Plan: | Bestemmingsplan Kleine Dorpskernen Ten Boer |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0009.BP023KleineDorpker-vg01 |
De plaats is genoemd naar een herberg aan de in 1650 aangelegde trekweg langs het Damsterdiep. De toelichting bij de kaart van Hieronymus Sweerts uit 1668 spreekt voor het eerst over Winneweer, “een Logys-plaets en half weegen Delf-zijl”. Tenminste vanaf 1777 zetelde hier een overrechter, later notaris. Rond 1840 wordt Winneweer beschreven als "een gehucht met een welbekende, oude herberg aan het Damsterdiep".
De naam Winneweer heeft vermoedelijk te maken met de bocht (wende) in het Damsterdiep op de plek waar de Fivel via het sluisje van Muda in het Damsterdiep uitmondde. Volgens een naamgevingssage dankt het dorp zijn naam aan de trekschuiten die van Groningen naar Delfzijl en vice versa voeren. Wanneer men halverwege de route was, werd er gezegd: "Wie winnen weer" oftewel "we winnen weer terrein". Een andere sage verbindt de naam aan het wegvoeren van de kerkklokken van Appingedam naar Groningen in 1580. Halverwege zouden de Groningse wagens in de modder hebben vastgezeten. Toen ze weer loskwamen, riep men: "Wie winnen weer!".
Winneweer ligt op de grens van de gemeenten Ten Boer en Loppersum, in de uiterste noordoosthoek. Tot aan de grootschalige herindeling in de provincie Groningen in 1990 was het dorp zelfs verdeeld over de beide gemeenten. De provinciale weg Groningen – Delfzijl loopt door 'de achtertuin' van het dorp, maar Winneweer heeft hierop geen rechtstreekse aansluitingen. Winneweer telt ongeveer 130 inwoners.
Winneweer ligt in een gebied waarin het landschap getekend is door de meanders van de oude Fivel. Voor 1850 was er nauwelijks sprake van bebouwing. In de begintijd zijn er uitsluitend een paar huizen en boerderijen. Daar komt na 1850 snel verandering in door een stuk industriële ontwikkeling. In 1858 vestigt zich een houthandel, genaamd Nanninga, bij de stoomzaag- en korenmolen. De houthandel breidt gestaag uit (tot moderne keukenfabriek) waardoor een complex van gebouwen ontstaat. De eerste structurele woningbouw hangt ook nauw samen met deze houthandel.
Tot in de jaren tachtig stond er naast de keukenfabriek nog een steenfabriek aan de rand van het dorp. Beide fabrieken hadden een schoorsteenpijp waardoor de aanblik vanuit het ommeland erg kenmerkend was. Eén van de pijpen is helaas opgeblazen waardoor de aanblik veranderd is. In de voormalige steenfabriek bevindt zich nu een café, een vlooienmarkt, een loon- en grondverzetbedrijf en een slagerij. In de oude timmerfabriek annex keukenfabriek van Nanninga is nu één van de modernere autostrippingbedrijven van Nederland gevestigd.
In het landschap rond Winneweer zijn nog restanten van de Fivelloop herkenbaar aanwezig, mede doordat het Damsterdiep een deel van een oude meander volgt. In 1901 komt er een stoomzuivelfabriek. De uitbreiding van het dorp tussen 1850 en 1940 vindt voornamelijk plaats in het lint langs de Rijksweg, die parallel loopt aan het Damsterdiep. Na 1940 worden er maar incidenteel huizen bijgebouwd. Daardoor ademt Winneweer in de structuur nog de sfeer van oude tijden.
Winneweer ligt in een bocht van het Damsterdiep. De bebouwing is gerealiseerd langs de Stadsweg, de historische verbinding tussen Appingedam en Groningen. De Stadsweg gaat hier over het Damsterdiep. Langs het Damsterdiep volgt de andere wegverbinding die door het dorp loopt, de Rijksweg, de loop van het water. Aan beide straten staat kleinschalige woonbebouwing van meestal één laag met kap. De percelen tussen Stadsweg en Damsterdiep zijn relatief diep, waardoor diepe tuinen zijn ontstaan. Aan de zuidkant van het dorp loopt de N360.
Structuurkaart Winneweer
Aan de Stadsweg ligt een groot bedrijfscomplex. Hier bevindt zich nu een handel in auto-onderdelen en -materialen. Hierbij bevindt zich ook een werkplaats. Ontsluiting van het perceel is via de Stadsweg. Buiten het dorp bevindt zich nog enige bebouwing in de vorm van een café, enkele woonhuizen en een ander groot bedrijfscomplex. Dit was de steenfabriek. Tegenwoordig zijn hier een café, een vlooienmarkt, een loonbedrijf en een slagerij gevestigd. Met name de vlooienmarkt kent een behoorlijke verkeersaantrekkende werking. Het terrein is groot genoeg om deze op te vangen.
Aan de noordkant van de Rijksweg en in de bocht van het Damsterdiep aan de zuidkant zijn twee agrarische bedrijven gelegen. Het dorp ligt in het open landschap en op diverse plaatsen in het lint zijn er vanaf de Rijksweg doorzichten op het landschap. Aan de zuidkant ligt een ruilverkavelingsbosje.
Bebouwing van cultuurhistorische waarde
Het dorp kent twee monumenten. Een villa met achterhuis op de kruising Delleweg-Rijksweg (Rijksweg 277) en de voormalige directeurswoning van de houtfabriek aan de Stadsweg 86, aan de overzijde van het Damsterdiep.
Het dorp kent circa 135 inwoners en 48 woningen. Het dorp heeft geen voorzieningenniveau. Hiervoor is het aangewezen op grotere plaatsen als Ten Boer en Appingedam. Op de kruising Rijksweg-Delleweg staat een café-restaurant. Opvallend is de aanwezigheid van grote bedrijven in het dorp. Deze nemen een grote oppervlakte in beslag. Ten zuiden van de Stadsweg is een handel in auto-onderdelen en -materialen gevestigd. Ten westen van het dorp staat een voormalig fabriekspand waarin nu een café, een vlooienmarkt, een slagerij en een loonbedrijf in zijn gevestigd.