Plan: | Landelijk Gebied Goedereede |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1924.GDRLandelijkgebied-BP30 |
Begrippen
In dit artikel worden de begrippen gedefinieerd, die in de regels worden gehanteerd voor zover deze begrippen van het 'normale' spraakgebruik afwijken of een specifiek juridische betekenis hebben. Bij de toetsing aan het bestemmingsplan zal moeten worden uitgegaan van de in dit artikel aan de betreffende begrippen toegekende betekenis.
Wijze van meten
Het onderhavige artikel geeft aan hoe hoogte- en andere maten die bij het bouwen in acht genomen dienen te worden, gemeten moeten worden.
Agrarisch, Agrarisch met waarden - Landschapswaarden, Agrarisch met waarden - Natuur- en landschapswaarden
Deze bestemmingen zijn opgenomen voor de aanwezige agrarische bedrijven en bedrijfsgronden. Afhankelijk van de landschappelijke en natuurlijke waarden van deze gronden en hun omgeving zijn ze bestemd als Agrarisch, Agrarisch met waarden - Landschapswaarden of Agrarisch met waarden - Natuur- en landschapswaarden.
Voor deze bestemmingen geldt dat gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, in beginsel binnen de opgenomen bouwvlakken dienen te worden gebouwd. Het bouwvlak mag als geheel worden volgebouwd, maar daarbinnen worden voor diverse typen bebouwing (zoals bedrijfswoningen of kassen) wel maximum inhouds- dan wel oppervlaktematen opgenomen.
Een uitzondering op bovenstaande regeling is opgenomen voor agrarische hulpgebouwen, sleufsilo's, gaas- en boogkassen, mestbassins, terreinafscheidingen en poldergemaaltjes, die in beperkte mate ook buiten het bouwvlak worden toegestaan.
Per agrarisch bedrijf is in de regel één bedrijfswoning toegestaan. Hiervan wordt alleen afgeweken als er in de huidige situatie al meer dan één bedrijfswoning aanwezig is.
Er zijn diverse afwijkingsmogelijkheden opgenomen om van de bouwregels af te wijken. Per mogelijkheid zijn voorwaarden opgenomen waar aan voldaan moet worden om voor afwijking in aanmerking te komen. Daarna blijft het de verantwoordelijkheid van het bevoegd gezag om van geval tot geval af te wegen of afwijking acceptabel is.
Specifieke gebruiksregels
In de specifieke gebruiksregels worden (aanvullende) eisen gesteld aan het toegestane gebruik (conform de bestemmingsomschrijving). Het kan zijn dat het gebruik wel wordt toegestaan maar binnen bepaalde randvoorwaarden bijvoorbeeld een maximaal oppervlak. Dit geldt bijvoorbeeld voor nevenfuncties en paardenbakken.
Neven- en vervolgfuncties
Bij neven- en vervolgfuncties gaat het om mogelijkheden voor agrarisch verwante en niet-agrarische functies, ofwel in combinatie met agrarische bedrijfsvoering (nevenfuncties) ofwel ter vervanging daarvan (vervolgfuncties). Per bestemming wordt aangegeven welke functies onder welke voorwaarden toelaatbaar zijn.
Het kenmerk van nevenfuncties is de ondergeschiktheid aan de hoofdfunctie. In de regels worden verschillende nevenfuncties mogelijk gemaakt.
Overigens geldt niet dat voor iedere nieuwe functie in de niet-agrarische sfeer ook nieuwe bebouwing of een nieuwe woning mag worden opgericht. Zo zullen ingeval van beëindiging van de agrarische bedrijfsvoering de bouwmogelijkheden 'bevroren' worden op het moment dat de 'oude' functie een einde neemt. Voor de nieuwe functies kunnen dan geen extra gebouwen worden opgericht. Van dit algemene principe kan wel worden afgeweken indien (een deel van) de bestaande bebouwing (overbodige agrarische en niet-bedrijfsgebouwen) wordt gesaneerd.
