Plan: | Bierum, Losdorp, Godlinze |
---|---|
Status: | onherroepelijk |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0010.21BP-OH01 |
In dit hoofdstuk volgt een toelichting op de regeling van de bestemmingen in dit bestemmingsplan. Daarbij wordt aangegeven wat het uitgangspunt / de uitgangspunten van die regeling is / zijn.
Voor de bestemming "Agrarisch" geldt in beginsel dat de gronden zijn bedoeld voor agrarisch grondgebruik, het uitoefenen van grondgebonden agrarische bedrijfsactiviteiten en voor cultuurgrond. Wonen ten behoeve van het agrarisch bedrijf is mogelijk, mits het gaat om maximaal één bedrijfswoning. Voor de agrarische bedrijfsvoering kan van belang zijn dat de eigenaar van het bedrijf bij het bedrijf woont.
Bij de hoofdfunctie zijn (ondergeschikt) andere functies mogelijk, zodat enige mate van flexibiliteit in het gebruik van de gronden met deze bestemming ontstaat. Het gaat om onder meer wegen en paden, sloten en kassen.
In de specifieke gebruiksregels zijn enkele vormen van gebruik onder voorwaarden uitgesloten, daarbij gaat het om bijvoorbeeld het gebruik van gebouwen voor detailhandel of het gebruik van gronden voor een paardrijdbak. Bij paardrijdbakken zijn bijvoorbeeld regels opgenomen over de maximale lichtsterkte. Dit is gedaan om overlast voor de omgeving te voorkomen.
Bouwregels
De bedrijfsgebouwen van de agrarische bedrijven verschillen onderling van elkaar in afmeting en verschijningsvorm. De bouwregels zijn daarop afgestemd. De goot- en bouwhoogte zijn aangeduid in de ruimtelijke verbeelding, het bouwvlak bepaalt de maximaal te bebouwen oppervlakte.
Voor torensilo's en tunnelkassen zijn in de regels maximale bouwhoogten opgenomen, omdat dit type bouwwerk over het algemeen een meer uniforme afmeting kent.
De bedrijfswoning is binnen deze bestemming niet aangeduid, de plaatsing binnen het bouwvlak is vrij. In de regels zijn bepalingen opgenomen over de maximale afmetingen van de bedrijfswoning, waaronder een maximale oppervlakte.
Net zoals bij een 'gewone' woning, mogen bij de bedrijfswoning aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen worden gebouwd. Omdat deze uitsluitend bedoeld zijn ter ondersteuning van de woonfunctie, zijn hiervoor specifieke bouwregels opgenomen. De afmetingen van de genoemde bebouwing is gerelateerd aan de functie ervan.
Tot slot zijn bij deze bestemming bouwwerken, geen gebouwen en geen overkappingen zijnde, toegestaan. Daarbij gaat het bouwwerken die nodig kunnen zijn voor de hoofdfunctie, bijvoorbeeld mestbassins, perceelafscheidingen en overige bouwwerken binnen en buiten het bouwvlak. Ook hierbij zijn de maximale afmetingen bepaald door de functie van het bouwwerk. Daarnaast is aansluiting gezocht bij de mogelijkheden van het Besluit omgevingsrecht.
Flexibiliteitsbepalingen
Het is mogelijk door middel van een omgevingsvergunning af te wijken van de bouw- en gebruiksregels. Het afwijken van de regels van de bestemming geeft enige vorm van flexibiliteit aan het plan. Het geeft onder meer flexibiliteit voor de afmetingen van bedrijfsgebouwen, maar bijvoorbeeld ook voor productiegebonden detailhandel. Hieraan zijn echter wel voorwaarden verbonden, waaraan getoetst moet zijn voordat de omgevingsvergunning voor afwijking is verleend. Deze voorwaarden zijn opgenomen bij de regels voor afwijking.
De gronden binnen de bestemming "Bedrijf" zijn bestemd voor het uitoefenen van bedrijven categorie 1 en 2 van de in de bijlage opgenomen Staat van bedrijven. Geluidszoneringsplichtige en risicovolle inrichtingen en/of vuurwerkbedrijven vallen hierbuiten. De bedrijven met een dergelijke milieucategorie zijn goed verenigbaar met de woonomgeving. Dit is de reden waarom bestaande bedrijven uit een zwaardere categorie specifiek zijn aangeduid. Deze zijn niet overal zomaar toegestaan, maar kunnen op de huidige locatie blijven bestaan.
Bij de hoofdfunctie horende bedrijfswoningen en volumineuze detailhandel zijn bij recht toegestaan. Deze mogen in het gehele bouwvlak gerealiseerd worden. Bij de bedrijfswoning gaat het om maximaal één woning.
Naast de hoofdfunctie zijn (ondergeschikt) andere functies mogelijk, zodat enige mate van flexibiliteit in het gebruik van de gronden met deze bestemming ontstaat.
Bouwregels
De bedrijfsgebouwen verschillen onderling van elkaar in afmeting en verschijningsvorm. De bouwregels zijn daarop afgestemd. De goot- en bouwhoogte zijn aangeduid in de ruimtelijke verbeelding, het bouwvlak bepaalt de maximaal te bebouwen oppervlakte.
In het plangebied zijn bij meerdere bedrijven bedrijfswoningen aanwezig. In sommige gevallen maken deze deel uit van het bedrijfsgebouw, in andere gevallen zijn het vrijstaande, of aangebouwde woningen. De ruimtelijke verschijningsvorm van de woningen verschilt. Op de verbeelding is daarom de maximale goot- en bouwhoogte van de bedrijfswoningen aangegeven.
