direct naar inhoud van Artikel 9 Verkeer
Plan: Schinkelpolder
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0358.BPSchinkelpolder-VA02

Artikel 9 Verkeer

9.1 Bestemmingsomschrijving

De voor Verkeer (V) aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. het wegverkeer;
  • b. bouwwerken, geen gebouwen zijnde, die voor de wegenstructuur en de geleiding van het wegverkeer nodig zijn.
9.2 Bouwregels

Op de gronden als bedoeld in 9.1 van dit artikel mogen ten behoeve van de bestemming uitsluitend worden gebouwd bouwwerken, geen gebouwen zijnde. Daarvoor gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van lichtmasten, bewegwijzering en verkeersregulering bedraagt maximaal 10 meter;
  • b. de maximale bouwhoogte van andere bouwwerken die geen gebouwen zijn bedraagt 5 meter.
9.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en afmetingen van de bebouwing ten behoeve van:

  • a. de sociale veiligheid;
  • b. de verkeersveiligheid;
  • c. de waterhuishouding;
  • d. de brandveiligheid en rampenbestrijding;
  • e. de kwaliteit van de openbare ruimte, zoals een samenhangend straat- en bebouwingsbeeld, en de landschappelijke inrichting;
  • f. de gebruiksmogelijkheden en het woon- en leefklimaat van aangrenzende gronden en bouwwerken;
  • g. de functionele en ruimtelijke structuur, zoals aansluitingen op (structurele) groen- en waterelementen.
9.4 Specifieke gebruiksregels
9.4.1 Algemeen

Op de gronden als bedoeld in 9.1 van dit artikel is binnen de bestemming "Verkeer" het volgende specifieke gebruik toegestaan:

  • a. het gemotoriseerde verkeer, fietsverkeer, en voetgangersverkeer;
  • b. verkeerswegen en parkeerplaatsen voor autoverkeer;
  • c. in- en uitritten;
  • d. fietspaden, voetpaden en ruiterpaden;
  • e. voorzieningen voor algemeen nut;
  • f. kunstwerken;
  • g. bouwwerken die geen gebouwen zijn en die voor de wegenstructuur en de geleiding van het wegverkeer nodig zijn, zoals bruggen, dammen, duikers, verkeersborden en straatverlichting;
  • h. groenvoorzieningen voor de begrenzing van de wegen en de parkeerplaatsen, zoals bermen en taluds;
  • i. ondergrondse en bovengrondse waterhuishoudkundige voorzieningen, waterlopen en waterpartijen.
9.4.2 Strijdig gebruik

Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken, wordt in elk geval gerekend het gebruik voor:

  • a. het opslaan van onbruikbare of althans aan hun oorspronkelijke gebruik onttrokken voorwerpen, goederen, stoffen en materialen en van emballage en/of afval, behoudens voor zover zulks noodzakelijk is in verband met het op de bestemming gerichte gebruik van de grond;
  • b. het opslaan, opgeslagen houden, storten of lozen van vaste of vloeibare afvalstoffen behoudens voor zover zulks noodzakelijk is in verband met het op de bestemming gerichte gebruik van de grond.
9.5 Afwijken van de gebruiksregels

Het bevoegd gezag middels een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde onder 9.1 van dit artikel voor de realisering van geluidwerende voorzieningen.