Bedrijf, Bedrijf - Agrarisch aanverwant bedrijf, Bedrijf - Bedrijventerrein en Bedrijf - Haven
Het plan kent vier bedrijfsbestemmingen voor de in het plangebied aanwezige bedrijven. De bedrijven rondom de binnenhaven van Stellendam zijn bestemd als Bedrijf - Haven. Het bedrijventerrein dat bij Goedereede langs de provinciale weg ligt, is bestemd als Bedrijf - Bedrijventerrein. De overige, verspreid liggende bedrijven, zijn bestemd als Bedrijf, met uitzondering van agrarisch aanverwante bedrijven die een eigen bestemming hebben.
Het voornaamste onderscheid is dat rondom de Haven van Stellendam zogenaamde Wgh-inrichtingen zijn toegestaan, aangezien daar sprake is van een gezoneerd industrieterrein. Het onderscheid tussen de andere bedrijfsbestemmingen zit met name in uitbreidingsmogelijkheden. Voor agrarisch aanverwante bedrijven, die per definitie gebonden zijn aan het landelijk gebied, is een afwijkingsbevoegdheid opgenomen om uitbreiding tot 30% van de oppervlakte mogelijk te maken. Voor 'reguliere' bedrijven is een dergelijke mogelijkheid niet opgenomen.
Het bouwvlak geeft voor deze bestemmingen aan waar gebouwd mag worden. Alleen op het bedrijventerrein is ook buiten het bouwvlak bebouwing toegestaan, zij het alleen in de vorm van bouwwerken, geen gebouwen zijnde. De opgenomen bebouwingspercentages geven aan in welke mate het bouwvlak bebouwd mag worden.
In de regel zijn bedrijven uit ten hoogste categorie 2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten toegestaan. Dit loopt op het bedrijventerrein op tot categorie 4.2 Ieder perceel kent zodoende een maximale milieucategorie. Binnen deze categorie zijn bedrijven uitwisselbaar. Daarnaast is er een afwijkingsbevoegdheid opgenomen om bedrijven toe te staan die niet binnen deze categorie passen, mits hiervoor geldt dat door specifieke maatregelen de effecten op de omgeving acceptabel zijn. Tot slot zijn er nog een aantal bestaande bedrijven die niet voldoen aan de plaatselijk opgenomen milieucategorie. Hiervoor is een aanvullende regeling opgenomen voor specifiek dat type bedrijf dat op dit moment aanwezig is.
Op het bedrijventerrein en bij de haven zijn bedrijfswoningen uitgesloten, bij de overige bedrijven is in de regel 1 bedrijfswoning toegestaan. Voor bedrijven die de bedrijfsvoering beëindigen, is middels een wijzigingsbevoegdheid de mogelijkheid opgenomen voor een vervolgfunctie.
Bos
De bestaande bosgebieden zijn bestemd als Bos. Om het behoud van het bos te kunnen waarborgen is voor een aantal werkzaamheden een omgevingsvergunning verplicht gesteld.
Gemengd
De bestemming Gemengd is van toepassing op de gemengde bebouwing bij de zuidelijke haven langs de N57. De bebouwing kent meerdere functies, waaronder wonen en bedrijven. Binnen de bestemming Gemengd worden deze uiteenlopende functies gezamenlijk toegestaan.
Groen
Deze bestemming is opgenomen voor structurerende groenelementen binnen het plangebied.
Horeca
De bestemming Horeca is opgenomen voor zelfstandige horecavoorzieningen. Hiervan is de maximum milieucategorie vastgelegd om hinder voor omliggende functies te beperken. Bedrijfswoningen zijn in de regel toegestaan, tenzij expliciet uitgesloten.
Maatschappelijk
De gronden met de bestemming Maatschappelijk zijn bestemd voor verschillende maatschappelijke functies zoals gemeentelijke terreinen, reddings- en hulpverleningsposten of verenigingsleven. In alle gevallen mag er uitsluitend binnen het bouwvlak gebouwd worden, waarbij voor de grotere percelen veelal ook een maximum bebouwingspercentage is opgenomen. Bedrijfswoningen zijn hierbij in de regel niet toegestaan, tenzij expliciet op de kaart vermeld. Het gaat in die gevallen om situaties waarin al een bedrijfswoning aanwezig is.