Bij de bedrijfswoning mogen aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen worden gebouwd. Omdat deze uitsluitend bedoeld zijn ter ondersteuning van de woonfunctie, zijn hiervoor specifieke bouwregels opgenomen. De afmetingen van de genoemde bebouwing is gerelateerd aan de functie ervan.
Daarnaast zijn bij deze bestemming bouwwerken, geen gebouwen en geen overkappingen zijnde, toegestaan. Daarbij gaat het om erf- en terreinafscheidingen en overige bouwwerken. Ook hierbij zijn de maximale afmetingen bepaald door de functie van het bouwwerk. Daarnaast is aansluiting gezocht bij de mogelijkheden van het Besluit omgevingsrecht.
Flexibiliteitsbepalingen
Het is mogelijk door middel van een omgevingsvergunning af te wijken van de bouw- en gebruiksregels. Het afwijken van de regels van de bestemming geeft enige vorm van flexibiliteit aan het plan. Hierbij gaat het onder meer om het bouwen buiten het bouwvlak of het toestaan van een bedrijf uit een categorie 3.1. Hieraan zijn echter wel voorwaarden verbonden, waaraan getoetst moet zijn voordat de omgevingsvergunning voor afwijking is verleend. Deze voorwaarden zijn opgenomen bij de regels voor afwijking.
De gronden binnen de bestemming "Bedrijf - Agrarisch loonbedrijf" zijn bestemd voor een agrarisch loonbedrijf.
Bij de hoofdfunctie horende bedrijfswoning is bij recht toegestaan. Deze mag in het gehele bouwvlak gerealiseerd worden. Bij de bedrijfswoning gaat het om maximaal één woning.
Naast de hoofdfunctie zijn (ondergeschikt) andere functies mogelijk, zodat enige mate van flexibiliteit in het gebruik van de gronden met deze bestemming ontstaat.
Bouwregels
De bedrijfsgebouwen verschillen onderling van elkaar in afmeting en verschijningsvorm. De bouwregels zijn daarop afgestemd. De goot- en bouwhoogte zijn aangeduid in de ruimtelijke verbeelding, het bouwvlak bepaalt de maximaal te bebouwen oppervlakte.
In het plangebied zijn bij meerdere bedrijven bedrijfswoningen aanwezig. In sommige gevallen maken deze deel uit van het bedrijfsgebouw, in andere gevallen zijn het vrijstaande, of aangebouwde woningen. De ruimtelijke verschijningsvorm van de woningen verschilt. Op de verbeelding is daarom de maximale goot- en bouwhoogte van de bedrijfswoningen aangegeven.
Bij de bedrijfswoning mogen aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen worden gebouwd. Omdat deze uitsluitend bedoeld zijn ter ondersteuning van de woonfunctie, zijn hiervoor specifieke bouwregels opgenomen. De afmetingen van de genoemde bebouwing is gerelateerd aan de functie ervan.
Daarnaast zijn bij deze bestemming bouwwerken, geen gebouwen en geen overkappingen zijnde, toegestaan. Daarbij gaat het om erf- en terreinafscheidingen en overige bouwwerken. Ook hierbij zijn de maximale afmetingen bepaald door de functie van het bouwwerk. Daarnaast is aansluiting gezocht bij de mogelijkheden van het Besluit omgevingsrecht.
Flexibiliteitsbepalingen
Het is mogelijk door middel van een omgevingsvergunning af te wijken van de bouw- en gebruiksregels. Het afwijken van de regels van de bestemming geeft enige vorm van flexibiliteit aan het plan. Hierbij gaat het onder meer om het bouwen buiten het bouwvlak of het toestaan van een bedrijf uit een categorie 3.1. Hieraan zijn echter wel voorwaarden verbonden, waaraan getoetst moet zijn voordat de omgevingsvergunning voor afwijking is verleend. Deze voorwaarden zijn opgenomen bij de regels voor afwijking.
Op het kwekerijbedrijf in Bierum ligt de bestemming "Bedrijf - Kwekerij". Gronden met deze bestemming zijn bedoeld voor een kwekerij met de daarbij horende bedrijfswoning. Bij de bedrijfswoning gaat het om maximaal één woning. De locatie van de woning is binnen het hele bouwvlak mogelijk.
Detailhandel is ook mogelijk, mits dit ten behoeve van de kwekerij en verkoop van tuingerelateerde artikelen is. Horeca is mogelijk wanneer het gaat om een theeschenkerij in de kwekerij.
Naast de hoofdfunctie zijn (ondergeschikt) andere functies als parkeervoorzieningen mogelijk, zodat enige mate van flexibiliteit in het gebruik van de gronden met deze bestemming ontstaat.
Bouwregels
De bedrijfsgebouwen verschillen onderling van elkaar in afmeting en verschijningsvorm. De bouwregels zijn daarop afgestemd. De goot- en bouwhoogte zijn aangeduid in de ruimtelijke verbeelding, het bouwvlak bepaalt de maximaal te bebouwen oppervlakte.
Bij de kwekerij staat een vrijstaande bedrijfswoning. Op de verbeelding is daarom de maximale goot- en bouwhoogte van de bedrijfswoning aangegeven. Dit is sluit aan op de systematiek van dit bestemmingsplan.
Bij de bedrijfswoning mogen aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen worden gebouwd. Omdat deze uitsluitend bedoeld zijn ter ondersteuning van de woonfunctie, zijn hiervoor specifieke bouwregels opgenomen. De afmetingen van de genoemde bebouwing is gerelateerd aan de functie ervan.
