Plan: | Projectbesluit 't Pierik, 2e fase (Niehof) |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | projectbesluit |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1774.DENPBPIERIK2BRANDL-0401 |
Aan de basis van het oorspronkelijke stedenbouwkundig verkavelingsplan verandert niets. De beschrijving daarvan luidt als volgt.
"In het ontwerp voor de tweede fase is uitgegaan van twee hoofdontsluitingspunten en één meer ondergeschikte ontsluiting ten behoeve van het autoverkeer.
De hoofdontsluiting vindt plaats vanaf de Brandlichterweg door middel van een rondlopende weg die aansluit op Het Elferman. Hierdoor is een doorlopende verbinding door het woongebied gecreëerd. Verder vindt een ondergeschikte verbinding plaats door een doorkoppeling via de Kloesenkamp.
De structuur van de tweede fase wordt bepaald door de doorzetting van de bestaande wegen en paden in de eerste fase, die vervolgens in de tweede fase op een natuurlijke, vloeiende, gebogen wijze het woongebied clusterwijs als het ware omvat.
Op deze wijze vindt structureel en visueel een goede aansluiting van de tweede fase op de eerste fase plaats, waarbij toch duidelijk een geheel eigen "gezicht" (structurele opbouw) aan het ontwerp van de tweede fase is gegeven, zoals ook in de projectomschrijving verwoord is.
De bestaande houtsingel is in het planontwerp, als te handhaven, opgenomen.
De hoofdinfrastructuur krijgt een verhardingsbreedte van 6 meter (in het verlengde van Het Elferman tot de Brandlichterweg). Aan beide zijden is een bomen-/groenstructuur, met waar nodig parkeren, van (tenminste) 5 meter geprojecteerd.
Hierdoor ontstaat een ruim profiel met zoveel als mogelijk groen/aanbeplanting.
De overige wegen in het plangebied worden (tussen de banden) 5 meter breed. De voetpaden langs de wegen krijgen een breedte van 2 meter. Niet langs alle wegen worden aan beide zijden van de weg voetpaden gerealiseerd.
Langs de westrand van het plangebied is, aansluitend op een bestaand fietspad, een fietsverbinding, grotendeels vrijliggend, geprojecteerd.
Voor het parkeren wordt uitgegaan van de norm van 1,3 parkeerplaats per woning.
De parkeerbehoefte van de halfvrijstaande woningen kan met uitzondering van een viertal woningen in principe op het eigen erf plaatsvinden. Volgens het moederplan kan verder ook op de rijweg, in die gevallen als de parkeerbehoefte in bepaalde situaties niet op eigen terrein kan worden geëffectueerd, plaatsvinden. Een en ander is goed mogelijk, gelet op de gekozen ontsluitingsstructuur, de wegbreedte, en de relatief lage bebouwingsdichtheid. Langs de hoofdontsluiting kan, doordat hier extra lange opritten zullen worden gerealiseerd ten behoeve van de halfvrijstaande woningen, de parkeerbehoefte heel goed op deze opritten een plaats vinden.
Het plangebied wordt voorzien van een gescheiden rioolstelsel met een IT-riool. Op basis van het IT-stelsel is berekend dat de bestaande bergingsvijvers in de 1e fase voldoende zijn. Er wordt een koppeling gelegd tussen het IT-riool en het regenwaterriool van het verbeterd stelsel. Er zijn in deze fase geen extra bergingsvijvers nodig".
Dit bouwplan wijkt af van de oorspronkelijke opzet van deze locatie (een complexje kleine geschakelde woningen die kunnen worden gebouwd ten behoeve van senioren, met de voorzieningen (slaapkamer, badkamer) op de begane grond). De woningen zijn niet meer geschakeld, maar bestaan uit 10 dubbele woningen (5 blokjes van 2 woningen), die voor een deel met garages aan elkaar verbonden zijn en 6 aaneengesloten woningen. Het oorspronkelijke bouwvlak is hier op aangepast. Van de oorspronkelijke maatvoeringen van bouw- en goothoogte is alleen die van de goothoogte deels aangepast. De voorkant van de woningen houden deels een lage goot (3,5 meter) en deels een hoge goot (6 meter) en de achterkant kan tot maximaal 6 meter gaan.
Verder is voor het groepje van 6 woningen nog het bouwvoorschrift aangepast, omdat daar de percelen zodanig smal zijn dat niet kan worden voldaan aan het gestelde dat "de afstand van de vrijstaande zijde van halfvrijstaande woonhuizen tot de zijdelingse perceelgrens mag niet minder dan 3 m bedragen". Daartoe is ter plaatse de aanduiding "afwijkende maatvoering" aangebracht. Deze is ook van toepassing omdat hier geen sprake meer is van halfvrijstaande woningen.