Type plan: bestemmingsplan
Naam van het plan: Bedrijventerrein Monster
Status: onherroepelijk
Plan identificatie: NL.IMRO.1783.abp00000007-onhe

2.3 Plansvisie

2.3.1 Algemeen
De planvisie voor dit bestemmingsplan is primair gebaseerd op de "Bedrijventerreinenvisie Westland".
Het bedrijventerrein "Wateringen" - dat in genoemde visie is genoemd als een bedrijventerrein groter dan 5 hectaren - vormt qua typologie een “modern gemengd terrein” waarmee een bedrijventerrein, waarvan de ruimtelijke kwaliteit als regulier bestempeld wordt, bedoeld wordt voor gemiddelde bedrijfsruimtegebruikers. In deze groep is de interesse voor de stedenbouwkundige vormgeving van het terrein en de architectuur van bedrijfspand vooral functioneel. Voorts is het kenmerk van dit type bedrijventerrein dat dit goed is ontsloten en de marktoriëntatie regionaal/lokaal is. Doorgaans vormt 10-30% van het totale bedrijfsvloeroppervlak op dit type terreinen een onzelfstandig kantoor.
In de visie wordt het belang van (bestaande) bedrijventerreinen voor de economie in de gemeente erkend en onderstreept. Het beleid is dan ook gericht op intensivering en modernisering van die terreinen. Innovatieve concepten, zoals een tweede maaiveld en gebouwde parkeerconcepten, worden van gemeentewege gestimuleerd.
Voor het bedrijventerrein Monster is in de visie geen uitbreiding voorzien.
2.3.2 Typering bedrijventerrein
Het bestemmingsplan bedrijventerrein “Monster” omvat ca. 35 hectare bedrijventerrein. Voorheen waren dit twee verschillende bedrijventerreinen met ieder een eigen bestemmingsplan. Het betreft “Vlotlaan” en “Vlotwatering”. Door de harmonisatie vallen de twee bedrijventerreinen onder eenzelfde bestemmingsplanregime. Bedrijventerrein “Monster” betreft een lokaal bedrijventerrein.
Lokale bedrijventerreinen hebben deels een (ondersteunende) functie voor de aangrenzende dorpskern(en). Dit betreft bijvoorbeeld de vestiging van loodgieters en schilders. Anderzijds betreft dit publieksfuncties zoals bouwmarkten en autodealers. Door de lokale verschijningsvorm is door middel van een afwijkingsprocedure vestiging van volumineuze detailhandel toegestaan. Op lokale terreinen zijn verder onder voorwaarden door middel van een afwijkingsmogelijkheid zelfstandige kantoren toegestaan met een oppervlakte van ten hoogste 500 m2 per gebouw.
2.3.3 Milieuhinderlijke bedrijvigheid
Volgens de visie wordt op een lokaal bedrijventerrein als in dit bestemmingsplan is vervat, geen ruimte geboden aan milieuhinderlijke bedrijvigheid (milieucategorieën 5 en 6). De eventuele huidige milieuhinderlijke bedrijven op een lokaal terrein krijgen geen uitbreidingsmogelijkheden. Groei van deze bedrijven is slechts mogelijk door intensivering van het ruimtegebruik op hun eigen bedrijfskavel.
2.3.4 Niet-toegestane of ongewenste bedrijfsfuncties op een lokaal bedrijventerrein
Het toetsingskader volgens de Bedrijventerreinenvisie Westland voor andere functies op bedrijventerreinen luidt als volgt:
  • detailhandel wordt uitgesloten op bedrijventerreinen;
  • volumineuze detailhandel is mogelijk op zichtlocaties, maar uitsluitend op lokale bedrijventerreinen;
  • nieuwe vestigingen van bouwmarkten zijn uitgesloten tot 2015 vanwege een gebleken overaanbod in bouwmarkten;
  • verspreide zelfstandige kantoren op bedrijventerreinen zijn niet gewenst;
  • publiekfuncties zoals horeca en fitness zijn niet toegestaan of gewenst op bedrijventerreinen; publiekfuncties zijn uitsluitend mogelijk op lokale bedrijventerreinen indien de noodzakelijkheid is aangetoond, alternatieven zijn gezocht en de functie ingepast kan worden op een locatie waar deze geen hinder veroorzaakt voor de bedrijven;
  • woonzorgfuncties zijn op bedrijventerreinen niet toegelaten.
Binnen het plangebied van het bestemmingsplan bevinden zich functies, zoals zelfstandige kantoren en volumineuze detailhandel. Deze bestaande functies zijn in beginsel niet op het bedrijventerrein Monster gewenst en worden dan ook specifiek op de locaties waar deze functies zich bevinden bestemd.
2.3.5 Bedrijfswoningen op het bedrijventerrein
Het realiseren van nieuwe bedrijfswoningen en burgerwoningen op het bedrijventerrein is niet gewenst. Op het bedrijventerrein bevinden zich bestaande bedrijfswoningen en burgerwoningen. Deze bestaande bedrijfswoningen en burgerwoningen worden op de specifieke locaties waar deze woningen zich bevinden bestemd. De bestemming van de bedrijfswoningen geschied middels een functieaanduiding, zodat, bij het eventueel verdwijnen van de bedrijfswoning, er bedrijfsmatige activiteiten ontplooit kunnen worden.
2.3.6 Milieuzonering
Voor het gemeentelijk beleid voor milieuzonering wordt verwezen naar hoofdstuk 3 van deze toelichting.