Daarnaast zijn bij deze bestemming bouwwerken, geen gebouwen en geen overkappingen zijnde, toegestaan. Daarbij gaat het om erf- en terreinafscheidingen en overige bouwwerken. Ook hierbij zijn de maximale afmetingen bepaald door de functie van het bouwwerk. Daarnaast is aansluiting gezocht bij de mogelijkheden van het Besluit omgevingsrecht.
Flexibiliteitsbepalingen
Het is mogelijk door middel van een omgevingsvergunning af te wijken van de bouw- en gebruiksregels. Het afwijken van de regels van de bestemming geeft enige vorm van flexibiliteit aan het plan. Hieraan zijn echter wel voorwaarden verbonden, waaraan getoetst moet zijn voordat de omgevingsvergunning voor afwijking is verleend. Deze voorwaarden zijn opgenomen bij de regels voor afwijking.
De gronden binnen de bestemming "Bedrijf - Nutsvoorziening" zijn bestemd voor openbare nutsgebouwen. Daarbij gaat het om onder meer elektriciteitskastjes. De bijbehorende groen-, verkeers- en watervoorzieningen zijn ook mogelijk binnen de bestemming.
Bouwregels
De bouwregels staan gebouwen en overkappingen toe voor de bestemming. Het gaat daarom om bouwwerken van geringe omvang. De gebouwtjes en overkappingen moeten binnen het aangeduide bouwvlak en hebben een maximale bouwhoogte van 5,00 m. Deze hoogte is afgestemd op de bestaande nutsgebouwen in het plangebied.
Bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn mogelijk, waarbij het onder meer gaat om erf- en terreinafscheidingen. Erf- en terreinafscheidingen dienen in dit geval ter beveiliging van de nutsvoorziening en mogen daarom maximaal 2,00 meter hoog zijn. Overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bijvoorbeeld lichtmasten, hebben een maximale bouwhoogte van 5,00 meter. De maximale afmetingen zijn bepaald door de functie van het bouwwerk. Daarnaast is aansluiting gezocht bij de mogelijkheden van het Besluit omgevingsrecht.
De bestemming "Bos" ligt op het bosperceel bij Bierum en is bedoeld voor het behoud van dit bos. Naast de hoofdfunctie zijn in de bestemming ook andere functies mogelijk. Daarbij gaat om onder meer extensief agrarische gebruik, (dag)recreatief medegebruik en wegen en paden mogelijk. Bij de bestemming horende bouwwerken zijn ook toegestaan.
Bouwregels
In de bestemming zijn alleen bouwwerken, geen gebouwen zijnde mogelijk. Daarbij gaat het om overige bouwwerken die maximaal 5,00 meter hoog mogen worden. Hieronder vallen onder andere verlichtingsmasten. De maximale bouwhoogte is afgestemd op de gewenste functie.
Omgevingsvergunning
De bestemming kent een regeling voor een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden. Dit betekent dat de bedoelde werken en werkzaamheden alleen uitgevoerd mogen worden nadat hiervoor een omgevingsvergunning is verleend. Bovendien moet het werk of de werkzaamheden getoetst worden aan de bij de omgevingsvergunning opgenomen toetsingscriteria. De toetsingscriteria zijn opgenomen om onnodig aantasten van het bos te voorkomen.
Flexibiliteitsbepalingen
Het is mogelijk door middel van een wijziging de bestemming 'Bos' te wijzigen naar de bestemming 'Agrarisch'. Deze wijzigingsbevoegdheid geeft enige vorm van flexibiliteit. Hieraan zijn echter wel voorwaarden verbonden, waaraan getoetst moet zijn voordat het bestemmingsplan gewijzigd kan worden. Deze voorwaarden zijn opgenomen bij de wijzigingsbevoegdheid.
De bestemming "Detailhandel" is bedoeld voor het mogelijk maken van detailhandel, al dan niet in combinatie met ondergeschikte horeca. Voor de horecafunctie, zijn in de specifieke gebruiksregels oppervlaktebepalingen opgenomen. Risicovolle inrichtingen zijn uitgesloten om gevaar voor de omgeving te voorkomen.
Binnen de bestemming is maximaal één bedrijfswoning mogelijk. De locatie van de woning is binnen het hele bouwvlak mogelijk.
Naast de hoofdfunctie zijn (ondergeschikt) andere functies mogelijk, zodat enige mate van flexibiliteit in het gebruik van de gronden met deze bestemming ontstaat.
Bouwregels
De gebouwen verschillen onderling van elkaar in afmeting en verschijningsvorm. De bouwregels zijn daarop afgestemd. De goot- en bouwhoogte zijn aangeduid in de ruimtelijke verbeelding, het bouwvlak bepaalt de maximaal te bebouwen oppervlakte.
Bij een detailhandelsfunctie is mogelijk een bedrijfswoning aanwezig. De bedrijfswoning kan deel uitmaken van het hoofdgebouw, maar er kan ook sprake zijn van een vrijstaande, of aangebouwde bedrijfswoning. De ruimtelijke verschijningsvorm van de bedrijfswoningen verschilt. Op de verbeelding is daarom de maximale goot- en bouwhoogte van de bedrijfswoningen aangegeven.
Bij de bedrijfswoning mogen aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen worden gebouwd. Omdat deze uitsluitend bedoeld zijn ter ondersteuning van de woonfunctie, zijn hiervoor specifieke bouwregels opgenomen. De afmetingen van de genoemde bebouwing is gerelateerd aan de functie ervan.
