direct naar inhoud van Artikel 6 Bedrijventerrein - 1
Plan: Bedrijventerreinen Peel en Maas
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1894.BPL0066-VG01

Artikel 6 Bedrijventerrein - 1

6.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Bedrijventerrein - 1' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. bedrijven en/of het uitoefenen van bedrijfsmatige activiteiten welke zijn opgenomen in milieucategorie 1 t/m 2 van de 'Lijst van bedrijfsactiviteiten' (bijlage 1 bij de regels), groothandelsbedrijven, en/of daarmee naar aard, omvang en invloed op de omgeving gelijk te stellen bedrijven en/of bedrijfsactiviteiten;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijf tot en met categorie 3', uitsluitend bedrijven en/of het uitoefenen van bedrijfsmatige activiteiten welke zijn opgenomen in milieucategorie 1 t/m 3 van de 'Lijst van bedrijfsactiviteiten' (bijlage 1 bij de regels), groothandelsbedrijven, en/of daarmee naar aard, omvang en invloed op de omgeving gelijk te stellen bedrijven en/of bedrijfsactiviteiten;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'antennemast' uitsluitend een antennemast;
  • d. verkooppunt motorbrandstoffen zonder lpg, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'verkooppunt motorbrandstoffen zonder lpg';
  • e. opslag, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'opslag';
  • f. verkoop, (detail)handel en reparatie van auto's, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - autohandel';
  • g. een bouwbedrijf, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - bouwbedrijf';
  • h. een bouwmarkt, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - bouwmarkt';
  • i. detailhandel in bruidsmode, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - bruidsmodewinkel';
  • j. een groothandel in machines, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - groothandel in machines´;
  • k. (detail)handel in automaterialen, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - (detail)handel in automaterialen;
  • l. (detail)handel in bouwmaterialen, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - (detail)handel in bouwmaterialen;
  • m. (detail)handel en reparatie van motorvoertuigen, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - (detail)handel in motorvoertuigen;
  • n. groothandel in land- en tuinbouwmachines, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - handel in land- en tuinbouwmachines';
  • o. (detail)handel in tuinartikelen, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - (detail)handel in tuinartikelen';
  • p. (detail)handel in zwembaden en whirpools, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - (detail)handel in zwembaden en whirlpools';
  • q. een kringloopcentrum, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - kringloopcentrum';
  • r. een installatiebedrijf, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - installatiebedrijf';
  • s. reparatie van auto's, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - reparatie van autos';
  • t. (detail)handel in keukens en sanitair en showroom in keukens en sanitair, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - (detail)handel in keukens en sanitair';
  • u. transportbedrijf, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - transportbedrijf';
  • v. vervaardiging en verkoop van aluminium kozijnen, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - vervaardiging aluminium kozijnen';
  • w. vuurwerkopslag, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - vuurwerkopslag';
  • x. een binnen en buitenspeeltuin, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk - binnen- en buitenspeeltuin';
  • y. een polikliniek, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk - polikliniek';

met daaraan ondergeschikt:

  • z. wonen in een bedrijfswoning, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning', al dan niet in combinatie met de uitoefening van een beroep of bedrijf aan huis overeenkomstig het bepaalde in artikel 6.4.3;
  • aa. productiegebonden detailhandel overeenkomstig het bepaalde in artikel 6.4.4;
  • ab. buitenstalling van ter plaatse vervaardigde of verhandelde producten, overeenkomstig het bepaalde in artikel 6.4.5;
  • ac. buitenopslag overeenkomstig het bepaalde in artikel 6.4.6;
  • ad. horeca van categorie 1 en 2 ondergeschikt aan de functie;
  • ae. evenementen, overeenkomstig het bepaalde in artikel 6.4.2;
  • af. nutsvoorzieningen;
  • ag. tuinen, erven en terreinen;
  • ah. groenvoorzieningen;
  • ai. paden, wegen, ontsluitings- en parkeervoorzieningen;
  • aj. boven- en/of ondergrondse waterhuishoudkundige voorzieningen.
6.2 Bouwregels
6.2.1 Algemeen

Op de voor 'Bedrijventerrein - 1' aangewezen gronden mogen uitsluitend ten behoeve van de in artikel 6.1 genoemde bestemming worden gebouwd:

  • a. gebouwen;
  • b. een bedrijfswoning, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning';
  • c. bijbehorende bouwwerken;
  • d. bouwwerken, geen gebouw zijnde;

met dien verstande dat op gronden ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - onbebouwd' niet mag worden gebouwd.

