direct naar inhoud van Artikel 15 Verkeer - Uit te werken
Plan: Zuidplas West
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1892.BP00201-On02

Artikel 15 Verkeer - Uit te werken

15.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Verkeer- Uit te werken' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. gebiedsontsluitingwegen met maximaal 2 x 1 rijstroken, inclusief de daarbij behorende vluchtstroken, in- en uitvoegstroken en rotondes, met tevens een functie van ontsluiting van de aanliggende of nabijgelegen gronden;
  • b. voet- en fietspaden, in- en uitritten;
  • c. bermen en groenvoorzieningen;
  • d. watergangen met natuurlijke oevers of oeverbeschoeiingen en waterpartijen;
  • e. waterhuishoudkundige voorzieningen;
  • f. geluidwerende voorzieningen en geluidreducerende maatregelen;
  • g. (ondergrondse) afvalverzamelingspunten;
  • h. voorzieningen van algemeen nut, met uitzondering van verkooppunten voor motorbrandstoffen;
  • i. overige kleinschalige infrastructurele voorzieningen;
  • j. verbindingen ten behoeve van het wegverkeer (bruggen / viaducten);

alsmede ook voor:

  • k. (kruisende) wegen, water en waterhuishoudkundige voorzieningen gesitueerd onder de onderdoorgang van de hoofdweg bij kruisende wegen;
  • l. de aanleg en instandhouding van een ecologische verbindingszone ter plaatse van de functieaanduiding 'ecologische verbindingszone';

met de daarbij behorende:

  • m. verhardingen;
  • n. bermen, bermsloten en greppels;
  • o. beplanting en overig groen;
  • p. dammen en/of duikers;
  • q. straatmeubilair;
  • r. werken en werkzaamheden, bruggen, tunnels, viaducten en andere kunstwerken;
  • s. werken en bouwwerken, geen gebouwen zijnde ten behoeve van geleiding, beveiliging, signalering en regeling van het verkeer;
  • t. bouwwerken, werken en werkzaamheden, kunstwerken, infiltratievoorzieningen, kleinschalige infrastructurele voorzieningen, voorzieningen ten behoeve van de afvalinzameling en overige voorzieningen, waaronder begrepen ecovoorzieningen, die wat betreft aard en afmetingen passen bij en ten dienste staan aan de bestemming.

15.2 Dubbelbestemmingen

De voor 'Verkeer- Uit te werken' aangewezen gronden zijn tevens bestemd voor:

  • a. ter plaatse van de dubbelbestemming 'Leiding – Gas 3' de bescherming en veiligstelling van de ondergrondse hogedruk aardgastransportleiding als bedoeld in artikel 19;
  • b. ter plaatse van de dubbelbestemming 'Leiding - Rivierwatertransport' de bescherming en veiligstelling van de ondergrondse watertransportleiding als bedoeld in artikel 20.
  • c. ter plaatse van de dubbelbestemming 'Waarde – Archeologie' de bescherming en veiligstelling van de archeologische waarden als bedoeld in artikel 21;
  • d. ter plaatse van de dubbelbestemming 'Waterstaat – Waterloop' de bescherming en instandhouding van de watergang als bedoeld in artikel 23.

15.3 Gebruiksregels

Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken wordt in elk geval gerekend het gebruik voor:

  • a. opslag van onbruikbare of althans aan hun oorspronkelijke gebruik onttrokken voorwerpen, goederen, stoffen en materialen en van emballage en/of afval, behoudens voor zover zulks noodzakelijk is in verband met het op de bestemming gerichte gebruik van de grond;
  • b. het opslaan, opgeslagen houden, storten of lozen van vaste of vloeibare afvalstoffen behoudens voor zover zulks noodzakelijk is in verband met het op de bestemming gerichte gebruik van de grond.
  • c. het plaatsen van onderkomens of geplaatst houden van onderkomens;
  • d. het plaatsen van reclameobjecten (zuilen en/of borden).

