn meer wisselend, evenals de richting van de bebouwing ten opzichte van elkaar en de weg. Veel panden zijn individueel, maar er komen ook twee-onderéén-kap woningen en korte rijtjes voor.

De aard van de bebouwing is divers. Aan de Almelosestraat staan veel grote oude villa’s met in de tuinen grote, oude bomen, die gecompleteerd worden door het andere groen van de tuinen en van erfafscheidingen.

Traditionele architectuurkenmerken overheersen. De hoofdmassa is duidelijk van opzet. De panden zijn opgebouwd uit één of twee bouwlagen met een stevige kap, waarbij de agrarische bebouwing vaak voorzien is van een lage gootlijst. Er komen diverse kapvormen naast elkaar voor, waaronder schild-, zadel-, mansarde- en platte daken.

Rondom de kern Wierden bevinden zich behalve de historische uitvalswegen nog enkele kleinere historische agrarische linten. Deze linten zijn in de loop van de tijd opgenomen in de stedenbouwkundige structuur van de dorpen. In de bebouwingsstructuur zijn de linten herkenbaar aan hun gebogen verloop met variatie aan bebouwing. Van oorsprong was er veel open ruimte tussen de panden, maar na de oorlog is dit verdicht. De bebouwing langs de oude wegen is een mengsel van enkele restanten van de historische lintbebouwing in combinatie met projectmatige bebouwing of individuele panden die de open ruimtes hebben opgevuld. Deze variatie in bebouwing resulteerde ook in verspringingen in de rooilijn en soms scheef staande panden ten opzichte van de weg. De panden zijn straatgericht, maar soms ook met de voordeur in de zijgevel. De voortuinen zijn klein. De woningen aan de 1e Esweg zijn opvallend dicht op elkaar gebouwd. Sommige linten zoals de Marktstraat/Kruissteenweg in Wierden bevatten bredere stukken daar waar het door een enkelzijdige bebouwing mogelijk was de nieuwe bebouwing verder van de weg af te situeren met in het midden plantsoenstroken met bomen.

De historische en nieuwe individuele panden bestaan uit één bouwlaag met verschillende kapvormen, soms met wolfseinden of een geknikte daklijn en een verlaagde gootlijn. De nieuwere twee-onder-één-kap en rijtjeswoningen kenmerken zich door twee bouwlagen afgedekt door een zadeldak.

Het beleid is gericht op het behouden en versterken van het structuurbepalende karakter van de historische uitvalswegen en historische linten. Hierbij gaat het onder andere om het bevorderen van het individuele karakter van de bebouwing en het handhaven en herstellen van de begeleidende groenstructuren. De linten van Wierden zijn in het verleden al verdicht. Het valt niet te verwachten dat in de toekomst grootscheepse veranderingen plaats zullen vinden. De linten zijn van belang voor de gehele structuur van Wierden. Bovendien komt er ook veel historisch waardevolle bebouwing voor.

Vooroorlogse arbeiderswijken (deelgebied 10)

In de driehoekvorm tussen de Kluinveenweg en Hamerweg in Wierden is naast het bedrijventerrein een klein complex arbeidershuizen uit de jaren 1930 gelegen. De rijen in driehoekvorm bestaan uit ingetogen tuindorp-achtige woningen met een kleine voortuin en open straathoeken waar schuttingen en conifeerhagen de privacy waarborgen. Een bijzonder element in de wanden van één bouwlaag met zadeldak is het accent van poorten met een samengesteld dak in het midden van ieder bouwblok.

Het beleid is gericht op het behouden en versterken van de basiskwaliteit van het gebied, zowel stedenbouwkundig als architectonisch gezien. Er moet een heldere scheiding zijn tussen privé en publieke ruimten.

Woonwijken (oudere projectmatige, woonerftype of thematische) (deelgebieden. 12, 13 en 15)

De oudere projectmatige woonbuurten in Wierden kenmerken zich door een blokvormig stratenpatroon. De ruimtes tussen de oude bebouwingslinten zijn opgevuld met projectmatige woonbuurten. Centraal in de buurten van Wierden bevinden zich rechte, lange hoofdontsluitingswegen (soms zijn dit de linten), terwijl de zijstraten juist kort en in sommige gevallen geknikt zijn. De straten zijn vrij breed met aan weerszijden een trottoir, waarbij de straten in de oudere woonbuurten smaller zijn dan die in de jongere buurten. De oudere straten hebben een klinkerverharding, waarbij langs het trottoir geparkeerd kan worden.