Daarnaast zijn bij deze bestemming bouwwerken, geen gebouwen en geen overkappingen zijnde, toegestaan. Daarbij gaat het om erf- en terreinafscheidingen en overige bouwwerken. Ook hierbij zijn de maximale afmetingen bepaald door de functie van het bouwwerk. Daarnaast is aansluiting gezocht bij de mogelijkheden van het Besluit omgevingsrecht.
Flexibiliteitsbepalingen
Het is mogelijk door middel van een omgevingsvergunning af te wijken van de bouwregels. Het afwijken van de regels van de bestemming geeft enige vorm van flexibiliteit aan het plan. Hieraan zijn echter wel voorwaarden verbonden, waaraan getoetst moet zijn voordat de omgevingsvergunning voor afwijking is verleend. Deze voorwaarden zijn opgenomen bij de regels voor afwijking.
De ruimtelijk en/of functioneel van belang zijnde groenvoorzieningen zijn binnen de bestemming "Groen" opgenomen.
Naast de groenvoorzieningen, zijn ook voorzieningen voor landschappelijke inpassing van aangrenzende gronden en water mogelijk. Daarbij is het behoud, het herstel en de ontwikkeling van de natuurlijke en landschappelijke waarden van de groengebieden.
Naast de hoofdfunctie zijn (ondergeschikt) andere functies mogelijk, zodat enige mate van flexibiliteit in het gebruik van de gronden met deze bestemming ontstaat.
Bouwregels
Gebouwen en overkappingen zijn binnen deze bestemming niet toegestaan. Wel is het mogelijk om bouwwerken, geen gebouwen en geen overkappingen zijnde, te bouwen. Daarbij gaat het om erf- en terreinafscheidingen en overige bouwwerken. Onder de overige bouwwerken horen bijvoorbeeld speelvoorzieningen. De bouwhoogte van de verschillende bouwwerken is afgestemd met de functie ervan. Daarnaast is aansluiting gezocht bij de mogelijkheden van het Besluit omgevingsrecht.
Flexibiliteitsbepalingen
Het is mogelijk door middel van een omgevingsvergunning af te wijken van de bouwregels. Het afwijken van de regels van de bestemming geeft enige vorm van flexibiliteit aan het plan. Hieraan zijn echter wel voorwaarden verbonden, waaraan getoetst moet zijn voordat de omgevingsvergunning voor afwijking is verleend. Deze voorwaarden zijn opgenomen bij de regels voor afwijking.
De voor "Horeca" aangewezen gronden zijn bestemd voor het uitoefenen van horecabedrijven. Daarbij is bepaald dat het gaat om bedrijven met een horecacategorie 1, 2 en/of 3. In de begripsbepalingen staat uitgelegd wat deze categorieën betekenen. Daarnaast is maximaal één bedrijfswoning mogelijk gemaakt.
Naast de hoofdfunctie zijn (ondergeschikt) andere functies mogelijk, zodat enige mate van flexibiliteit in het gebruik van de gronden met deze bestemming ontstaat.
Bouwregels
De gebouwen verschillen onderling van elkaar in afmeting en verschijningsvorm. De bouwregels zijn daarop afgestemd. De goot- en bouwhoogte zijn aangeduid in de ruimtelijke verbeelding, het bouwvlak bepaalt de maximaal te bebouwen oppervlakte.
Bij een horecafunctie is mogelijk een bedrijfswoning aanwezig. De bedrijfswoning kan deel uitmaken van het hoofdgebouw, maar er kan ook sprake zijn van een vrijstaande, of aangebouwde bedrijfswoning. De ruimtelijke verschijningsvorm van de bedrijfswoningen verschilt. Op de verbeelding is daarom de maximale goot- en bouwhoogte van de bedrijfswoningen aangegeven.
Bij de bedrijfswoning mogen aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen worden gebouwd. Omdat deze uitsluitend bedoeld zijn ter ondersteuning van de woonfunctie, zijn hiervoor specifieke bouwregels opgenomen. De afmetingen van de genoemde bebouwing is gerelateerd aan de functie ervan.
Daarnaast zijn bij deze bestemming bouwwerken, geen gebouwen en geen overkappingen zijnde, toegestaan. Daarbij gaat het om erf- en terreinafscheidingen en overige bouwwerken. Ook hierbij zijn de maximale afmetingen bepaald door de functie van het bouwwerk. Daarnaast is aansluiting gezocht bij de mogelijkheden van het Besluit omgevingsrecht.
Flexibiliteitsbepalingen
Het is mogelijk door middel van een omgevingsvergunning af te wijken van de bouwregels. Het afwijken van de regels van de bestemming geeft enige vorm van flexibiliteit aan het plan. Hieraan zijn echter wel voorwaarden verbonden, waaraan getoetst moet zijn voordat de omgevingsvergunning voor afwijking is verleend. Deze voorwaarden zijn opgenomen bij de regels voor afwijking.
De voor "Maatschappelijk" aangewezen gronden zijn bestemd voor het uitoefenen van maatschappelijke voorzieningen. Hierbij kan onder andere worden gedacht aan kerken, onderwijsvoorzieningen, kinderopvang, peuterspeelzaal. Om een optimaal functioneren van de maatschappelijke functie te garanderen, zijn daarbij horende voorzieningen voor bijvoorbeeld parkeer- en speelvoorzieningen ondergeschikt toegestaan. Bij de maatschappelijke voorzieningen in het plangebied komen geen bedrijfswoningen voor, deze worden daarom niet mogelijk gemaakt.
