direct naar inhoud van Artikel 11 Recreatie - Verblijfsrecreatie
Plan: Kern Slenaken
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1729.BPLKOM08000-VG01

Artikel 11 Recreatie - Verblijfsrecreatie

11.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Recreatie - Verblijfsrecreatie' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. verblijfsrecreatieve voorzieningen;
  • b. horeca, ondergeschikt en inherent aan de verblijfsrecreatieve functie;
  • c. wonen in bedrijfswoningen,

en de daarbij behorende voorzieningen.

Voor zover de gronden tevens zijn gelegen binnen de aangewezen dubbelbestemmingen en aanduidingen, zijn mede de desbetreffende regels van toepassing, met inachtname van de voorrangsregels uit artikel 28.2.

11.2 Bouwregels
11.2.1 Algemeen

Op de tot 'Recreatie - Verblijfsrecreatie' aangewezen gronden mogen worden gebouwd:

  • a. verblijfsrecreatieve voorzieningen;
  • b. bijgebouwen;
  • c. bouwwerken geen gebouwen zijnde, welke qua aard en afmetingen bij deze bestemming passen.

met dien verstande dat voldaan wordt aan het bepaalde in 11.2.2 en 11.2.3.

11.2.2 Regeling bouwvlak

Ter plaatse van het 'bouwvlak' gelden de volgende regels:

  • a. het hoofdgebouw mag uitsluitend in het bouwvlak worden gebouwd;
  • b. de voorgevel van hoofdgebouwen zal in of evenwijdig aan de naar de weg gekeerde bebouwingsgrens worden gebouwd;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal vakantiewoningen' mag maximaal het aantal aangegeven vakantiewoningen worden gebouwd;
  • d. er mag ten hoogste in 2 bouwlagen worden gebouwd;
  • e. iedere afzonderlijke bouwlaag mag ten hoogste 3.50 m bedragen;
  • f. het gebouw zal met kap van ten hoogste 60° worden afgedekt;
  • g. de oppervlakte van gebouwen in gebruik voor horeca dient ondergeschikt te zijn aan de oppervlakte van gebouwen met een verblijfsrecreatieve functie.
11.2.3 Overige regels

Voor het overige geldt de volgende regels:

  • a. de hoogte van bouwwerken geen gebouwen zijnde mag ten hoogste 4.00 m bedragen. met uitzondering van:
    • 1. de hoogte van erfafscheidingen, welke voor zover aanwezig voor de naar de weg gekeerde bouwgrens ten hoogste 1.00 m en achter de naar de weg gekeerde bouwgrens ten hoogste 2.00 m mag bedragen;
    • 2. de hoogte van palen, masten en verlichting, welke ten hoogste 8.00 m mag bedragen.
  • b. er dient in voldoende mate op eigen terrein te worden voorzien in de parkeerbehoefte;
11.3 Nadere eisen
11.3.1

Burgemeester en Wethouders kunnen nadere eisen stellen ten aanzien van:

  • a. de situering, de oppervlakte, de (goot)hoogte van bebouwing;
  • b. de aard, hoogte en situering van erfafscheidingen;
  • c. voorzieningen ter voorkoming van de hemelwaterproblematiek in verband met de nieuwe bebouwing.
11.3.2

De onder 11.3.1 genoemde nadere eisen mogen uitsluitend worden gesteld:

  • a. indien dit noodzakelijk is voor een verantwoorde stedenbouwkundige en landschappelijke inpassing;
  • b. ter voorkoming van onevenredige nadelige gevolgen voor de milieusituatie, verkeersveiligheid, sociale veiligheid en gebruiksmogelijkheden en/of privacy van aangrenzende gronden en bouwwerken;
  • c. ter voorkoming van parkeerhinder indien op eigen terrein niet voldaan wordt aan de parkeerbehoefte;
  • d. ter verbetering van de gebiedskwaliteit.
11.4 Specifieke gebruiksregels
11.4.1 Gebruik van de gronden

Onder gebruiken of het laten gebruiken in strijd met het bestemmingsplan wordt in ieder geval verstaan het gebruik van gronden en bouwwerken voor en/of als:

  • a. ambachtelijke en/of industriële doeleinden;
  • b. detail- en/of groothandel;
  • c. groepsaccommodatie;
  • d. camping of bungalowpark;
  • e. horeca, anders dan van ondergeschikte betekenis;
  • f. kantoren;
  • g. dienstverlening;
  • h. wonen;
  • i. opslagdoeleinden, anders dan inherent aan het toegelaten gebruik.