Plan: | Reek Zuid - 2023 |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1991.bpree2023reekzuid-VG01 |
het bestemmingsplan 'Reek Zuid - 2023' met identificatienummer NL.IMRO.1991.bpree2023reekzuid-VG01 van de gemeente Maashorst.
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen.
een beroeps- of bedrijfsmatige activiteit die in of bij een woning door de bewoner wordt uitgeoefend, waarbij de woning in overwegende mate de woonfunctie behoudt en die een ruimtelijke uitwerking of uitstraling heeft die met de woonfunctie in overeenstemming is.
een aan een hoofdgebouw toegevoegde, afzonderlijke ruimte die qua afmetingen en/of in visueel opzicht (onder meer voor wat betreft goothoogte, dakhelling en/of dakvorm) ondergeschikt is aan het hoofdgebouw.
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden.
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft.
en van de weg afgekeerde gevel van een hoofdgebouw die parallel of nagenoeg parallel loopt aan de voorgevel.
personen de gelegenheid geven de via internet bestelde goederen op locatie af te halen en te betalen.
een mechanisch apparaat dat wisselstroom omzet in elektromagnetische golven (straling) of vice versa.
één of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde.
een in de regels aangegeven percentage, dat de grootte van het deel van een bouwperceel c.q. bouwvlak of bestemmingsvlak aangeeft dat maximaal mag worden bebouwd met (bij)gebouwen en overkappingen; hierbij worden ondergrondse bouwwerken meegerekend, voorzover niet op dezelfde plaats boven peil een gebouw aanwezig is.
een kleinschalige overnachtingsaccommodatie gericht op het bieden van de mogelijkheid tot een toeristisch en veelal kortdurend verblijf met het serveren van ontbijt, gevestigd in een woonhuis of bijbehorende aan- of uitbouw of bijgebouw en volledig gedreven door de bewoner van het betreffende woonhuis.
een inrichting of instelling gericht op het bedrijfsmatig voortbrengen, vervaardigen, bewerken, opslaan, installeren en/of herstellen van goederen dan wel het bedrijfsmatig verlenen van diensten, aan-huis-gebonden beroepen en detailhandel daaronder niet begrepen.
een gebouw dat dient voor de uitoefening van een bedrijf.
een woning in of bij een gebouw of op een terrein, kennelijk slechts bedoeld voor (het huishouden van) een persoon, wiens huisvesting daar gelet op de bedrijfsvoering noodzakelijk is.
de aan een bouwwerk toegekende architectonische waarde met betrekking tot de bouwkundige vormgeving en ruimtelijke en functionele aspecten.
een zelfstandig gebouw of complex van gebouwen, geschikt en bestemd voor opslagdoeleinden van huishoudelijke aard;
een beroep of het beroepsmatig verlenen van diensten op administratief, juridisch, medisch, therapeutisch, kunstzinnig, ontwerptechnisch of hiermee gelijk te stellen gebieden dat door zijn beperkte omvang in woning en daarbij behorende bijgebouwen met behoud van de woonfunctie kan worden uitgeoefend; hieronder dient niet te worden begrepen de uitoefening van detailhandel.
de grens van een bestemmingsvlak.
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming.
object zoals omschreven in het ´Besluit externe veiligheid inrichtingen milieubeheer´.
het verblijf of gebruik als woonruimte inclusief nachtverblijf, voor de huisvesting van een huishouden zonder dat elders aantoonbaar over een hoofdverblijf wordt beschikt.
een gebouw dat qua afmeting en verschijningsvorm ondergeschikt is aan een op hetzelfde perceel staand hoofdgebouw.
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats.
de grens van een bouwvlak.
de kaders waarbinnen een hoofdgebouw mag worden gebouwd. De kaders worden gevormd door de maximale goothoogte op twee stedenbouwkundig passende, tegenover elkaar liggende zijden van het gebouw, in combinatie met de bouwhoogte, de maximale dakhelling, de bebouwingsbreedte en de bebouwingdiepte.
een deel van een gebouw, dat door op gelijke of nagenoeg gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen is begrensd, met inbegrip van de begane grond en met uitsluiting van onderbouw, zolder en vliering.
aaneengesloten (virtueel) vlak waarop functioneel bij elkaar behorende bebouwing en voorzieningen worden geconcentreerd, bestaande uit een bouwvlak, waarbinnen de gebouwen zijn toegelaten, met de direct daaraan grenzende gronden waar ook bouwwerken geen gebouwen zijnde en vergunningvrije bouwerken worden toegestaan.
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde zijn toegelaten.