Bouwregels
De gebouwen moeten binnen het bouwvlak worden gebouwd. Vanwege het verschil in afmeting en verschijningsvorm, zijn de goot- en bouwhoogte per bouwvlak aangeduid in de ruimtelijke verbeelding aangeduid. De bouwvlakken zijn daarbij in sommige gevallen ruimer dan de bestaande bebouwing. In die gevallen is in het bouwvlak een maximum bebouwingspercentage aangeduid, zodat het niet geheel volgebouwd wordt. Wanneer deze aanduiding ontbreekt bepaald de afmeting van het bouwvlak de maximaal te bebouwen oppervlakte.
Daarnaast zijn bij deze bestemming bouwwerken, geen gebouwen en geen overkappingen zijnde, toegestaan. Daarbij gaat het om erf- en terreinafscheidingen en overige bouwwerken. Ook hierbij zijn de maximale afmetingen bepaald door de functie van het bouwwerk. Daarnaast is aansluiting gezocht bij de mogelijkheden van het Besluit omgevingsrecht.
De begraafplaatsen in het plangebied hebben de bestemming "Maatschappelijk - Begraafplaats", in verband met de specifieke maatschappelijke functie. De bestemming is dan ook bedoeld voor een begraafplaats met daarbij horende tuinen, erven en terreinen en bouwwerken. Om een optimaal functioneren van de begraafplaats te garanderen, zijn voorzieningen als parkeervoorzieningen, voet- en fietspaden en water ondergeschikt toegestaan.
Bouwregels
Gebouwen zijn binnen de bestemming niet toegestaan. Wel is het mogelijk bouwwerken, geen gebouwen en geen overkappingen zijnde, te bouwen. Daarbij gaat het om erf- en terreinafscheidingen en overige bouwwerken. De maximale afmetingen zijn bepaald door de functie van het bouwwerk. Daarnaast is aansluiting gezocht bij de mogelijkheden van het Besluit omgevingsrecht.
De bestemming "Recreatie" ligt op de gronden die vooral een recreatieve functie hebben. De bestemming maakt daarom dagrecreatieve voorzieningen en sport- en speelvelden mogelijk. Gebouwen voor cultuur en ontspanning, dagrecreatieve voorzieningen en maatschappelijke voorzieningen zijn ondergeschikt mogelijk. Daarbij kan gedacht worden aan een dorpshuis. De ijsbaan van Bierum is specifiek aangeduid om deze mogelijk te maken. Bij de recreatie horende nutsvoorzieningen en bouwwerken zijn ook toegestaan. Om een optimaal functioneren van de recreatieve functie te garanderen, zijn ondergeschikt bijvoorbeeld parkeervoorzieningen en voet- en fietspaden toegestaan.
Bouwregels
Gebouwen en overkappingen zijn binnen de bestemming alleen toegestaan binnen het bouwvlak. Het bouwvlak bepaald de maximale oppervlakte van de gebouwen en overkappingen. De maximale bouwhoogte is aangeduid in de ruimtelijke verbeelding, omdat een uniforme regel hiervoor niet mogelijk is. De gebouwen en overkappingen in het plangebied verschillen onderling in afmeting en vorm.
Daarnaast is het mogelijk om bouwwerken, geen gebouwen en geen overkappingen zijnde, te bouwen. Daarbij gaat het om erf- en terreinafscheidingen en overige bouwwerken. Onder die laatste groep vallen onder andere sport- en speelvoorzieningen. De bouwhoogte van de verschillende bouwwerken is afgestemd met de functie ervan. Daarnaast is aansluiting gezocht bij de mogelijkheden van het Besluit omgevingsrecht.
De bestemming "Sport" ligt op de gronden die vooral sportfunctie hebben. De bestemming maakt sport- en speelvelden en de daarbij horende gebouwen en overkappingen mogelijk. Bij die gebouwen gaat het onder meer om kantines en/of kleedruimten. Om een optimaal functioneren van de sportfunctie te garanderen, zijn onder meer parkeervoorzieningen en voet- en fietspaden ondergeschikt toegestaan.
Bouwregels
Zoals aangegeven is de bouw van gebouwen toegestaan. Deze moeten binnen het aangeduide bouwvlak worden gerealiseerd. Vanwege het verschil in afmeting en verschijningsvorm van de gebouwen, zijn de goot- en bouwhoogte per bouwvlak aangeduid in de ruimtelijke verbeelding aangeduid. Omdat een bouwvlak in sommige gevallen ruimer rond de bestaande bebouwing zijn gelegd, is Het bouwvlak en al dan niet daarin opgenomen maximaal bebouwingspercentage bepalen de maximaal te bebouwen oppervlakte.
Daarnaast zijn bij deze bestemming bouwwerken, geen gebouwen en geen overkappingen zijnde, toegestaan. Daarbij gaat het om erf- en terreinafscheidingen, lichtmasten en ballenvangers en overige bouwwerken. De maximale afmetingen zijn bepaald door de functie van het bouwwerk. Daarnaast is aansluiting gezocht bij de mogelijkheden van het Besluit omgevingsrecht.
Het doel van de bestemming "Tuin" is de (openheid van de) tuin voor de voorgevel en een naar de weg gekeerde gevel bij woningen te behouden. De hoofdfunctie van de bestemming zijn dan ook tuinen. Daarnaast zijn daarbij horende bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mogelijk.
Bouwmogelijkheden
Gebouwen en overkappingen zijn in de bestemming niet toegestaan. Wel mogen bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd. Daarbij gaat het om erf- en terreinafscheidingen, vlaggenmasten, lichtmasten en overige bouwwerken. De maximale afmetingen zijn bepaald door de functie van het bouwwerk. Daarnaast is aansluiting gezocht bij de mogelijkheden van het Besluit omgevingsrecht.
