2.1.1 Gemeentelijk beleid
Structuurvisie
De gemeente heeft nog geen structuurvisie vastgesteld als bedoeld in artikel 2.1 van de Wet ruimtelijke ordening. Volgens het overgangsrecht van deze wet wordt een structuurplan als bedoeld in artikel 7 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening gelijkgesteld met een structuurvisie zoals bedoeld in artikel 2.1 van de nieuwe wet.
De gemeente heeft geen eigen structuurplan maar voor de gemeente geldt wel een regionaal structuurplan van het Stadsgewest Haaglanden 2020 zoals verwoord in 2.1.2.
Visie Greenport Westland 2020
De Visie Greenport Westland 2020 schetst het ruimtelijk kader voor toekomstige ontwikkelingen op hoofdlijnen in de gemeente en daarbuiten in woord en beeld. Daarmee geeft de visie ook andere partijen inzicht in de ruimtelijke ontwikkelingen van de gemeente Westland. De ruimtelijke component en hoe om te gaan met de glastuinbouwcluster (inclusief de niet ruimtelijke component) staan in de visie voorop.
Naast een ruimtelijke vertaling op hoofdlijnen biedt het ook de onderlinge afstemming van de ambities van de gemeente op de gebieden water en groen, verkeer en vervoer, wonen, de glastuinbouwcluster, maatschappelijke en economische voorzieningen. De visie bevat tevens richtinggevende uitspraken over de rol van de gemeente ten aanzien van het glastuinbouwcomplex en de andere ruimtevragers.
Het plangebied van het bestemmingsplan wordt in de Visie Greenport aangeduid als zijnde “bestaand bedrijventerrein”. Het gebied direct ten oosten van de Havenstraat wordt aangeduid als zijnde “potentieel transformatiegebied”. De Vlotwatering is aangeduid als zijnde ecologische schakel. Het studiegebied voor de verlengde kustweg raakt het plangebied.
Evaluatie Visie Greenport Westland 2020
De Raad heeft op 14 december 2010 de evaluatie van de Visie Greenport Westland 2020 vastgesteld. Deze evaluatie verwoordt het raadsstandpunt over de (tussen-)resultaten van de visie over, in het bijzonder, de periode 1-1-2004 tot 1-1-2009 met voorstellen per onderdeel over 'hoe nu verder?'. Het doel van de evaluatie is om aan de hand van een analyse duidelijkheid te geven of de strategische keuzes uit 2005 nog steeds de juiste zijn en of aanpassing wenselijk is. De evaluatie bepaalt de koers voor de in ontwikkeling zijnde gemeentelijke structuurvisie en zal hét vertrekpunt zijn van de gemeente Westland in reactie op plannen van derden.
Voor bedrijventerreinen wordt in de evaluatie aangegeven dat eerst de nog te ontwikkelen bedrijventerreinen "Honderdland fase 2" en "TPW Mars" in de periode 2015-2020 worden gerealiseerd, alvorens een nadere afweging te maken over mogelijk extra ruimte. Om zo effectief mogelijk met de beschikbare ruimte om te gaan zal overleg opgestart worden om de herstructurering van enkele verouderde bedrijventerreinen, waaronder recent De Woerd, een impuls te geven. De ruimtewinst die met herstructurering en meervoudig ruimtegebruik op bedrijventerreinen in onze gemeente geboekt kan worden is overigens gering.
Bedrijventerreinenvisie Westland
De Bedrijvenvisie Westland (2008) vormt - via het gemeentelijke Actieprogramma Economische Zaken - een uitwerking van de Visie Greenport Westland en is gericht op:
- het anticiperen op actuele en toekomstige marktontwikkelingen om voldoende ruimte te behouden voor groei van bedrijvigheid (inspelen op de vraag van bedrijven, kantoren en detailhandel);
- het zijn van een toetsingskader voor de actualisering van bestemmingsplannen en de ruimtelijke onderbouwing van andere ruimtelijke besluiten;
- het verschaffen van duidelijkheid over parkmanagement op bedrijventerreinen.
De visie onderscheidt agro-logistieke, lokale en regionale bedrijventerreinen. De bedrijventerreinen "Zwethove", "Westlands Bedrijven Centrum" en "Wateringen Zuid" vormen lokale bedrijventerrein. Het bedrijventerrein "Wateringse Veld" vormt een regionaal bedrijventerrein.