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die op de plaats van bestemming hetzij direct of indirect met de grond verbonden is, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond, bedoeld om ter plaatse te functioneren.
richtlijnen opgesteld door het Nationale Kennisplatform voor infrastructuur, verkeer, vervoer en openbare ruimte.
het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder de uitstalling ten verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen aan personen, die deze goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit, alsmede anders dan voor verbruik ter plaatse, hieronder wordt niet begrepen een supermarkt of perifere detailhandel.
het bedrijfsmatig verlenen van diensten.
een grondgebonden, ondergeschikte uitbouw aan (de voorgevel/zijgevel van) een woning, bestaande uit één bouwlaag met een overwegend transparante uitstraling (minimaal 50% glas aan alle gevels).
de natuurlijke persoon, groep van personen of rechtspersoon die bedrijfsmatig of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig is prostitutie aanbiedt die op een andere plaats dan in de bedrijfsruimte wordt uitgeoefend.
een tot vermaak en recreatie bedoelde tijdelijke, al dan niet periodiek terugkerende, activiteit in de open lucht dan wel in (tijdelijke) tenten of paviljoens, gericht op het bereiken van een algemeen of besloten publiek, zoals feesten, markten, kermissen, voorstellingen, optochten, kermissen, braderieën, straatfeesten en festivals.
doeleinden ten behoeve waarvan gebruik van bouwwerken en/of gronden of aangewezen delen daarvan is toegestaan.
een bedrijf dat uitsluitend of in hoofdzaak is bestemd voor verkoop, onderhoud en reparatie van motorvoertuigen, met dien verstande dat de verkoop van motorbrandstoffen is uitgezonderd.
een zelfstandig gebouw of complex van gebouwen, geschikt en bestemd voor de stalling van vervoermiddelen en voor opslagdoeleinden van huishoudelijke aard.
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.
woning, waarvan het hoofdgebouw door middel van een bijgebouw verbonden is aan een ander hoofdgebouw en waarbij één zijgevel van het hoofdgebouw in de zijdelingse perceelsgrens mag worden gebouwd.
boven dan wel beneden en/of naast elkaar gesitueerde woningen waarbij per woning een zelfstandige toegankelijkheid gewaarborgd is.
aanduiding in het bouwvlak waarop de voorgevel van een gebouw georiënteerd dient te worden.
voorziening voor de inrichting, het onderhoud en het beheer van flora en fauna, zoals boomgeleiders, wortelkratten, bloembakken, drainage- en sproeisystemen, faunatunnels, nestkastjes en dergelijke.
een beroeps- of bedrijfsmatige activiteit die in of bij een woning door de bewoner wordt uitgeoefend in de vorm van het verlenen van diensten en het geven van onderricht en informatie aan 3 of meer personen tegelijk, kinderopvang daaronder mede begrepen.
een woning die onderdeel uitmaakt van een blok van maximaal twee aaneengebouwde woningen.
een bouwperceel dat zowel aan de zijde van de voorgevel als aan één zijdelingse zijde grenst aan de weg of het openbaar groen.
een gebouw, of gedeelte daarvan, dat noodzakelijk is voor de verwezenlijking van de geldende of toekomstige bestemming van een perceel en, indien meer gebouwen op het bouwperceel aanwezig zijn, gelet op die bestemming het belangrijkst is.
een bedrijf dat is gericht op het bedrijfsmatig verstrekken van dranken of etenswaren voor gebruik ter plaatse, het bedrijfsmatig bieden van hotel- of groepsaccommodatie, het bedrijfsmatig bieden van vermaaks- of wellnessfaciliteiten of het bedrijfsmatig bieden van congres- of vergaderfaciliteiten, één en ander al dan niet in combinatie met elkaar.
een persoon, of groep personen die een (duurzame) gemeenschappelijke huishouding voert. Indien het huishouden uit twee of meer personen bestaat, betreft het een leefvorm of samenlevingsvorm met een continuïteit in de samenstelling en een onderlinge verbondenheid.
Kenmerken van continuïteit in de samenstelling en een onderlinge verbondenheid zijn:
Kamerverhuur en bijzondere woonvormen vallen niet onder het begrip 'huishouden'.
een praktijk of bedrijf, uitgeoefend door één beroepsuitoefenaar al dan niet administratief of anderszins ondersteund door ten hoogste één andere persoon.
een weg die in de Nederlandse wegcategorisering wordt aangemerkt als een gebiedsontsluitingsweg en/of stroomweg, welke is bedoeld om landelijk of stedelijk gebied te ontsluiten. De wegvakken hebben hierbij een doorstroomfunctie, terwijl de gelijkvloerse kruispunten uitwisseling van verkeer mogelijk maken met lagere orde wegen.