Natuur - 1, Natuur - 2, Natuur - Schurvelingen, Natuur - Strand en Natuur - Zandwallen
Voor de bestaande natuurgebieden zijn diverse bestemmingen opgenomen. De bestemmingen Natuur - Schurvelingen, Natuur - Zandwallen en Natuur - Strand zijn ieder opgenomen voor een specifiek type natuur, zoals de naam al aangeeft. Natuur - 1 en Natuur - 2 zijn bredere bestemmingen die voor de overige natuurgebieden zijn opgenomen. Natuur - 2 onderscheidt zich daarbij van Natuur - 1 door ook te voorzien in een regeling voor een militair complex, terwijl Natuur - 1 in haar regeling ook de Grevelingen omvat.
Binnen de diverse natuurbestemmingen is het beleid en daarmee ook de bestemmingsregeling erop gericht om de aanwezige natuur-, landschaps- en cultuurhistorische waarden te beschermen, te herstellen en waar mogelijk verder te ontwikkelen. Qua medegebruik is er met name een rol weggelegd voor recreatieve functies. Ter bescherming van de aanwezige waarden wordt bebouwing echter grotendeels uitgesloten. Voor bestaande voorzieningen, zoals een aantal recreatiewoningen, strandpaviljoens en het genoemde militaire complex, wordt voorzien in bouwmogelijkheden die veelal op de verbeelding begrensd zijn door middel van een functieaanduiding.
Voor alle natuurbestemmingen is een omgevingsvergunningenstelsel opgenomen voor (grond)werkzaamheden die te aanwezige waarden kunnen aantasten.
Recreatie - Dagrecreatie
Dit artikel is voor de verschillende dagrecreatieve functies in het plangebied opgenomen. Er is geen gebruik van een nadere aanduiding die het specifieke type van dagrecreatie vastlegt. De gronden zijn zodoende bruikbaar voor iedere vorm van dagrecreatie.
In een aantal gevallen is wel een specifieke aanduiding opgenomen. Deze dient niet om uitsluitend die functie toe te staan (en daarmee andere dagrecreatieve functies uit te sluiten), maar is bedoeld om ter plaatse in specifieke bouwmogelijkheden te voorzien toegesneden op een bepaalde functie.
Bedrijfswoningen zijn hierbij in de regel toegestaan met een maximum van 1 per recreatievoorziening, tenzij anders is aangegeven.
Recreatie - Verblijfsrecreatie - recreatie recreatieappartement/recreatiewoning
Het plan kent twee verblijfsrecreatieve bestemmingen. De eerste daarvan is toegesneden op de Koningspleisterplaats, dat grotendeels bestaat uit recreatieappartementen. Hiervoor is een bouwvlak opgenomen en is in de regels een maximumoppervlakte per appartement vastgelegd. Het bijbehorende hotel is door middel van een functieaanduiding specifiek mogelijk gemaakt.
De tweede verblijfsrecreatieve bestemming is gericht op recreatiewoningen, waarvoor een maximum inhoudsmaat in combinatie met een maximum goothoogte is vastgelegd. In de regel is per bouwvlak één recreatiewoning toegestaan, tenzij een groter aantal op de kaart is vastgelegd.
Sport
De sportvelden en de naastgelegen manege zijn voorzien van de bestemming Sport. Veldsporten worden in het algemeen toegestaan, terwijl een manege uitsluitend kan worden uitgeoefend ter plaatse van de aanduiding 'manege'. Deze is uitsluitend opgenomen op de huidige locatie van de manege. Er mag alleen binnen het bouwvlak gebouwd worden, waarbij in beide gevallen een maximum bebouwingspercentage is vastgelegd.
Bij de manege is één bedrijfswoning toegestaan, conform de bestaande situatie. Op het sportveldencomplex is geen bedrijfswoning toegestaan.
