direct naar inhoud van 2.1 Ruimtelijke structuur
Plan: Emerald
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1926.bp00011069-4001

2.1 Ruimtelijke structuur

2.1.1 Ontstaansgeschiedenis

De kern Delfgauw is gebouwd op een zanderige kreekrug temidden van klei en veengronden. Het dorp is terug te herleiden, in historische bronnen, tot in de 14e eeuw. In het midden van de 19e eeuw concentreerde de bebouwing zich tot het westelijke deel van de Delftsestraatweg. In het laatste kwart van de 19e eeuw ontstond bij het kruispunt een duidelijk verdichting.

De kern Delfgauw ligt ten zuiden van de kruising Delftsestraatweg met respectievelijk de Noord- en Zuideindseweg. Aangrenzend aan de zuidzijde van de Delftsestraatweg stroomt de Pijnackerse Vaart. Direct ten oosten van de kruising met de Zuideindseweg loopt de watergang op enige afstand van de weg.

Emerald

De woonwijk Emerald is in de periode 1990 – 2000 gerealiseerd. Het plangebied werd in de Vierde Nota over de Ruimtelijke Ordening Extra (VINEX) aangewezen als potentiële stedelijke uitbreidingslocatie en staat bekend als een zogenaamde vinexlocatie. Het doel van vinexlocaties was het terugwinnen van de koopkrachtige bevolkingsgroepen naar de steden. Duurzaam bouwen en hoogwaardig openbaar vervoer waren speerpunten van het vinex-beleid. De kern Delfgauw is door de bouw van de wijk ingrijpend veranderd. De kern groeide van 600 naar ruim 7.000 inwoners. Het historisch centrum van Delfgauw onderscheidt zich qua opzet en bebouwing van de moderne wijk Emerald.

Woningen in het Lint

Aan de Zuideindseweg, die ten oosten van de woonwijk Emerald is gelegen, bevinden zich een aantal veelal vrijstaande woningen. Deze woningen waren al aanwezig voordat Emerald werd aangelegd. Destijds was de locatie van Emerald agrarisch gebied, de (bedrijfs)woningen behoorden voor het grootste deel tot deze bedrijven. Na aanleg van de wijk Emerald verloor het gebied haar agrarische functie, en werden de (bedrijfs)woningen omgevormd tot burgerwoningen.

2.1.2 Bebouwingsstructuur en typologieën

In de welstandsnota van de gemeente Pijnacker-Nootdorp zijn de verschillende bebouwingstructuren en typologieën van het plangebied opgenomen.

afbeelding "i_NL.IMRO.1926.bp00011069-4001_0002.jpg"  
Figuur 2. Gebiedsindeling Delfgauw conform welstandsnota  


Zoals te zien is op de afbeelding 'Gebiedsindeling Delfgauw' valt het plangebied onder de categorie 'woonwijken jaren '90 – '00'. Deze woongebieden zijn recent opgeleverd of nog in aanbouw. Het karakter van de wijken wordt bepaald door een planmatige en hiërarchische stedenbouwkundige opzet. De architectuur van de woningen is over het algemeen gebaseerd op herhaling van woningtypen binnen een cluster of een rij. Vaak heeft een aantal rijen of clusters een thema meegekregen. Dit zorgt voor een gevarieerd beeld. Binnen de stedenbouwkundige opzet zorgen appartementengebouwen voor accenten.

De woningen zijn meestal met hun voorgevel gericht naar de belangrijkste openbare ruimte. De gevelopbouw is veelal gedifferentieerd. De opbouw van de gevels bestaat vaak uit een onderbouw van twee lagen met een kap, waarbij de tweede laag of de kap juist kan uitkragen of terugvallen. Per cluster of rij komen verschillende soorten kapvormen voor zoals een zadeldak, een lessenaarsdak of een plat dak. Het gevelbeeld is gevarieerd, waarbij er een duidelijke horizontale of verticale geleding is aangebracht. Hoeken van rijen zijn vaak verbijzonderd met hoogteaccenten en uitbouwen.

De appartementengebouwen staan in principe vrij op de kavel en bestaan over het algemeen uit een torenachtig volume. De hoogte van deze gebouwen varieert sterk. Deze gebouwen functioneren vaak als oriëntatiepunten in de wijk.

