Plan: | Drentsche Hoofdvaart |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1731.DRHoofdvaart-VST1 |
De Drentsche Hoofdvaart met de bebouwing erlangs, is door haar uitgestrektheid en ruimtelijke patroon zeer kenmerkend voor het veenontginningslandschap in dit deel van Drenthe. Haaks op de Drentsche Hoofdvaart werden wijken aangelegd. De molenwijk, die parallel aan de Drentsche Hoofdvaart loopt, is trouwens nog ouder dan de hoofdvaart zelf. Samen dienden deze watergangen achtereenvolgens voor de ontwatering van het hoogveen, de afvoer van turf, de aanvoer van zand voor de bezanding van het restveen en de afvoer van de landbouwproducten. De Drentsche Hoofdvaart werd gegraven van 1771-1780.
Langs de Hoofdvaart, die een centrale rol speelde in het ontginningsproces, vestigden zich arbeiders en schippers. Rond bruggen ontstond een concentratie van bebouwing, die zich verder ontwikkelde tot kernen. Naarmate de veenontginning vorderde, groeide de bebouwing, gerekend vanuit de bruggen, meer en meer naar elkaar toe. In de tussenliggende ruimten werden de veenontginningsboerderijen gebouwd. Deze boerderijen zijn groter en hebben een hogere gootlijn dan eerdere woningen. Plaatselijk is daarbij nog herkenbaar het kenmerkende onderscheid tussen de ontginningsbasis en de ontginningsgrens, welke laatste gevormd wordt door natuur- en bosgebieden.
Er is sprake van een sterke variatie in afstand tussen de gebouwen: van nagenoeg gesloten bebouwing tot open ruimten van honderden meters. Bijgevolg is er nu sprake van een patroon van verdichte gebieden en meer open gebieden.