Als toetsingskader geeft de visie aan hoe moet worden omgegaan met milieuhinderlijke bedrijvigheid en met andere bijzondere functies op bedrijventerreinen.
De visie onderstreept het grote economische belang van bedrijventerreinen, niet op de laatste plaats omdat een groot deel van die bedrijven is verbonden met de primaire glastuinbouw. Om die reden is agro-gerelateerde bedrijvigheid op bedrijventerreinen een belangrijke schakel voor de glastuinbouweconomie in de gemeente Westland.
In het algemeen wil de gemeente de bedrijventerreinen revitaliseren om verrommeling tegen te gaan en de ruimtelijke kwaliteit te stimuleren. Een viertal verouderde bedrijventerreinen wordt zelfs geherstructureerd.
Nota publieksfuncties op bedrijventerreinen
Als nadere uitwerking van de Bedrijventerreinenvisie Westland hebben burgemeester en wethouders beleidsregels vastgesteld om maatwerk te kunnen bieden voor publieksfuncties op lokale bedrijventerreinen. In deze nota is aangegeven wat wel en niet is toegestaan op lokale bedrijventerreinen. Wonen, detailhandel, horeca, leisure en care-functies zijn uitgesloten in bestemmingsplannen van bedrijventerreinen. Bij leisure kan worden gedacht aan fitness, kookstudio's en hobbyfuncties. Care-functies zijn onder andere kinderopvang, ouderenzorg, gehandicaptenopvang en huisartsen- en fysiotherapie-collectieven. In de systematiek van ruimtelijke ordening zijn zelfstandige kantoren uitgesloten op bedrijventerreinen. In hoofdzaak zijn op bedrijventerreinen bedrijfsmatige en industriële functies toegestaan. Genoemd worden het vervaardigen, bewerken, installeren en inzamelen van goederen. Ook verhandelen van goederen wordt genoemd, waarbij detailhandel (verkoop aan eindconsument) is uitgesloten. In de loop der tijd zijn daarop uitzonderingen gemaakt voor specifieke vormen van detailhandel. Zoals verkoop van brand- en explosiegevaarlijke stoffen. Ook verkoop van de zogenoemde ABC-goederen is middels een afwijkingsbevoegdheid toegestaan; Auto's, Boten en Caravans. Daarna begint het grensgebied. Woonwinkels en bouwmarkten zijn met een binnenplanse afwijkingsbevoegdheid mogelijk, conform de provinciale regelgeving. Tegelijkertijd is vestiging van woonwinkels aan strenge regionale regels van Haaglanden gebonden. Een andere functie die in beperkte mate is toegestaan zijn zelfstandige kantoren. Onzelfstandige kantoren, die ten diensten staan van een bedrijf waren altijd al mogelijk. Elk bedrijf heeft immers een administratie- en verkoopafdeling. Zelfstandige kantoren worden in bestemmingsplannen mogelijk gemaakt tot 500 m² per gebouw. Hierbij kan worden gedacht aan accountants en architecten. De kantoren mogen echter geen baliefunctie hebben (zoals makelaars en uitzend- of reisbureaus) en moeten ingepast worden op het bedrijventerrein. Inpassing is mogelijk bij de entree, of op de eerste verdieping van bestaande panden. Daarnaast moet voldaan worden aan de parkeernorm, die voor kantoren hoger is dan voor bedrijven.
Integrale benadering milieuzonering bestemmingsplan bedrijventerreinen
Voor het bestemmingsplan Teylingen en de Hoge Woerd is bij vaststelling door de gemeenteraad een beleidslijn vastgesteld op welke wijze omgegaan wordt met de milieuzonering op bestaande bedrijventerreinen. Deze benadering is ook toegepast op het bedrijventerrein Monster. Voor de uitleg van deze benadering wordt verwezen naar hoofdstuk 3 van deze toelichting.
