direct naar inhoud van Artikel 20 Waterstaat - Erosie
Plan: Buitengebied reparatie 2011
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1729.BPLBUI01002-VG01

Artikel 20 Waterstaat - Erosie

20.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Waterstaat - Erosie' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor maatregelen en voorzieningen voor het bestrijden en voorkomen van:

  • a. bodemerosie en wateroverlast;
  • b. het verloren gaan van het voortbrengend vermogen van de bodem;
  • c. de aantasting van het grondwaterpakket.

Voor zover de gronden tevens zijn gelegen binnen de diverse bestemmingen zijn de desbetreffende regels, voor zover niet strijdig met dit artikel, van toepassing, met inachtname van de voorrangsregels uit artikel 30.2.

20.2 Specifieke gebruiksregels
20.2.1 Strijdig gebruik

Onder gebruiken of het laten gebruiken in strijd met het bestemmingsplan wordt in ieder geval verstaan het gebruik van gronden en bouwwerken voor en/of als:

  • a. het geheel of gedeeltelijk egaliseren of slechten van aanwezige graften;
  • b. voor het belemmeren of aantasten van aanwezige grasbanen en regenwaterbuffers (incl. aan- en afvoervoorzieningen).
20.3 Afwijken van de gebruiksregels
20.3.1 Afwijjken van de gebruiksregels ten behoeve van het gebruik van percelen

Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning (voorheen: ontheffing) verlenen voor afwijking van het bepaalde in artikel 20.2.1 en het als strijdig gebruik aangemerkte gebruik toestaan mits voor de desbetreffende percelen voldoen aan de regelgeving omtrent erosie.

20.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde of van werkzaamheden
20.4.1 Vergunningsplichtige werken of werkzaamheden

Het is verboden op of in de voor 'Waterstaat - Erosie' aangewezen gronden zonder of in afwijking van omgevingsvergunning (voorheen: aanlegvergunning) van het bevoegd gezag de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, en/of werkzaamheden uit te voeren:

  • a. het ophogen of egaliseren van de in het landschap aanwezige laagten;
  • b. het afgraven van grond, indien door de afgraving de kans op bodemerosie en/of wateroverlast toeneemt
  • c. het scheuren van grasland in gebieden die zijn gelegen binnen de dubbelbestemming 'Waarde-Ecologie' en tevens aangeduid als EHS op bijlage 6 'kaart ecologie' bij de regels;
  • d. de aanleg van een waterbuffer groter dan 100 m²;
  • e. het aanbrengen van verhardingen.
20.4.2 Uitzonderingen

Het bepaalde in 20.4.1 is niet van toepassing voor:

  • a. werkzaamheden, normale onderhoudswerkzaamheden zijnde;
  • b. werken of werkzaamheden van ondergeschikte betekenis;
  • c. werken of werkzaamheden binnen het kader van het normale bodemgebruik;
  • d. werken of werkzaamheden, welke op het tijdstip van het van kracht worden van het plan in uitvoering zijn dan wel krachtens een voor dat tijdstip aangevraagde vergunning, ontheffing of anderszins mogen worden uitgevoerd.
20.4.3 Toelaatbaarheid

De werken of werkzaamheden als bedoeld onder 20.4.1 zijn slechts toelaatbaar indien door die werken of werkzaamheden dan wel door de daarvan hetzij direct hetzij indirect te verwachten gevolgen de in de aanhef van dit artikel genoemde waarden en doeleinden niet onevenredig worden aangetast dan wel de mogelijkheden voor het herstel van de eerstbedoelde waarden niet wezenlijk worden verkleind.