23.2 Hoogtebepalingen woningen
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van de toegestane hoogtematen voor woningen indien:
-
a. daardoor geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de ingevolge de bestemming gegeven gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken;
-
b. de verhoging niet leidt tot aantasting van de ruimtelijk-stedenbouwkundige kwaliteit van het pand en van de omgeving;
-
c. er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van in de het geding zijnde belangen van omwonenden.