De woongebieden hebben een overzichtelijk en rustig karakter. Het vele groen in de plantsoenen, voor- en zijtuinen en de straatbomen geven deze woongebieden een groen uiterlijk. De tuinen zijn gescheiden van de openbare ruimte door eenvoudige en lage erfafscheidingen als muurtjes of haagjes. De woningen staan in dezelfde rooilijn die evenwijdig aan de straat loopt. Het betreft vooral rijtjeswoningen, waarbij het aantal woningen in een rij variabel is. Gevelritmiek, herhaling van schoorstenen en een consequente oriëntatie op de straat zorgen voor een rustig beeld.

In Wierden Oost zijn de twee-onder-één-kap- en rijtjeswoningen op groenstroken gericht en aan de achterkant liggen parkeerhofjes. Het patroon hiervan herhaalt zich. Opvallend is dat in Wierden Oost en de Grote Maat in een centrale ruimte de voorzieningen geconcentreerd zijn.

De bebouwing kenmerkt zich veelal door een eenvoudige hoofdmassa van twee bouwlagen, afgedekt met een zadeldak. In Wierden Oost en de Grote Maat zijn rondom de centrale voorzieningen op verschillende plaatsen seniorenwoningen van één bouwlaag met kap gebouwd. De aaneengesloten woningen zijn voorzien van regelmatigheden als schoorstenen, deurluifels en een doorlopende gootlijn. De panden zijn straatgericht, hoewel bij de nieuwere bebouwing de voordeur zich soms ook in de zijgevel bevindt. Van oorsprong hebben de straten een open straathoek. Hierbij is er een duidelijk onderscheid tussen voor- en zijgevel.

In Wierden komen woonerfgebieden voor uit de periode 1975-1990, zoals de Stouwe en de nieuwere Hooilanden. Deze gebieden kenmerken zich door hun patroon van korte, sterk geknikte of verspringende straten, waaromheen de woningen gegroepeerd zijn. Er bevinden zich een groot aantal doodlopende straten, die in de meeste gevallen bestraat zijn met betonklinkers. In de straten zijn veel verkeersremmende maatregelen aangelegd, zoals drempels, bloembakken en bochten. Er kan worden geparkeerd op zowel parkeerstroken als op geclusterde parkeerplaatsen die verspreid door de buurt zijn gelegen. Trottoirs ontbreken over het algemeen. Kenmerkend is de grote mate van beslotenheid van het ruimtelijk beeld, zowel bij de hoofdroutes als in de woonstraten. Over het algemeen hebben de buurten door de tuinen, plantsoenen en straatbomen een groen karakter. De erfafscheidingen van de vaak ondiepe voortuinen zijn laag en divers van karakter. Een ander kenmerk zijn de aparte garageboxen. Niet alle bebouwing is gericht op de straat, er zijn ook woningen die aan voetpaden en groenstroken liggen. Tussendoor liggen kleine speelplekken. De woonblokken zijn kort, er zijn twee-onder-één-kap woningen, geschakelde of korte rijtjes. De woningen staan afwisselend evenwijdig aan of dwars op de weg en de panden hebben een verspringende rooilijn. In de nieuwere delen komen ook straten met trottoirs voor. Karakteristiek voor de woonerfgebieden in Wierden is de individuele woningbouw aan de randen van de wijken. De straten zijn hier kort en gebogen met trottoirs, voortuinen, parkeervakken met minder verkeersremmende maatregelen, weinig bloembakken en bielzen.

De bouwblokken zijn kort. Er komen kleine sprongen in de rooilijn en dakhoogte voor, waardoor er een zekere mate van variatie en beslotenheid ontstaat. Er zijn, globaal, twee woontype’s te onderscheiden: de twee-onder-één-kap en rijtjeswoningen van twee bouwlagen met kap en de individuele woningen aan de rand van één bouwlaag met kap. Deze huizen hebben verschillende dakvormen, dakhellingen en soms dakverspringingen. De plattegrond bestaat dikwijls uit samengestelde rechthoeken en er bevindt zich vaak een terugliggende garage ten opzichte van de voorgevellijn. Het eerste type is aaneengeschakeld en heeft in veel gevallen een berging met voordeur in een uitbouw aan de voorzijde of een carport met een plat dak tussen woning en straat, ook hier komen verspringingen in de daklijn voor.

