Buitengebied

1.6 Leeswijzer

Deze toelichting op het bestemmingsplan bestaat uit drie delen. In Hoofdstuk 2 (Beschrijving plangebied) is de cultuurhistorische achtergrond van het buitengebied van de gemeente beschreven. Het gaat dan om de ontstaansgeschiedenis van het landschap en van de bewoningsgeschiedenis in de gemeente. Een bijzondere plek is ten eerste ingeruimd voor het dorp Kiel-Windeweer dat geldt als gaaf Veenkoloniaal dorp en een status van beschermd dorpsgezicht geniet. Bij de beschrijving van de geschiedenis van het dorp Westerbroek bestaat ruime aandacht voor de vroegere vervening en activiteiten van baggelarijen aldaar. Van die activiteiten is namelijk nog veel zichtbaar in het huidige landschap. Verder worden ook de overige voorkomende landschapstypen beschreven. Het deel sluit af met een beschouwing van de huidige situatie van het buitengebied.

In Hoofdstuk 3 (Beleid per thema) en Hoofdstuk 4 (Gebiedsgericht beleid) worden de beleidsdoelen uiteengezet waaraan het bestemmingsplan invulling moet geven. Er wordt onder andere ingegaan op (on)mogelijkheden voor bedrijvigheid en recreatie, maar ook op de gemeentelijke woningbouwplannen in dorpen en langs oude linten, en het beleid voor het beschermd dorpsgezicht Kiel-Windeweer.

De gemeente moet aantonen dat de gemaakte keuzes beleidsmatig en juridisch op een verantwoorde wijze worden ingepast en niet onevenredig ten koste van andere belangen gaan. Hiermee is de essentie van Hoofdstuk 5 (Omgevingsfactoren), Hoofdstuk 6 (Juridische Toelichting) en Hoofdstuk 7(Uitvoerbaarheid) van deze toelichting bij het bestemmingsplan weergegeven. Hierin worden de resultaten van gedane onderzoeken behandeld: ecologie, externe veiligheid, archeologie, water-, bodem-, verkeer- en geluidsaspecten. In het hoofdstuk wordt ook een juridische toelichting op het bestemmingsplan gegeven en gaat de gemeente in op de maatschappelijke en financiële uitvoerbaarheid van de in het plan neergelegde ontwikkelingen. De verantwoording sluit af met de resultaten van het gevoerde overleg en de inspraakronde.