direct naar inhoud van 5.1 Beheervisie
Plan: Bedrijventerrein Rijssen
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1742.BPRB2009000-0501

5.1 Beheervisie

In het grootste deel van het plangebied worden geen ingrijpende veranderingen in de functionele en ruimtelijke structuur voorzien. De bestemmingsregeling heeft daarom voornamelijk een beheerkarakter. Ontwikkelingen die voortborduren op de huidige situatie in het plangebied, die noodzakelijk zijn voor een goed beheer en functioneren van het plangebied worden in de bestemmingsregeling direct mogelijk gemaakt.

5.1.1 Bedrijven

Alle bestaande bedrijven op het bedrijventerrein worden als zodanig bestemd. Om optimaal gebruik te maken van ruimte en toch voldoende zekerheid te bieden voor omwonenden is een milieuzonering opgenomen. Deze zonering laat aan de randen alleen bedrijven toe met een lagere milieucategorie. De 'zwaardere' bedrijven met een hogere categorie worden uitsluitend toegestaan in het midden gebied. De bedrijven die nu een te hoge categorie hebben voor de zone waar zij in komen te liggen, krijgen een specifieke aanduiding. Op die locatie mogen in de toekomst uitsluitend bedrijven met een lagere milieucategorie of bedrijven in dezelfde branche terug komen. De op het bedrijventerrein voorkomende voorzieningen voor sport en sportieve recreatie, in de vorm van sportscholen, squashbanen, tennisbanen en fitnesscentra, zijn, gezien hun overwegend bedrijfsmatige karakter, in de bedrijfsbestemming meegenomen.

Een bijzondere vorm van bedrijvigheid in het plangebied is het tuincentrum aan de Nijverdalseweg. Er is in het verleden gekozen om het tuincentrum een specifiek bestemming te geven. Op deze specifieke bestemming kan het tuincentrum blijven bestaan, maar worden andere tuincentra binnen het plangebied uitgesloten. In dit bestemmingsplan zal de vigerende regeling worden overgenomen.

De overwegingen voor de milieuzonering zijn te vinden in paragraaf 4.9. Op basis van de VNG-brochure is het gebied ingedeeld in een aantal gebiedstyperingen.

Gebiedstyperingen
In en om het bestemmingsplangebied valt een aantal omgevingstypen te onderscheiden.

Bedrijvigheid
Het grootste gedeelde van het plangebied bestaat uit bedrijvigheid.

Stedelijke woonomgeving
De eerstelijnswoonbebouwing langs de rand van het plangebied kan aangeduid worden als een stedelijke woonomgeving. De VNG-brochure spreekt in dit verband over omgevingstype gemengd gebied. Echter hier wordt de term stedelijke woonomgeving passender gevonden, omdat er slechts één type bestemming op rust, namelijk wonen. Omdat de eerstelijns woonbebouwing zich naast een drukke doorgaande vervoersas bevindt en tegenover een bedrijfsgebied is gelegen, is het achtergrondniveau voor geluid hoger dan in een rustige woonwijk. Een correctie voor het aspect geluid is dan ook mogelijk. Dit geldt echter niet voor de aspecten stof, gevaar en geur.

Rustige woonwijk
Het omgevingstype rustige woonwijk geldt voor het woongebied gelegen achter de eerste lijnsbebouwing.

5.1.2 Overige voorzieningen

De overige voorzieningen binnen het plangebied, zoals maatschappelijke voorzieningen en horeca, worden specifiek bestemd. Nieuwe voorzieningen worden binnen het plangebied niet toegestaan.

