Plan: | Bestemmingsplan Bellingwolde |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0007.030403-VG01 |
7. 1.
Bestemmingsomschrijving
De
voor ‘Agrarisch - Open landschap’ aangewezen gronden zijn bestemd voor:
a.
de
uitoefening van een agrarisch bedrijf met een grondgebonden agrarische
bedrijfsvoering;
b.
waterhuishoudkundige
doeleinden;
c.
een
minicamping, ter plaatse van de aanduiding ‘kampeerterrein’;
d.
de bescherming van de functie van de in het
aanliggende gebied gesitueerde molen als werktuig en zijn waarde als landschapsbepalend
element, ter plaatse van de aanduiding ‘vrijwaringszone - molenbiotoop’;
e.
een straalpad, ter plaatse van de aanduiding
‘vrijwaringszone - straalpad’;
met
daaraan ondergeschikt:
f.
het
behoud, het herstel en de ontwikkeling van de landschappelijke waarden van het
open landschap;
g.
openbare
nutsvoorzieningen;
h.
recreatief
medegebruik;
i.
infrastructurele
voorzieningen;
met
de daarbijbehorende:
j.
bouwwerken,
geen gebouwen zijnde.
7. 2.
Bouwregels
7. 2. 1. Op of in deze gronden mogen
geen gebouwen worden gebouwd.
7. 2. 2. Voor het bouwen van
bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt de volgende regel:
- de bouwhoogte van
bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zal ten hoogste 1,00 m bedragen.
7. 3.
Nadere
eisen
Burgemeester en wethouders kunnen ten behoeve van een goede woonsituatie, de milieusituatie, de sociale veiligheid, de verkeersveiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden, nadere eisen stellen aan de plaats en afmetingen van de bebouwing.
7. 4. Specifieke gebruiksregels
Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend:
a. het opslaan van mest;
b. het gebruik van de gronden ten behoeve van houtteelt;
c. het gebruik van de gronden en bouwwerken ten behoeve van verblijfsrecreatieve doeleinden, tenzij de gronden ter plaatse zijn aangeduid als ‘kampeerterrein’;
d. het gebruik van de gronden ter plaatse aangeduid als ‘kampeerterrein’ als standplaats voor meer dan 15 kampeermiddelen;
e. het gebruik van de gronden, ter plaatse aangeduid als ‘kampeerterrein’, als standplaats voor kampeermiddelen in de periode van 1 november tot 15 maart.
7. 5. Ontheffing van de gebruiksregels
Burgemeester en wethouders kunnen, mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de cultuurhistorische en ruimtelijke waarden van het beschermd dorpsgezicht, het straat- en bebouwingsbeeld, de woonsituatie, de milieusituatie, de sociale veiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden, ontheffing verlenen van:
- het bepaalde in lid 7.4. sub a. en toestaan dat de gronden worden gebruikt voor het opslaan van mest.
7. 6.
Aanlegvergunning
7. 6. 1. Het is verboden zonder of in
afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders
(aanlegvergunning), de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en
werkzaamheden uit te voeren:
a.
het
planten en/of verwijderen van bebossing over een oppervlakte van meer dan 100
m²;
b.
het
dempen, graven, verdiepen en verbreden van sloten en andere watergangen;
c.
het
aanleggen, verharden en/of verbreden van rijwiel-, voet- en ruiterpaden;
d.
het
aanleggen van dagrecreatieve voorzieningen;
e.
het
verrichten van exploitatieboringen en/of seismologisch onderzoek;
f.
het
aanleggen van ondergrondse en bovengrondse transport-, energie- en/of
telecommunicatieleidingen.
7. 6. 2. Het in lid 7.6.1. vervatte
verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die:
a.
het
normale onderhoud betreffen;
b.
reeds
in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van dit plan;
c.
noodzakelijk
zijn voor het aansluiten van bouwwerken op het net van openbare voorzieningen.
7. 6. 3. De in lid 7.6.1. genoemde
vergunning kan slechts worden verleend indien geen onevenredige afbreuk wordt
gedaan aan de landschappelijke waarden van het open landschap.