Verkeer
Deze bestemming is toegekend aan de belangrijkste wegen en bijbehorende bermen.
Water
De bestemming Water is toegekend aan alle hoofdwatergangen in het plangebied en de waterlopen die vanuit cultuurhistorisch oogpunt beschermenswaardig zijn. Andere in het plangebied aanwezige watergangen zijn niet afzonderlijk bestemd.
Waterkering en Waterstaat
De bestemmingen Waterkering en Waterstaat onderscheiden zich van de verder in dit plan opgenomen dubbelbestemming ter bescherming van de waterkerings- en waterstaatkundige belangen. Deze enkelbestemmingen kennen aan de gronden de functie toe van respectievelijk waterkering en waterstaat. Dit in tegenstelling tot de genoemde dubbelbestemmingen, die voor andere aanwezige functies regelt dat het waterkerings- en waterstaatkundige belang niet geschaad mag worden.
De gronden binnen de bestemmingen Waterkering en Waterstaat zijn voorzien van bouwvlakken waarbinnen gebouwd mag worden.
Wonen - 3 en Wonen - 4
Het plan kent 2 woonbestemmingen. De telling hiervan (3 en 4) sluit aan op de plannen voor de stads- en dorpskernen, waar al gebruik wordt gemaakt van 1 en 2. Het onderscheid tussen Wonen - 3 en Wonen - 4 heeft specifiek te maken met een verbijzonderde regeling uit het voorgaande plan 'Oostdijkseweg'. Deze regeling voorzag in de bescherming van diverse cultuurhistorische waarden. Om deze duidelijk terug te laten komen is een afzonderlijke bestemming aangemaakt, te weten Wonen - 4. De overige woningen in het plangebied zijn zodoende voorzien van Wonen - 3.
De voornaamste uitgangspunten voor beide woonbestemmingen zijn vergelijkbaar. Zo bedraagt de maximum inhoud voor hoofdgebouwen (inclusief aan- en uitbouwen) 750 m³. Daarbij mag ten hoogste 50% van het bijbehorende erf worden bebouwd met bijgebouwen en overkappingen, met een maximum van 75 m². Naast wonen mag onder voorwaarden ook in de woning worden gewerkt in de vorm van aan-huis-gebonden beroepen en kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten aan huis. Het maximumoppervlak van deze activiteiten bedraagt ten hoogste 25% van de vloeroppervlakte van de betrokken woning en bijgebouwen met een maximum van 50 m².
De bescherming van cultuurhistorische waarden binnen Wonen - 4 is gekoppeld aan de op de kaart opgenomen aanduiding 'cultuurhistorische waarden', die overigens niet voor alle woningen rondom de Oostdijkseweg van toepassing is. Voor de betreffende woningen worden onder andere striktere regels gesteld voor uitbreiding van het hoofdgebouw, bouw- en goothoogten, de locatie van erfbebouwing en de nokrichting van het hoofdgebouw.
Daarnaast wordt met behulp van 'specifieke bouwaanduiding-2' op de kaart vastgelegd welke gronden slechts in beperkte mate erfbebouwing is toegestaan.
Leiding - Riool en Leiding - Water
De planologisch relevante leidingen zijn in deze dubbelbestemmingen als zodanig bestemd. Bouwen ten behoeve van samenvallende bestemmingen is alleen onder voorwaarden toegestaan. Ter bescherming van aanwezige leidingen is bovendien een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden opgenomen.
Waarde - Archeologie-1, 2, 4 en 5
In dit artikel is de bescherming van de archeologische waarde van gronden in het plangebied geregeld met een zogenoemde dubbelbestemming. De zonering van de vier verschillende bestemmingen is afgestemd op de archeologische verwachtingswaarde zoals vastgelegd in het eilandelijk beleid. Afhankelijk van de verwachtingswaarde geldt dat werkzaamheden vanaf een bepaalde omvang en vanaf een bepaalde diepte uitsluitend uitvoerbaar zijn mits de eventuele archeologische waarde niet wordt geschaad. Om na te gaan of er sprake is van archeologische waarden is onderzoek nodig.
