Plan: | Hoge Hexel |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0189.BP2009000003-VA01 |
Bij plannen in het kader van de Wet Ruimtelijke Ordening moet een watertoets worden uitgevoerd. Er wordt naar gestreefd om het bestaande waterhuishoudkundige en ruimtelijke beleid goed toe te passen en uit te voeren. Er moet worden aangegeven of en op welke wijze de waterhuishouding wordt beïnvloed en op welke wijze negatieve effecten worden voorkomen of gecompenseerd. Daarnaast bevat de waterparagraaf een weergave van het doorlopen proces en het wateradvies van de waterbeheerder. Overleg met het Waterschap in een vroeg stadium is van groot belang.
Zo is in het kader van de ontwikkeling van de Kleen-Esch overleg geweest met het waterschap over het programma van eisen, de kadernotitie met het stedenbouwkundige plan, het geohydrologisch onderzoek en het waterhuishoudkundig plan.
De gemeente heeft in overleg met het Waterschap, Vitens en de provincie afgesproken dat er voor de waterafvoer wadi's worden aangelegd. Vanwege de aanwezigheid van een leemlaag zal er geen infiltratie plaatsvinden. De wadi's zijn dus niet voor het infiltreren van regenwater, maar voor de afvoer en zuivering ervan.
Voor Kleen-Esch is een waterhuishoudingsplan opgesteld (zie bijlage Bijlage 3 Waterhuishoudingsplan). Dit plan beschrijft de bergende en zuiverende functie van de wadi's. In dit plan is opgenomen dat de wadi's afvoer vertragend zijn en zuiverend van aard. Onderin de wadi's komen drains om het gezuiverde hemelwater af te voeren naar afvoerleiding richting de watergang van Waterschap Regge en Dinkel. Zodoende wordt voorkomen dat hemelwater naar grondwater wegzakt.
Onderin de wadi's bevindt zich drainage die het gezuiverde hemelwater naar een ondergrondse, dichte afvoerleiding brengt. In beide wadi's bevindt zich ook een slokop. Als de wadi's vol water staan bij extreme neerslag, kan het overtollige hemelwater rechtstreeks worden afgevoerd naar de afvoerleiding via deze slokop. De afvoerleiding bestaat uit een PVC leiding met een diameter van 315 mm. Dit is voldoende groot voor de afvoer van het hemelwater.
In het waterhuishoudingsplan is een controleberekening opgenomen. Hieruit blijkt dat de wadi's voldoen aan de bergingseis. Bij de zuidelijke wadi is er zelfs sprake van een bergingsoverschot van 459 m3.
Ook de zuiverende functie is beschreven in het waterhuishoudingsplan. In een vergelijkbare wijk is de grondwater- en bodemkwaliteit niet verslechterd. Echter heeft DHV wel een aantal adviezen om verontreiniging tegen te gaan. Binnenkort wordt een nulmeting uitgevoerd om inzicht te krijgen in de huidige kwaliteit, vervolgens zal de Gemeente Wierden afspraken maken met de Provincie Overijssel en Vitens om vast te leggen welke maatregelen er moeten worden genomen bij overschrijding van de huidige kwaliteit.
Geohydrologisch advies
DHV heeft in oktober 2007 een geohydrologisch onderzoek uitgevoerd. Uit dit onderzoek kan geconcludeerd worden dat de resultaten uit het literatuuronderzoek, de TNO-peilbuizen en het veldwerk een eenduidig beeld geven van de lokale geohydrologische situatie. De bodem bestaat uit slecht doorlatend leem/klei met een dunne zandige deklaag. Het grondwater bevindt zich op grote diepte (meer dan 4 meter beneden maaiveld).
Om problemen met draagkracht, opvriezen en natte kruipruimtes te voorkomen, dient de ontwateringsdiepte voldoende te zijn. De ontwateringsdiepte is het verschil in hoogte tussen het maaiveld en de gemiddelde hoogste grondwaterstand (GHG). Op basis van de gemeten GHG's kan geconcludeerd worden, dat met de huidige maaiveldhoogten voldaan wordt aan de gestelde ontwateringseisen voor bebouwing, wegen en groen. Het maaiveld hoeft niet opgehoogd te worden ten behoeve van de ontwateringsdiepte. Wel wordt geadviseerd om groenzones lager aan te leggen dan wegen en paden en het vloerpeil van de woningen circa 0,2 meter hoger dan het straatpeil. Het ontstaan van schijngrondwater vormt op deze locatie wel een risico. Hier moet bij de aanleg van wegcunetten en kruipruimten rekening mee worden gehouden.
Daarnaast wordt geadviseerd het hemelwater dat op het verharde oppervlak in het plangebied valt niet te laten infiltreren in de bodem vanwege de ligging in een grondwaterbeschermingsgebied en de slechte doorlatendheid van de bodem (leemlaag).