Kantorenvisie Westland
Op 27 november 2007 heeft de gemeenteraad de kantorenvisie Westland vastgesteld. De kantorenvisie richt zich op zelfstandige kantoren, dat wil zeggen: panden die uitsluitend kantoren huisvesten. Hierin wordt aangegeven dat het toestaan van zelfstandige kantoren op verspreide locaties in het buitengebied en bedrijventerreinen niet past binnen het ruimtelijk beleid en niet bijdraagt aan de vorming van een kantorensector. Vier locaties zijn kansrijk voor kantoorontwikkelingen, namelijk de Tiendweg met in het verlengde Flora Holland, Centrum Naaldwijk, ABC Westland en Knooppunt Westerlee. Kantoren met een publieksfunctie horen thuis in dorpskernen of de schil daaromheen. Bij de actualisatie van de bestemmingsplannen voor de bedrijventerreinen is gebleken dat zich hier veel kleine kantoorgebruikers gevestigd hebben. Dit terwijl de geldende bestemmingsplannen ze niet of slechts in beperkte mate toelaten. Omdat er een grote vraag vanuit de markt is en kleine zelfstandige kantoren de naastgelegen bedrijven over het algemeen niet in de weg zitten, is ervoor gekozen de vraag naar kleine kantoren op bedrijventerreinen niet tegen te houden, maar te reguleren. De op de bedrijventerreinen aanwezige kleine zelfstandige kantoren worden in beginsel positief bestemd. Hierop wordt echter een tweetal uitzonderingen gemaakt. De eerste betreft de situatie dat kantoren (potentieel) belemmerend (kunnen) zijn voor een naastgelegen bedrijf met een hoge milieucategorie (3.2 en hoger). In deze situaties wordt gekozen voor de milieuhinderlijke functie. De tweede uitzondering betreft kantoren met een baliefunctie. Baliefuncties horen in de centrumkern. Voor nieuwe zelfstandige kantoren is een afwijkingsmogelijkheid opgenomen voor kantoren op zichtlocaties of op de eerste verdieping tot een oppervlakte van maximaal 500 m².
Westlands Water nu en Later
Het Waterplan van de gemeente Westland heeft als ambitie een duurzaam en veerkrachtig watersysteem met belevingswaarde. Burgers en bedrijven moeten veilig en plezierig kunnen wonen, werken en recreëren met water in hun nabijheid. In het Nationaal Bestuursakkoord Water (NBW) is vastgelegd dat gemeenten met dreigende wateroverlast samen met waterschappen een waterplan moeten opstellen. Een belangrijke pijler van het kwantitatieve waterbeleid voor de 21ste eeuw is het principe: vasthouden, bergen en afvoeren. De gemeente Westland werkt aan dergelijke waterplannen in samenwerking met diverse waterbeheerders binnen het gemeentelijke grondgebied.
Westland, Glashart voor het milieu; milieubeleidsplan 2005-2010
Deze nota bevat het milieubeleid voor de Gemeente Westland voor een periode van vijf jaar. Deze nota is een gebiedsgericht beleidsplan, welke vooral gericht is op gebieden waar ontwikkelingen plaatsvinden. De overkoepelende doelstelling van het beleidsplan is: ‘Het verbeteren van de leefbaarheid op korte termijn en het leveren van een bijdrage aan de duurzaamheid van de gemeente op langer termijn, waarbij aansluiting bij actuele en toekomstige ontwikkelingen kansen biedt om eventueel bestaande knelpunten en toekomstige te voorkomen’. In dit gebiedsgerichte beleidsplan wordt onderscheidt gemaakt tussen verschillende gebiedstyperingen namelijk: centrumgebied, bedrijventerrein, glastuinbouw, woongebied, villawijk, recreatief groen en natuurgebied. Voor deze gebiedstypen zijn in het beleidsplan per gebiedstype verschillende ambities en maatregelen opgenomen, welke het uitgangspunt vormen voor het op diversen terreinen nog te formuleren milieubeleid. Tevens worden deze ambities en maatregelen ingebracht in ruimtelijke planprocessen.
Het plangebied wordt in het milieubeleidsplan aangeduid als gebiedstype ‘bedrijventerrein’. Binnen dit gebiedstype zijn ambities en maatregelen geformuleerd welke ruimtelijk relevant zijn voor het plangebied, namelijk:
- minimaal 15-20% van het plangebied moet onverhard zijn;
- hoofdfuncties in het plangebied worden aangeduid als werken, grootschalige en perifere detailhandel, agro-gerelateerde bedrijvigheid, productie en distributie;
- het groenareaal moet worden vergroot en worden gekoppeld aan wegen- en waterstructuren;
- het plangebied moet goed bereikbaar zijn voor auto- en vrachtverkeer, alsmede voor openbaar vervoer;
- parkeren dient zoveel mogelijk plaats te vinden op eigen terrein;
- de milieucategorie op het bedrijventerrein mag maximaal 3-4 bedragen.