Ditzelfde geldt voor diverse werken en werkzaamheden die een zekere oppervlakte- en dieptemaat overschrijden.
Waarde - Cultuurhistorie
Objecten en structuren met een cultuurhistorische waarde, maar die niet voorzien zijn van een toegesneden enkelbestemming, worden beschermd door de dubbelbestemming Waarde - Cultuurhistorie. Het gaat onder andere om bunkers en paden. De dubbelbestemming Waarde - Cultuurhistorie legt vast dat (bouw)werkzaamheden, die om te beginnen aan de regels uit de ter plaatse geldende enkelbestemming moeten voldoen, niet mogen leiden tot aantasting van cultuurhistorische waarden.
Waterstaat - Waterkering en Waterstaat - Waterstaatkundige functie
Beide dubbelbestemmingen zijn bedoeld om voor de onderliggende enkelbestemmingen vast te leggen dat bouwen en het uitvoeren van werken en werkzaamheden uitsluitend toelaatbaar zijn voor zover het waterkeringsbelang respectievelijk de waterstaatkundige functie niet geschaad wordt.
Antidubbeltelregel
Dit artikel bevat een algemene regeling waarmee kan worden voorkomen dat er in feite meer wordt gebouwd dan het bestemmingsplan beoogd, bijvoorbeeld ingeval (onderdelen van) bouwvlakken van eigenaars wisselen.
Algemene bouwregels
Dit artikel bevat een algemene regeling waarmee bestaande afwijkingen van maten uit het bestemmingsplan mogen worden gehandhaafd, veranderd en/of vernieuwd. Aanpassingen die leiden tot grotere afwijkingen dan in de huidige situatie aan de orde zijn, worden niet toegestaan.
Het artikel legt daarnaast vast dat bij herbouw van (bedrijfs)woningen alleen op de bestaande fundamenten gebouwd mag worden. Dit om te voorkomen dat na 'verschuiving' van de woning situaties ontstaan die strijdig zijn met (milieu)wetgeving.
Ook worden binnen bepaalde maten kleine overschrijdingen van bouwgrenzen door ondergeschikte bouwdelen als trappen, hellingbanen en balkons toegestaan.
Tot slot wordt vastgelegd dat de afstand van bouwwerken tot gronden met de bestemming Natuur - Schurveling en Natuur - Zandwallen ten minste 3 m bedraagt.
Algemene gebruiksregels
Naast de specifieke gebruiksregels die bij diverse bestemmingen zijn opgenomen, zijn in dit artikel algemene gebruiksregels opgenomen die voor alle bestemmingen gelden. Het artikel bepaalt onder andere dat het opslaan van bepaalde goederen en materialen alsmede het permanent bewonen van recreatiewoningen en recreatieappartementen niet is toegestaan.
Uitsluiting aanvullende werking bouwverordening
Deze bepaling geeft invulling aan de afstemmingsbepaling tussen de bouwverordening en het bestemmingsplan ingevolge artikel 9 van de Woningwet. Artikel 9 van de Woningwet regelt primair dat de bouwverordening buiten toepassing blijft voor zover deze niet overeenstemt met het desbetreffende bestemmingsplan. Voor zover het bestemmingsplan geen voorschriften bevat ten aanzien van een onderwerp dat in de bouwverordening is geregeld, is de bouwverordening wel van toepassing, tenzij het bestemmingsplan anders bepaald.
De bepaling in artikel 27 is een uitwerking van de laatste zinsnede en moet voorkomen dat de bouwverordening onbedoeld aanvullend werkt bij onderwerpen die in het bestemmingsplan bewust niet zijn geregeld, bijvoorbeeld omwille van globaliteit. De relevante onderwerpen staan allemaal in paragraaf 2.5 van de bouwverordening. Uitsluitend die onderwerpen zijn genoemd, waarvan de aanvullende werking wenselijk is. De overige bepalingen van paragraaf 2.5 van de bouwverordening worden daarmee buiten toepassing verklaard.