Flexibiliteitsbepalingen
Het is mogelijk door middel van een omgevingsvergunning af te wijken van de bouwregels. Het afwijken van de regels van de bestemming geeft enige vorm van flexibiliteit aan het plan. Daarmee worden onder andere aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen mogelijk gemaakt. Hieraan zijn echter wel voorwaarden verbonden, waaraan getoetst moet zijn voordat de omgevingsvergunning voor afwijking is verleend. Deze voorwaarden zijn opgenomen bij de regels voor afwijking.
De voor "Verkeer" aangewezen gronden zijn bestemd voor wegen met een functie hoofdzakelijk ten behoeve van doorgaand verkeer. De bestemming ligt dan ook over de doorgaande (ontsluitings)wegen in het plangebied. Naast de hoofdfunctie is de bestemming ook bedoeld om overige voorzieningen mogelijk te maken, waaronder paden, parkeervoorzieningen en in beperkte mate water. Hiermee ontstaat flexibiliteit voor de (her)inrichting en het gebruik van de gronden met deze bestemming.
Bouwregels
Gebouwen en overkappingen zijn binnen de bestemming niet toegestaan. Wel zijn bouwwerken, geen gebouwen en geen overkappingen zijnde mogelijk. Daarbij gaat het om bouwwerken die ten gunste staan van de bestemming, bijvoorbeeld bruggen en/of viaducten. De maximale afmetingen zijn bepaald door de functie van het bouwwerk. Daarnaast is aansluiting gezocht bij de mogelijkheden van het Besluit omgevingsrecht.
Flexibiliteitsbepalingen
Het is mogelijk door middel van een omgevingsvergunning af te wijken van de bouw- en gebruiksregels. Het afwijken van de regels van de bestemming geeft enige vorm van flexibiliteit aan het plan. Hieraan zijn echter wel voorwaarden verbonden, waaraan getoetst moet zijn voordat de omgevingsvergunning voor afwijking is verleend. Deze voorwaarden zijn opgenomen bij de regels voor afwijking.
Alle woonstraten en kleinere wegen en paden, waarbij naast de verkeersfunctie een nadrukkelijke verblijfsfunctie aanwezig is, hebben de bestemming "Verkeer - Verblijfsgebied". Vanwege deze verblijfsfunctie zijn parkeervoorzieningen, groenvoorzieningen, watervoorzieningen, fiets- en voetpaden ook toegestaan. Garageboxen zijn mogelijk wanneer hiervoor een aanduiding opgenomen is, het is niet wenselijk deze overal in de bestemming mogelijk te maken. Door het mogelijk maken van deze functies in deze bestemming ontstaat flexibiliteit voor de (her)inrichting en het gebruik.
Bouwregels
Gebouwen en overkappingen zijn binnen de bestemming toegestaan, wanneer het gaat om garageboxen (binnen aanduiding) of gebouwen voor nutsvoorzieningen. Omdat gebouwen binnen de bestemming niet veel voorkomen zijn de afmetingsbepalingen in de bouwregels opgenomen.
Daarnaast zijn bouwwerken, geen gebouwen zijnde mogelijk. Daarbij gaat het om bouwwerken die ten gunste staan van de bestemming. De maximale afmetingen zijn bepaald door de functie van het bouwwerk. Daarnaast is aansluiting gezocht bij de mogelijkheden van het Besluit omgevingsrecht.
Flexibiliteitsbepalingen
Het is mogelijk door middel van een omgevingsvergunning af te wijken van de bouwregels, voor bijvoorbeeld de realisatie van een reclamemast. Het afwijken van de regels van de bestemming geeft enige vorm van flexibiliteit aan het plan. Hieraan zijn echter wel voorwaarden verbonden, waaraan getoetst moet zijn voordat de omgevingsvergunning voor afwijking is verleend. Deze voorwaarden zijn opgenomen bij de regels voor afwijking.
De ruimtelijk en functioneel van belang zijnde waterlopen en partijen hebben in dit bestemmingsplan de bestemming "Water". De bestemming is dan ook in eerste instantie bedoeld voor waterlopen (kanalen, sloten, etc) en waterhuishoudkundige voorzieningen (kaden, bruggen, etc). Via de specifieke gebruiksregels is het gebruik van gronden als ligplaats of aanleggelegenheid verboden. Voor de flexibiliteit in het gebruik en de mogelijkheden voor (her)inrichting zijn paden en recreatief medegebruik mogelijk.
Bouwregels
Gebouwen en overkappingen zijn binnen de bestemming niet toegestaan. Wel zijn bouwwerken, geen gebouwen zijnde mogelijk. Daarbij gaat het om bouwwerken die ten gunste staan van de bestemming, bijvoorbeeld bruggen. De maximale afmetingen zijn bepaald door de functie van het bouwwerk. Daarnaast is aansluiting gezocht bij de mogelijkheden van het Besluit omgevingsrecht.
De voor "Wonen - 1A", "Wonen - 1B", "Wonen - 1C", "Wonen - 1D", "Wonen - 2A", "Wonen - 2B", "Wonen - 2C", "Wonen - 3A" en "Wonen - 3B" aangewezen gronden zijn bestemd voor wonen. De classificatie is bepaald door de verschillende bouwmogelijkheden voor de woningen binnen de verschillende bestemmingen.
De functie wonen is al dan niet in combinatie met een aan huis verbonden beroep. Wanneer een bedrijf bij de woning groter is dan mogelijk gemaakt voor een aan huis verbonden beroep of wanneer de bedrijfsfunctie niet binnen de toegestane beroepen valt, is deze specifiek aangeduid. Uiteraard vallen tuinen, erven en terreinen onder het toegestane gebruik, mits ze bij de woonfunctie horen.