Bovengenoemde ambities en maatregelen zijn van toepassing op locaties binnen het bestemmingsplan waar nieuwe ontwikkelingen plaatsvinden, dan wel mogelijk worden gemaakt.
Westlands Verkeers- en Vervoersplan (WVVP)
In de ontwikkelingsvisie Greenport Westland zijn de beleidslijnen voor de langere termijn aangegeven voor de gehele gemeente. Met de relevante onderdelen van deze visie is het vervoersplan als sectorale nota vastgesteld. Met dit beleidsdeel wordt aangegeven welke richtingen de gemeente Westland de komende jaren opgaat en wordt het beleid van de “oude” gemeenten geharmoniseerd. Het Westlands verkeer en vervoersplan dient meerdere doelen namelijk een invulling geven van de wettelijke plicht om een kenbaar verkeersbeleid te hebben, het uitwerken van de in de Greenport gestelde kaders en het schetsen van kaders voor de toekomst op het gebied van verkeer en vervoer.
Route gevaarlijke stoffen
Uitgangspunt van het beleid is om de bebouwde kom zoveel mogelijk te mijden bij het vervoer van gevaarlijke stoffen. De gemeente moet voor zogenaamde route plichtige stoffen wegen aanwijzen waarover deze stoffen moeten worden vervoerd. Voor dat vervoer zijn de overige wegen dan uitsluitend bij ontheffing toegestaan. Zo dragen gemeenten bij aan het veilig vervoer van gevaarlijke stoffen over de weg. Binnen het plangebied van het bestemmingsplan bevindt zich een route gevaarlijke stoffen op de Emmastraat.
Parkeren
Op bedrijventerreinen neemt het parkeren een groot deel van de beschikbare schaarse ruimte in. Daarbij spelen ook problemen als het parkeren van grote voertuigen en het te koop aanbieden van auto’s langs de openbare weg. Op de meest moderne terreinen worden vanwege deze redenen geen openbare parkeerplaatsen meer aangelegd. De noodzaak dat de bedrijven voldoen aan de parkeernormen om voldoende parkeerplaatsen op het eigen terrein te beschikken, wordt daarmee zeer strikt. Een parkeerfonds kan hiermee uitkomst bieden. De oudere terreinen, zoals bedrijventerrein Monster, kennen wel openbare parkeerplaatsen maar hebben daardoor ook te maken met bovengenoemde parkeerproblemen. Het bestemmingsplan bedrijventerrein Monster is een conserverend bestemmingsplan waarin geen nieuwe ontwikkelingen worden mogelijk gemaakt. Om deze reden wordt in het bestemmingsplan geen parkeernorm opgenomen.
Een deel van bedrijventerrein Monster is aangewezen voor het parkeren van vrachtwagens. Om geschikt te zijn als locatie voor het vrachtwagen-parkeren, dienen nieuwe locaties aan de volgende criteria te voldoen:
- het parkeerterrein moet voldoende capaciteit hebben;
- het terrein moet goede toegangswegen hebben;
- het terrein moet voldoende verlicht zijn;
- het terrein moet binnen een beperkte straal van de bebouwde kom liggen;
- het terrein moet voldoende faciliteiten bieden om privé-vervoermiddelen te stallen;
- het terrein moet voldoen aan de milieueisen.
Voor nieuwe situaties worden vanuit het WVVP de volgende parkeernormen gehanteerd:
- kantoor met baliefunctie 3,3 pp per 100 m² bvo, van deze p-norm is 20% bedoeld voor bezoekers;
- kantoor zonder baliefunctie 2,0 pp per 100 m² bvo, van deze p-norm is 5% bedoeld voor bezoekers;
- arbeidsextensieve/bezoekersextensieve bedrijven (loods, opslag, groothandel, transportbedrijf etcetera) 0,9 pp per 100 m² bvo, van deze p-norm is 5% bedoeld voor bezoekers;
- arbeidsintensieve/bezoekersextensieve bedrijven (industrie,garagebedrijf, laboratorium, werkplaats, etcetera) 2,8 pp per 100 m² bvo, van deze p-norm is 5% bedoeld voor bezoekers;
- bedrijfsverzamelgebouw 1,7 pp per 100 m² bvo, van deze p-norm is 10% bedoeld voor bezoekers;
- grootschalige detailhandel 2,7 pp per 100 m² bvo, van deze p-norm is 85% bedoeld voor bezoekers;
- showroom 1,8 pp per 100 m² bvo, van deze p-nrom is 35 % bedoeld voor bezoekers.