Voor meer uitgebreide informatie wordt verwezen naar de bijlage Bijlage 4 Geohydrologisch onderzoek.
Grondwaterbeschermingsgebied
Het plangebied is gelegen in het grondwaterbeschermingsgebied. De beoogde woningbouw mag dan ook niet leiden tot een verslechtering van het grondwaterbeschermingsgebied; er moet juist een stap vooruit worden gezet. Voor het realiseren van de woningen moet bij de provincie een ontheffing worden aangevraagd.
Er is gebruik gemaakt van de Methodiek voor gebiedsgerichte grondwaterbescherming in Overijssel. Op het aspect maatschappelijk belang en het Stap-vooruit-principe wordt hieronder ingegaan. Voor een uitgebreidere toelichting wordt verwezen naar de toelichting bij de aanvraag ontheffing grondwaterbeschermingsgebied (zie Bijlage 5 Ontheffing grondwaterbeschermingsgebied).
Zwaarwegend maatschappelijk belang en het ontbreken van alternatieven
Op basis van het woonbeleid van de gemeente Wierden, wil de gemeente bij de kern Hoge Hexel minimaal bouwen voor de eigen behoefte vanuit de kern, te weten 24 woningen tot 2015.
Op basis van het aantal ingeschrevenen voor een huurwoning (38 mensen) of een bouwkavel (66 mensen), blijkt dat er voor Hoge Hexel een grote behoefte is aan woningen in de kern. De inschrijvingen betreffen zowel jongeren als ouderen.
Naast de behoefte aan de bouw van woningen, is er ook in verband met de leefbaarheid in Hoge Hexel behoefte aan uitbreiding van het aantal woningen. Zo is er in Hoge Hexel een basisschool aanwezig. Het gemiddelde aantal leerlingen op de school is 83. Om dit niveau vast te kunnen houden is het noodzakelijk dat het aantal woningen in Hoge Hexel wordt uitgebreid. De wens van de school is echter wel dat de bouw van de nieuwe woningen gefaseerd gaat plaatsvinden. Het in één keer realiseren van 24 woningen zet namelijk tijdelijk een flinke druk op de klassen, hetgeen niet gewenst is. Ook voor de peuterspeelzaal is het wenselijk dat er nieuwe woningen gefaseerd gerealiseerd gaan worden.
Tot slot is het voor de overige voorzieningen in Hoge Hexel, zoals het Kulturhus, de kerk en de kinderopvang eveneens wenselijk dat het aantal woningen in Hoge Hexel wordt uitgebreid.
De kern Hoge Hexel ligt volledig in het grondwaterbeschermingsgebied. Het is niet logisch om buiten het grondwaterbeschermingsgebied de gewenste woningen te gaan bouwen. Als de gewenste woningen buiten het grondwaterbeschermingebied gerealiseerd moeten worden, dan zal er geen enkele binding zijn met de bestaande kern. Inbreiding van een (kleine) kern vindt logischer wijs plaats aan de bestaande kern.
Ten zuiden van de kern is het niet wenselijk om de woningbouw te realiseren. Woningbouw aan de zuidkant van de kern is het dichts gelegen bij het waterwingebied. Dit is een onwenselijke ontwikkeling dat is aangegeven door Vitens. Daarnaast heeft Vitens aangegeven dat uitbreiding aan de noord-westkant van Hoge Hexel (overzijde van de Oude Schoolweg) eveneens niet wenselijk is. In april 1992 is er op verzoek van WMO (voorloper van Vitens) een afweging gemaakt tussen beide potentiële locaties (overzijde van de Oude Schoolweg en de huidige beoogde locatie) door onderzoek te doen naar de aanwezigheid van keileem ter plaatse van de bouwlocaties. Uit dit onderzoek trekt de WMO de conclusie dat uit oogpunt van de bescherming van de drinkwatervoorziening de bouwlocatie aan de Piksenweg (huidige plangebied) de voorkeur heeft. Dat is ook de reden waarom de bestaande bebouwing aan de Kleen-Esch nabij de kerk is gerealiseerd. Dit is de eerste aanzet geweest om de Kleen-Esch te realiseren.