De moderne wijk Weuste in Wierden wordt gekenmerkt door een planmatige opzet. De verschillende buurten hebben een onderscheidende architectuur. De "thematische woningbouw" van de afgelopen periode heeft in tegenstelling tot het woonerftype een helder onderscheid tussen openbaar en privé. Er worden weer echte woonstraten en bouwblokken gemaakt waar de voorzijde naar de straat is gericht en aan de achterzijde de private achtertuinen zijn gelegen. Door de regelmaat en eenheid hebben de buurten een rustig karakter. Er is veel aandacht besteed aan subtiele variabele details in de architectuur, waardoor er een degelijk en verzorgd beeld ontstaat. Dit komt ten goede aan de helderheid van de bebouwing- en wegenstructuur. De woningen liggen grotendeels op de rooilijn die evenwijdig loopt met de straat. Het straatprofiel is met zorg ontworpen met aan beide zijden trottoirs en groenstroken met bomen in het gras die de rijweg begeleiden. In de Weuste is er een centrale groen ingerichte ruimte met appartementenblokken van drie of vier bouwlagen met kap. Aan de randen van de wijk zijn vrijstaande woningen gebouwd, die veel variatie in het straatbeeld met zich meebrengen. Door de wijk lopen langzaam verkeersroutes. Gemeenschappelijke kenmerken zijn de evenwijdigheid aan de straat, het bouwen in dezelfde rooilijn, het voorkomen van voor- en achtertuinen en de voordeur in de zijgevel.

Het welstandsbeleid richt zich op het handhaven van de heldere en rustige stedenbouwkundige opzet en architectuur van deze buurten. Daarbij wordt gelet op de situering, schakeling en repetitie van bouwmassa's, op de eenvoud van straatprofielen en op de (weliswaar bescheiden, maar toch zorgvuldige) detaillering van de bebouwing. Deze gebieden kunnen beperkte afwijkingen van de bestaande ruimtelijke structuur en ingrepen in de architectuur van de gebouwen zonder al te veel problemen verdragen. Het groene karakter van de tuinen wordt zoveel mogelijk gehandhaafd en, indien mogelijk, versterkt. Uitbreidingslocaties zijn vaak met grote inspanning van betrokken partijen tot stand gekomen en trekken door hun bijzondere vormgeving en expressie de aandacht. Het streven van de gemeente is gericht op het handhaven van de karakteristieken en architectuur van deze buurten en het behouden van de gevarieerdheid dan wel eenheid tussen de buurten. Het gaat ook om de handhaving van de stedenbouwkundige opzet en de compositie van het straatbeeld.

Individuele woningbouw en 2/1 kapwoningen (deelgebied 14)

In Wierden liggen de woongebieden het Loo en de Aa aan de dorpsrand. Het gaat in de meeste gevallen om ruime vrijstaande woningen en twee-onder-één-kapwoningen op relatief grote percelen. Het Loo in Wierden heeft echter kleine kavels. De wegen zijn gebogen en hebben een smal profiel met klinkerbestrating. Bij veel straten is er aan één zijde een trottoir en soms aan de andere zijde een grasstrook met daarin straatbomen. Soms bevindt zich aan beide zijden een trottoir. Het parkeren geschiedt voornamelijk op eigen terrein en op geclusterde parkeerpleinen. Er is weinig openbaar groen, maar de buurten zijn door de vele beplanting in voor- en zijtuinen voorzien van voldoende groen. De erfafscheidingen bestaan voor een groot deel uit muurtjes, taxus- of beukenhagen van circa één meter hoog. De woningen staan evenwijdig aan of dwars op de weg en liggen over het algemeen langs een evenwijdig aan de straat gelegen licht wisselende rooilijn. In enkele delen staan de woningen schuin ten opzichte van de straat. Veel voordeuren bevinden zich in de zijgevels. De buurten hebben een rustige, gemoedelijke uitstraling waar de ruimte en het vele groen een belangrijke rol spelen.

De woningen stammen uit verschillende decennia, de jaren '70, '80 en '90. De gevarieerdheid van de architectuur in deze gebieden is het voornaamste kenmerk. Bij de woningen is er variatie in bouwmassa, vormgeving en materialen kleurgebruik. Wel bestaan ze alle uit één of twee bouwlagen met kap. Per woning verschilt de dakvorm en dakrichting, alhoewel de zadeldaken overheersen.

Het beleid is gericht op het behouden en versterken van de oorspronkelijke kwaliteit van het gebied en de bebouwing, zowel stedenbouwkundig als architectonisch gezien. De individuele bebouwingsmassa’s zijn beeldbepalend. Verspringingen in de rooilijn zijn mogelijk als dat in het straatbeeld past. De onderlinge afstand tussen de gebouwen zorgt voor een open bebouwingsbeeld.

