Type plan: bestemmingsplan
Naam van het plan: Zuideinde 40 en 40A te Roelofarendsveen
Status: vastgesteld
Plan identificatie: NL.IMRO.1884.BPZUIDEINDE40EN40A-VAS1

4.5 Bodem

In het kader van de planologische procedure dient aangetoond te worden dat de kwaliteit van de bodem en het grondwater in het plangebied in overeenstemming zijn met het beoogde gebruik. De bodemkwaliteit kan namelijk van invloed zijn op de beoogde functie van het plangebied. Indien sprake is van een functiewijziging zal er een bodemonderzoek moeten worden uitgevoerd op de planlocatie. Middels een bodemonderzoek kan in beeld worden gebracht of de bodemkwaliteit en de beoogde functie van het plangebied bij elkaar passen. Een bodemonderzoek is gericht op bodembedreigende stoffen. Hiervoor dient er eerst naar de huidige functie van het plangebied te worden gekeken. Het bodemonderzoek moet namelijk de bodemkwaliteit vaststellen alvorens er activiteiten en werkzaamheden plaatsvinden in het kader van de beoogde ontwikkeling. Op deze wijze kan men bepalen of de bodemkwaliteit de nieuwe ontwikkeling toelaat.
 
Het woonhuis op perceel 40A in het plangebied staat op grond met de bestemming ‘Bedrijf’. Deze bestemming is in het vigerend bestemmingsplan foutief opgesteld. De kavel wordt al geruime tijd gebruikt om te wonen. Het uitvoeren van een bodemonderzoek is ondanks de voorgenomen functiewijziging niet noodzakelijk voor Zuideinde 40A.
 
Het bedrijfsgebouw staat op grond met de bestemming wonen, in onderhavig bestemmingsplan is de nieuwe bestemming wonen. Het bedrijfspand is in het verleden gebruikt als geluidsstudio, gelet op de aard van de activiteit is bodemverontreiniging uit te sluiten.
 
Het bouwvlak in het bestemmingsplan is om de bestaande volumes gelegd. Hierdoor is er geen mogelijkheid voor uitbreiding van een hoofdgebouw buiten het bouwvlak. Gezien het bestaande gebruik en omdat het plan enkel inpandige wijzigingen betreft wordt een bodemonderzoek niet noodzakelijk geacht.
   
Conclusie
Het bedrijfspand in het plangebied is tot op heden in gebruik geweest als geluidsstudio, deze bedrijfsactiviteit zal gelet op de aard van de activiteit zeer waarschijnlijk niet tot bodemverontreiniging hebben geleid. Tevens betreft het plan enkel inpandige wijzigingen. Een bodemonderzoek wordt dan ook niet noodzakelijk geacht.