direct naar inhoud van 3.7 Commissie mer heeft als volgt geadviseerd
Plan: Butengebiet Dantumadiel
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1891.bpBUbuitengeb-0401

3.7 Commissie mer heeft als volgt geadviseerd

Het milieueffectrapport is voor een advies naar de Commissie mer gestuurd. De Commissie heeft een positief toetsingsadvies gegegeven. Het advies is met de commissie mer besproken.

De commissie doet twee aanbevelingen.

De Commissie onderschrijft de conclusie dat met de in het milieueffectrapport beschreven 'worst case variant grondgebondenheid met emissiearme stallen' toename van stikstofdeposities op nabijgelegen Natura2000-gebieden kan worden voorkomen. De randvoorwaarden en milieueffecten van deze variant zijn in het MER juist in beeld gebracht. Deze variant wordt echter nog niet volledig in het bestemmingsplan doorvertaald: de grondgebondenheidseis zou ook moeten gelden voor alle uitbreidingen van veehouderijen. Daarnaast acht de commissie het niet realistisch om te eisen dat alle stallen (ook de bestaande) te vervangen door stallen met een emissiearme staltechniek.

De commissie geeft in overweging om in het bestemmingsplan te bepalen dat van het plan als geheel geen toename van de stikstofdepositie uitgaat: uitbreidingen van veehouderijen kunnen alleen worden toegestaan als de emissies niet hoger zijn dan de feitelijke emissies.

Als tweede punt wordt gevraagd de Passende Beoordeling aan te passen. In de Natura2000-gebieden Groote Wielen en Lauwersmeer komen meer soorten voor die gevoelig zijn voor stikstofdepositie. Aangezien in de effectbeoordeling wel kritische depositiewaarden voor verschillende leefgebieden van soorten zijn gehanteerd die (ver) onder de huidige achtergrondconcentraties liggen, zullen de gevolgen op deze leefgebieden niet anders zijn. Er is dan ook geen sprake van een essentiƫle tekortkoming in de Passende Beoordeling en het milieueffectrapport.