Bedrijventerreinen (deelgebied 17)

De bedrijventerreinen in de gemeente Wierden worden gekenmerkt door hun functionele inrichting, vaak brede klinkerwegen of geasfalteerde straten en individuele bedrijfsgebouwen. Bij de oudere terreinen is meestal nog sprake van smallere wegen en een combinatie van bedrijven en woningen, veelal beide met kap. Hier zijn voor de bedrijfspanden meest traditionele materialen gebruikt, zoals baksteen. Bij de nieuwere terreinen worden de gebouwen groter, met platte daken en veel kunststof wanden in diverse kleuren. De panden zijn verder van elkaar gesitueerd door de grotere behoefte aan parkeer-, manoeuvreer- en opslagruimte. De gebouwen staan in een wisselende rooilijn. Aan de noordzijde van Wierden liggen van de dorpskern gescheiden door de spoorlijn de lokale bedrijventerreinen Violenhoek, Kluinveen en Hogelucht. Bij deze drie bedrijventerreinen is sprake van weinig groen, een functionele inrichting en veel variatie in kwaliteit, materialen en uitstraling van de verschillende panden. De bedrijven worden deels door hekken afgescheiden van de openbare ruimte en er is opslag en parkeren grenzend aan de straat aan de voor- of zijkanten.

De Hogelucht is een oud terrein met rechte en licht gebogen betonklinkerwegen, een breed profiel en parkeerstroken aan weerszijden. Tussen de individuele bedrijven staan enkele bedrijfswoningen met dicht beplante tuinen. In Kluinveen staan de gebouwen dichter op elkaar dan in Hogelucht, de wegen zijn ook minder breed. De bedrijfspanden worden afgewisseld met enkele woningen en representatieve showrooms. Violenhoek oogt ordelijker dan Hogelucht en Kluinveen, hetgeen inherent is aan de meer representatieve aard van de bedrijven. De zendmast/telefoonmast is een oriëntatiepunt in Violenhoek. Kantorenpark de Aa in het zuidoosten tussen de Almelosestraat en de rondweg Wierden is een eigen wereld waarin een aantal kantoorpanden gevestigd zijn met een verschillende vorm in een groene setting.

Bij de oudere terreinen in Wierden is de variatie in architectuur en kleur van de panden groot. Kenmerkend zijn de eenduidige bouwvolumes van wisselende schaal, de eenvoud in vormgeving en een grotendeels sobere afwerking. Hallen hebben verschillende hoogtes, overwegend één en soms twee of drie bouwlagen.

De grootte varieert en hangt af van de functie. De verschillende bedrijfsgebouwen zijn over het algemeen voorzien van hoge, blinde, gedekt gekleurde gevels, een enkele fel gekleurde daargelaten.

De bedrijfswoningen in Hogelucht bezitten een rechthoekige plattegrond en een zadeldak. De bedrijven zijn overwegend voorzien van platte daken. De gebouwen van Kluinveen hebben daarentegen verschillende dakvormen in het nieuwere deel van Violenhoek staan de gebouwen meer in dezelfde rooilijn.

Kantorenpark de Aa in het zuidoosten van Wierden ten noorden van de A35, neemt een bijzondere positie in binnen de bedrijventerreinen van de gemeente. Het is met recht een ‘kantoren’-park’: een met gras en bomen ingericht park, waar ontsloten door een gebogen centrale weg verschillende kantoorgebouwen te bereiken zijn. Deze gebouwen bezitten ieder een geheel eigen architectuur, uitstraling en vormgeving, zoals een stelsel van achthoeken en een gebouw bestaande uit een centraal deel met twee vleugels die 45° ten opzichte het middendeel gedraaid zijn.

Bedrijventerreinen zijn belangrijk voor de economie en werkgelegenheid. Het beleid is gericht op stimulering van de ruimtelijke kwaliteit en het dynamische en eigentijdse karakter van dit bedrijfsterrein. Gestreefd wordt naar zekere samenhang in plaatsing, volume en uitstraling van de bedrijfsbebouwing, zonder het individuele karakter van de bedrijven en hun eigen identiteit aan te tasten.

