direct naar inhoud van Regels
Plan: Hoogezand, Gorecht-West fase 4 en 5
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1952.bphgzgorechtw4en5-va01

Regels

Hoofdstuk 1 Inleidende regels

Artikel 1 Begrippen

1.1 Plan

Het Bestemmingsplan van de gemeente Midden-Groningen met IMRO code: NL.IMRO.1952.bphgzgorechtw4en5-va01. Het plan bestaat uit deze planregels met bijlagen en de verbeelding. Het plan gaat vergezeld van een plantoelichting.

1.2 Bestemmingsplan

De geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in een GML-bestand met de bijbehorende regels met bijlagen.

1.3 Aanduiding

Een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden.

1.4 Andere bouwwerken

Elk Bouwwerk, geen Gebouw zijnde.

1.5 Bebouwing

Één of meer Gebouwen en/of Bouwwerk geen Gebouw zijnde.

1.6 Bestaand

a. het gebruik en of de Bebouwing die op het tijdstip van inwerkingtreding van het Plan aanwezig is dan wel kan worden gerealiseerd krachtens een omgevingsvergunning;

b. het onder a bedoelde geldt niet voorzover sprake was van strijd met het voorheen geldende Bestemmingsplan, de voorheen geldende Beheersverordening, daaronder mede begrepen het overgangsrecht van het bestemmingsplan de Beheersverordening, of een andere planologische toestemming.

1.7 Bestemmingsgrens

De grens van een bestemmingsvlak.

1.8 Bestemmingsvlak

Een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming.

1.9 Bijgebouw

Een opzichzelfstaand gebouw dat gelet op de bestemming en door zijn ligging en/of architectonische verschijningsvorm ondergeschikt is aan een op hetzelfde bouwperceel gelegen hoofdgebouw.

1.10 Bouwen

Het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een Bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats.

1.11 Bouwgrens

De grens van een Bouwvlak.

1.12 Bouwvlak

Een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde Gebouwen en Bouwwerken geen gebouwen zijnde zijn toegelaten.

1.13 Bouwwerk

Elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond.

1.14 Dak

Iedere bovenbeëindiging van een Gebouw.

1.15 Detailhandel

Het bedrijfsmatig te koop aanbieden (waaronder begrepen de uitstalling voor verkoop), het verkopen, verhuren en leveren van goederen aan personen die die goederen kopen of huren voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit.

1.16 Erf

Al dan niet bebouwd perceel, of een gedeelte daarvan, dat direct is gelegen bij een Hoofdgebouw en dat in feitelijk opzicht is ingericht ten dienste van het gebruik van dat Gebouw, en, voor zover een Bestemmingsplan of een beheersverordening van toepassing is, deze die inrichting niet verbieden.

1.17 Gebouw

Elk Bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.

1.18 Hoofdgebouw

Gebouw, of gedeelte daarvan, dat noodzakelijk is voor de verwezenlijking van de geldende of toekomstige bestemming van een perceel en, indien meer Gebouwen op het perceel aanwezig zijn, gelet op die bestemming het belangrijkst is.

1.19 Horeca

Het bedrijfsmatig verstrekken van ter plaatse te nuttigen voedsel en dranken, het bedrijfsmatig exploiteren van zaalaccomodatie en/of het bedrijfsmatig verstrekken van nachtverblijf, waaronder bed & breakfast, discotheek, feestzaal en partyboerderij.

1.20 Kamerverhuurpand

Gebouw of deel van een Gebouw met, of geschikt te maken voor, kamers, niet vallende onder het begrip logiesgebouw en/of logiesverblijf als bedoeld in het Bouwbesluit, welke kamers als hoofdverblijf apart zijn of kunnen worden bewoond door niet in het verband van een huishouden levende personen.

1.21 Nutsvoorziening

Voorzieningen voor algemeen nut, zoals afvalinzameling, elektriciteit, gas, (tele)communicatie en dataverkeer, openbaar vervoer en water. Het gaat hierbij om andere bouwwerken zoals antennes, bakken, borden, containers, hekken, kastjes, palen, zuilen en wat met deze objecten te vergelijken is.

1.22 Overige aan-huis-verbonden beroepen of bedrijven

Het beroepsmatig uitoefenen van dienstverlenende bedrijvigheid gericht op consumentenverzorging, dan wel ambachtelijke bedrijvigheid gericht op consumentenverzorging, geheel of overwegend door middel van handwerk, die door zijn beperkte omvang in een Woning en daarbij behorende bijgebouwen wordt uitgeoefend door een bewoner van het perceel ondersteund door maximaal één andere arbeidskracht, waaronder niet wordt begrepen de uitoefening van Detailhandel.