Naast de hoofdfunctie zijn onder meer groenvoorzieningen en waterhuishoudkundige voorzieningen toegestaan. Hierdoor ontstaat flexibiliteit in het gebruik en een mogelijke (her)inrichting van de gronden.
Bouwregels
In de bouwregels wordt onderscheid gemaakt tussen hoofdgebouwen (voor wonen) en aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen bij de hoofdgebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
De woningen in het plangebied verschillen in ruimtelijke verschijningsvorm en afmetingen van elkaar, dit is vertaald in verschillende bestemmingen. In eerste instantie is een onderscheid gemaakt in typologie: vrijstaand (Wonen - 1), 2-onder-1-kap (Wonen - 2) en geschakelde woningen (Wonen - 3). Daarna is per type gespecificeerd in aantal bouwlagen met een kap en afmetingen. Schematisch ziet dit er als volgt uit:
bestemming | typologie | max. goothoogte | min. dakhelling | max. dakhelling |
W1A | vrijstaand, 1 laag + kap | 4,00 m | 45 | 60 |
W1B | vrijstaand, 1 laag + kap | 3,00 m | 45 | 60 |
W1C | vrijstaand, 1 laag + kap | 5,00 m | 45 | 60 |
W1D | vrijstaand, 2 lagen + kap | 7,00 m | 30 | 60 |
W2A | 2-onder-1-kap, 1 laag + kap | 4,00 m | 45 | 60 |
W2B | 2-onder-1-kap, 1 laag + kap | 3,00 m | 45 | 60 |
W2C | 2-onder-1-kap, 2 lagen + kap | 6,00 m | 30 | 60 |
W3A | geschakeld, 1 laag + kap | 3,00 m | 45 | 60 |
W3B | geschakeld, 2 lagen + kap | 6,00 m | 30 | 60 |
De bouwvlakken geven daarbij een aanwijzing voor de plaatsing en de mogelijke omvang van de woningen. Bij de bouwvlakken is de stedenbouwkundige structuur, die in veel gevallen bepalend is voor het ruimtelijk beeld, leidend. Bij de woningen is in veel gevallen een geringe uitbreiding van het hoofdgebouw mogelijk gemaakt, door het bouwvlak bij het achtererf iets ruimer aan te houden dan de daadwerkelijke bestaande woning.
Bij de woningen mogen aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen worden gebouwd. Omdat deze uitsluitend bedoeld zijn ter ondersteuning van de woonfunctie, zijn hiervoor specifieke bouwregels opgenomen. De afmetingen van de genoemde bebouwing is opgenomen in de bouwregels en gerelateerd aan de functie ervan.
Tot slot zijn bij deze bestemming bouwwerken, geen gebouwen en geen overkappingen zijnde, toegestaan. Daarbij gaat het onder andere om vlaggenmasten en erf- en terreinafscheidingen. Ook hierbij zijn de maximale afmetingen bepaald door de functie van het bouwwerk. Daarnaast is aansluiting gezocht bij de mogelijkheden van het Besluit omgevingsrecht.
Flexibiliteitsbepalingen
Het is mogelijk door middel van een omgevingsvergunning af te wijken van de bouw- en/of (specifieke) gebruiksregels. Het afwijken van de regels van de bestemming geeft enige vorm van flexibiliteit aan het plan. Hieraan zijn echter wel voorwaarden verbonden, waaraan getoetst moet zijn voordat de omgevingsvergunning voor afwijking is verleend. Deze voorwaarden zijn opgenomen bij de regels voor afwijking.
Omgevingsvergunning
Bij de bestemming is het toegestaan om, met een omgevingsvergunning, voor de naar de weg gekeerde gevel verharding voor een oprit aan te leggen met een breedte van maximaal 4 meter. Op die manier wordt voorkomen dat erven voor de voorgevel van woningen volledig verhard worden, maar is een oprit toch mogelijk.
De bestemming "Wonen - Voormalige boerderijen" ligt op de gronden waarvan de bebouwing ruimtelijk herkenbaar is als voormalige boerderij. Deze panden hebben, in verband met die karakteristieke vorm, een eigen bestemming.
De voor gronden binnen deze bestemming zijn bedoeld voor wonen, al dan niet in combinatie met een aan huis verbonden beroep, de huisvesting van minder-validen en/of zorgbehoevenden of ruimten voor bed-and-breakfast. Bedrijven zijn mogelijk bij de woning wanneer het gaat om bedrijven in de milieucategorie 1 en 2. Deze zijn qua invloed op de omgeving goed verenigbaar met de woonfunctie. Belangrijk binnen de bestemming is het behoud en herstel van de karakteristieke hoofdvormen van de voormalige boerderijpanden.
Uiteraard vallen tuinen, erven en terreinen onder het toegestane gebruik, mits ze bij de woonfunctie horen.
Bouwregels
In de bouwregels wordt onderscheid gemaakt tussen woonhuizen (hoofdgebouwen), aan- en uitbouwen en bijgebouwen en overkappingen bij de hoofdgebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
De woonhuizen betreffen voormalige boerderijen. Deze hebben een verschillende verschijningsvorm en afmetingen. Hiervoor is in de regels opgenomen dat de bestaande vorm en afmeting gehandhaafd moet blijven. Op die manier kunnen karakteristieke hoofdvormen behouden blijven. Het begrip 'bestaand' is in de begripsbepalingen nader bepaald.