Een stap vooruit
Activiteit | Indicatie van de belasting | |||
Omvang (kg stof) | Mobiliteit stoffen | Toxiciteit | Maatregelen | |
Constructies: woningbouw (24 stuks) | Laag (uitloging) |
Laag (overwegend metalen) |
Laag | Gebruik van niet uitloogbare materialen, regenwater van daken via afgesloten wadi |
Riolering: 100% gesloten systeem van álle verharde oppervlakten (wegen en daken) |
Laag (lekkage) |
Laag-Hoog (afh. van de stof) |
Laag Hoog | Afvoer via wadi (gesloten systeem). Wadi is voorzien van een folie die er voor zorgt dat er geen infiltratie naar de bodem kan plaats vinden |
Verkeer/wegen/parkeren | Laag (diffuse emissie) |
Laag-Hoog (bv. Strooizout) |
Laag-Hoog | Afstromend regenwater via wadi (gesloten syteem) |
Op of in de bodem brengen van stoffen (bouwstoffen) | Laag – middel | Laag | Laag | Tijdens bouwwerkzaamheden bodembeschermende voorzieningen. Onder wegen geen puingranulaat. Uitsluitend opbrengen van schone grond |
Toepassing brandstoffen, chemicaliën of andere schadelijke stoffen | N.v.t. | ------ | ------ | Geen landbouwvoertuigen meer op het voormalige maïsland. (stap – vooruit) |
Bemesting (voorheen maïsland) | N.v.t. | ------ | ------- | Stap - vooruit (geen infiltratie meer) |
Toepassing Bestrijdingsmiddelen | N.v.t. | ------ | ------- | Stap - vooruit (geen infiltratie meer) |
Onttrekking landbouwgrond
De diffuse belasting en de puntbelasting (calamiteiten) bepalen het risico van de activiteit. Op dit moment wordt de grond gebruikt als grasland. Het gebruik van meststoffen en bestrijdingsmiddelen zal straks niet meer plaatsvinden. De risico's van calamiteiten door mestaanwending (loslaten slangkoppelingen/lekkage tankauto) worden dus ook weggenomen.
Realisatie woningen
De locatie heeft een agrarische functie en het huidige gebruik is landbouwgrond. Omschakelen naar woningbouw waar meerdere mensen gaan wonen/verblijven ten opzichte van een enkele landbouwer die de grond bewerkt, is niet persé een stap vooruit. Echter, voor de drinkwaterwinning kan worden gesteld dat de bodem ter plaatse wordt beschermd doordat het huishoudelijk afvalwater via het drukriool en de afspoeling van hemelwater via verharde oppervlakten in een afgesloten wadi wordt geloosd. (De afgesloten wadi is als vereiste opgenomen in het waterhuishoudkundigplan.) Deze gecontroleerde lozing is daarom ten opzichte van diffuse lozingen van meststoffen en bestrijdingsmiddelen wel een verbetering.
Het regenwater in het gebied wordt opgevangen en afgevoerd naar wadi's binnen het plangebied. Er wordt geen hemelwater geïnfiltreerd. Dit is niet mogelijk door de onderliggende grondlagen. Ook heeft de provincie aangegeven geen infiltratie toe te staan in het gebied. Dit houdt in dat het water wordt verzameld in afgesloten wadi's en 100% wordt afgevoerd naar bestaande watergangen van het waterschap. Door het hemelwater op te vangen in de wadi's ontstaat waterberging en wordt het hemelwater gezuiverd door de bodempassage in de wadi.
Door bemonstering van de bedding van de wadi's kunnen eventuele verontreinigingen worden opgespoord en verwijderd. Hierdoor is de kans op verontreinigingen in het terrein tot een minimum beperkt.
Bij de kaveluitgifte zal de gemeente aan de toekomstige bewoners informatie geven over de ligging van de woonwijk in het grondwaterbeschermingsgebied. Dit heeft tot gevolg het bewoners verboden wordt om uitlogende materialen te gebruiken voor de gebouwen, maar ook dat zij de auto's niet mogen wassen binnen het grondwaterbeschermingsgebied. Daarnaast zal er informatie gegeven worden over het gebruik van bestrijdingsmiddelen en (kunst)mest en de gevolgen hiervan binnen het grondwaterbeschermingsgebied.
Het is niet volledig uit te sluiten dat er (bewuste) overtredingen kunnen plaatsvinden. De kans op calamiteiten in deze woonwijk, waardoor de bodem verontreinigd zou kunnen raken, is geringer dan bij agrarisch gebruik. Mede gelet op de kleinschaligheid en sociale controle in deze kleine woonkern, is het risico op bodemverontreiniging vrijwel uitgesloten.
REFLECT-methode
Op advies van de provincie is de REFLECT-methode toegepast om aan te tonen of de nieuwe ontwikkeling van 24 woningen een stap-vooruit is binnen het grondwaterbeschermingsgebied ten opzichte van het huidige agrarische gebruik. Uit deze methodiek bleek dat de toekomstige gebruiksfunctie, wonen, lage dichtheid, geschikter is dat de huidige bestemming, akkerbouw/maïs. Via deze methodiek zijn de gebruiksfuncties beoordeeld op diffuse belasting, calamiteiten belasting en handhavingaspect. Op alle onderdelen scoort wonen lager dan akkerbouw. Hoe lager de scorer hoe gunstiger het effect is op de waterwinning. Hieruit kan geconcludeerd worden dat gewenste woningen minder belastend zijn voor de grondwaterkwaliteit dan de huidige agrarische activiteiten (gebruik mais, weiland). Voor een uitgebreidere toelichting wordt verwezen naar Bijlage 6 Stap-vooruit onderzoek.