Een relatief nieuw begrip zijn de zogenoemde internetwinkels. Een ondernemer biedt zijn waren aan en verkoopt deze via het internet. Op het bedrijventerrein heeft hij een opslagruimte waar hij de goederen heeft staan. Soms worden de goederen thuis bezorgt en In bepaalde gevallen mag de koper zelf zijn goederen ophalen. Er is hier geen reclameuiting op het bedrijf, want dit is ook niet nodig, immers internet is zijn reclame. En er is ook geen sprake van sterke verkeersaantrekkende werking. Is hier dan sprake van detailhandel of is het alleen maar een opslag, omdat voor de verkoop het medium internet wordt gebruikt. Binnen dit bestemmingsplan wordt detailhandel omschreven als: het bedrijfsmatig aanbieden, waaronder de uitstalling ten verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen voor gebruik, verbruik of aanwending overwegend anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit.
Het zinsdeel 'waaronder de uitstalling ten verkoop' geeft de kern de definitie voor detailhandel weer. De tegenhanger van detailhandel is het begrip 'aflevercentrum'. Op het bedrijventerrein zijn wel aflevercentra toegestaan. Binnen een aflevercentrum is géén uitstalling ten verkoop toegestaan. Er is dus geen sprake van een winkel waar klanten / bezoekers in- en uitlopen, geen etalage of andere uitstalling ten verkoop. Een aflevercentrum is een functie die past binnen een bedrijventerrein, maar detailhandel niet. Het gemeentelijke beleidsuitgangspunt luidt: 'internetwinkels' met een magazijn met verzending kunnen worden toegestaan, waarbij eventueel producten kunnen worden afgehaald en betaald. In dit bestemmingsplan worden daarom wel aflevercentra toegestaan, maar geen detailhandel. In de regels bij het bestemmingsplan is gekozen voor de specifiek term 'aflevercentrum' om elke associatie met detailhandel te vermijden.

5.1.3 Beeldkwaliteit

Kenmerkend voor bedrijventerreinen is veelal het sterk wisselend beeld door de grote variatie in bedrijfsbebouwing en het gebruik van de erven ten behoeve van opslag van goederen en het parkeren van (bedrijfs-) auto's. Als er aandacht wordt besteed aan de visuele aspecten rond een bedrijf zal dat een positieve bijdrage leveren aan het imago van dat bedrijf.
Samenhang in plaatsing, volume en uitstraling van de bedrijfsbebouwing en het erf is positief voor het individuele karakter en de eigen identiteit van de bedrijven.
Voor de bedrijventerreinen op zichtlocaties zijn richtlijnen voor architectuur, kleur- en materiaalgebruik, de inrichting van het erf en het openbaar gebied van groot belang. Ook voor bedrijven op minder in het zicht liggende locaties is het wenselijk de nodige aandacht te geven aan deze aspecten. Een middel om dit, in het kader van een goed beheer van het bedrijventerrein, te bereiken is het vastleggen van de gewenste beeldkwaliteit in een zogenaamd Beeldkwaliteitplan.

Het Beeldkwaliteitplan geeft een beschrijving en waardering van de aspecten en elementen die bepalend zijn voor het visuele totaalbeeld, de uiterlijke verschijningsvorm en onderlinge samenhang van de bebouwing, de open ruimten, met name wegen en groenvoorzieningen.
Concrete uitspraken in het Beeldkwaliteitplan omtrent ontwikkeling, instandhouding en versterking van aspecten en elementen, die waardevol zijn vanwege beeldkwaliteit worden in het bestemmingsplan 'toetsbaar' gemaakt. Bedacht dient verder te worden dat veel 'beeldkwaliteit' reeds wordt beschermd in het bestemmingsplan zelf, op de plankaart en in de regels.
Voor zover het Beeldkwaliteitplan 'welstandscriteria' bevat, gaan deze als zodanig deel uitmaken van de gemeentelijke welstandsnota en worden deze criteria gehanteerd bij de welstandstoetsing van bouwplannen.

Voor het plangebied zijn twee beeldkwaliteitsplannen opgesteld.

