direct naar inhoud van Artikel 9 Maatschappelijk
Plan: Buitengebied Nieuw-Lekkerland
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1927.BuitengebiedNLL-VG01

Artikel 9 Maatschappelijk

9.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Maatschappelijk' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. maatschappelijke activiteiten zoals het openbaar bestuur, nutsbedrijven, dienstverlening van overheidswege, godsdienstuitoefening, onderwijs, medische, sociale en culturele activiteiten en daarmee vergelijkbare niet-commerciële activiteiten;
  • b. een begraafplaats, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'begraafplaats';
  • c. wegen, paden, parkeervoorzieningen en verhardingen;
  • d. tuinen en erven;
  • e. bij de bestemming behorende voorzieningen zoals nutsvoorzieningen, groen, water en waterhuishoudkundige voorzieningen.

9.2 Bouwregels

Op deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming worden gebouwd:

  • a. gebouwen ten dienste van de bestemming;
  • b. uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'begraafplaats': keldergraven;
  • c. bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten dienste van de bestemming;

met dien verstande dat:

  • d. gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, met uitzondering van erf- en terreinafscheidingen, uitsluitend binnen het bouwvlak zijn toegestaan.

9.2.1 Gebouwen

Voor het bouwen van bedrijfsgebouwen gelden de volgende bepalingen:

  • a. de gebouwen moeten aaneen of met een onderlinge afstand van ten minste 3 m worden gebouwd;
  • b. de gronden binnen het bouwvlak mogen volledig worden bebouwd, tenzij door middel van de maatvoeringsaanduiding 'maximum bebouwingspercentage' anders is aangegeven;
  • c. de maximale goothoogte bedraagt 4 m, tenzij met de maatvoeringaanduiding 'maximale goothoogte' anders is aangegeven.

9.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende bepalingen:

  • a. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen voor de voorgevelrooilijn bedraagt ten hoogste 1 m;
  • b. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen elders mag maximaal 2 m bedragen;
  • c. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag maximaal 3 m bedragen.