direct naar inhoud van 2.4 Regionaal beleid
Plan: Landelijk Gebied Goedereede
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1924.GDRLandelijkgebied-BP30

2.4 Regionaal beleid

Regionale Structuurvisie Goeree-Overflakkee (2010)

Door het Intergemeentelijk Samenwerkingsverband Goeree-Overflakkee (ISGO) is de Regionale Structuurvisie Goeree-Overflakkee opgesteld. De gemeenteraden van de diverse gemeenten op het eiland, waaronder die van Goedereede, hebben de visie in december 2010 vastgesteld.

Als algemeen uitgangspunt wordt aangegeven dat de identiteit van het eiland in de vorm van bijvoorbeeld cultuurhistorische elementen behouden en waar mogelijk versterkt moet worden. Met name nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen lenen zich ervoor om cultuurhistorische waarden te benadrukken en herkenbaar te maken.

Met betrekking tot water wordt aangegeven dat nieuw oppervlaktewater aangelegd moet worden en dat de waterkwaliteit in algemene zin verbetering behoeft. Natuurvriendelijke oevers kunnen hier een rol bij spelen. Tevens wordt gesproken over het opheffen van het waterbergingstekort. Dit kan door zogenaamde waterbalkons.

Voor natuur in algemene zin ligt de nadruk op het toegankelijk en beleefbaar maken van bestaande natuurwaarden. Voor deltanatuur in het bijzonder geldt tevens een grote ontwikkelopgave van 400 ha.

Van de strategische hoofdlijnen van de structuurvisie zijn de volgende punten van belang voor het landelijk gebied.

  • Uitbouw en diversificatie, zowel kwalitatief als kwantitatief van verblijfsrecreatie, horeca, dag(eco-)toerisme en elkweervoorzieningen; daarbij ook de mogelijkheden van het omringende open water ten volle benutten en verbetering kwaliteit/uitbreiding capaciteit jachthavens.
  • Versterking en verbreding van de economie, door scheppen van gunstig ondernemersklimaat, stimulering ondernemerschap en innovatie, aantrekken van schone en innovatieve kleinschalige bedrijvigheid (maakindustrie, handel logistiek, dienstverlening en zorgcluster) in samenwerking met naburige regio's, allianties met kennisinstituten en inspelen op bestedingseffecten van woningbouw (persoonlijke dienstverlening, wellness, fitness, dagelijkse boodschappen, duurzame consumptiegoederen, horeca, etc.).
  • Versterking van landschapsstructuren, cultuurhistorisch waardevolle elementen volgens het landschapsontwikkelingsplan.
  • Versterken en verbeteren kusttoerisme op de Kop van Goeree en behoud van kleinschalig halfopen cultuurhistorisch waardevol buitengebied.
  • Behoud hoofdwaterkering, versterking recreatieve uitzichtfunctie en aanleg ontbrekende schakels in recreatief netwerk.
  • Natuurgebied en duinnatuur beleefbaar en toegankelijk maken.
  • Behoud en kwaliteitsverbetering recreatieparken.
  • Karakteristiek cultuurhistorisch waardevol schurvelingenlandschap behouden.
  • Handhaving van een duurzame landbouw met een goede zoetwatervoorziening en ruimte voor schaalvergroting, verbreding (groene en blauwe diensten) en productvernieuwing.
  • Bereiken van een duurzaam watersysteem (waterberging en waterkwaliteit) en uitvoering van het Waterplan Goeree Overflakkee.
  • Versterkte inzet op duurzaamheid, vooral door investeringen in het leveren van schone energie (waterkracht, wind, zon, biomassa).
  • Versterking van belevingsaspecten van het eiland (onder andere geschiedenis van kernen en landschap vertellen, door co-creatie zelf onderdeel zijn van een verhaal of belevenis, fietsen, varen, wandelen, verblijven, etc.).

Waterplan Goeree-Overflakkee (2009)

Het hoofddoel van het Waterplan Goeree-Overflakkee is het opstellen van een gezamenlijke koers van de gemeenten en het waterschap voor de realisatie van een veilig, schoon, aantrekkelijk en goed beheerd watersysteem in de stedelijke kernen op Goeree-Overflakkee. In het waterplan worden de volgende drie hoofdaspecten aan de orde gesteld:

  • de inrichting van het gebied en de afstemming tussen de ruimtelijke ordening en het waterbeheer; het gaat daarbij niet alleen om de hoeveelheid water die nodig is voor het realiseren van een bepaald beschermingsniveau tegen wateroverlast, maar nadrukkelijk ook om de beleving van het water binnen de kernen;
  • het gebruik en het beheer en onderhoud van oppervlaktewater; hierbij horen afspraken over de beheergrenzen en wie wat doet; het waterplan zal daarnaast helpen bij de verankering van de waterzaken binnen de organisaties;
  • de omgang met afvalwater en regenwater in het gebied; hierbij speelt onder andere de relatie tussen de afvalwaterketen en de kwaliteits- en kwantiteitsaspecten van het oppervlaktewatersysteem.

Gezamenlijk hebben het waterschap, de gemeenten en het ISGO streefbeelden en doelen voor het water in de kernen opgesteld. De wensbeelden met een ruimtelijke relevantie die volgen uit het Waterplan zijn hieronder opgesomd:

  • gegarandeerde zonering op basis van chloridengehalten in het oppervlaktewater (zoet/zout);
  • waterbergingstekort oplossen door het aanleggen van nieuw oppervlaktewater;
  • aanleggen van waterbalkons, geleidelijke overgang van stedelijk naar landelijk gebied;
  • maatregelen in het kader van de KRW in waterlichamen realiseren voor 2015;
  • natuurvriendelijke oevers waar mogelijk aanleggen;
  • gemengde rioolstelsels vervangen door gescheiden rioolstelsels;
  • historische relatie met water in stedelijke kernen zichtbaar maken;
  • meer aandacht voor het karakteristieke krekenlandschap;
  • aanleggen een of meerdere gemeenschappelijke baggerdepots.

De wensbeelden worden nog niet vertaald in het bestemmingsplan Landelijk Gebied. Indien projecten concreet worden, gronden verworven zijn of overeenkomsten met grondeigenaren gesloten zijn wordt hiervoor een aparte procedure doorlopen.