15.4 Bouwen / aanleg van werken en werkzaamheden
  • a. Op de gronden mogen bouwwerken uitsluitend worden gebouwd alsmede werken, geen bouwwerken zijnde en werkzaamheden worden uitgevoerd in overeenstemming met een door burgemeester en wethouders uitgewerkt plan dat rechtskracht heeft.
  • b. Zolang het uitwerkingsplan of een gedeelte daarvan nog niet onherroepelijk is, kan worden gebouwd overeenkomstig het ontwerp uitwerkingsplan dat ter visie heeft gelegen en gedurende de termijn van ter visie legging geen zienswijzen tegen het ontwerp uitwerkingsplan zijn ingediend.
  • c. Zolang en voor zover het uitwerkingsplan of een gedeelte daarvan nog niet onherroepelijk is, mogen werken, geen bouwwerken zijnde en werkzaamheden welke zijn gericht op realisering van de bestemming uitsluitend worden uitgevoerd onder de voorwaarden, dat:
    • 1. deze werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden in overeenstemming zullen zijn met, dan wel op verantwoorde wijze kunnen worden ingepast in een daarvoor opgesteld ontwerp uitwerkingsplan, dat ter visie heeft gelegen, en;
    • 2. en gedurende de termijn van ter visie legging geen zienswijzen tegen het ontwerp uitwerkingsplan zijn ingediend.

15.5 Uitwerkingsregels

Burgemeester en wethouders werken de bestemming uit in een bestemming 'Verkeer' overeenkomstig het bepaalde in de Wet ruimtelijke ordening en met inachtneming van de volgende bepalingen:

  • a. bij de uitwerking van de infrastructuur wordt aangesloten bij de bestaande infrastructuur in de bestaande, reeds uitgewerkte of nog uit te werken aangrenzende gebieden;
  • b. burgemeester en wethouders stellen het uitwerkingsplan niet vast voordat er een definitief inzicht bestaat over de inrichting van de infrastructuur in het gebied;
  • c. voor de vaststelling van het uitwerkingsplan dient vast te staan dat er een aanvaardbare milieuhygiënische woonsituatie zal zijn gewaarborgd voor de omgeving. Dit betekent onder andere dat: voorwaarden in acht zijn worden genomen zoals neergelegd in de toepasselijke relevante wet- en regelgeving en dat voorafgaand aan de uitwerking van het deelgebied zal worden aangetoond dat de geproduceerde geluidsbelasting op de gevel van geluidsgevoelige objecten in de omgeving kan voldoen aan de wettelijke normen volgens de Wet geluidhinder c.q. maatregelen of besluiten genomen kunnen worden conform de wettelijke mogelijkheden;
  • d. de geluidsbelasting op geluidsgevoelige objecten in de naastliggende bestemmingen gebied het plangebied zal niet meer bedragen dan de voorkeursgrenswaarde volgens de Wet geluidhinder dan wel een vastgestelde hogere grenswaarde door het bevoegde gezag conform de Beleidsregel Hogere waarden van de regio Midden Holland.

15.5.1 Inrichtingsbepalingen
  • a. in het uitwerkingsplan wordt de exacte ligging van de infrastructuur vastgelegd overeenkomstig het vastgestelde wegontwerp ten aanzien van de ontsluitingsweg;
  • b. de inrichting van het infrastructuurgebied wordt afgestemd op de omgeving;
  • c. bij de inrichting van de ecologische zone in het vlak met de functieaanduiding 'ecologische verbindingszone' wordt rekening gehouden met de eisen vanuit het provinciaal beleid ten aanzien van de inrichting van de ecologische verbindingszones.

15.5.2 Bouwvoorschriften
  • a. op of in deze gronden mogen uitsluitend niet voor bewoning bestemde gebouwen, zoals voorzieningen van algemeen nut, abri's en fietsenstallingen worden gebouwd;
  • b. de maximale bouwhoogte van gebouwen van algemeen nut bedraagt 3 meter;
  • c. de maximale oppervlakte van voorzieningen van algemeen nut bedraagt 25 m²;
  • d. op de gronden mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten dienste van de bestemming worden gebouwd, waaronder begrepen lichtmasten, informatieborden, wegwijzers, verkeerstekens en –regelinstallaties, schakelkasten, straatmeubilair, kunstwerken en (beeldende) kunstobjecten;
  • e. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt:
    • 1. maximaal 15 meter voor verkeerstechnische uitrusting, kunstwerken en overige infrastructurele voorzieningen;
    • 2. maximaal 10 meter voor (beeldende) kunstobjecten;
    • 3. maximaal 8 meter voor geluidwerende en geluidreducerende voorzieningen;
    • 4. maximaal 5 meter voor overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
  • f. ter uitvoering van de bestemming zijn burgemeester en wethouders bevoegd nadere eisen te stellen overeenkomstig het bepaalde in artikel 39 van dit plan.