1.23 Overkapping

Een bouwwerk, geen gebouw zijnde, dat een overdekte ruimte vormt met ten hoogste één wand.

1.24 Peil

a. Voor een Bouwwerk op een perceel, waarvan de hoofdtoegang direct aan de weg grenst: de hoogte van de weg ter plaatse van die hoofdtoegang.

b. Voor een Bouwwerk op een perceel, waarvan de hoofdtoegang niet direct aan de weg grenst: de hoogte van het terrein ter plaatse van die hoofdtoegang bij voltooiing van de bouw.

1.25 Permanente bewoning

De huisvesting van één of meerdere personen, in een gebouw waarin het hoofdverblijf is ondergebracht en dat is bestemd om het hele jaar te worden bewoond.

1.26 Plangebied

Het gebied waarop dit Plan betrekking heeft.

1.27 Planregels

De in de Wet ruimtelijke ordening, in het bijbehorende Besluit ruimtelijke ordening en in de Standaard Vergelijkbare BestemmingsPlannen (SVBP2012) bedoelde regels van dit Plan die bepaald gebruik en Bebouwing van het Plangebied toelaten.

1.28 Seksinrichting

De voor het publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig is, seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch-pornografische aard plaatsvinden. Bijvoorbeeld een prostitutiebedrijf, waaronder begrepen een erotische massagesalon, een seksbioscoop, een seksautomatenhal, een sekstheater of een parenclub, al dan niet in combinatie met elkaar.

1.29 SVBP2012

Standaard Vergelijkbare BestemmingsPlannen, behoort tot de ministeriële regeling die aansluit bij de Wet ruimtelijke ordening en het Besluit ruimtelijke ordening.

1.30 Voorgevel

De naar de weg gekeerde gevel van een gebouw of, indien een gebouw met meerdere zijden aan een weg grenst, de als zodanig door burgemeester en wethouders aan te wijzen gevel(s).

1.31 Vrije beroepen

De uitoefening van een beroep of het beroepsmatig verlenen van diensten op administratief, juridisch, medisch, therapeutisch, kunstzinnig, ontwerptechnisch of hiermee gelijk te stellen gebied, dat door zijn beperkte omvang in een Woning en daarbij behorende bijgebouwen wordt uitgeoefend door een bewoner van het perceel, waaronder niet wordt begrepen de uitoefening van Detailhandel of Overige aan-huis-verbonden beroepen of bedrijven.

1.32 Wonen

Permanente bewoning door één of meerdere personen behorende tot één afzonderlijk huishouden in een Woning.

1.33 Woning

Een complex van ruimten, uitsluitend bedoeld voor de Permanente bewoning door één afzonderlijke huishouding.

Artikel 2 Wijze van meten

2.1 De bouwhoogte van een bouwwerk:

Vanaf het Peil tot aan het hoogste punt van een Gebouw of van een Bouwwerk, geen Gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.

2.2 De goothoogte van een bouwwerk:

Vanaf het Peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeiboord of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel.

2.3 De dakhelling:

Langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak.

2.4 De oppervlakte van een bouwwerk:

Tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het Bouwwerk.

2.5 De inhoud van een bouwwerk:

Tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van Dak en en dakkapellen.

2.6 Ondergeschikte bouwdelen

Bij de toepassing van het bepaalde ten aanzien van het bouwen worden ondergeschikte bouwdelen als:

  • 1. plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen, schoorstenen, gevel- en kroonlijsten en uitbouwen met een oppervlakte van 2 m2 of kleiner;
  • 2. overstekende daken;
  • 3. luifels als geïntegreerd onderdeel van een uitbouw;

buiten beschouwing gelaten, mits de overschrijding niet meer dan 1 m ten opzichte van de bouwgrens of bestemmingsgrens bedraagt.

Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels

Artikel 3 Groen

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor de hoofdfuncties:

  • a. groen, groenvoorziening;
  • b. park;
  • c. plantsoen;
  • d. speelvoorziening, sportvoorziening;
  • e. vijver, water, waterberging;

en voor de ondergeschikte functies:

  • f. nutsvoorziening;
  • g. verkeer, paden, parkeren;
  • h. kunstwerken.