Bij de woningen mogen aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen worden gebouwd. Omdat deze uitsluitend bedoeld zijn ter ondersteuning van de woonfunctie, zijn hiervoor specifieke bouwregels opgenomen. De afmetingen van de genoemde bebouwing is opgenomen in de bouwregels en gerelateerd aan de functie ervan.
Tot slot zijn bij deze bestemming bouwwerken, geen gebouwen en geen overkappingen zijnde, toegestaan. Daarbij gaat het onder meer om erf- en terreinafscheidingen. Ook hierbij zijn de maximale afmetingen bepaald door de functie van het bouwwerk. Daarnaast is aansluiting gezocht bij de mogelijkheden van het Besluit omgevingsrecht.
Flexibiliteitsbepalingen
Het is mogelijk door middel van een omgevingsvergunning af te wijken van de bouw- en/of (specifieke) gebruiksregels. Het afwijken van de regels van de bestemming geeft enige vorm van flexibiliteit aan het plan. Hieraan zijn echter wel voorwaarden verbonden, waaraan getoetst moet zijn voordat de omgevingsvergunning voor afwijking is verleend. Deze voorwaarden zijn opgenomen bij de regels voor afwijking.
De dubbelbestemming "Leiding - Riool" ligt op de rioolpersleiding in het plangebied. Het doel van deze bestemming is de bestaande rioolpersleiding mogelijk te maken en te beschermen.
Bouwregels
Gebouwen en overkappingen zijn binnen deze bestemming niet toegestaan. Wel is het mogelijk om bouwwerken, geen gebouwen en geen overkappingen zijnde, te bouwen volgens de mogelijkheden die de onderliggende bestemming geeft. Voordat de vergunning hiervoor verleend wordt is overleg met de leidingbeheerder noodzakelijk.
Omgevingsvergunning
De bestemming kent een regeling voor een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden. Werken en/of werkzaamheden zijn alleen mogelijk na verlening van een omgevingsvergunning. Voordat de vergunning verleend wordt, moet aan de voorwaarden en eisen worden voldaan die opgenomen zijn in de regels. Overleg met de leidingbeheerder is één van deze voorwaarden.
De met de dubbelbestemmingen "Waarde - Archeologie 1", "Waarde - Archeologie 2", "Waarde - Archeologie 3" en "Waarde - Archeologie 4" aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en) mede bestemd voor het behoud van de archeologische waarden. De bestemmingen onderscheiden zich van elkaar, omdat sprake is van (1) een AMK-terrein van (zeer) hoge archeologische waarde, (2) gebieden met een hoge trefkans, (3) een middelhoge trefkans en (4) een veronderstelde verwachting. Archeologische monumenten worden via de Monumentenwet beschermd en vallen niet binnen één van deze dubbelbestemmingen.
Bouwregels
De bij de bestemmingen opgenomen bouwregels geven aan dat het bouwen van bouwwerken onder voorwaarden mogelijk is. Voordat de omgevingsvergunning hiervoor verleend is, moet - gerelateerd aan de archeologische waarde - toetsing plaatsvinden. In het strengste geval is bouwen van bouwwerken alleen mogelijk na verkrijging van een vergunning van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (bij Waarde - Archeologie 1). Bij de andere "Waarde - Archeologie" bestemmingen zijn criteria gesteld aan de oppervlakte en diepte van de bouwwerken. Naar mate het terrein een lagere trefkans hebben, des te ruimer deze criteria zijn.
Flexibiliteitsbepalingen
Bij "Waarde - Archeologie 2", "Waarde - Archeologie 3" en "Waarde - Archeologie 4" is het mogelijk door middel van een omgevingsvergunning af te wijken van de bouwregels bij de betreffende bestemmingen. Het afwijken van de regels geeft enige vorm van flexibiliteit. Hieraan zijn echter strikte voorwaarden verbonden, waaraan voldaan moet zijn voordat de omgevingsvergunning is verleend. Deze zijn opgenomen bij de regels voor afwijking.
Omgevingsvergunning
De bestemmingen "Waarde - Archeologie" kennen een uitgebreide regeling voor een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden. Bij veel van de activiteiten wordt de grond geroerd, de regeling van de omgevingsvergunning geeft aan in welke gevallen hiervoor een omgevingsvergunning nodig is. Daarbij staan de voorwaarden en eisen waaraan voldaan moet worden, voordat een omgevingsvergunning verleend wordt. De onderzoeksplicht is één van deze voorwaarden, bij gronden met de bestemming Waarde - Archeologie 1 is een vergunning van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed verplicht.
De met de dubbelbestemmingen "Waarde - Wierde" aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), ook bestemd voor het behoud, herstel en/of de ontwikkeling van de landschappelijke en cultuurhistorisch waardevolle wierden. De bestemming "Waarde - Wierde invloedszone" is bedoeld voor het behoud, herstel en ontwikkeling van de openheid van, het zicht op en de herkenbaarheid van het wierdeterrein.
Om de hiervoor genoemde doelstelling te kunnen behalen is in de specifieke gebruiksregels opgenomen dat op de gronden de aanleg van bos en boomgaarden en het aanbrengen van houtteelt niet is toegestaan.
Omgevingsvergunning
De bestemmingen kennen een uitgebreide regeling voor een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden. Dit betekent dat de bedoelde werken en werkzaamheden alleen uitgevoerd mogen worden nadat hiervoor een omgevingsvergunning is verleend. Bovendien moet het werk of de werkzaamheden getoetst worden aan de bij de omgevingsvergunning opgenomen toetsingscriteria. De toetsingscriteria zijn opgenomen om te garanderen dat de openheid, het zicht op en de herkenbaarheid van de wierde in ieder geval behouden blijft.