direct naar inhoud van Artikel 5 Bedrijf - Verkooppunt motorbrandstoffen
Plan: Bedrijventerreinen
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1740.bpbedrijventerrein-vst1

Artikel 5 Bedrijf - Verkooppunt motorbrandstoffen

5.1 Bestemmingsomschrijving
5.1.1 Algemeen

De voor Bedrijf - Verkooppunt motorbrandstoffen aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. een verkooppunt voor motorbrandstoffen;
  • b. de verkoop van lpg;
  • c. parkeren;
  • d. geluidwerende voorzieningen;
  • e. waterhuishoudkundige voorzieningen;

één en ander met bijbehorende voorzieningen, zoals groenvoorzieningen en overeenkomstig de in 5.1.2 opgenomen nadere detaillering van de doeleinden.

5.1.2 Nadere detaillering van de bestemmingsomschrijving

In het onderstaande is een nadere detaillering opgenomen van het bepaalde in 5.1.1:

a lpg

De opslag en verkoop van lpg is uitsluitend toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'verkooppunt motorbrandstoffen met lpg'. Hierbij geldt het bepaalde in 24.2.1.

b Detailhandel

Voor detailhandel geldt het volgende:

  • 1. Detailhandel is uitsluitend toegestaan als ondergeschikte nevenactiviteit in ter plaatse vervaardigde, bewerkte of herstelde goederen.
  • 2. Ter plaatse van de aanduiding 'verkooppunt motorbrandstoffen met lpg' is aan de verkooppunt motorbrandstoffen ondergeschikte detailhandel toegestaan.
c Parkeergelegenheid

Op eigen terrein dient voldoende parkeergelegenheid aanwezig te zijn voor zowel personeel als bezoekers.

5.2 Bouwregels
5.2.1 Algemeen

Op de gronden binnen deze bestemming zijn uitsluitend gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, toegestaan, die ten dienste staan van deze bestemming.

5.2.2 Gebouwen

Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 5 m;
  • b. de oppervlakte mag niet meer bedragen dan 30 m2 per bestemmingsvlak.
5.2.3 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van erf- of terreinafscheidingen op de overige gronden mag niet meer bedragen dan 2 m;
  • b. de bouwhoogte van vlaggenmasten mag niet meer bedragen dan 6;
  • c. de bouwhoogte van een luifel mag niet meer bedragen dan 6 m;
  • d. de oppervlakte van een luifel mag niet meer bedragen dan 100 m²;
  • e. de hoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde mag niet meer bedragen dan 4 m.
5.2.4 Afwijkingenregeling

In afwijking van het voorgaande geldt voor gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde die zijn of kunnen worden gebouwd krachtens een voor het tijdstip van ter visie leggen van het ontwerp van het bestemmingsplan aangevraagde bouwvergunning ingevolge artikel 40 Woningwet of krachtens een voor dat tijdstip gedaan verzoek om instemming met een melding ingevolge (het inmiddels vervallen) artikel 42 Woningwet het volgende:

  • a. indien en voorzover de bestaande maatvoering, afstanden en/of oppervlaktes van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, de voorgeschreven maxima, danwel minima overschrijden, geldt de bestaande maatvoering als maximum respectievelijk minimum;
  • b. indien de bestaande situering afwijkt van deze regels, is ook de bestaande situering toegestaan.
5.3 Specifieke gebruiksregels
5.3.1 Strijdig gebruik

Onder strijdig gebruik wordt in ieder geval begrepen het gebruiken of laten gebruiken van de gronden en/of opstallen binnen deze bestemming ten behoeve van seksinrichtingen.