direct naar inhoud van 4.2 Juridische regeling
Plan: Stationsomgeving Sittard
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1883.BPStationSittard-VA01

4.2 Juridische regeling

In deze paragraaf wordt een beschrijving gegeven van de juridische regeling van het bestemmingsplan. De juridische regeling bestaat uit de verbeelding en de planregels. Deze onderdelen zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden en dienen dan ook altijd gezamenlijk geraadpleegd en gelezen te worden.

4.2.1 Verbeelding

Bij de opzet van de verbeelding is de SVBP2008 (Standaard Vergelijkbare BestemmingsPlannen2008) als uitgangspunt gehanteerd. In de SVBP2008 zijn onder andere bestemmingscategorieën vastgelegd en zijn uniforme kleuren en aanduidingen beschreven. De aanduidingen dienen voor de leesbaarheid van de verbeelding (kadastrale indeling of bestaande bebouwing) of hebben betrekking op wat er wel of niet is toegestaan. Met een bouwvlak is de mogelijkheid en situering van bebouwing aangeduid.

Naast de hoofdbestemmingen bevat het plan ook enkele dubbelbestemmingen welke gerelateerd zijn aan de ligging van belangrijke leidingen, waterlopen, cultuurhistorische waarden en de ter plaatse geldende archeologische verwachtingswaarde.

4.2.2 Planregels

De regels bestaan uit vier hoofdstukken. Dit zijn de Inleidende regels de Bestemmingsregels de Algemene regels en de Overgangs- en slotregels. Meer specifiek kan de inhoud van de artikelen als volgt worden weergegeven.

Hoofdstuk 1 Inleidende regels

Dit hoofdstuk bevat twee artikelen. In het eerste artikel zijn de begrippen opgenomen die van belang zijn voor de toepassing van het plan. Het tweede artikel betreft de wijze van meten, waarin wordt aangegeven hoe bij de toepassing van de bestemmingsregels wordt gemeten.

Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels

In dit hoofdstuk worden planregels gegeven voor de binnen het plangebied bestaande functies. Alle bestaande functies zijn in voorliggend bestemmingsplan positief bestemd. Per bestemming zijn de doeleinden c.q. de toegelaten gebruiksvormen van de gronden aangegeven. Indien wordt voldaan aan de voorgeschreven maatvoering (bebouwingspercentage, goothoogte en dergelijke) en wordt gebouwd binnen het eventueel aangegeven bouwvlak, kan hiervoor in de regel zonder meer een omgevingsvergunning voor het bouwen (voorheen bouwvergunning) worden verleend.

Hoofdstuk 3 Algemene regels

Dit hoofdstuk bevat de volgende algemene regels:

Artikel 31 Anti-dubbeltelregel: Dit artikel voorkomt dubbel gebruik van gronden bij bouwmogelijkheden, in de zin dat dezelfde gronden niet voor verschillende bouwplannen mogen worden meegenomen.

Artikel 32 Algemene bouwregels: Hierin zijn opgenomen een splitsingsverbod voor woningen, een regeling voor ondergronds bouwen en een bepaling ten aanzien van de bouwhoogte.

Artikel 33 Algemene gebruiksregels: Dit artikel bevat onder meer een algemeen verbod voor straatprostitutie, seksinrichtingen, sekswinkels, coffeeshops, smartshops, headshops en growshops.

Artikel 34 Algemene aanduidingsregels

Hierin zijn regels opgenomen ten aanzien van de 'veiligheidszone - vervoer gevaarlijke stoffen', de 'vrijwaringszone - spoor' en de 'vrijwaringszone - straalpad'.

Artikel 35 Algemene afwijkingsregels: In deze bepaling zijn een aantal algemene afwijkingen opgenomen van de regels. Het betreft de mogelijkheid om onder voorwaarden maximaal 10% af te wijken van de voorgeschreven maatvoeringen en een afwijking om zend-, ontvangst- of sirenemasten toe te staan. Tevens mogen bouwgrenzen beperkt worden overschreden. Ten slotte is een vijftal zones aangewezen waar een verandering van functies wordt toegestaan.

Artikel 36 Algemene wijzigingsregels: Dit artikel bevat de mogelijkheid om onder voorwaarden bestemmingsgrenzen te overschrijden. Tevens is de mogelijkheid geboden om een dubbelbestemming Waarde - Archeologie aan gronden toe te kennen.

Artikel 37 Overige regels: In deze bepaling is de uitsluiting van de aanvullende werking van de Bouwverordening opgenomen. Voorts is aangegeven dat wettelijke regelingen waarnaar verwezen wordt, moeten worden gelezen zoals deze golden op het moment van de vaststelling van dit bestemmingsplan.

Hoofdstuk 4 Overgangs- en slotregels

Dit hoofdstuk bevat:

  • Het overgangsrecht: hierin is bepaald dat legaal gebouwde bouwwerken, die op het moment van de tervisielegging van het plan aanwezig zijn, mogen blijven bestaan, ook al is er strijd met de bouwregels zoals deze in dit nieuwe bestemmingsplan zijn opgenomen. Deze bouwwerken mogen eveneens deels worden vernieuwd of veranderd of in geval van tenietgaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden herbouwd. Voorwaarde is wel dat de afwijking van de bouwregels naar aard en omvang niet mag worden vergroot. Via een omgevingsvergunning is een eenmalige vergroting van maximaal 10% toegestaan.
    Tevens is een regeling opgenomen die toeziet op het gebruik van gronden en opstallen. Wanneer het bestaande legale gebruik op het moment dat het bestemmingsplan rechtskracht krijgt, afwijkt van de regels, mag dit bestaande gebruik in die omvang worden gehandhaafd. Een intensivering van het gebruik is dus niet toegestaan. Ook naar aard mag het gebruik niet verder gaan afwijken. Wanneer het gebruik gedurende een termijn van meer dan een jaar onderbroken wordt dan mag het niet meer opnieuw worden opgepakt.
  • De slotregel.