Het bedrijfsmatig (nacht)verblijf aanbieden waarbij de kamerverhuurder ter plaatse het hoofdverblijf heeft.
een bedrijfsmatige activiteit uitsluitend of overwegend gericht op het verlenen van administratieve diensten en/of het uitvoeren van handelingen die een administratieve voorbereiding of uitwerking behoeven, waarbij geen of slechts in ondergeschikte mate sprake is van rechtstreeks contact met het publiek.
een geheel of nagenoeg geheel, dat wil zeggen maximaal 0,5 m boven peil, ondergronds gelegen ruimte, die grotendeels is gesitueerd onder een bijbehorend bovengronds bouwwerk.
object zoals omschreven in het 'Besluit externe veiligheid inrichtingen milieubeheer'.
een civieltechnisch bouwwerk, geen gebouw zijnde, ten behoeve van de infrastructuur van wegen, spoorwegen, waterwegen en leidingen.
een woning waarbij keuken/woonkamer/badkamer/toegang op één bouwlaag zijn gesitueerd en waarbij deze bouwlaag vanaf het maaiveld dan wel met een lift bereikbaar is.
de lijst, behorend bij deze regels (Bijlage 1), waarin is aangegeven welke beroeps- en bedrijfsmatige activiteiten rechtstreeks toelaatbaar zijn in woningen.
culturele, educatieve, medische, sociale en levensbeschouwelijke voorzieningen, kinderdagverblijven, jeugd- en jongerenwerk, buitenschoolse opvang en voorzieningen ten behoeve van openbare dienstverlening (waaronder bancaire voorzieningen), alsook ondergeschikte functies, zoals kantoor, detailhandel en horeca ten dienste van deze voorzieningen.
een bedrijfsmatige activiteit uitsluitend of overwegend gericht op het verlenen van administratieve diensten en/of het uitvoeren van handelingen die een administratieve voorbereiding of uitwerking behoeven zonder een rechtstreeks contact met het publiek.
een voorziening ten behoeve van de telecommunicatie en de gas-, water- en elektriciteitsdistributie, alsmede soortgelijke voorzieningen van openbaar nut, waaronder in ieder geval worden begrepen transfor-matorhuisjes, pompstations, gemalen, telefooncellen en zendmasten.
een geheel of grotendeels onder peil gelegen deel van een gebouw.
een buiten de gevel of dakvlakken uitstekend ondergeschikt deel van een bouwwerk en/of;
ondergeschikte delen van een ondergronds bouwwerk die zichtbaar zijn boven peil.
niet-zelfstandige detailhandel, uitsluitend zijnde detailhandel die wordt of is gerealiseerd binnen een andere hoofd-functie en daar zowel functioneel als naar oppervlakte en ruimtelijke uitstraling ondergeschikt aan is.
niet-zelfstandig kantoor, uitsluitend zijnde een kantoor die wordt of is gerealiseerd binnen een andere hoofd-functie en daar zowel functioneel als naar oppervlakte en ruimtelijke uitstraling ondergeschikt aan is.
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een bouwwerk onder het ter plaatse vastgestelde peil.
werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden die onder peil plaatsvinden.
voor verblijf geschikte, al dan niet aan hun oorspronkelijk gebruik onttrokken voer- en vaartuigen, waaronder begrepen woonwagens, woonschepen, caravans, kampeerauto's, als ook tenten, schuilhutten en keten, al dan niet ingericht ten behoeve van recreatief buitenverblijf voor zover deze niet als bouwwerken zijn aan te merken.
een bouwwerk zonder eigen wanden, omsloten door maximaal twee wanden en voorzien van een gesloten dak, waaronder begrepen een carport.
elke al dan niet overdekte stallingsgelegenheid ten behoeve van voertuigen.
de grens van een bouwperceel.
een weg die gericht is op het toegankelijk maken van percelen. Dit betreft openbaar toegankelijk gebied dat door zijn inrichting geschikt is om manoeuvres, die nodig zijn voor het bereiken van particuliere percelen, openbare percelen, het in- en uitstappen en het laden en lossen van goederen, plaats te laten vinden.
detailhandel in brand- en explosiegevaarlijke stoffen en goederen, auto's, boten en caravans, tuincentra, bouwmarkten, detailhandel in grove bouwmaterialen, keukens en sanitair alsmede woninginrichting waaronder meubels, die vanwege de omvang en aard van de gevoerde artikelen een groot oppervlak nodig heeft voor de uitstalling.
Risico op een zekere plaats in de nabijheid van een risicobron uitgedrukt in een waarde voor de kans per jaar, dat een persoon, die onafgebroken en onbeschermd op die plaats zou verblijven, overlijdt als rechtstreeks gevolg van een ongewoon voorval, waarbij een gevaarlijke stof betrokken is.
detailhandel in goederen, die ter plaatse worden vervaardigd, gerepareerd en/of toegepast in het productieproces, waarbij de detailhandelsfunctie ondergeschikt is aan de productiefunctie.
een bedrijfsmatige activiteit uitsluitend of overwegend gericht op het verlenen van diensten aan consumenten met een rechtstreeks contact met het publiek, niet zijnde niet-publiekgerichte dienstverlening, detailhandel, horeca en/of seksuele dienstverlening.
het zich beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met een ander tegen vergoeding.
strook van de rijbaan van een weg, die voldoende plaats biedt aan een enkele rij rijdende motorvoertuigen op meer dan drie wielen, of, indien door middel van markering een bredere strook als rijstrook is aangegeven, die strook.
