Artikel 25 Algemene wijzigingsregels
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen in die zin dat de situering en/of begrenzing van op de plankaart aangegeven bouwvlakken en/of bestemmingsvlakken wordt gewijzigd indien:
-
a. de oppervlakte van elk bouwvlak en/of bestemmingsvlak met niet meer dan 5% wordt vergroot dan wel verkleind;
-
b. de geluidbelasting vanwege het wegverkeer, railverkeer en/of industrielawaai op de gevel van geluidgevoelige objecten respectievelijk op de grens van geluidgevoelige terreinen niet hoger zal zijn dan de daarvoor geldende voorkeursgrenswaarde, dan wel een daartoe verkregen hogere grenswaarde;
-
c. geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
-
1. ter plaatse voorkomende dan wel aan de betreffende gronden eigen cultuurhistorische-, landschappelijke-, botanische-, of ecologische waarden;
-
2. het straat- en bebouwingsbeeld;
-
3. de woonsituatie;
-
4. de milieusituatie;
-
5. de verkeersveiligheid;
-
6. de sociale veiligheid;
-
7. de aansluiting aan structurele groen- en/of waterelementen;
-
8. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.