3.2 Bouwregels
3.2.1 Gebouwen

Gebouwen zijn niet toegelaten.

3.2.2 Licht- en vlaggenmasten

Licht- en vlaggenmasten zijn toegelaten tot 5 meter hoogte.

3.2.3 Overige andere bouwwerken

Overige andere bouwwerken zijn toegelaten tot 3 meter hoogte, met dien verstande dat ballenvangers zijn toegelaten tot 4 meter hoogte.

3.3 Afwijken van de bouwregels

Het bevoegd gezag kan, mits hierbij

  • geen sprake is van verslechtering van de samenhang van het straat- en bebouwingsbeeld, en
  • sprake is van een goede woonsituatie (lichttoetreding, uitzicht en privacy), en
  • sprake is van een sociaal en verkeersveilige invulling, en
  • geen sprake is van verslechtering van de milieusituatie, en
  • geen sprake is van een onevenredige beperking van de gebruiksmogelijkheden van de omliggende percelen,

met een omgevingsvergunning afwijken van:

  • a. de op de plankaart of in de planregels gegeven maten, afmetingen en percentages, tot ten hoogste 10% van die maten, afmetingen en percentages, behalve waarvoor hiernavolgend andere maten en percentages genoemd worden;
  • b. de planregels en toestaan dat bouwgrenzen worden overschreden, als een meetverschil daartoe aanleiding geeft;
  • c. het bepaalde in 3.2.3 en toestaan dat overige andere bouwwerken worden opgericht tot 5 meter hoogte.
3.4 Specifieke gebruiksregels

Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend:

  • a. het gebruik van gronden voor het storten van puin en afvalstoffen;
  • b. het gebruik van gronden voor de opslag van schroot, afbraak- en bouwmaterialen, anders dan voor de uitvoering van krachtens de bestemming toegelaten bouwactiviteiten, werken en werkzaamheden;
  • c. het gebruik van gronden voor de stalling en opslag van (aan het oorspronkelijk gebruik onttrokken) vaar-, vlieg- of voertuigen;
  • d. het gebruik van gronden als standplaats voor kampeermiddelen;
  • e. het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van Detailhandel, Horeca en/of een Seksinrichting.

 

Artikel 4 Verkeer

4.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor de hoofdfuncties:

  • a. wegverkeer; parkeren, parkeerterrein, parkeervoorzieningen;
  • b. verblijfsgebied;

en voor de ondergeschikte functies:

  • c. groen, groenvoorziening;
  • d. nutsvoorziening;
  • e. speelvoorziening, sportvoorziening;
  • f. water, waterberging;
  • g. kunstwerken.

4.2 Bouwregels
4.2.1 Gebouwen

Gebouwen zijn niet toegelaten, bestaande gebouwen uitgezonderd.

4.2.2 Licht- en vlaggenmasten

Licht- en vlaggenmasten zijn toegelaten tot 5 meter hoogte.

4.2.3 Overige andere bouwwerken

Overige andere bouwwerken zijn toegelaten tot 3 meter hoogte.

4.3 Afwijken van de bouwregels

Het bevoegd gezag kan, mits hierbij

  • geen sprake is van verslechtering van de samenhang van het straat- en bebouwingsbeeld, en
  • sprake is van een goede woonsituatie (lichttoetreding, uitzicht en privacy), en
  • sprake is van een sociaal en verkeersveilige invulling, en
  • geen sprake is van verslechtering van de milieusituatie, en
  • geen sprake is van een onevenredige beperking van de gebruiksmogelijkheden van de omliggende percelen,

met een omgevingsvergunning afwijken van:

  • a. de op de plankaart of in de planregels gegeven maten, afmetingen en percentages, tot ten hoogste 10% van die maten, afmetingen en percentages, behalve waarvoor hiernavolgend andere maten en percentages genoemd worden;
  • b. de planregels en toestaan dat bouwgrenzen worden overschreden, als een meetverschil daartoe aanleiding geeft;
  • c. het bepaalde in 4.2.3 en toestaan dat overige andere bouwwerken worden opgericht tot 5 meter hoogte.
4.4 Specifieke gebruiksregels

Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend:

  • a. het gebruik van gronden voor het storten van puin en afvalstoffen;
  • b. het gebruik van gronden voor de opslag van schroot, afbraak- en bouwmaterialen, anders dan voor de uitvoering van krachtens de bestemming toegelaten bouwactiviteiten, werken en werkzaamheden;
  • c. het gebruik van gronden voor de stalling en opslag van (aan het oorspronkelijk gebruik onttrokken) vaar-, vlieg- of voertuigen;
  • d. het gebruik van gronden als standplaats voor kampeermiddelen;
  • e. het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van Detailhandel, Horeca en/of een Seksinrichting.