de kwaliteit van de ruimte zoals bepaald door de gebruikswaarde, de belevingswaarde en de toekomstwaarde van die ruimte.
isolatie van de schil van het gebouw, zoals het dak, de buitengevels, de vloer en kozijnen met glas of panelen.
een bedrijfsmatige activiteit gericht op het verrichten van seksuele handelingen en/of het verrichten van erotisch/pornografische vertoningen.
een ruimte in een winkel of andere verkoopplaats waar producten die in die winkel of andere verkoopplaats te koop worden aangeboden, van buitenaf zichtbaar ten toon worden gesteld.
de lijst van bedrijven met basisinformatie voor milieuzonering, zoals opgenomen in de bijlage behorende bij deze regels.
woningen, scholen, crèches en kinderopvangplaatsen.
een detailhandelsbedrijf in de vorm van een zelfbedieningswinkel waar in hoofdzaak levensmiddelen, voedingsmiddelen inclusief versartikelen zoals groente, brood, vlees en zuivel en in beperkte mate huishoudelijke artikelen worden verkocht, met een brutovloeroppervlak van tenminste 650 m².
een bouwperceel dat aan geen van de zijdelingse zijden grenst aan de weg of het openbaar groen.
een halfvrijstaande woning of geschakelde woning, waarbij geldt dat de woning slechts aan één zijde in de perceelsgrens is gebouwd.
de voor het publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was seksuele handelingen worden verricht of vertoningen van erotisch-pornografische aard plaatsvinden; onder een seksinrichting worden in elk geval verstaan: een seksbioscoop, seksautomatenhal, sekstheater, parenclub of een prostitutiebedrijf waaronder tevens begrepen een erotische-massagesalon, al dan niet in combinatie met elkaar.
de vergroting van een bestaande ruimte in een hoofdgebouw die qua afmetingen en/of in visueel opzicht (onder meer wat betreft (goot)hoogte, dakhelling en/of dakvorm), ondergeschikt is aan het hoofdgebouw.
vormen van recreatie die mede gericht zijn op verstrekken van nachtverblijf.
het erf dat vóór de voorgevelrooilijn ligt.
de gevel van een hoofdgebouw die door zijn aard, functie, constructie, dan wel gelet op de uitstraling ervan als voorgevel kan worden aangemerkt.
voorzieningen ten behoeve van de besteding van de vrije tijd, niet zijnde horeca.
een niet met het hoofdgebouw verbonden gebouw dat qua afmeting, verschijningsvorm en functie ondergeschikt is aan een op hetzelfde perceel staand hoofdgebouw, zoals garages, hobbyruimten, schuurtjes, huishoudelijke berg- en werkruimten en tuinhuisjes.
een woning die hoogstens door middel van de bijgebouwen met een andere woning verbonden is en waarvan geen van beide zijgevels van het hoofdgebouw in de zijdelingse perceelgrens staan.
voorzieningen die nodig zijn ten behoeve van een goede waterkering, wateraanvoer, waterafvoer, waterberging, waterinfiltratie en waterkwaliteit. Hierbij kan onder meer gedacht worden aan infiltratievoorzieningen (zoals infiltratiekratten, wadi's, infiltratiegreppels, doorlatende bestrating en infiltratie- en transportriolen), dijken, dammen, grondwallen, duikers, stuwen, gemalen, inlaten en dergelijke.
een voor het openbaar verkeer openstaande weg of pad, met inbegrip van de daarin liggen bruggen en duikers en de tot die wegen behorende paden en bermen of zijkanten.
het bewonen van een woning.
een (gedeelte van een) gebouw dat dient voor de (nagenoeg) zelfstandige huisvesting van niet meer dan één huishouden.
een gebouw dat meerdere naast elkaar gelegen en/of geheel of gedeeltelijk boven elkaar gelegen woningen omvat en dat qua uiterlijk als een eenheid kan worden beschouwd.
De strook grond naast het hoofdgebouw, waarvan de breedte wordt bepaald door de afstand tussen de zijdelingse perceelsgrens en de zijgevel van het hoofdgebouw over de volledige diepte van het bouwperceel.
een gevel van een (hoofd)gebouw, niet zijnde een voor- of achtergevel.
denkbeeldige lijn die strak loopt langs de zijgevel van een gebouw tot aan de perceelsgrenzen.
een gebouw of zelfstandig gedeelte van een gebouw dat bedoeld is voor de huisvesting van personen die niet zelfstandig kunnen wonen en die geestelijke en/of lichamelijke verzorging behoeven; verzorging kan voortdurend of nagenoeg voortdurend plaatsvinden en in het gebouw kan afzonderlijke ruimte ten behoeve van de verzorging aanwezig zijn.
Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
de kortste afstand van enig punt van een gebouw tot de (achter / zijdelingse) perceelsgrens.
het oppervlak dat met bouwwerken is bebouwd, uitgedrukt in procenten van de oppervlakte van het bouwperceel, voor zover dat is gelegen binnen de bestemming, of binnen een in de planregels nader aan te duiden gedeelte van die bestemming.
de totale vloeroppervlakte van de ruimtes binnen een gebouw (inclusief verdiepingen en kelder) en/of op een terrein die wordt gebruikt voor de uitoefening een bedrijf, een dienstverlenend bedrijf of een dienstverlenende instelling, inclusief (binnen)opslag, rust- en rookruimten, administratieruimten en dergelijke.
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.
langs het dakvlak gemeten ten opzichte van het horizontale vlak.
de horizontale lijn gemeten vanaf de buitenzijde van de gevel tot het verste punt van het overstek of de luifel.
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel.
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen.
tussen (de lijnen getrokken door) de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de gemeenschappelijke scheidsmuren).
bij toepassing van het bepaalde ten aanzien van het bouwen worden ondergeschikte bouwdelen zoals plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen, schoorstenen, gevel- en kroonlijsten, luifels, balkons en overstekende daken buiten beschouwing gelaten, mits de overschrijding niet meer dan 1,5 m bedraagt en de overschrijding van de hoogte niet meer dan 3 m bedraagt. Dakkapellen, risalieten en vergelijkbare bouwdelen vallen hier niet onder.
vanaf het peil tot het diepste punt van het bouwwerk, de fundering niet meegerekend.
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk;
2.14.1 Berekeningsaantal
Bij het voldoen aan de parkeernorm dient bij de navolgende parkeervoorzieningen uitgegaan te worden van het berekende aantal parkeerplaatsen conform onderstaande tabel:
Parkeervoorziening | Theoretisch aantal |
Berekenings- aantal |
Opmerking | ||
Enkele oprit zonder garage | 1 | 0,8 | Oprit min. 5,0 meter diep | ||
Lange oprit zonder garage of carport | 2 | 1 | Oprit min. 10,0 meter diep | ||
Garage zonder oprit (bij woning) | 1 | 0,4 | |||
Garagebox (niet bij woning) | 1 | 0,5 | |||
Garage met enkele oprit | 2 | 1 | Oprit min. 5,0 meter diep | ||
Garage met lange oprit | 3 | 1,3 | Oprit min. 10,0 meter diep |
2.14.2 Afronden
Bij het bepalen van de parkeernorm wordt op één decimaal nauwkeurig gerekend waarna de uitkomst wordt afgerond op hele getallen en waarbij vanaf 0,5 en hoger naar boven wordt afgerond.
2.14.3 Woningtype
Bij het bepalen van woningentype gelden de volgende oppervlaktematen voor het gebruiksvloeroppervlak (NEN2580):
Grondgebonden | Appartement | ||
Goedkoop | < 110 m² | < 100 m² | |
Midden | 110 m² - 155 m² | 100 m² - 125 m² | |
Duur | > 155 m² | > 125 m² |
2.14.4 Maatvoering
De ruimte voor het parkeren van auto's is afgestemd op gangbare personenauto's waaraan wordt voldaan indien de afmetingen van:
De voor 'Bedrijf - 1' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Voor het bouwen gelden de volgende bepalingen:
Buiten het bouwvlak gelden de volgende bepalingen:
Bouwwerken, geen gebouwen zijnde | Maximum bouwhoogte |
terreinafscheidingen, voor de voorste bouwvlakgrens | 1 meter |
terreinafscheidingen, achter de voorste bouwvlakgrens | 2 meter |
vlaggenmasten | 8 meter |
overige bouwwerken | 2 meter |
Binnen het bouwvlak gelden de volgende bepalingen:
Bedrijfsgebouwen (hoofdmassa) | Eis |
maximum bouwhoogte | 8 meter |
minimum afstand tot zijdelingse perceelgrens | 3 meter, in afwijking hiervan mag ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - afwijkende bouwregels 1' de afstand tot de zijdelingse perceelsgrens minimaal 2 meter bedragen |
minimum afstand tot achterste perceelsgrens | 3 meter, in afwijking hiervan mag ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - afwijkende bouwregels 1' en 'specifieke vorm van bedrijf - kantoor' de afstand tot de zijdelingse perceelsgrens minimaal 1 meter bedragen |
Bouwwerken, geen gebouwen zijnde | Maximum bouwhoogte |
terreinafscheidingen, voor de voorste bouwvlakgrens | 1 meter |
terreinafscheidingen, achter de voorste bouwvlakgrens | 2 meter |
vlaggenmasten | 8 meter |
overige bouwwerken | 3 meter |
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd nadere eisen te stellen aan:
indien dit noodzakelijk is ter voorkoming van een onevenredige aantasting van:
Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken wordt in elk geval gerekend het volgende gebruik:
Het bepaalde in 3.4.2, sub g en sub h is niet van toepassing voor zover het betreft:
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.4.2, sub a ten behoeve van de vestiging c.q. uitoefening van een bedrijf dat hoewel gelijkwaardig is aan de milieucategorieën die ingevolge 3.1, sub a zijn toegestaan, niet in de Lijst van bedrijfsactiviteiten wordt genoemd.
