Plan: | Giel Peetershof Egchel |
---|---|
Status: | onherroepelijk |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1894.BPL0074-OH01 |
De Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (SVIR) is op 13 maart 2012 vastgesteld. De SVIR vervangt de Nota Ruimte, de Structuurvisie Randstad 2040, de Nota Mobiliteit, de MobiliteitsAanpak en de Structuurvisie voor de Snelwegomgeving en vervangt enkele ruimtelijke doelen en uitspraken uit andere documenten. In deze visie schetst het Rijk de ambities tot 2040 en de doelen, belangen en opgaven tot 2028. Daarmee moet Nederland concurrerend, bereikbaar en veilig worden. Anders dan in de Nota Ruimte gaat de structuurvisie uit van het adagium 'decentraal, tenzij'. Het rijk kiest voor een selectievere inzet van rijksbeleid op slechts 13 nationale belangen. Voor deze belangen is het Rijk verantwoordelijk en wil het resultaten boeken. Buiten deze 13 belangen hebben decentrale overheden beleidsvrijheid.
Afspraken over verstedelijking, groene ruimte en landschap laat het Rijk over aan de provincies en gemeenten. Gemeenten krijgen ruimte voor kleinschalige natuurlijke groei en voor het bouwen van huizen die aansluiten bij de woonwensen van mensen.
De wetgever heeft in de Wet ruimtelijke ordening (Wro), ter waarborging van nationale en provinciale belangen, de besluitmogelijkheden van lagere overheden begrensd. Indien nationale of provinciale belangen dat met het oog op een goede ruimtelijke ordening noodzakelijk maken, kunnen bij of krachtens Algemene Maatregel van Bestuur (AMvB) respectievelijk provinciale verordening regels worden gesteld omtrent de inhoud van bestemmingsplannen.
In het Besluit algemene regels ruimtelijke ordening (Barro), ook wel bekend als de AMvB Ruimte, zijn 13 nationale belangen opgenomen die juridische borging vereisen.
Het Barro is op 30 december 2011 deels in werking getreden en met enkele onderwerpen aangevuld per 1 oktober 2012. Het besluit is gericht op doorwerking van de nationale belangen in gemeentelijke bestemmingsplannen.
In het plangebied zijn geen nationale belangen in het geding.
Het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) is per 1 oktober 2012 op onderdelen gewijzigd. In artikel 3.1.6 van het Bro is de 'ladder voor duurzame verstedelijking' opgenomen. Doel van de ladder voor duurzame verstedelijking is een goede ruimtelijke ordening in de vorm van een optimale benutting van de ruimte in stedelijke gebieden.
De ladder stelt eisen aan de onderbouwing in ruimtelijke plannen die nieuwe stedelijke ontwikkelingen mogelijk maken en kent 3 treden die achter elkaar worden doorlopen:
Trede 1
Het plan Giel Peetershof is qua duurzaamheid uniek binnen Peel en Maas, maar ook in de regio, waar mogelijkheden zijn om zowel de planinrichting als de bouwmogelijkheden op een duurzame wijze vorm te geven. Bebouwing is mogelijk in (collectief) particulier opdrachtgeverschap, wat ook één van de speerpunten is van de woonvisie van Peel en Maas. Op grond daarvan constateert de gemeente dat het plan voorziet in een actuele zowel lokale als regionale behoefte.
Trede 2
Realisering van een duurzame wijk in de vorm en omvang van het Giel Peetershof is niet realiseerbaar binnen een herstructureringslocatie. Bovendien zijn ook de mogelijke herstructureringslocatie opgenomen in de woningbouwplanning zoals hiervoor nader omschreven. Daarnaast speelt een rol dat Panningen - Helden en Egchel geen echte probleemwijken of locaties kent die thans of in de nabije toekomst in aanmerking komen voor herstructurering met woningbouw. De gemeente denkt voor deze locaties meer aan invulling voor alternatieve doeleinden (bijvoorbeeld maatschappelijke doeleinden of het creëren van extra groenelementen etc.).
Trede 3
Het Plan Giel Peetershof kent via de Gielenhofweg een goede ontsluiting naar de Roggelseweg van waaruit de steden Roermond en Venlo per auto bereikbaar zijn. Daarnaast is Panningen - Helden met alle voorzieningen gemakkelijk bereikbaar via diezelfde Gielenhofweg en de Raadhuisstraat. Verder rijdt er ook een buslijn over de Roggelseweg met een halte op loopafstand van het plangebied van waaruit Venlo en Roermond per openbaar vervoer bereikbaar zijn en ter plaatse vervolgens gebruik kan worden gemaakt van de aldaar aanwezige treinverbindingen. Hiermee is de locatie passend ontsloten.