Bijzondere bebouwing (deelgebied 19)

De bijzondere gebouwen in de gemeente Wierden liggen verspreid in en rond de kernen. Het gaat hierbij om gebouwen die afwijken van hun omgeving door hun specifieke uitstraling en functie, zoals scholen, kerken, het gemeentehuis, verzorgingstehuizen, en bijvoorbeeld het station van Wierden. Ook supermarkten en bouwmarkten in woonwijken behoren tot de bijzondere bebouwing. Aangezien het hier individuele bebouwing betreft zijn er geen algemene kenmerken te geven. Ieder gebouw is geheel anders van vorm, materiaal, kleur en functie. Begraafplaatsen nemen een belangrijke plek in de kernen in. Ze zijn omsloten door hagen en hekwerken. De bebouwing bevindt zich meest aan de entree. Op de begraafplaats aan de Appelhofstraat in Wierden staan grote oude bomen, waardoor de plek een groene uitstraling heeft.

Het welstandstoezicht van bijzondere gebouwen is gericht op het handhaven, herstellen en versterken van gewaardeerde of gewenste karakteristieken van deze gebouwen. Het individuele karakter staat centraal. Ingrepen die tot een verstoring van het beeld van deze gebouwen leiden, moeten worden vermeden.

3.4.4 Bodemkwaliteitskaart en bodembeheerplan periode 2005-2010

In opdracht van de gemeente Wierden is in 2005 door Witteveen+Bos een wegbermonderzoek uitgevoerd langs het wegenstelsel dat beheerd wordt door de gemeente Wierden. Dit onderzoek heeft geresulteerd in een bodemkwaliteitskaart met bodembeheerplan. Hierbij is eveneens het landelijk gebied betrokken. In algemene zin heeft de bodemkwaliteitskaart tot doel de gebiedseigen bodemkwaliteit binnen het gebied vast te stellen. Hiermee wordt inzicht verkregen in de -van natuurlijke of antropogene oorsprong- diffuse verontreinigingen binnen een gebied. In het rapport is aangegeven welke consequenties de aangetoonde grondkwaliteit heeft voor mogelijk grondverzet.

3.4.5 Geluidbeleid

De mate waarin het geluid het (woon)milieu mag belasten is geregeld in verschillende wetten en regelingen. Afhankelijk van de bron en regeling gelden er voorkeursgrenswaarden, streefwaarden of maximale grenswaarden voor geluidgevoelige functies. Bij plannen waarbij geluidgevoelige bestemmingen mogelijk worden gemaakt, is akoestisch onderzoek nodig indien het plangebied binnen de onderzoekszone van geluidsbronnen (weg, spoor, industrie) is gelegen.

Omdat vanwege het conserverende karakter met dit bestemmingsplan geen nieuwe geluidgevoelige bestemmingen mogelijk worden gemaakt, is nader onderzoek niet nodig.

De gemeente Wierden zal voor nieuwe ontwikkelingen in het plangebied een zelfstandige planologische procedure opstarten. Er zal dan rekening gehouden moeten worden met het gebiedsgericht geluidsbeleid van de gemeente Wierden. Het gebiedsgericht beleid moet in 2011 worden vastgesteld.

Op basis van het functioneel gebruik van de ruimte is de gemeente Wierden onderverdeeld in een negental gebieden:

natuur- en extensiveringsgebied   historisch lint  
landbouwontwikkelingsgebied   woon-werkgebied  
verwevingsgebied   bedrijventerrein  
woonwijk   industrieterrein  
centrum    

Voor ieder gebied is in het geluidsbeleid voor de thema's bedrijven en verkeer een passende geluidskwaliteit opgenomen. De geluidskwaliteit (zie onderstaande tabel) geeft aan wat de ambitie is voor dat gebied. Daarnaast geeft de ambitietabel (zie onderstaande tabel) ook aan indien dit noodzakelijk is waar de ruimte zit voor mogelijke afwijkingen van de ambitie (bovengrens).

afbeelding "i_NL.IMRO.0189.BP2009000005-VA02_0004.jpg"

De nota geluidsbeleid en de hierbij horende nota hogere grenswaarden van de gemeente Wierden schept het lokale geluidbeleid kader, vormt uitgangspunt voor een eventuele hogere waarden afweging en schetst de voorwaarden en criteria waaraan getoetst wordt.