Algemene aanduidingsregels
In dit artikel zijn beperkende regels voor wat betreft de hoogte van nieuwe bouwwerken, gebouwen en begroeiing opgenomen vanwege de in het plangebied aanwezige molenbiotoop.
Algemene afwijkingsregels
Maten en bouwgrenzen
In dit artikel wordt aangegeven in hoeverre afgeweken kan worden voor geringe afwijkingen van de bouwregels (maatvoering), voor zover al niet elders in de planregels in afwijkingen is voorzien. Overigens bestaat er een aantal bouwwerken dat los van het bestemmingsplan gebouwd kan worden en waarvoor een algemene bevoegdheid tot afwijken (zoals voorheen te doen gebruikelijk) geen zin meer heeft. Het betreft hier zogenaamde vergunningsvrije bouwwerken als bedoeld in artikel 43 van de Woningwet.
Herbouw (bedrijfs)woning
Als uitgangspunt geldt dat bij herbouw van een (bedrijfs)woning gebouwd moet worden op de oorspronkelijke fundamenten. Het bevoegd gezag kan hiervan afwijken om herbouw van woningen elders op het perceel toe te staan. Hiertoe moet onder andere voor de omliggende functies en met betrekking tot wegverkeerslawaai onderbouwd zijn dat de nieuwe situatie ruimtelijk en milieukundig acceptabel is. Herbouw dient in ieder geval binnen het oorspronkelijke bouwvlak plaats te vinden.
Vergroten van de inhoudsmaat van de woning
De inhoudsmaat van een agrarisch bedrijfswoning mag worden vergroot indien er sprake is van het betrekken van een deel bij de woning. Daarbij geldt wel dat de bestaande afmetingen van dat gebouw niet mogen worden vergroot. De bevoegdheid mag uitsluitend worden toegepast op monumenten en MSP-panden.
Extra woning in monumentale panden
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in hoofdstuk 2 teneinde een extra woning toe te staan binnen monumentale en MSP-panden onder de voorwaarde dat dit bijdraagt aan herstel en/of behoud van deze panden.
Afstand tot zandwallen
Het bevoegd gezag kan op basis van dit artikel afwijken van de voorgeschreven afstand van 3 m tot zandwallen. Na afwijking dient nog altijd een afstand van 1 m te worden aangehouden tussen bouwwerken en zandwallen. Afwijken in het geval van schurvelingen is niet toegestaan.
Algemene wijzigingsregels
Overschrijding bestemmingsgrenzen
Er is een wijzigingsbevoegdheid opgenomen voor geringe overschrijdingen van bestemmingsgrenzen.
Waarde archeologie
Met deze wijzigingsbevoegdheid kan de bestemming Waarde - Archeologie geheel of gedeeltelijk van gronden worden verwijderd, indien uit nader archeologisch onderzoek is gebleken dat ter plaatse geen archeologische waarden aanwezig zijn en het op grond van nader archeologisch onderzoek niet meer noodzakelijk wordt geacht dat het bestemmingsplan ter plaatse in bescherming en veiligstelling van archeologische waarden voorziet.
Waterberging
Met deze wijzigingsbevoegdheid kan de bestemming van gronden worden gewijzigd naar Water.
Overgangsrecht
Overgangsrecht bouwwerken
Het overgangsrecht ten aanzien van bouwen is neergelegd in dit lid. Uitbreiding van de bebouwing die onder het overgangsrecht valt is slechts mogelijk wanneer het bevoegd gezag afwijkt in het kader van een omgevingsvergunning.
Overgangsrecht gebruik
Dit lid betreft de overgangsbepaling met betrekking tot gebruik van onbebouwde gronden en bouwwerken voor zover dat gebruik afwijkt van het bestemmingsplan op het moment dat dit rechtskracht verkrijgt.
Slotregel
Dit artikel geeft aan onder welke naam dit plan kan worden aangehaald.