6.2.2 Regels ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak'

Voor het bouwen ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' gelden de volgende regels:

  • a. gebouwen, de bedrijfswoning, bijbehorende bouwwerken en bouwwerken, geen gebouw zijnde worden uitsluitend binnen het bouwvlak gebouwd;
  • b. de oppervlakte van het bouwperceel bedraagt maximaal 5.000 m2 met een bebouwingspercentage van maximaal 80%, met dien verstande dat de oppervlakte van het bouwperceel ter plaatse van de aanduiding 'maximum oppervlakte bouwperceel' maximaal de aangeuide oppervlakte bedraagt;
  • c. voor het overige moet worden voldaan aan het bepaalde in artikel 6.2.3, 6.2.4 en 6.2.5.
6.2.3 Bedrijfsgebouwen

Voor het bouwen van bedrijfsgebouwen gelden de volgende regels:

  • a. de voorgevel van de bedrijfsgebouwen dient te worden gebouwd in of achter de bestaande voorgevelrooilijn, dan wel op minimaal 5 meter afstand tot de bestemming 'Verkeer' of 'Groen';
  • b. de afstand van bedrijfsgebouwen tot de achterste perceelsgrens bedraagt minimaal 3 meter;
  • c. de afstand van bedrijfsgebouwen tot de zijdelingse perceelsgrens bedraagt minimaal 3,5 meter;
  • d. de dakhelling van bedrijfsgebouwen bedraagt maximaal de ter plaatse van de aanduiding 'maximale dakhelling' aangeduide dakhelling;
  • e. de bouwhoogte bedraagt maximaal 8 meter, met dien verstande dat de;
    • 1. bouwhoogte ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte' maximaal de aangeduide bouwhoogte bedraagt.
    • 2. goothoogte ter plaatse van de aanduiding 'maximale goothoogte' maximaal de aangeduide goothoogte bedraagt.
6.2.4 Bedrijfswoning en bijbehorende bouwwerken

Voor het bouwen van bedrijfswoningen en bijbehorende bouwwerken gelden de volgende regels:

  • a. één bedrijfswoning is uitsluitend toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning';
  • b. bedrijfswoningen worden uitsluitend binnen het bouwvlak gebouwd;
  • c. de voorgevel van de bedrijfswoning dient te worden gebouwd in de voorgevelrooilijn of maximaal 3 meter daaruit;
  • d. de goot- en bouwhoogte van de bedrijfswoning bedraagt respectievelijk maximaal 7 en 11 meter;
  • a. bijbehorende bouwwerken mogen uitsluitend worden gebouwd in het achtererfgebied, met uitzondering van overkappingen voor de voorgevelrooilijn als bepaald onder e;
  • b. de totale oppervlakte van bijbehorende bouwwerken in het achtererfgebied bedraagt maximaal 200 m², met dien verstande dat maximaal 75% van het achtererfgebied bebouwd mag worden, met inbegrip van bestaande bebouwing;
  • c. de goot- en bouwhoogte van bijbehorende bouwwerken bedraagt respectievelijk maximaal 3,3 en 6 meter;
  • d. overkappingen voor de voorgevel gebouwd aan andere bijbehorende bouwwerken zijn toegestaan mits de afstand aan de voorzijde van de overkapping tot aan de bestemmingen 'Verkeer' minimaal 3,5 meter bedraagt en mits de oppervlakte maximaal 30 m² bedraagt;
  • e. de grenzen van het bouwvlak mogen worden overschreden door erkers, luifels, balkons en dergelijke, mits:
    • 1. de diepte maximaal 1,5 meter bedraagt;
    • 2. de breedte maximaal 50% van de breedte van de voorgevel van de woning bedraagt;
    • 3. de goothoogte maximaal gelijk is aan de hoogte van de eerste verdiepingsvloer + 0,30 meter;
    • 4. de afstand tot de bestemmingen 'Verkeer' minimaal 3,5 meter bedraagt.
6.2.5 Bouwwerken, geen gebouw zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouw zijnde gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouw zijnde bedraagt maximaal 10 meter, met uitzondering van:
    • 1. erf- en terreinafscheidingen voor de voorgevelrooilijn, waarvan de bouwhoogte maximaal 1 meter bedraagt en achter de voorgevelrooilijn, waarvan de bouwhoogte maximaal 2,5 meter bedraagt;
    • 2. vlaggen-, reclame- en lichtmasten, waarvan de bouwhoogte maximaal 12 meter bedraagt;
    • 3. antennemasten ter plaatse van de aanduiding 'antennemast', waarvan de bouwhoogte maximaal 45 meter bedraagt;
  • b. per bouwperceel is maximaal 1 niet-overdekt zwembad ten behoeve van de bedrijfswoning toegestaan.
6.3 Afwijken van de bouwregels
6.3.1 Afwijken van de bouwregels ten behoeve van het bouwen van gebouwen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - onbebouwd'

Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken voor het bepaalde in artikel 6.2.1 ten behoeve van het bouwen van gebouwen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - onbebouwd', mits:

  • a. de gebouwen en de daarin uitegeoefende functie ten dienste staan van de bedrijfsactiviteiten van de bestemming;
  • b. de ontwikkeling in voldoende mate moet zijn gericht op verbetering van de omgevingskwaliteit, hiertoe wordt een landschappelijk inrichtingsplan overgelegd dat als voorwaarde aan de omgevingsvergunning wordt verbonden, waarin de landschappelijke inpassing van de bebouwing en andere te verrichten kwaliteitsverbeterende maatregelen zijn beschreven en waaromtrent advies is ingewonnen bij een onafhankelijke, objectieve commissie. De landschappelijke inpassing wordt in de vorm van een voorwaarde opgenomen met een daaraan gekoppelde aanleg- en instandhoudingsverplichting;
  • c. uit archeologisch- en bodemkundig onderzoek is gebleken dat er vanuit archeologisch en bodemkundig opzicht geen belemmeringen bestaan voor de oprichting van bedrijfsgebouwen op deze gronden.
6.3.2 Afwijken van de bouwregels ten behoeve van de afstand tot de perceelsgrens

Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken voor het bepaalde in artikel 6.2.3 onder c ten behoeve van het verkleinen van de afstand tot de perceelsgrens tot maximaal 5 meter aan één zijde en/of het bouwen tot op de achterste perceelsgrens, mits:

  • a. dit noodzakelijk is vanuit bedrijfstechnisch of milieutechnisch oogpunt;vooraf schriftelijk advies wordt ingewonnen bij de veiligheidsregio;
  • b. geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
    • 1. de verkeersveiligheid;
    • 2. het woon- en leefklimaat;
    • 3. de milieusituatie;
    • 4. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
6.4 Specifieke gebruiksregels
6.4.1 Strijdig gebruik

Onder gebruiken of het laten gebruiken in strijd met de bestemming wordt in ieder geval verstaan het gebruik van gronden en bouwwerken voor en/of als:

  • a. geluidszoneringsplichtige en risicovolle inrichtingen;
  • b. bedrijven van categorie 3 en 4, behoudens toegestaan krachtens artikel 6.1 sub b en c;
  • c. permanente of tijdelijke bewoning van vrijstaande bijbehorende bouwwerken en hoofdgebouwen, geen woning zijnde;
  • d. perifere detailhandel, behoudens toegestaan krachtens artikel 6.1;
  • e. woningsplitsing;
  • f. verblijfsrecreatie;
  • g. een verkooppunt voor motorbrandstoffen met en zonder lpg, behoudens toegestaan krachtens artikel 6.1;
  • h. evenementen, behoudens toegestaan krachtens artikel 6.4.2;
  • i. horecadoeleinden, behoudens toegestaan krachtens artikel 6.1;
  • j. het plaatsen van onderkomens en/of kampeermiddelen, van al dan niet afgedankte voer- en vaartuigen en van wagens;
  • k. buitenopslag voor de voorgevelrooilijn.
6.4.2 Evenementen

Evenementen zijn maximaal drie keer per jaar toegestaan voor de duur van maximaal drie aaneengesloten dagen per evenement, inclusief op- en afbouw, met dien verstande dat:

  • a. in voldoende mate moet worden voorzien in de parkeerbehoefte;
  • b. het een evenement is met maximaal 150 bezoekers;
  • c. de geluidsbelasting op omliggende geluidsgevoelige functies maximaal 50 dB bedraagt;
  • d. er geen aantasting voor de verkeersveiligheid ontstaat.
6.4.3 Beroep of bedrijf aan huis