3.4.6 Externe veiligheid

Bij externe veiligheid gaat het om de risico's op de omgeving die samenhangen met het produceren, verwerken, opslaan en vervoeren van gevaarlijke stoffen. Deze risico's doen zich voor rondom zowel risicovolle inrichtingen, transport-assen of buisleidingen waarover respectievelijk waardoor gevaarlijke stoffen worden vervoerd. Het gemeentelijke externe veiligheidsbeleid is beschreven in het rapport Externe veiligheidsbeleid gemeente Wierden dat op 13 maart 2007 door de gemeenteraad is vastgesteld. Doel van het externe veiligheidsbeleid is om duidelijk te maken welke externe veiligheidsrisico's in de gemeente Wierden aanwezig zijn en hoe met deze en toekomstige risico's moet worden omgegaan. Dit betekent dat onder meer invulling wordt gegeven aan de wettelijke verplichting om het groepsrisico en het plaatsgebonden risico te overwegen.

Dit beleid is door nieuwe ontwikkelingen en inzichten achterhaald en wordt momenteel geactualiseerd. De verwachting is dat het geactualiseerde beleid begin 2011 kan worden vastgesteld.

3.4.7 Klimaatprogramma

De rijksoverheid heeft voor de klimaatproblematiek de volgende doelstellingen geformuleerd:

  • 2% energiebesparing per jaar;
  • 20% duurzame energie in 2020;
  • 30% reductie broeikasgassen in 2030.

In 2007 hebben het ministerie van VROM en de VNG een klimaatakkoord getekend, waarbij de gemeenten deze doelstellingen onderschrijven. De kern van het akkoord is dat gemeenten en Rijk een gezamenlijke inspanning leveren voor een schoner, duurzamer en zuiniger Nederland. Er zijn afspraken vastgelegd over maatregelen op een aantal terreinen: duurzame overheid, duurzame energieproductie, schone en zuinige mobiliteit, energiezuinige gebouwde omgeving, duurzame (agrarische) bedrijven en klimaatbestendige leefomgeving.

De gemeente Wierden heeft een eigen klimaatbeleid 2009-2012 gebaseerd de doeluitkering 'Stimulering Lokale Klimaatinitiatieven' (SLOK). Per thema zijn projecten aangegeven.

3.4.8 Gemeentelijk Rioleringsplan

Het vastgestelde gemeentelijk rioleringsplan is het beleidkader voor de nieuwe, verbrede, integrale gemeentelijke watertaak. Een zorgplicht voor voorzieningen voor inzameling en transport van hemelwater en voor aanpak van grondwaterproblemen in bebouwd gebied. Dit komt naast de reeds bestaande zorgplicht van inzameling en transport van afvalwater.

3.4.9 Nota Recreatie en toerisme 2005

De gemeente Wierden heeft haar beleid ten aanzien van toerisme vastgelegd in de Nota Recreatie en toerisme 2005. De belangrijkste reden om het toerisme en de recreatie een impuls te geven komt voort uit het feit dat de wens bestaat de werkgelegenheid in de gemeente te bevorderen en de locale economie te versterken. Daarnaast biedt recreatie en toerisme een alternatief waar het gaat om de teruglopende werkgelegenheid in de agrarische sector. Er wordt nader gekeken welke activiteiten nader ontplooid moeten worden om het toerisme in de gemeente een impuls te geven.

3.4.10 Detailhandelsstructuurvisie

Met de centrumplannen voor Wierden- en Enter-centrum bouwt de gemeente aan de toekomst. Het verbeteren van de dorpscentra is dan ook speerpunt in het beleid.

Door BRO is een verkennend onderzoek gedaan naar detailhandel (zie Bijlage 4 Detailhandelsstructuurvisie). De conclusie is dat er weinig marktruimte is en dat er ingezet wordt op kwaliteit. Hierdoor is het niet wenselijk om nieuwe detailhandel toe te staan binnen de kern Wierden, zodat de detailhandel vooral geconcentreerd wordt in het centrum. De huidige detailhandelsactiviteiten worden wel bestemd als detailhandel.

3.4.11 Verkeersbeleidsplan

De gemeente Wierden heeft de volgende doelstellingen geformuleerd ten aanzien van het verkeer:

  • de groei van de automobiliteit binnen de gemeente moet worden verminderd door het aanbieden van een goed en veilig fietsnetwerk;
  • het doorgaande verkeer moet zoveel mogelijk buiten de dorpskern gehouden worden;
  • de bereikbaarheid van bedrijventerreinen voor het goederenvervoer moet zo optimaal mogelijk zijn.

Op dit moment is reeds een groot aantal maatregelen uitgevoerd, die bijdragen aan het verder verbeteren van de verkeersstructuur in Wierden. Voorbeelden hiervan zijn het aanwijzen van 30-kilometerzones, het aanbrengen van drempels en de aanleg van de Westelijke randweg.