Beeldkwaliteitplan Plaagslagen
In 1999 is begonnen met de realisering van het bedrijventerrein Plaagslagen. In het bijbehorende bestemmingsplan zijn ruimtelijk relevante elementen vastgelegd, maar het ontbreekt aan concrete richtlijnen voor de uitvoering van bouwwerken en inrichting van bijbehorende terreinen. Het beeldkwaliteitplan heft dit tekort op. Het beeldkwaliteitplan heeft tot doel een kader te bieden waar binnen de gewenste stedenbouwkundige en architectonische uitwerking kan plaats vinden op een wijze dat daardoor de beoogde ruimtelijke kwaliteit van de bebouwing en de inrichting van de openbare ruimte tot uiting komt.

In het beeldkwaliteitplan wordt het volgende gemeld over de hoofdopzet:

  • Het aantal in- en uitritten aan de Nijverdalseweg en de weg Plaagslagen dient beperkt te blijven;
  • Daar waar naast het wegprofiel een watergang is geprojecteerd, zijn directe bedrijfstoegangen vanaf de hoofdontsluiting via overkluizingen en/of duikerbruggen ongewenst;
  • Aan de noordzijde schermt een bestaande houtwal het bedrijventerrein af;
  • Aan de westzijde is een ecologische verbindingszone geprojecteerd;
  • Tussen de verbindingszone en de bedrijfskavels worden nieuwe houtwallen aangeplant;
  • Aan de zuidzijde loopt een groene bufferzone;
  • De weg Plaagslagen wordt voorzien van brede grasbermen met waterloop en laanbeplanting;
  • De wegverlichting van de weg Plaagslagen mag zich onderscheiden van de omgeving door hoger masthoogte;
  • Bij de hoofdentree mag een reclamezuil/landmark met een hoogte van 8 à 15 meter worden opgericht.

Overige uitgangspunten in het beeldkwaliteitplan betreffen voornamelijk aspecten op het gebied van architectonische uitwerking en terreininrichting. Dit zijn zaken welke niet in het bestemmingsplan geregeld worden. Deze aspecten zullen daarom op deze plek achterwege worden gelaten.

Een groot deel van het bedrijventerrein Plaagslagen is inmiddels gerealiseerd met behulp van dit beeldkwaliteitsplan.

Beeldkwaliteitplan bedrijventerrein Noord en Noordermors
Door SAB is een beeldkwaliteitsplan voor bedrijventerrein Noord en Noordermors opgesteld. Het beeldkwaliteitplan gaat uit van vijf deelgebieden. Hierover wordt het volgende gemeld:

De Hoofdontsluiting
De hoofdontsluiting is van groot belang voor de beeldkwaliteit voor grote groepen mensen die zich door de stad bewegen. Hier zijn kansen aanwezig een visitekaartje af te geven door een goede beeldkwaliteit te realiseren met een sterke structuur, identiteit en belevingswaarde.

Gebied grenzend aan landschap
Het gebied grenzend aan het landschap is van belang voor de beleving van een groot deel van het terrein vanuit het omringende buitengebied, en daarmee van tamelijk groot belang voor de beleving en identiteit van Rijssen.

Gebied grenzend aan Woongebied
De randen van het terrein die grenzen aan het woongebied van Rijssen worden naast bezoekers door omwonenden ervaren en zijn mede bepalend voor de identiteit van het gebied. De gevoeligheid van deze randen maakt dat een goede beeldkwaliteit van tamelijk groot belang is.

Binnengebied doorgaande weg
Het binnen gebied langs de doorgaande oost-westverbiningen over het gehele terrein is belangrijk voor de structurering van het plangebied. De identiteit van dit deelgebied is gebaat bij een beeldkwaliteit die hoger is dan gemiddeld.

Binnengebied Regulier
De binnengebieden omvatten het grootste deelgebied van het bedrijventerrein. In deze gebieden dient het gemiddelde beeldkwaliteitsniveau zodanig omschreven te worden dat de belevingswaarde voldoende is.

Aan de verschillende deelgebieden zijn in het beeldkwaliteitsplan beoordelingscriteria gekoppeld. Bouwaanvragen worden aan deze criteria getoetst.