Voor de categorie 'woonwijken jaren '90-'00' geldt een regulier welstandsregime, waarbij de beoordeling is gericht op herhaling van woningtypen binnen het samenhangende beeld van een cluster of rij, de gedifferentieerde gevelopbouw en beheer van de architectuur in de openbare ruimte. Verder is het beleid terughoudend met behoud van de strakke rooilijnen, het samenhangende kleur- en materiaalgebruik en eenvoudige detaillering. Het nieuwe bedrijventerrein Emerald valt onder hetzelfde welstandsregime.

De woningen die aan het lint van de Zuideindseweg zijn gelegen vallen onder de categorie 'Buitenlinten'. Hier geldt een bijzonder welstandsregime, gezien de bepalende plaats die zij innemen in de structuur van de gemeente en de wens het bijzondere karakter van het landelijk gebied te behouden. Er zal worden beoordeeld op het behoud van de doorzichten, de individualiteit van de bebouwing en zorgvuldig materiaal- en kleurgebruik.

2.1.3 Wegenstructuur

De centrale ligging van de gemeente Pijnacker-Nootdorp tussen grote steden als Den Haag en Rotterdam, maar ook Zoetermeer en Delft leidt tot intensief autoverkeer via de hoofdwegenstructuur door de gemeente. Door overbelasting van de omliggende autosnelwegen en een onvolledig regionaal wegennet worden deze lokale routes (waaronder de Zuideindseweg) relatief zwaar belast. Het afronden van dit regionale wegennet is nog in ontwikkeling.

De kern Delfgauw wordt ontsloten door de A13, de Provinciale Weg (N470) en de Delftsestraatweg (N473). Op lokaal niveau zijn de Kruithuisweg ten zuiden en de Delfsgauwseweg/Delftsestraatweg ten noorden van het plangebied de dragers van de van hoofdstructuur. Dwars door het plangebied liggen de Zuidpoldersingel en de Laan der Zeven Linden, deze wegen ontsluiten het gebied in noordelijke en zuidelijke richting.

Vanuit het oogpunt van verkeersveiligheid en leefbaarheid voert de gemeente een actief beleid voor verkeersveiligheid. Er komen steeds meer woonwijken met een maximumsnelheid van 30 km/uur. Dit geldt ook voor het plangebied van onderhavig bestemmingsplan. De wegen gelegen binnen de woonwijk Emerald hebben een maximum snelheid van 30 km/uur, met uitzondering van de belangrijkste ontsluitingswegen: de Laan der Zeven Linden en de Zuidpoldersingel.

De Zuideindseweg, waar de lintwoningen aan zijn gelegen, heeft een maximumsnelheid van 50 km/h. De provinciale weg N470 en Rijksstraatweg hebben een maximumsnelheid van 80 km/h. De afrit van de A13 valt ook binnen het plangebied (met een maximumsnelheid van 100 km/h).

2.1.4 Groen

Het plangebied wordt gekenmerkt door verschillende groenzones. Er wordt onderscheid gemaakt in twee verschillende typen groen:

  • 1. Functioneel groen: deze groenzones zijn beeldbepalend voor het plangebied. Het gaat dan om het groen dat zich bevindt langs de hoofdverkeersaders binnen het plangebied. Dit groen zorgt onder meer voor de vermindering van luchtvervuiling en maakt de overgang van de woonwijken richting de hoofdverkeersaders zachter. Daarnaast is er groen aanwezig tussen de verschillende bebouwde gebieden in het plangebied. Hiermee worden de verschillende woonwijken en overige bebouwde gebieden van elkaar gescheiden. Dit zorgt ook weer voor een zachte groene scheiding. Voor de bewoners en gebruikers van het gebied zorgt dit groen voor een verhoogde waardering van het plangebied.
  • 2. Overig groen: naast het functionele groen is er sprake van groen binnen de woonwijken en overige bebouwde gebieden. Dit groen bestaat in hoofdzaak uit particulier groen (tuinen) en bomen langs de wegen binnen deze woonwijken. Ook dit groen is van belang voor de beleving van deze gebieden door de bewoners en gebruikers.
2.1.5 Water in het plangebied

In het plangebied zijn enkele waterpartijen en waterlopen aanwezig. Het plangebied maakt deel uit van het beheersgebied van het Hoogheemraadschap Delfland. Ook het oppervlaktewater is in beheer bij het hoogheemraadschap.