Bij de beoordeling van de aard en invloed van de milieubelasting van een bedrijf dienen de volgende milieubelastingcomponenten mede in de beoordeling te worden betrokken: geluid, geurproductie, stofuitworp en gevaar, waarbij tevens kan worden gekeken naar de verontreiniging van lucht en bodem, de diversiteit en het al dan niet continue karakter van het bedrijf en de visuele hinder en verkeersaantrekkende werking.
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.2.3, sub b ten behoeve van het realiseren van een hoger bebouwingspercentage met een maximum van 80% onder voorwaarden dat:
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.1, sub e ten behoeve van het hanteren van een afwijkende parkeernorm, mits:
De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Voor het bouwen geldt dat op de in 4.1 bedoelde gronden uitsluitend bouwwerken ten dienste van de genoemde bestemmingsomschrijving mogen worden gebouwd.
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende bepalingen:
Hoofdgebouwen | Eis |
maximum bouwhoogte | 3 meter |
maximum oppervlakte | 15 m² |
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende maatvoeringseisen:
Bouwwerken, geen gebouwen zijnde | Maximum bouwhoogte | Maximum oppervlakte | |
speeltoestellen | 4 meter | - | |
afvalcontainers | 2 meter | 4 m², indien bovengronds geplaatst | |
kunstobjecten | 7 meter | - | |
overige bouwwerken | 3 meter | - |
Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken wordt in elk geval gerekend het volgende gebruik:
Het bepaalde in 4.3.1, sub a en b is niet van toepassing voor zover het betreft:
De voor 'Verkeer - Verblijfsgebied' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Voor het bouwen geldt dat op de in 5.1 bedoelde gronden uitsluitend bouwwerken ten dienste van de genoemde bestemmingsomschrijving mogen worden gebouwd.
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende bepalingen:
Gebouwen | Eis |
maximale bouwhoogte | 3 meter |
maximale oppervlakte | 15 m² |
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de maatvoeringseisen zoals aangegeven in onderstaande tabel:
Bouwwerken, geen gebouwen zijnde | Maximumbouwhoogte | Maximum oppervlakte | |
speeltoestellen | 4 meter | - | |
afvalcontainers | 2 meter | 4 m², indien bovengronds geplaatst | |
kunstobjecten | 7 meter | - | |
verlichting, bewegwijzering en verkeersregelinstallaties | 8 meter | - | |
kiosk | 8 meter | - | |
overige bouwwerken | 3 meter | - |
Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken wordt in elk geval gerekend het volgende gebruik:
Het bepaalde in 5.3.1 sub b en sub c is niet van toepassing voor zover het betreft:
De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Voor het bouwen gelden de volgende bepalingen:
Ter plaatse van de aanduiding 'tuin' gelden de volgende bepalingen:
Bouwwerken, geen gebouwen zijnde | Maximum bouwhoogte |
terreinafscheidingen, voor de voorste bouwvlakgrens | 1 meter |
terreinafscheidingen, achter de voorste bouwvlakgrens | 2 meter |
tuinmeubilair, voor de voorste bouwvlakgrens | 2,5 meter |
tuinmeubilair achter de voorste bouwvlakgrens | 3 meter |
speeltoestellen | 4 meter |
verlichtingsarmaturen en vlaggenmasten | 5 meter |
overige bouwwerken | 1 meter |
Maatvoeringseisen | aaneengebouwd | |
minimum breedte | 5 meter | |
maximum goothoogte | zie aanduiding | |
maximumbouwhoogte | zie aanduiding | |
Situeringseisen | ||
minimum afstand tot zijdelingse perceelsgrens | 3 meter aan één zijde bij eindwoning 0 meter bij tussenwoning |
|
minimum afstand tot achterste perceelsgrens | 5 meter |
Voor het bouwen van bijgebouwen gelden de volgende bepalingen:
Maatvoeringseisen | Eis |
totale maximum oppervlakte aan bijgebouwen per bouwperceel | 70 m² |
maximum oppervlakte vrijstaand bijgebouw | 40 m² |
maximum goothoogte vrijstaand bijgebouw | 3 meter |
maximum goothoogte aangebouwd bijgebouw | hoogte eerste bouwlaag hoofdgebouw |
maximum bouwhoogte | 5 meter |
maximum breedte aan de zijgevel aangebouwd bijgebouw | 4 meter |
maximum breedte aan de achtergevel aangebouwd bijgebouw | breedte hoofdgebouw |
Situeringseisen | Eis |
minimum afstand tot voorste bouwvlakgrens van hoofdgebouw | 3 meter |
minimale afstand van vrijstaand bijgebouw tot hoofdgebouw | 1 meter |
Bouwwerken, geen gebouwen zijnde, moeten voldoen aan de maatvoeringseisen, zoals aangegeven in onderstaand schema:
Bouwwerken, geen gebouwen zijnde | Maximum bouwhoogte |
terreinafscheidingen | 2 meter |
tuinmeubilair | 3 meter |
speeltoestellen | 4 meter |
