Plan: | Wedderbergen - Wedderveer |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0007.010402-0001 |
10. 1.
Bestemmingsomschrijving
De voor ‘Natuur’ aangewezen gronden zijn bestemd voor:
a.
het
behoud, het herstel en de ontwikkeling van de natuurlijke en de
landschappelijke waarden;
b.
waterhuishoudkundige
doeleinden;
c.
blokhutten,
ter plaatse van de aanduiding ‘specifieke vorm van recreatie - blokhut’;
d.
openluchtrecreatieve
voorzieningen, ter plaatse van de aanduiding ‘specifieke vorm van recreatie -
natuurrecreatie’;
e.
de bescherming van de functie van de in het
aanliggende gebied gesitueerde molen als werktuig en zijn waarde als
landschapsbepalend element, ter plaatse van de aanduiding ‘vrijwaringszone -
molenbiotoop’;
met daaraan ondergeschikt:
f.
infrastructurele
voorzieningen;
g.
openbare
nutsvoorzieningen;
met de daarbijbehorende:
h.
bouwwerken,
geen gebouwen zijnde.
10. 2.
Bouwregels
10. 2. 1. Op of in deze
gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd, tenzij de gronden zijn voorzien van
de aanduiding ‘specifieke
vorm van recreatie - blokhut’, in welk geval de volgende regels gelden:
a. het aantal blokhutten zal ten hoogste 4 bedragen;
b. de oppervlakte van een blokhut zal ten hoogste 30 m² bedragen;
c. een blokhut zal vrijstaand worden gebouwd;
d. de bouwhoogte van een blokhut zal ten hoogste 3,00 m bedragen.
10. 2. 2. Voor het bouwen van
bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
a.
de
bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen zal ten hoogste 2,00 m bedragen;
b.
de
bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zal ten hoogste 5,00 m
bedragen.
10. 3.
Nadere
eisen
Burgemeester en wethouders kunnen ten behoeve van een goede woonsituatie, de milieusituatie, de sociale veiligheid, de verkeersveiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden, nadere eisen stellen aan de plaats en afmetingen van de bebouwing.
10. 4.
Ontheffing
van de bouwregels
Burgemeester en wethouders kunnen, mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de milieusituatie, de natuurlijke en landschappelijke waarden van het gebied en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden, ontheffing verlenen van:
-
het
bepaalde in lid 10.2.1. en toestaan dat gebouwen worden gebouwd ten behoeve van
het natuur- en landschapsbeheer en recreatief medegebruik, mits:
1.
de
oppervlakte van een gebouw ten hoogste 50 m² zal bedragen;
2.
de
bouwhoogte van een gebouw zal ten hoogste 3,00 m bedragen.
10. 5.
Aanlegvergunning
10. 5. 1. Het is verboden zonder of in
afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders
(aanlegvergunning), de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en
werkzaamheden uit te voeren:
a. het ontgronden, afgraven, egaliseren, diepploegen en ophogen van gronden;
b. het aanplanten over een oppervlakte van meer dan 100 m² van houtsingels en bos;
c. het aanbrengen van oppervlakteverhardingen;
d. het aanleggen van verharde en halfverharde wegen en paden;
e. het aanleggen van dagrecreatieve voorzieningen;
f. het aanleggen van ligplaatsen voor vaartuigen;
g. het aanbrengen van drainage;
h. het scheuren en frezen van grasland, waaronder begrepen het omzetten van grasland in bouwland;
i.
het aanleggen van ondergrondse of bovengrondse
transport-, energie- en/of communicatieleidingen.
10. 5. 2. Het in lid 10.5.1. vervatte verbod
is niet van toepassing op werken en werkzaamheden welke:
a.
het
normale onderhoud betreffen;
b.
reeds
in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van dit plan;
c.
noodzakelijk
zijn voor het aansluiten van bouwwerken op het net van openbare voorzieningen.
10. 5. 3. De in lid 10.5.1. genoemde
vergunning kan slechts worden verleend indien geen onevenredige afbreuk wordt
gedaan aan de natuurlijke en landschappelijke waarden van de gronden.