Fietsverkeer
Een van de ontbrekende schakels uit het fietsnetwerk van de gemeente Westland is de route langs de Vlotwatering. Het realiseren van de verbinding zal grotendeels onderdeel zijn van de projectgewijze herstructurering van het glastuinbouwgebied of ontwikkelingen in ONW-locaties. De recreatieve verbindingen kunnen deels ook meeliften op de realisatie van ecologische oevers.
2.1.2 Regionaal beleid
De gemeente maakt deel uit van een plusregio als bedoeld in de Wet gemeenschappelijke regelingen. In het bestemmingsplan is dan ook afstemming met het volgende regionale beleid tot uitdrukking gekomen.
Regionaal Structuurplan Haaglanden 2020
Het Regionaal Structuurplan Haaglanden 2020 heeft als ambitie dat de regio Haaglanden zich verder ontwikkelt als een regio van internationale allure, een regio die een duurzame kwaliteit van leven biedt door middel van een veilige, schone en aantrekkelijke woon- en leefomgeving en een sterke structuur. Met de verdere versterking van de kennisintensiteit van de economie van Haaglanden levert de regio een stevige bijdrage aan de realisatie van de in Europa afgesproken Lissabon-doelstelling ter versterking van de innovatiekracht van de Europese economie.
Het plangebied wordt aangewezen als een gebied voor betere benutting van bestaande bedrijventerreinen. De in het plangebied gelegen Vlotwatering is aangewezen als groene schakel.
In de nabijheid van het plangebied is een aanduiding opgenomen waar een verkenning voor nieuwe wegen wordt uitgevoerd.
Herstructurering en beter gebruik van bestaande bedrijventerreinen heeft een hoge prioriteit. Het streven is erop gericht om na 2020 de vraag naar ruimte voor werken op de bestaande terreinen en in het bestaand stedelijk gebied op te kunnen vangen. Daar is een innovatief gebruik van de ruimte voor nodig. Herstructurering en intensiever gebruik van verouderde terreinen, dubbel grondgebruik, functiemenging en het ontwikkelen van milieumaatregelen die hinder van bedrijven verminderen, zijn hierbij belangrijke aangrijpingspunten. Bedrijven en kantorenlocaties moeten niet zonder meer worden getransformeerd naar woongebieden, maar waar mogelijk worden behouden en gemoderniseerd.
In de visie van het RSP slingert zich door de diverse landschappen van Haaglanden een sterke regionale groenblauwe structuur. De groengebieden moeten goed zijn onderhouden en aansluiten bij de wensen van de gebruikers. De ontwikkeling van de groengebieden en de randen daarvan moet zeer zorgvuldig ter hand worden genomen, zodat de kwaliteit van het groen wordt versterkt. Het groenblauwe netwerk is ook een robuuste basis onder de regionale ecologische structuur.
Regionale Kantorenstrategie Haaglanden
De Regionale Kantorenstrategie Haaglanden gaat in op de segmentering en programmering van kantorenlocaties in Haaglanden. Deze kantorenstrategie vormt de basis voor het regionale beleid ten aanzien van de (her)ontwikkeling van kantorenlocaties tot aan 2020 en geeft mede invulling aan het RSP. Het RSP komt tot de conclusie dat het geplande aanbod van kantoren, de behoeft tot 2010 overstijgt. Ten aanzien van geplande ontwikkelingen na 2005 wordt gesteld dat de realisatie hiervan moet worden afgewogen ten opzichte van bewegingen in de bestaande voorraad kantoren.
Er is voldoende aanbod van gemengde bedrijvenzones waardoor blijvend ruimte kan worden geboden aan een diversiteit van bedrijven. Tevens zijn er voldoende mogelijkheden voor vermenging van verschillende werkfuncties.