28.1 Wijziging naar 'Wonen' en 'Tuin' na bedrijfsbeëindiging
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, indien is komen vast te staan dat op de gronden als bedoeld in artikel 4 (Bedrijf), artikel 6 (Detailhandel) en artikel 18 (Wonen
- Woonwagenstandplaats) geen bedrijf respectievelijk detailhandelsbedrijf respectievelijk woonwagen meer is gevestigd, de bestemming van die gronden te wijzigen in de bestemmingen 'Wonen' en 'Tuin', met inachtneming van de volgende bepalingen:
-
a. woningen mogen uitsluitend als niet gestapelde woningen worden gebouwd, dan wel gestapeld met een beperking tot twee bouwlagen met een kap;
-
b. de woningen dienen naar aantal en soort te passen binnen het gemeentelijke woonbeleid;
-
c. artikel 17 (Wonen) en 12 (Tuin) zijn zoveel mogelijk van overeenkomstige toepassing;
-
d. op geen van de gevels van de woningen mag, bij voltooiing, de geluidsbelasting vanwege de ter plaatse toegestane grenswaarde krachtens de Wet geluidhinder overschrijden;
-
e. er dient rekening te worden gehouden met de realisering van 1,5 parkeerplaatsen per gerealiseerde woning, waarvan minimaal 1 parkeerplaats op eigen terrein dient te worden aangelegd;
-
f. de wijziging dient uitvoerbaar te zijn in verband waarmee in ieder geval het volgende dient te worden aangetoond:
-
1. door middel van een bodemonderzoek dient te worden aangetoond, dat de bodem in milieuhygiënische zin geschikt is voor woondoeleinden;
-
2. er mag geen onevenredige aantasting van aan de grond eigen zijnde archeologische waarden plaatsvinden;
-
3. het plan voldoet aan eisen gesteld in verband met de luchtkwaliteit;
-
4. er mag geen onevenredige aantasting plaatsvinden van de ter plaatse voorkomende ecologische waarden.