direct naar inhoud van Artikel 10 Water
Plan: Schinkelpolder
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0358.BPSchinkelpolder-VA02

Artikel 10 Water

10.1 Bestemmingsomschrijving

De voor Water (WA) aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. natuur in de vorm van water;
  • b. de waterberging en waterhuishouding;
  • c. groenvoorzieningen;
  • d. langzaam verkeer op het water;
  • e. kruisingen en overbruggingen ten behoeve van verkeersdoeleinden.
10.2 Bouwregels

Op de gronden als bedoeld in 10.1 van dit artikel mogen ten behoeve van de bestemming uitsluitend worden gebouwd bouwwerken, geen gebouwen zijnde met een maximale bouwhoogte van 5 meter.

10.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en afmetingen van de bebouwing ten behoeve van:

  • a. de sociale veiligheid;
  • b. de verkeersveiligheid;
  • c. de waterhuishouding;
  • d. de brandveiligheid en rampenbestrijding;
  • e. de kwaliteit van de openbare ruimte, zoals een samenhangend straat- en bebouwingsbeeld, en de landschappelijke inrichting;
  • f. de gebruiksmogelijkheden en het woon- en leefklimaat van aangrenzende gronden en bouwwerken;
  • g. de functionele en ruimtelijke structuur, zoals aansluitingen op (structurele) groen- en waterelementen.
10.4 Specifieke gebruiksregels
10.4.1 Algemeen

Op de gronden als bedoeld in 10.1 van dit artikel is binnen de bestemming "Water" het volgende specifieke gebruik toegestaan:

  • a. natuur in de vorm van waterlopen en waterplassen;
  • b. waterberging, wateraanvoer en waterafvoer als netwerk voor de waterhuishouding;
  • c. oevers en groenvoorzieningen langs het water;
  • d. de bij waterlopen en waterplassen behorende bouwwerken waaronder keermuren voor de waterbeheersing, oeverbeschoeiingen, duikers, bruggen en aanlegsteigers;
  • e. infiltratievoorzieningen;
  • f. kruisingen en overbruggingen ten behoeve van verkeersvoorzieningen;
  • g. langzaam verkeer te water.
10.4.2 Strijdig gebruik

Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken, wordt in elk geval gerekend het gebruik voor:

  • a. het opslaan van onbruikbare of althans aan hun oorspronkelijke gebruik onttrokken voorwerpen, goederen, stoffen en materialen en van emballage en/of afval, behoudens voor zover zulks noodzakelijk is in verband met het op de bestemming gerichte gebruik van de grond;
  • b. het opslaan, opgeslagen houden, storten of lozen van vaste of vloeibare afvalstoffen behoudens voor zover zulks noodzakelijk is in verband met het op de bestemming gerichte gebruik van de grond.
10.5 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
10.5.1 Verbod

Het is verboden op of in de gronden met de bestemming "Water" zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden, de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:

  • a. het veranderen van het huidige maaiveldniveau door ontginnen, bodemverlagen, egaliseren, afgraven of ophogen;
  • b. het aanleggen van watergangen of het vergraven, verruimen of dempen van reeds bestaande watergangen.
10.5.2 Uitzonderingen

Het verbod als bedoeld in 10.5.1 is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die:

  • a. betrekking hebben op normaal onderhoud en beheer;
  • b. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van het plan;
  • c. mogen worden uitgevoerd krachtens een reeds verleende vergunning.
10.5.3 Toelaatbaarheid

De werken of werkzaamheden als bedoeld in 10.5.1 van dit artikel zijn alleen toelaatbaar als door die werken of werkzaamheden of door de daarvan direct of indirect te verwachten gevolgen de in 10.1 genoemde doeleinden dan wel waarden van deze gronden niet onevenredig worden of kunnen aangetast, dan wel de mogelijkheden voor het herstel van die waarden niet wezenlijk worden of kunnen worden verkleind.

10.5.4 Advies over omgevingsvergunning

Alvorens te beslissen omtrent een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk of werkzaamheid als bedoeld in 10.5.1 van dit artikel wint het bevoegd gezag advies in van het Hoogheemraadschap van Rijnland omtrent de vraag als bedoeld in 10.5.3 van dit artikel.