Artikel 5 Woongebied

5.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Woongebied' aangewezen gronden zijn bestemd voor de hoofdfuncties:

  • a. wonen;
  • b. erf;
  • c. tuin;
  • d. parkeervoorzieningen;
  • e. fiets- en voetpaden;
  • f. groenvoorzieningen en water;
  • g. nutsvoorzieningen;

en voor de ondergeschikte functies:

  • h. Vrije beroepen en Overige aan-huis-verbonden beroepen of bedrijven;

5.2 Bouwregels
5.2.1 Algemeen

Bouwwerken moeten voldoen aan de stedenbouwkundige bepalingen en principes uit het beeldkwaliteitsplan, zoals opgenomen in de bij deze regels behorende Bijlage 1 Beeldkwaliteitsplan.

5.2.2 Hoofdgebouwen

Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende regels:

  • a. hoofdgebouwen zijn alleen toegelaten binnen een bouwvlak;
  • b. hoofdgebouwen zijn toegelaten tot een bouwhoogte van maximaal 10 meter;
  • c. het aantal woningen bedraagt maximaal 178.
5.2.3 Bijgebouwen en overkappingen

Voor het bouwen van bijgebouwen en overkappingen gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte bedraagt maximaal 3 meter;
  • b. de oppervlakte van de bijgebouwen en overkappingen bedraagt gezamenlijk niet meer dan 12 m² per woning;
5.2.4 Licht- en vlaggenmasten

Licht- en vlaggenmasten zijn toegelaten tot 6 meter hoogte.

5.2.5 Overige andere bouwwerken

Voor het bouwen van overige andere bouwwerken gelden de volgende regels

  • a. de bouwhoogte van erfafscheidingen mag niet meer dan 2 meter bedragen met dien verstande dat de bouwhoogte van erfafscheidingen voor de voorgevel maximaal 1 meter mag bedrage;
  • b. overige andere bouwwerken zijn toegelaten tot 3 meter hoogte.
5.3 Afwijken van de bouwregels

Het bevoegd gezag kan, mits hierbij

  • geen sprake is van verslechtering van de samenhang van het straat- en bebouwingsbeeld, en
  • sprake is van een goede woonsituatie (lichttoetreding, uitzicht en privacy), en
  • sprake is van een sociaal en verkeersveilige invulling, en
  • geen sprake is van verslechtering van de milieusituatie, en
  • geen sprake is van een onevenredige beperking van de gebruiksmogelijkheden van de omliggende percelen, en
  • voldaan wordt aan de algemene bouwregel zoals genoemd in artikel 5.2.1,

met een omgevingsvergunning afwijken van:

  • a. de op de plankaart of in de planregels gegeven maten, afmetingen en percentages, tot ten hoogste 10% van die maten, afmetingen en percentages, behalve waarvoor hiernavolgend andere maten en percentages genoemd worden;
  • b. de planregels en toestaan dat bouwgrenzen worden overschreden, als een meetverschil daartoe aanleiding geeft;
  • c. het bepaalde in 5.2.5 en toestaan dat overige andere bouwwerken zijn toegelaten tot ten hoogste 5 meter hoogte.

5.4 Specifieke gebruiksregels
5.4.1 Vrije beroepen en Overige aan-huis-verbonden beroepen of bedrijven

Het gebruiken van de gebouwen en gronden voor Vrije beroepen en Overige aan-huis-verbonden beroepen of bedrijven, zoals genoemd in 10.1 onder b is toegestaan, mits voldaan wordt aan het toetsingskader uit de beleidsnota voor aan-huis-verbonden beroepen en bedrijven, zoals opgenomen in de bij deze regels behorende Bijlage 2 Beleidsnota aan-huis-verbonden beroepen en bedrijven 2019.

