Artikel 10 Verkeer - Wegverkeer 1
10.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Verkeer – Wegverkeer 1' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
-
a. rijkswegen, inclusief de daarbij behorende vluchtstroken, in- en uitvoegstroken, parkeerstroken en ventwegen;
-
b. overige wegen en fietspaden, voor zover aanwezig ten tijde van de inwerkingtreding van het bestemmingsplan;
-
c. bermen en groenvoorzieningen;
-
d. watergangen met natuurlijke oevers of oeverbeschoeiingen en waterpartijen;
-
e. waterhuishoudkundige voorzieningen;
-
f. geluidwerende en geluidreducerende voorzieningen;
-
g. voorzieningen van algemeen nut, met uitzondering van verkooppunten voor motorbrandstoffen;
-
h. verbindingen ten behoeve van het wegverkeer (bruggen / viaducten / tunnels) en verkeer te water (aquaducten);
-
i. overige kleinschalige infrastructurele voorzieningen;
alsmede ook voor:
-
j. (kruisende) wegen, water en waterhuishoudkundige voorzieningen gesitueerd onder de onderdoorgang van de hoofdweg bij kruisende wegen;
-
k. een reserveringszone ten behoeve van uitbreiding van de rijksinfrastuctuur alsmede ruimte voor kabels en leidingen binnen de gebiedsaanduiding 'reserveringszone infrastructuur';
-
l. de aanleg en instandhouding van een ecologische verbindingszone ter plaatse van de opgenomen aanduiding 'ecologische verbindingszone';
met de daarbij behorende:
-
m. verhardingen;
-
n. bermen, bermsloten en greppels;
-
o. (boom)beplanting en overig groen;
-
p. dammen en/of duikers;
-
q. straatmeubilair;
-
r. werken en werkzaamheden en andere kunstwerken;
-
s. werken en bouwwerken, geen gebouwen zijnde ten behoeve van geleiding, beveiliging, signalering en regeling van het verkeer;
-
t. bouwwerken, werken en werkzaamheden, kunstwerken, infiltratievoorzieningen, kleinschalige infrastructurele voorzieningen, voorzieningen ten behoeve van de afvalinzameling en overige voorzieningen, waaronder begrepen ecovoorzieningen, die wat betreft aard en afmetingen passen bij en ten dienste staan aan de bestemming.
10.2 Dubbelbestemmingen
De voor 'Verkeer – Wegverkeer 1' aangewezen gronden zijn tevens bestemd voor:
-
a. ter plaatse van de dubbelbestemming 'Leiding - Brandstof' de bescherming en veiligstelling van een ondergrondse DPO-brandstofleiding als bedoeld in artikel 26;
-
b. ter plaatse van de dubbelbestemming 'Waarde – Archeologie' de bescherming en veiligstelling van de archeologische waarden als bedoeld in artikel 29;
-
c. ter plaatse van de dubbelbestemming 'Waterstaat - Waterkering' de bescherming en veiligstelling van de waterkering als bedoeld in artikel 30.
10.3 Bouwregels
10.3.1 Algemeen
-
a. voor het bouwen gelden de hierna opgenomen bepalingen onder 10.3.1 tot en met 10.3.3;
-
b. voor het bouwen gelden, voor zover van toepassing, de aanduidingen.
10.3.2 Gebouwen
-
a. op of in deze gronden mogen uitsluitend gebouwen ten behoeve van voorzieningen van algemeen nut worden gebouwd;
-
b. de bouwhoogte bedraagt maximaal 3 meter;
-
c. de oppervlakte van een voorziening van algemeen nut bedraagt maximaal 25 m².
10.3.3 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
-
a. op de gronden mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten dienste van de bestemming worden gebouwd, waaronder begrepen informatieborden, wegwijzers, verkeerstekens, verkeerssignalering en verkeersregelinstallaties, schakelkasten, straatmeubilair, kunstwerken en (beeldende) kunstobjecten;
-
b. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt:
-
1. maximaal 20 meter voor wegwijzers, verkeerstekens, verkeerssignalering en verkeersregelinstallaties, kunstwerken en overige infrastructurele voorzieningen;
-
2. maximaal 10 meter voor (beeldende) kunstobjecten;
-
3. maximaal 8 meter voor geluidwerende en geluidreducerende voorzieningen;
-
4. maximaal 5 meter voor overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, uitgezonderd verlichting.
10.4 Gebruiksregels
Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken wordt in elk geval gerekend:
-
a. opslag van onbruikbare of althans aan hun oorspronkelijke gebruik onttrokken voorwerpen, goederen, stoffen en materialen en van emballage en/of afval, behoudens voor zover zulks noodzakelijk is in verband met het op de bestemming gerichte gebruik van de grond;
-
b. het opslaan, opgeslagen houden, storten of lozen van vaste of vloeibare afvalstoffen behoudens voor zover zulks noodzakelijk is in verband met het op de bestemming gerichte gebruik van de grond;
-
c. (permanente) buitenopslag van goederen en materialen;
-
d. het plaatsen van onderkomens of geplaatst houden van onderkomens;
-
e. het plaatsen van reclameobjecten (zuilen en/of borden).