verlichtingsarmaturen en vlaggenmasten | 5 meter |
overige bouwwerken | 2 meter |
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd nadere eisen stellen aan:
indien dit noodzakelijk is ter voorkoming van een onevenredige aantasting van:
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 6.2.3, sub e2 voor de bouw van een woning met een kap met een afwijkende dakhelling, onder de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 6.2.4, sub a voor de bouw van een bijgebouw of overkapping op minder dan 3 meter van de voorste bouwvlakgrens dan wel geheel of gedeeltelijk voor de voorste bouwvlakgrens, onder de volgende voorwaarden:
Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken wordt in elk geval gerekend het volgende gebruik:
Het bepaalde in 6.5.1, sub e en f is niet van toepassing voor zover het betreft:
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 6.5.1, sub b voor de uitoefening van aan huis gebonden bedrijfsmatige activiteiten in het hoofdgebouw of een bijgebouw, onder de voorwaarden dat:
De voor 'Wonen - Werken 1' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Voor het bouwen gelden de volgende bepalingen:
Ter plaatse van de aanduiding 'tuin' gelden de volgende bepalingen:
Bouwwerken, geen gebouwen zijnde | Maximum bouwhoogte |
terreinafscheidingen, voor de voorste bouwvlakgrens | 1 meter |
terreinafscheidingen, achter de voorste bouwvlakgrens | 2 meter |
vlaggenmasten | 8 meter |
overige bouwwerken | 2 meter |
Binnen het bouwvlak gelden de volgende bepalingen:
Bedrijfsgebouwen (hoofdmassa) | Eis |
maximum bouwhoogte | 8 meter |
minimum afstand voorgevel tot de voorste bouwvlak grens | 5 meter, met dien verstande dat het gebouw minimaal 5 meter achter de voorgevelrooilijn van de bedrijfswoning moet worden gebouwd. |
minimum afstand voorgevel bedrijfsgebouw tot de achter- en zijgevel van de woning | 3 meter |
minimum afstand tot zijdelingse perceelgrens aan één zijde | 3 meter |
minimum afstand tot achterste perceelsgrens | 3 meter |
Woning | Eis |
maximum goothoogte | 7 meter |
maximum bouwhoogte | 11 meter |
maximum afstand voorgevel tot de voorste bouwvlakgrens | 5 meter |
minimum afstand tot zijdelingse perceelgrens | 3 meter |
maximum bouwdiepte | 13 meter, met dien verstande dat indien de bedrijvigheid in de woning wordt opgenomen, geen maximale diepte van toepassing is. |
Bijgebouwen bij woning en bedrijfsgebouw | Eis |
totale maximum oppervlakte aan bijgebouwen: - bouwpercelen tot en met 1.000 m² - bouwpercelen van meer dan 1.000 m2 |
70 m² 85 m2 |
maximum goothoogte aangebouwd bijgebouw | hoogte eerste bouwlaag hoofdgebouw, met een maximum van 4 meter |
maximum goothoogte vrijstaand bijgebouw | 3 meter |
maximum bouwhoogte | 5 meter |
minimum afstand tot voorste bouwvlakgrens | 5 meter |
Bouwwerken, geen gebouwen zijnde | Maximum bouwhoogte |
terreinafscheidingen, voor de voorste bouwvlakgrens | 1 meter |
terreinafscheidingen, achter de voorste bouwvlakgrens | 2 meter |
vlaggenmasten | 8 meter |
overige bouwwerken | uitsluitend achter de voorgevel: 3 meter |
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd nadere eisen te stellen aan:
indien dit noodzakelijk is ter voorkoming van een onevenredige aantasting van:
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 7.2.3 sub d voor de bouw van een woning met een kap met een afwijkende dakhelling, onder de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 7.2.3 sub c voor de bouw van een bijgebouw of overkapping bij de woning op minder dan 3 meter van de voorste bouwvlakgrens dan wel geheel of gedeeltelijk voor de voorste bouwvlakgrens, onder de volgende voorwaarden:
Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken wordt in elk geval gerekend het volgende gebruik:
Het bepaalde in 7.5.1, sub g en sub h is niet van toepassing voor zover het betreft:
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 7.5.1, sub a ten behoeve van de vestiging c.q. uitoefening van een bedrijf dat hoewel gelijkwaardig is aan de milieucategorieën die ingevolge 7.1, sub b en c zijn toegestaan, niet in de Lijst van bedrijfsactiviteiten wordt genoemd.
Bij de beoordeling van de aard en invloed van de milieubelasting van een bedrijf dienen de volgende milieubelastingcomponenten mede in de beoordeling te worden betrokken: geluid, geurproductie, stofuitworp en gevaar, waarbij tevens kan worden gekeken naar de verontreiniging van lucht en bodem, de diversiteit en het al dan niet continue karakter van het bedrijf en de visuele hinder en verkeersaantrekkende werking.