5.4.2 Strijdig gebruik

Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend:

  • a. het gebruik van gronden voor het storten van puin en afvalstoffen;
  • b. het gebruik van gronden voor de opslag van schroot, afbraak- en bouwmaterialen, anders dan voor de uitvoering van krachtens de bestemming toegelaten bouwactiviteiten, werken en werkzaamheden;
  • c. het gebruik van gronden voor de stalling en opslag van (aan het oorspronkelijk gebruik onttrokken) vaar-, vlieg- of voertuigen;
  • d. het gebruik van gronden als standplaats voor kampeermiddelen;
  • e. het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve Detailhandel (anders dan 5.4.1 toelaat), Horeca en/of een Seksinrichting;
  • f. het gebruik van vrijstaande gebouwen, niet zijnde het hoofdgebouw, als woning;
  • g. het gebruik van bouwwerken als kamerverhuurpand.

Hoofdstuk 3 Algemene regels

Artikel 6 Anti-dubbeltelregel

Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.

Hoofdstuk 4 Overgangs- en slotregels

Artikel 7 Algemene gebruiksregels

7.1 Parkeerregelgeving

Indien een aanvraag om een omgevingsvergunning aanleiding geeft tot een te verwachten behoefte aan parkeerplaatsen wordt de omgevingsvergunning slechts verleend indien;

  • a. in voldoende mate wordt voorzien in ruimte voor parkeren;
  • b. de beoordeling of in voldoende mate wordt voorzien in ruimte voor het parkeren of stallen van auto's in, op of onder het gebouw, zoals gesteld onder sub a., wordt op basis van de door de CROW vastgestelde richtlijnen (publicatie 381 - december 2018, of de meest actuele uitgave), dan wel aan de hand van de van toepassing zijnde beleidsregels van de gemeente Midden-Groningen ten aanzien van parkeren bepaald.
7.2 Laden of lossen

Indien de bestemming van een gebouw aanleiding geeft tot een te verwachten behoefte aan laad- en losvoorzieningen wordt een omgevingsvergunning voor het bouwen of voor een gebruiksverandering slechts verleend indien;

  • a. in voldoende mate wordt voorzien in ruimte voor het laden en lossen van goederen, aan, in, of onder het gebouw, dan wel op of onder het onbebouwde terrein dat bij dat gebouw behoort, onverminderd het bepaalde elders in de regels van dit plan;
  • b. van voldoende mate van laad- en losvoorzieningen voor het laden en lossen van goederen zoals bedoeld in sub a. is sprake indien is voldaan aan de normen zoals opgenomen in het ASVV 2012 (uitgave van het CROW), dan wel het geldende ASVV (uitgave van het CROW) zoals dat geldt op het tijdstip van indiening van de aanvraag als bedoeld in sub a. voor het bouwen en/of voor een gebruiksverandering en/of afwijking of het uitwerken of het wijzigen.
7.3 Afwijkingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 7.1 en 7.2:

  • a. indien het voldoen aan die bepalingen door bijzondere omstandigheden op overwegende bezwaren stuit, of
  • b. voor zover op andere wijze in de benodigde parkeer- of stallingsruimte, dan wel laad- of losruimte wordt voorzien.
7.4 Voorwaarden voor afwijken

Afwijken van de regels, als bedoeld in de 7.1 en 7.2 is slechts mogelijk, indien;

  • 1. het verlenen van de omgevingsvergunning niet leidt tot aantasting van de samenhang in het straat- en bebouwingsbeeld;
  • 2. het verlenen van de omgevingsvergunning niet leidt tot verkeersonveilige situaties;
  • 3. het verlenen van de omgevingsvergunning niet leidt tot een ruimtelijke situatie die onoverzichtelijk en niet sociaal controleerbaar is;
  • 4. het verlenen van de omgevingsvergunning niet leidt tot beperking van de gebruiksmogelijkheden op aangrenzende gronden en/of binnen andere bestemmingen.

Artikel 8 Overgangsregels

8.1 Overgangsrecht bouwwerken
  • 1. Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een bouwvergunning, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot,
    • a. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
    • b. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de bouwvergunning wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan.
  • 2. Burgemeester en Wethouders kunnen eenmalig ontheffing verlenen van het eerste lid voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in het eerste lid met maximaal 10%.
  • 3. Het eerste lid is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.
8.2 Overgangsrecht gebruik
  • 1. Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
  • 2. Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in het eerste lid, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
  • 3. Indien het gebruik, bedoeld in het eerste lid, na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
  • 4. Het eerste lid is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.

Artikel 9 Slotregel

Deze regels worden aangehaald als:

Regels van het bestemmingsplan 'Hoogezand, Gorecht-West fase 4 en 5'.