Plan: | Strandhotel Cadzand-Bad |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1714.bpstrandhotel11-VG02 |
Omgevingsplan Zeeland 2012-2018
Algemeen
Het provinciaal ruimtelijk beleid is neergelegd in het Omgevingsplan Zeeland. Voor de ruimtelijke belangen die het provinciebestuur van provinciaal belang acht, heeft een vertaling plaatsgevonden in algemene regels die zijn opgenomen in de Provinciale Verordening Ruimte (PVR, zie hierna).
De doelstelling van het omgevingsplan is het bevorderen van een gezonde regionale economie in een schone en veilige leefomgeving. Daarbij ondersteunt het plan sociale, natuur- en mobiliteitsdoelen. Het nieuwe Omgevingsplan is op een aantal punten anders dan zijn voorganger. In essentie is er gewerkt vanuit een integrale visie, is er een duidelijke focus op kerntaken van ruimte, water, milieu en natuur, is het beleid meer gericht op hoofdlijnen en minder details en zijn er minder regels.
Recreatie
Nieuw in het Omgevingsplan is de recreatiekansenkaart. De kaart geeft op economisch kansrijke locaties het marktperspectief aan voor de meest ruimte vragende recreatiesectoren. Bij ontwikkelingen is nog wel een nadere ruimtelijke afweging nodig. Het realiseren van een beperkt aantal 'hotspots' op kansrijke locaties geeft een extra impuls en mogelijkheden voor nieuwe ontwikkelingen.
In het Omgevingsplan wordt aangegeven waar de provincie concentratie van recreatie wenst. Het gaat daarbij vooral om de kustgebieden, zoals bij Cadzand-Bad.
Op de recreatiekansenkaart is Cadzand-Bad aangegeven als hotspot. Uitgangspunt voor de hotspots is dat meerdere kansrijke (verblijfs)recreatieve ontwikkelingen worden gecombineerd tot initiatieven met een economische meerwaarde voor het gebied.
Verblijfsrecreatie
Aan de realisatie van nieuwe verblijfsrecreatie zijn specifieke voorwaarden gekoppeld.
Op deze manier wordt het beschikbare recreatieve verhuuraanbod ook daadwerkelijk in de markt gezet, blijft de verhuur gebundeld bij één aanbieder en kan een kwalitatief beter verhuurproduct worden gewaarborgd. Daarbij is het overigens niet verplicht dat eigenaren de recreatiewoningen ook daadwerkelijk jaarrond voor verhuur aanbieden. Permanente bewoning binnen een recreatieve bestemming is niet toegestaan. Gemeenten worden geacht dit te handhaven.
Hotels
In het Omgevingsplan wordt gesignaleerd dat de hotelsector in Zeeland ten opzichte van andere verblijfsrecreatieve voorzieningen ondervertegenwoordigd is en bestaat, vergeleken met het landelijk gemiddelde, uit relatief veel niet-geclassificeerde accommodaties. Vanuit het provinciale beleid wordt ingestoken om deze sector te versterken omdat ook deze sector een belangrijke bijdrage kan leveren aan de seizoensverlenging en de (jaarrond) werkgelegenheid.
De provincie biedt mogelijkheden voor de realisatie van nieuwe hotels in het luxere (3-, 4- en 5-sterren) segment. Voor wat betreft de mogelijke locaties geldt daarbij de volgende prioriteitsvolgorde:
Waterkering en ecologie
De aspecten waterkering en ecologie zijn niet van invloed op de ontwikkeling van het Strandhotel. Hieraan wordt wel aandacht besteed in de paragrafen 4.1 en 4.4.
Hoogte
Over het bouwplan met daarbij aangegeven de hoogtes van de verschillende bouwdelen, is overleg gevoerd met de provincie Zeeland. Gedeputeerde Staten hebben met de bouwvolumes ingestemd.
Provinciale ruimtelijke verordening Zeeland
Algemeen
Voor de ruimtelijke onderwerpen die het provinciebestuur heeft aangemerkt als van 'provinciaal belang' is een beschermende regeling opgenomen in de Provinciale Ruimtelijke Verordening Zeeland (PRV). Op grond van de Wro dient een gemeentebestuur bij het vaststellen van een ruimtelijk plan de algemene regels van de PRV in acht te nemen. Voor wat betreft dit project zijn de regels uit de PRV aangaande woningbouw en verblijfsrecreatie van belang.
Recreatie
In artikel 2.5, lid 1, is het volgende bepaald. In een bestemmingsplan worden regels gesteld ter voorkoming van permanente bewoning. In de toelichting bij artikel 2.5 van de verordening is opgenomen dat het provinciale beleid is gericht op het voorkomen van permanente bewoning van tot verblijfsrecreatie bestemde complexen. Hiermee worden bedoeld zomerhuizenterreinen, recreatieve appartementencomplexen en kampeerterreinen. Een doelstelling is dergelijke complexen te behouden voor de verblijfsrecreatieve markt. Dit aspect wordt van provinciaal belang geacht.
Artikel 2.5, lid 2, stelt dat in de toelichting van een bestemmingsplan aannemelijk wordt gemaakt dat duurzaam beheer en onderhoud van het terrein is gewaarborgd. In de bijbehorende toelichting van dit artikellid van de verordening worden hiervoor enkele voorbeelden gegeven.
Onder duurzaam beheer wordt verstaan een verzorgde openbare ruimte en maatregelen die leiden tot een intensiever gebruik van ruimte en, zo mogelijk, maatregelen die leiden tot een hoger bedrijfseconomisch rendement.
Vertaling artikel 2.5 PRV naar het bestemmingsplan
Artikel 2.5 , lid 1, van de Verordening bepaalt dat voor een nieuw verblijfsrecreatieterrein of de uitbreiding van een verblijfsrecreatieterrein regels gesteld moeten worden ter voorkoming van permanente bewoning. In de specifieke gebruiksregels van artikel 3 bestemming Gemengd is bepaald dat permanente bewoning niet is toegestaan (lid 3.3). Daarmee wordt voldaan aan deze voorwaarde uit de verordening regels te stellen ter voorkoming van permanente bewoning.
Aan het bepaalde in lid 2 van artikel 2.5 wordt eveneens voldaan.
Op deze wijze wordt aan de voorwaarde uit de verordening invulling gegeven.
Ten aanzien van één van de voorbeelden zoals die in de toelichting bij de verordening zijn genoemd, een centrale bedrijfsmatige exploitatie, wordt het volgende overwogen.
Woningbouw
De in dit bestemmingsplan opgenomen recreatieappartementen betreffen geen woningen bedoeld voor permanente bewoning. Zodoende is artikel 2.1 van de PRV inzake nieuwe woningen niet van toepassing.
Gebiedsplan Natuurlijk Vitaal
Het plangebied voor Natuurlijk Vitaal is het buitengebied van West Zeeuws-Vlaanderen.
Het plan voor de renovatie en uitbreiding van het Strandhotel past in dit beleid.