De voor 'Wonen - Werken 2' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Voor het bouwen gelden de volgende bepalingen:
Ter plaatse van de aanduiding 'tuin' gelden de volgende bepalingen:
Bouwwerken, geen gebouwen zijnde | Maximum bouwhoogte |
terreinafscheidingen, voor de voorste bouwvlakgrens | 1 meter |
terreinafscheidingen, achter de voorste bouwvlakgrens | 2 meter |
vlaggenmasten | 8 meter |
overige bouwwerken | 2 meter |
Binnen het bouwvlak gelden de volgende bepalingen:
Gebouwen | Eis |
maximum bouwhoogte in het vlak gelegen tussen de voorste bouwvlakgrens en de denkbeeldige lijn op 13 meter afstand van de voorste bouwvlakgrens | 11 meter |
maximum bouwhoogte achter de denkbeeldige lijn op 13 meter afstand van de voorste bouwvlakgrens | 8 meter |
maximum afstand voorgevel tot de voorste bouwvlakgrens | 5 meter |
minimum afstand tot zijdelingse perceelgrens bij vrijstaande zijgevel | 3 meter |
minimum afstand tot achterste perceelsgrens | 3 meter |
maximum inhoud woning | 750 m3 |
Bouwwerken, geen gebouwen zijnde | Maximum bouwhoogte |
terreinafscheidingen, voor de voorste bouwvlakgrens | 1 meter |
terreinafscheidingen, achter de voorste bouwvlakgrens | 2 meter |
vlaggenmasten | 8 meter |
overige bouwwerken | 3 meter |
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd nadere eisen te stellen aan:
indien dit noodzakelijk is ter voorkoming van een onevenredige aantasting van:
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 8.2.3 sub c voor de bouw van een bijgebouw of overkapping op minder dan 3 meter van de voorste bouwvlakgrens dan wel geheel of gedeeltelijk voor de voorste bouwvlakgrens, onder de volgende voorwaarden:
Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken wordt in elk geval gerekend het volgende gebruik:
Het bepaalde in 8.5.1, sub g en sub h is niet van toepassing voor zover het betreft:
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 8.5.1, sub a ten behoeve van de vestiging c.q. uitoefening van een bedrijf dat hoewel gelijkwaardig is aan de milieucategorieën die ingevolge 7.1 zijn toegestaan, niet in de Lijst van bedrijfsactiviteiten wordt genoemd.
Bij de beoordeling van de aard en invloed van de milieubelasting van een bedrijf dienen de volgende milieubelastingcomponenten mede in de beoordeling te worden betrokken: geluid, geurproductie, stofuitworp en gevaar, waarbij tevens kan worden gekeken naar de verontreiniging van lucht en bodem, de diversiteit en het al dan niet continue karakter van het bedrijf en de visuele hinder en verkeersaantrekkende werking.
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Burgemeester en wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken dan wel nadere eisen stellen ten opzichte van het bepaalde in artikel 2.14 ten behoeve van lagere dan wel hogere eisen m.b.t. de maatvoering van een parkeerplaats waarbij mede ingegaan wordt op de (parkeertechnische)achtergronden en gevolgen bij dat besluit.
Dit besluit moet worden voorzien van een motivering waaruit blijkt dat de ruimtelijke kwaliteit gewaarborgd blijft en / of dat dit besluit noodzakelijk is t.b.v. de ruimtelijke kwaliteit.
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 11.1.1 voor het bouwen van ondergrondse bouwwerken op andere locaties en/of met een ondergrondse bouwdiepte van maximaal 10 meter onder peil onder de voorwaarden dat:
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in de bestemmingsregels in hoofdstuk 2 mag de bebouwingsgrens en/of de bestemmingsgrens van de bestemming ''. 'Groen', 'Verkeer - Verblijfsgebied', 'Wonen’, 'Wonen - Werken 1' en 'Wonen - Werken 2' door bouwdelen worden overschreden. Hiervoor gelden de volgende regels:
Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken:
Onder het gebruiken van gronden of bouwwerken in strijd met het bestemmingsplan wordt in ieder geval verstaan het gebruik, daaronder mede begrepen het doen en/of laten gebruiken:
Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het toegestane gebruik van een woning en/of wooneenheid, door een woon(zorg)initiatief met daarbij meerdere huishoudens toe te staan, mits:
Mits geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
kan met een omgevingsvergunning worden afgeweken van:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd om het plan te wijzigen:
Bij de toetsing van het verlenen van omgevingsvergunningen voor het afwijken en het wijzigen van het plan, dienen onderstaande criteria mede als toetsingskader te worden gebruikt:
Deze regels kunnen worden aangehaald als:
Regels van het bestemmingsplan 'Reek Zuid - 2023'