Een beroep of bedrijf aan huis, als opgenomen in het 'Overzicht beroep of bedrijf aan huis' (bijlage 3 bij deze regels) of hiermee naar aard en omvang gelijk te stellen beroepen en bedrijven, wordt geacht in overeenstemming te zijn met de woonbestemming en is toegestaan, mits:

  • a. de woonfunctie in overwegende mate gehandhaafd blijft;
  • b. de woning blijft voldoen aan het Bouwbesluit en de Bouwverordening;
  • c. de woonfunctie van het perceel primair blijft c.q. in overwegende mate aanwezig blijft;
  • d. degene die gebruiker van de woning is tevens degene is die het beroep of bedrijf aan huis uitoefent;
  • e. maximaal 40 % van de begane grondvloeroppervlakte en de voor de woonfunctie bestemde bijbehorende bouwwerken mogen worden gebruikt voor aan huis verbonden beroepen en bedrijven met een maximum van:
    • 1. 25 m² bij bouwpercelen tot 750 m²;
    • 2. 35 m² bij bouwpercelen van 750 m² tot 1500 m²;
    • 3. 45 m² bij bouwpercelen vanaf 1500 m²;
  • f. het gebruik geen ernstige hinder voor het woonmilieu oplevert c.q. geen afbreuk doet aan het woonkarakter van de wijk of de buurt;
  • g. het gebruik geen dusdanige verkeersaantrekkende activiteiten betreft welke kunnen leiden tot een nadelige beïnvloeding van de normale afwikkeling van het verkeer dan wel tot een onevenredige parkeerdruk op de openbare ruimte;
  • h. in voldoende mate wordt voorzien in de parkeerbehoefte;
  • i. de bedrijvigheid niet vergunnings- of meldingsplichtig is op grond van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, Wet milieubeheer of andere milieuwetgeving, tenzij het gebruik de woonfunctie op zichzelf en in relatie tot zijn omgeving niet aantast;
  • j. internetverkoop slechts is toegestaan indien er geen uitstalling ten verkoop plaatsvindt en de te verkopen producten niet ter plaatse bezichtigd en afgehaald kunnen worden;
  • k. in de woning of de voor de woonfunctie bestemde bijgebouwen mag maximaal 50m² gebruikt worden ten bate van internetverkoop waarbij ter plaatse opslag en verzending plaatsvindt. Internetverkoop waarbij ter plaatse alleen de elektronische transactie plaatsvindt en geen opslag en verzending plaatsvindt is zonder meer toegestaan;
  • l. er geen detailhandel plaatsvindt, behoudens beperkte verkoop in het klein in direct verband met het aan huis gebonden beroep/bedrijf;
  • m. er geen buitenopslag plaatsvindt;
  • n. reclame-uitingen ten dienste van het beroep of bedrijf aan huis beperkt blijven tot het plaatsen van een bord met als maximale afmetingen 1 meter x 0,5 meter aan de voor- of zijgevel of in de voor- of zijtuin op een hoogte van maximaal 2 meter. Neon- of andere lichtreclame is in dit kader niet toegestaan.
6.4.4 Productiegebonden detailhandel

Productiegebonden detailhandel in ter plaatse vervaardigde goederen of producten is toegestaan tot een oppervlakte van maximaal 50 m2.

6.4.5 Buitenstalling

Buitenstalling in ter plaatse vervaardigde of verhandelde producten is toegestaan onder de volgende voorwaarden:

  • a. de buitenstalling plaatsvindt achter de voorgevelrooilijn;
  • b. de buitenopslag is zodanig gesitueerd dat ten alle tijde een vrije doorgang van minimaal 3 meter op het perceel achter de bebouwing is gegarandeerd;
  • c. de buitenstalling is gelegen op een afstand van minimaal 3,5 meter van de zijdelingse perceelsgrens;
  • d. de buitenstalling een hoogte heeft van maximaal 5 meter.
6.4.6 Buitenopslag

Buitenopslag is toegestaan onder de volgende voorwaarden:

  • a. buitenopslag is uitsluitend toegestaan achter de achtergevel van het hoofdgebouw,
  • b. de buitenopslag is zodanig gesitueerd dat ten alle tijde een vrije doorgang van minimaal 3 meter op het perceel achter de bebouwing is gegarandeerd;
  • c. de buitenopslag is gelegen op een afstand van minimaal 3,5 meter van de zijdelingse perceelsgrens;
  • d. de buitenopslag een hoogte heeft van maximaal 3 meter.
6.5 Afwijken van de gebruiksregels
6.5.1 Afwijken van de gebruiksregels ten behoeve van bedrijven in een hogere milieucategorie

Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken voor het bepaalde in artikel 6.4.1 ten behoeve van de uitoefening van bedrijfsactiviteiten, die zijn opgenomen in een hogere categorie dan de bedrijfsactiviteiten als bedoeld in artikel 6.1 sub a. met dien verstande dat:

  • a. deze activiteiten gelet op de milieubelasting naar aard en invloed op de omgeving gelijkwaardig zijn aan de bedrijfsactiviteiten als bedoeld in artikel 6.1 sub a;
  • b. bij de beoordeling van de aard en invloed van de milieubelasting van een bedrijf dienen de volgende milieubelastingcomponenten mede in de beoordeling te worden betrokken: geluid, geurproductie, stofuitworp en gevaar, waarbij tevens kan worden gekeken naar de verontreiniging van lucht en bodem, de diversiteit en het al dan niet continue karakter van het bedrijf en de visuele hinder en verkeersaantrekkende werking;
  • c. het geen geluidszoneringsplichtige of risicovolle inrichting betreft.
6.5.2 Afwijken van de gebruiksregels ten behoeve van buitenopslag aan de zijkant van het hoofdgebouw

Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken voor het bepaalde in artikel 6.4.6 ten behoeve van buitenopslag aan de zijkant van het hoofdgebouw onder de volgende voorwaarden:

  • a. buitenopslag plaatsvindt achter de voorgevelrooilijn;
  • b. de buitenopslag is gelegen op een afstand van minimaal 3,5 meter van de zijdelingse perceelsgrens;
  • c. de buitenopslag een hoogte heeft van maximaal 3 meter;
  • d. er dienen voldoende parkeerplaatsen op eigen terrein beschikbaar te blijven.
6.5.3 Afwijken van de gebruiksregels voor vormen van perifere detailhandel

Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken voor het bepaalde in artikel 6.4 voor perifere detailhandel in:

  • a. auto's, boten, caravans, scooters en motoren;
  • b. land- en tuinbouwmachines;
  • c. grove bouwmaterialen;
  • d. brand- en explosiegevaarlijke goederen;
  • e. detailhandel in de vorm van een bouwmarkt met een verkoopvloeroppervlakte van minimaal 1000 m2, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'wro-zone - ontheffingsgebied 6';
  • f. tuincentra, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'wro-zone - ontheffingsgebied 6', met dien verstande dat het maximaal twee bedrijven betreft en het bedrijvigheid betreft voor een lokaal voorzieningenniveau;
  • g. detailhandel in keukens en sanitair, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'wro-zone - ontheffingsgebied 6', met dien verstande dat het maximaal twee bedrijven betreft en het bedrijvigheid betreft voor een lokaal voorzieningenniveau;
  • h. detailhandel in zwembaden en whirlpools, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'wro-zone - ontheffingsgebied 6', met dien verstande dat het maximaal twee bedrijven betreft en het bedrijvigheid betreft voor een lokaal voorzieningenniveau;

mits:

    • 1. voldoende parkeergelegenheid op eigen terrein is gewaarborgd.
    • 2. geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
      • de verkeersveiligheid;
      • het woon- en leefklimaat;
      • de milieusituatie;
      • de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
6.6 Wijzigingsbevoegdheid
6.6.1 Wijzigingsbevoegdheid woninginrichting

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de bestemming ter plaatse van de aanduiding 'wro-zone - wijzigingsgebied 1' te wijzigen ten behoeve van de vestiging van perifere detailhandel in de vorm van woninginrichting en meubels, mits:

  • a. de vloeroppervlakte minimaal 500 m2 betreft;
  • b. het bedrijvigheid betreft voor een lokaal voorzieningenniveau;
  • c. er maar maximaal twee lokaal reeds gevestigde bedrijven in woninginrichting en meubels mogen worden gevestigd;
  • d. wordt voorzien in voldoende parkeergelegenheid op eigen terrein;
  • e. uit de noodzakelijke (milieu)onderzoeken blijkt dat de gronden geschikt zijn voor het beoogde gebruik;
  • f. geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
    • 1. de verkeersveiligheid;
    • 2. het woon- en leefklimaat;
    • 3. de milieusituatie;
    • 4. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.