direct naar inhoud van Artikel 11 Tuin
Plan: Heteren - Indoornik
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1734.0011HTRNhtrnindoor-ONHE

Artikel 11 Tuin

11.1 bestemmingsomschrijving

De voor Tuin aangewezen gronden zijn bestemd voor tuinen, met bijbehorende gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, één en ander met de bijbehorende voorzieningen.

11.2 bouwregels
11.2.1

Uitsluitend uitbouwen bij de hoofdgebouwen van de op de aangrenzende gronden gelegen woningen mogen worden gebouwd, mits:

  • a. de horizontale diepte maximaal 1,5 m bedraagt;
  • b. de (horizontale) diepte van de overblijvende, niet met gebouwen bebouwde gronden minimaal 2,5 m bedraagt;
  • c. voor zover de uitbouw wordt gebouwd tegen een gevel van het hoofdgebouw de breedte maximaal 60% van de breedte van die gevel bedraagt;
  • d. de bouwhoogte maximaal 4 m bedraagt;
  • e. de oppervlakte maximaal 6 m2 bedraagt.
11.2.2

In afwijking van artikel 11.2.1 zijn uitbouwen niet toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - bijgebouwen uitgesloten'.

11.2.3

In afwijking van artikel 11.2.1 zijn uitbouwen niet toegestaan bij, op aangrenzende gronden gelegen, woonwagens.

11.2.4

In afwijking van artikel 11.2.1 mogen tevens bijgebouwen bij hoofdgebouwen worden gebouwd met dien verstande dat:

  • a. bijgebouwen uitsluitend zijn toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'bijgebouwen';
  • b. de goot- en bouwhoogte bedragen maximaal de in artikel 11.2.1 onder d voor bijgebouwen aangegeven maximale goot- en bouwhoogte;
  • c. de oppervlakte van de bijgebouwen telt mee voor de berekening van de maximale bebouwde oppervlakte erf als bedoeld in artikel 11.2.1 onder d.
11.2.5

In afwijking van artikel 11.2.1. mogen bijgebouwen in de vorm van carports worden gebouwd, met dien verstande dat:

  • a. carports in afwijking van het bepaalde in artikel 11.2.1 onder d, ieder geval zijn toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - carport';
  • b. de bouwhoogte mag maximaal 3 m bedragen;
  • c. de breedte van iedere carport bedraagt maximaal 4 m.
11.2.6

De bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt:

  • a. vóór (het verlengde van) de voorgevel van het hoofdgebouw van de op aangrenzende gronden gelegen woningen maximaal 1 m;
  • b. op de overige gronden maximaal 2 m.
11.2.7

De bouwhoogte van uitbouwen bedraagt:

  • a. vóór (het verlengde van) de voorgevel van het hoofdgebouw van de op aangrenzende gronden gelegen woningen maximaal 1 m;
  • b. op de overige gronden maximaal 2 m.
11.2.8

In afwijking van het voorgaande geldt voor bestaande gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde het volgende: indien en voor zover de bestaande maatvoering, afstanden en/of oppervlaktes van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, de genoemde maxima, dan wel minima overschrijden, geldt de bestaande maatvoering als maximum respectievelijk minimum.

11.3 afwijken van de bouwregels
11.3.1

Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 11.2.2 en toestaan dat uitbouwen worden gebouwd overeenkomstig het bepaalde in artikel 11.2.1 ter plaatse van de aanduiding 'bijgebouwen uitgesloten'.

11.3.2

Een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 11.3.1 wordt slechts verleend voor zover dit niet leidt tot onevenredige aantasting van de cultuurhistorische waarden van de nabijgelegen gronden en bouwwerken.

11.4 specifieke gebruiksregels
11.4.1

Carports zijn uitsluitend bestemd voor de stalling van voertuigen, met de bijbehorende voorzieningen.